Het is verboden te handelen in strijd met artikel 1 bis, eerste lid, artikel 1 ter, eerste lid, artikel 1 ter bis, artikel 1 ter ter, eerste, tweede en derde lid, artikel 1 quater, eerste lid, artikel 1 quinquies, eerste lid, artikel 1 sexies, eerste lid, lid 1 bis en tweede lid, artikel 1 septies, eerste lid, lid 1 bis en tweede lid, artikel 1 septies quinquies, eerste en tweede lid, artikel 1 octies, eerste lid, en lid 1 bis, artikel 1 octies bis, eerste, tweede en derde lid, artikel 1 octies ter, eerste lid, artikel 1 octies quater, eerste en tweede lid, artikel 1 nonies, eerste lid, tweede en vijfde lid, artikel 1 decies, eerste lid, en lid 1 bis, artikel 1 undecies, artikel 1 undecies bis, eerste lid, artikel 1 undecies ter, artikel 1 undecies quater, eerste tot en met vijfde lid, artikel 1 duodecies, eerste lid, artikel 1 terdecies, eerste lid, artikel 1 quaterdecies, artikel 1 sexdecies, eerste lid, artikel 1 septiesdecies, eerste lid, artikel 1 octiesdecies, eerste lid, artikel 1 noviesdecies, eerste lid, artikel 1 noviesdecies bis, eerste en tweede lid, artikel 1 noviesdecies ter, eerste tot en met vierde lid, artikel 1 noviesdecies quater, eerste tot en met derde lid, artikel 1 vicies, eerste lid, en lid 1 bis, artikel 1 vicies bis, eerste lid, lid 1 bis, tweede tot en met vierde lid, artikel 1 unvicies, eerste lid, artikel 1 duovicies, eerste lid, artikel 1 quinvicies, eerste lid, artikel 1 sexvicies, eerste lid, artikel 1 septvicies, artikel 1 septvicies bis, eerste lid, artikel 1 septvicies ter, artikel 1 septvicies quater, eerste lid, lid 1 bis, lid 1 ter, lid 1 quater en lid 1 quinquies, artikel 2, eerste, tweede en derde lid, artikel 5, artikel 8 ter, eerste lid, artikel 8 quinquies, eerste lid, artikel 8 octies, eerste lid, vierde lid tot en met zesde lid, artikel 8 octies bis, eerste en derde lid, artikel 8 decies en artikel 8 undecies, eerste lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 van de Raad van de Europese Unie van 18 mei 2006 betreffende beperkende maatregelen met het oog op de situatie in Belarus en de betrokkenheid van Belarus bij de Russische agressie tegen Oekraïne (PbEU, L 134).
Sanctieregeling Belarus 2006
Sanctieregeling Belarus 2006
Opschrift
Aanhef
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Handelende in overeenstemming met de Minister van Financiën;
Gelet op Verordening (EG) nr. 765/2006 van de Raad van de Europese Unie van 18 mei 2006 betreffende beperkende maatregelen tegen president Loekasjenko en bepaalde functionarissen van Belarus (Pb EG L 134);
Gelet op de artikelen 2, tweede lid, en 3 van de Sanctiewet 1977;
Besluit:
Artikel 1
Een verbod als bedoeld in het eerste lid is niet van toepassing in gevallen waarin artikel 1 bis, tweede of derde lid, artikel 1 ter, tweede of derde lid, artikel 1 ter ter, vierde tot en met vijftiende lid, artikel 1 sexies, derde lid, lid 3 bis, vierde lid, lid 4 bis, of vijfde lid, artikel 1 septies, derde lid, lid 3 bis, vierde lid, lid 4 bis, lid 4 ter, vijfde lid, of lid 5 bis, artikel 1 septies bis, eerste lid, artikel 1 septies quinquies, derde lid, artikel 1 octies bis, vierde, vijfde of zesde lid, artikel 1 octies ter, tweede lid, artikel 1 octies quater, derde of vierde lid, artikel 1 nonies, derde of vierde lid, artikel 1 undecies bis, tweede lid, artikel 1 undecies quater, zesde, zevende, achtste, negende, tiende, elfde, twaalfde, dertiende of viertiende lid, artikel 1 duodecies, tweede of derde lid, artikel 1 terdecies, tweede lid, artikel 1 sexdecies, tweede lid, artikel 1 septiesdecies, tweede lid, artikel 1 octiesdecies, tweede lid, artikel 1 noviesdecies, tweede lid, artikel 1 noviesdecies bis, derde, vierde, vijfde, zesde, zevende, achtste, negende, tiende of elfde lid, artikel 1 noviesdecies ter, vijfde, zesde of zevende lid, artikel 1 noviesdecies quater, vierde of vijfde lid, artikel 1 vicies, tweede, derde of vierde lid, artikel 1 vicies bis, vijfde lid, zesde lid, lid 6 bis, lid 6 ter, zevende lid, lid 7 bis, lid 7 ter of tiende lid, artikel 1 unvicies, tweede lid, artikel 1 unvicies bis, lid 6 bis, lid 6 ter, lid 7 bis en lid 7 ter, artikel 1 duovicies, tweede of derde lid, artikel 1 tervicies, eerste lid, artikel 1 quatervicies, eerste lid, artikel 1 quinvicies, tweede lid, artikel 1 sexvicies, tweede lid, artikel 1 septvicies bis, tweede lid, artikel 1 septvicies quater, tweede lid, lid 2 bis, derde of vierde lid, artikel 3, eerste of tweede lid, artikel 3 bis, eerste lid, artikel 4, artikel 4 bis, artikel 4 ter, artikel 4 quater, artikel 8 ter, tweede lid, artikel 8 quater, eerste lid, artikel 8 quinquies bis, eerste, tweede of derde lid, artikel 8 septies, eerste of vijfde lid, artikel 8 octies, tweedeof derde lid, of artikel 8 octies bis, tweede of vierde lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 van toepassing is.
Artikel 1a
De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 1 bis, derde lid, artikel 1 quater, eerste en tweede lid, artikel 1 septies, lid 4 ter, artikel 1 undecies quater, twaalfde en veertiende lid, artikel 1 noviesdecies bis, vierde en vijfde lid, artikel 1 vicies bis, lid 6 ter, lid 7 bis en lid 7 ter, en artikel 8 octies, vierde en zesde lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp.
De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 1 ter, tweede lid, artikel 1 ter ter, achtste lid, negende lid, twaalfde lid, dertiende lid, en veertiende lid, artikel 1 quinquies, eerste lid, artikel 1 sexies, derde tot en met achtste lid, artikel 1 septies, derde tot en met achtste lid, artikel 1 septies bis, eerste en derde lid, artikel 1 septies quater, eerste lid, artikel 1 octies quater, vierde lid, artikel 1 noviesdecies bis, elfde lid, artikel 1 vicies, tweede en vierde lid, en artikel 1 vicies bis, zesde lid, lid 6 bis en zevende lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 is, voor zover het betreft de verlening van de bedoelde diensten of transacties met betrekking tot technische bijstand of tussenhandeldiensten en informatie of kennisgevingen over deze onderwerpen, de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp en, voor zover het betreft de financiering of financiële bijstand, financiële diensten en informatie of kennisgevingen over deze onderwerpen, de Minister van Financiën.
De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 1 ter ter, tiende en vijftiende lid, artikel 1 undecies quater, dertiende lid, en artikel 1 noviesdecies bis, tiende lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, de Minister van Financiën of de Minister van Klimaat en Groene Groei, elk voor het gebied waartoe hun competenties zich uitstrekken. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 1 octies ter, tweede lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 is de Minister van Financiën of de Minister van Klimaat en Groene Groei, elk voor het gebied waartoe hun competenties zich uitstrekken. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 1 undecies quater, elfde lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp of de Minister van Economische Zaken, elk voor het gebied waartoe hun competenties zich uitstrekken. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 4 quater van Verordening (EG) nr. 765/2006 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, de Minister van Economische Zaken of de Minister van Financiën, elk voor het gebied waartoe hun competenties zich uitstrekken.
De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 3, eerste en tweede lid, artikel 3 bis, eerste lid, artikel 4 bis, artikel 4ter en artikel 5, van Verordening (EG) nr. 765/2006 is, voor zover het betreft de vrijgave en de beschikbaarstelling van economische middelen, de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister van Economische Zaken voor zover het betreft de vrijgave of beschikbaarstelling van economische middelen of informatie anders dan van financiële aard en elk voor het gebied waartoe hun competenties zich uitstrekken.
De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 1 undecies bis, tweede lid, artikel 1 duodecies, derde lid, artikel 1 tervicies, eerste lid, artikel 1 quatervicies, eerste lid, artikel 3, eerste en tweede lid, artikel 3 bis, eerste lid, artikel 4 bis, en artikel 4 ter, van Verordening (EG) nr. 765/2006, is de Minister van Financiën voor zover het betreft financieringen, financiële bijstand, financiële diensten of transacties en informatie of kennisgevingen over deze onderwerpen. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 1 septvicies van Verordening (EG) nr. 765/2006, is de Minister van Financiën, met dien verstande dat kredietinstellingen de informatie, bedoeld in artikel 1 septvicies, onder a en b, van Verordening (EG) nr. 765/2006, verstrekken aan De Nederlandsche Bank. De Nederlandsche Bank is ten behoeve van de uitvoering van voornoemd artikel 1 septvicies bevoegd de ontvangen informatie aan de Minister van Financiën te verstrekken.
De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 is de Minister van Financiën.
De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 1 septvicies quarter, vierde lid, en artikel 8 quater, eerste lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 is de Minister van Infrastructuur en Waterstaat. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 1 septvicies quarter, lid 1 quinquies, is de Nationale en Internationale Wegvervoer Organisatie.
De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 8 quinquies bis, eerste lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, de Minister van Economische Zaken, de Minister van Klimaat en Groene Groei of de Minister van Financiën, elk voor het gebied waartoe hun competenties zich uitstrekken. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 8 quinquies bis, tweede lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp of de Minister van Economische Zaken, elk voor het gebied waartoe hun competenties zich uitstrekken. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 8 quinquies bis, derde lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006 is de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, de Minister van Economische Zaken, de Minister van Klimaat en Groene Groei of de Minister van Financiën, elk voor het gebied waartoe hun competenties zich uitstrekken.
Artikel 1aa
De bewaarder van het Kadaster en de openbare registers is bevoegd om in de basisregistratie kadaster, de registratie voor schepen en de registratie voor luchtvaartuigen een aantekening te stellen als het een registergoed betreft dat bevroren dient te worden op grond van artikel 2, eerste lid, van Verordening (EG) nr. 765/2006.
De Kamer van Koophandel verstrekt aan de bewaarder van het Kadaster en de openbare registers uit het handelsregister de gegevens, genoemd in
, van de rechtspersonen waarvan de personen, genoemd in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 765/2006, de uiteindelijk belanghebbenden als bedoeld in zijn. De bewaarder verwerkt de gegevens uitsluitend voor het stellen van de aantekening, bedoeld in het eerste lid.De inspecteur en de ontvanger, bedoeld in artikel 2, derde lid, onderdeel b, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en artikel 2, eerste lid, onderdeel i, van de Invorderingswet 1990 verstrekken desgevraagd alle informatie aan de bewaarder van het Kadaster en de openbare registers die noodzakelijk is voor de uitvoering van de taak, bedoeld in het eerste lid, om zo de verbondenheid van personen op de sanctielijst met registergoederen vast te kunnen stellen. De bewaarder verwerkt de gegevens uitsluitend voor het stellen van de aantekening, bedoeld in het eerste lid.