Home

Sanctieregeling Oekraïne 2014

Geldig vanaf 11 maart 2014
Geldig vanaf 11 maart 2014

Sanctieregeling Oekraïne 2014

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 11-03-2014]

Aanhef

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Financiën en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking;

Gelet op Verordening 208/2014 van de Raad van de Europese Unie van 5 maart 2014 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in het licht van de situatie in Oekraïne (Pb 2014, L66);

Gelet op artikel 2, tweede lid, en artikel 3 van de Sanctiewet 1977;

Besluit:

Artikel 1

1.

Het is verboden te handelen in strijd met de artikelen 2, 8 eerste lid, en 9 van Verordening 208/2014 van de Raad van de Europese Unie van 5 maart 2014 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in het licht van de situatie in Oekraïne (Pb 2014, L66).

2.

Het verbod te handelen in strijd met artikel 2, eerste lid, van Verordening 208/2014, geldt niet in gevallen waarin artikel 4, eerste lid, 5, eerste lid, 6, eerste lid, of 7 van Verordening 208/2014 van toepassing is.

Artikel 2

1.

De bevoegde autoriteit, bedoeld in de artikelen 4, eerste lid, 5, eerste lid, artikel 6, eerste lid, 7 en 8, eerste lid, van Verordening 208/2014 is de Minister van Financiën voor zover het betreft de vrijgave of beschikbaarstelling van tegoeden of informatie van financiële aard.

2.

De bevoegde autoriteit, bedoeld in de artikelen 4, eerste lid, 5, eerste lid, artikel 6, eerste lid, en 8, eerste lid, van Verordening 208/2014 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor zover het betreft de vrijgave of beschikbaarstelling van economische middelen of informatie anders dan van financiële aard.

Artikel 3

Deze regeling wordt aangehaald als: Sanctieregeling Oekraïne 2014.

Artikel 4