Home

Besluit OM-afdoening

Geldig van 1 augustus 2017 tot 29 november 2017
Geldig van 1 augustus 2017 tot 29 november 2017

Besluit OM-afdoening

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-08-2017 tot 29-11-2017]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 3 april 2007, directie Wetgeving, nr. 5476193/07/6,

Gelet op de artikelen 257b, 257d, vierde lid, en 572, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, en de artikelen 22e, 22k, 74, vijfde lid, en 77ff, vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht;

Voorts gelet op de artikelen 1, onderdeel a, 2, tweede lid, 4, derde lid, 9, eerste lid, en 13, eerste lid, van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens, artikel 126 van de Wet op de rechterlijke organisatie en de artikelen 37, 39 en 41 van de Wet op de rechtsbijstand;

De Raad van State gehoord (advies van 23 mei 2007, nr.W03.07.0090/II);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 29 juni 2007, directie Wetgeving, nr. 5491696/07/6;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk I. Definitiebepalingen

Artikel 1.1

In dit besluit wordt verstaan onder:

  1. de wet: het Wetboek van Strafvordering;

  2. Onze Minister: Onze Minister van Veiligheid en Justitie;

  3. Centraal Justitieel Incassobureau: het Centraal Justitieel Incassobureau, bedoeld in artikel 1 van het Besluit Instelling Centraal Justitieel Incassobureau;

  4. hoofdofficier van justitie: de officier van justitie in de rang van hoofdofficier van justitie die aan het hoofd staat van het arrondissementsparket, het landelijk parket, het functioneel parket of het parket centrale verwerking openbaar ministerie;

  5. buitengewoon opsporingsambtenaar: de ambtenaar, bedoeld in artikel 142, eerste lid, van de wet;

  6. toezichthouder: toezichthouder, bedoeld in artikel 1, vierde lid, onderdeel a, van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar;

  7. direct toezichthouder: direct toezichthouder, bedoeld in artikel 1, vierde lid, onderdeel b, van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar.

Hoofdstuk II. Strafbeschikkingen algemeen

Artikel 2.1

Artikel 2.2

Hoofdstuk III. De strafbeschikking in de zin van artikel 257b van de wet

Artikel 3.1

Artikel 3.2

Artikel 3.3

Artikel 3.4

Artikel 3.5

Artikel 3.6

Artikel 3.7

Hoofdstuk IV. De strafbeschikking in de zin van artikel 257ba van de wet

Artikel 4.1

Artikel 4.2

Artikel 4.3

Artikel 4.4

Artikel 4.5

Artikel 4.6

Artikel 4.7

Hoofdstuk V. Slotbepalingen

Artikel 5.1

Artikel 5.2

Artikel 5.3*

Artikel 5.3

Bijlage I

Bijlage II