Deze richtlijn is van toepassing op de typegoedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan, die in een of meer fasen zijn opgebouwd, alsmede van systemen, onderdelen en technische eenheden die zijn bedoeld voor gebruik op deze voertuigen en aanhangwagens.
Richtlijn van de Raad van 6 februari 1970 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten betreffende de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan (70/156/EEG)
Richtlijn van de Raad van 6 februari 1970 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten betreffende de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan (70/156/EEG)
DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien het advies van het Europese Parlement(1),
Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité(2),
Overwegende dat motorvoertuigen die bestemd zijn voor het vervoer van goederen of personen in iedere Lid-Staat aan bepaalde dwingend vastgestelde technische voorschriften moeten voldoen; dat deze voorschriften van land tot land verschillen; dat zij daardoor het handelsverkeer binnen de Europese Economische Gemeenschap belemmeren;
Overwegende dat deze belemmeringen voor de totstandbrenging en de werking van de gemeenschappelijke markt kunnen worden beperkt en zelfs opgeheven, wanneer alle Lid-Staten dezelfde voorschriften aanvaarden ter aanvulling of in de plaats van hun huidige wetgeving;
Overwegende dat de controle op de naleving van de technische voorschriften door de Lid-Staten gewoonlijk wordt verricht voordat de voertuigen waarop deze voorschriften van toepassing zijn, in de handel worden gebracht; dat deze controle betrekking heeft op typen voertuigen;
Overwegende dat de geharmoniseerde technische voorschriften voor elk der verschillende onderdelen of kenmerken van voertuigen in bijzondere richtlijnen dienen te worden vastgesteld;
Overwegende dat op communautair vlak voor de controle op de naleving van deze voorschriften, alsmede voor de erkenning door elke Lid-Staat van de door de andere Lid-Staten verrichte controle voor ieder type voertuig een communautaire goedkeuringsprocedure moet worden ingevoerd;
Overwegende dat deze procedure het voor iedere Lid-Staat mogelijk moet maken, vast te stellen dat ieder type voertuig de controles, bedoeld in de bijzondere richtlijnen en vermeld in een goedkeuringsformulier heeft ondergaan; dat deze procedure voorts de fabrikanten in staat moet stellen een certificaat van overeenstemming op te stellen voor alle voertuigen die in overeenstemming zijn met een goedgekeurd type; dat een voertuig dat van dit certificaat is voorzien, door alle Lid-Staten als in overeenstemming met hun eigen wetgeving moet worden beschouwd; dat iedere Lid-Staat de overige Lid-Staten in kennis dient te stellen van deze vaststelling door hun een afschrift toe te zenden van het goedkeuringsformulier dat voor elk goedgekeurd type voertuig is opgesteld;
Overwegende dat de goedkeuring bij wijze van overgang moet kunnen geschieden op de grondslag van de communautaire voorschriften, naarmate de bijzondere richtlijnen betreffende de verschillende onderdelen of kenmerken van voertuigen in werking treden, en voor het overige op de grondslag van de nationale voorschriften;
Overwegende dat het, onverminderd de artikelen 169 en 170 van het Verdrag, wenselijk is om in het kader van de samenwerking tussen de bevoegde instanties van de Lid-Staten bepalingen vast te stellen, waardoor geschillen van technische aard betreffende het in overeenstemming zijn van de produktie met het goedgekeurde type gemakkelijker kunnen worden opgelost;
Overwegende dat een voertuig, ook al is het in overeenstemming met het goedgekeurde type, niettemin nadelen kan blijken te hebben die de veiligheid van het wegverkeer in gevaar kunnen brengen, en dat het derhalve wenselijk is te voorzien in een passende procedure om dit gevaar te ondervangen;
Overwegende dat de vooruitgang van de techniek een snelle aanpassing van de technische voorschriften der bijzondere richtlijnen vereist; dat men, om de tenuitvoerlegging van de daartoe benodigde maatregelen te vergemakkelijken, dient te voorzien in een procedure waarbij een nauwe samenwerking tussen de Lid-Staten en de Commissie tot stand wordt gebracht in het „Comité voor de aanpassing aan de technische vooruitgang van de richtlijnen voor de opheffing van de technische handelsbelemmeringen in de sector motorvoertuigen”,
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Artikel 1 Toepassingsgebied
Zij is niet van toepassing:
-
op de goedkeuring van afzonderlijke voertuigen. De Lid-Staten die dergelijke goedkeuringen verlenen aanvaarden evenwel iedere geldige goedkeuring van een systeem, onderdeel, technische eenheid of niet-compleet voertuig die krachtens deze richtlijn in plaats van krachtens de desbetreffende nationale voorschriften is verleend;
-
op vierwielers in de zin van artikel 1, lid 3, van Richtlijn 92/61/EEG van de Raad van 30 juni 1992 betreffende de goedkeuring van twee- of driewielige motorvoertuigen(3).
Artikel 2 Definities
In deze richtlijn wordt verstaan onder:
-
typegoedkeuring: de handeling waarbij door een Lid-Staat wordt verklaard dat een type voertuig, systeem, onderdeel of technische eenheid voldoet aan de desbetreffende technische voorschriften van deze richtlijn of van een van de in de uitputtende lijst van bijlage IV of van bijlage XI opgesomde bijzondere richtlijnen;
-
meerfasentypegoedkeuring: de handeling waarbij een of meer Lid-Staten verklaren dat een niet-compleet of voltooid type voertuig, naar gelang van de staat van voltooiing, aan de desbetreffende technische voorschriften van deze richtlijn voldoet;
-
voertuig: ieder voor deelname aan het wegverkeer bestemd compleet of niet-compleet motorvoertuig op ten minste vier wielen met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van meer dan 25 km/h, alsmede aanhangwagens daarvan, met uitzondering van voertuigen die zich over rails voortbewegen, landbouw- en bosbouwtrekkers en alle mobiele machines;
-
basisvoertuig: ieder niet-compleet voertuig dat gedurende de volgende fasen van de meerfasentypegoedkeuringsprocedure zijn voertuigidentificatienummer behoudt;
-
niet-compleet voertuig: ieder voertuig waarvan de afwerking nog minstens één fase vergt voordat aan de desbetreffende technische voorschriften van deze richtlijn is voldaan;
-
voltooid voertuig: een voertuig dat na de meerfasentypegoedkeuringsprocedure te hebben doorlopen aan alle desbetreffende voorschriften van deze richtlijn voldoet;
-
type voertuig: alle tot een categorie behorende voertuigen die ten minste op de in bijlage II onder B vermelde essentiële punten niet van elkaar verschillen. Een typevoertuig kan varianten en uitvoeringen omvatten (zie bijlage II onder B);
-
systeem: ieder voertuigsysteem, zoals remmen, inrichtingen voor emissiebeperking, binneninrichting enzovoort, dat aan de voorschriften van een bijzondere richtlijn moet voldoen;
-
onderdeel: een als onderdeel van een voertuig bedoelde inrichting, zoals een lamp, die aan de eisen van een bijzondere richtlijn moet voldoen en voor een typegoedkeuring afzonderlijk van het voertuig mogelijk is, indien de bijzondere richtlijn hierin uitdrukkelijk voorziet;
-
technische eenheid: een als onderdeel van een voertuig bedoelde inrichting, zoals de beschermingsinrichting tegen klemrijden van achteren, die aan de eisen van een bijzondere richtlijn moet voldoen en waarvoor afzonderlijke typegoedkeuring mogelijk is, maar alleen in samenhang met een of meer welbepaalde voertuigtypen, indien de bijzondere richtlijn hierin uitdrukkelijk voorziet;
-
fabrikant: de persoon of organisatie die tegenover de goedkeuringsinstantie verantwoordelijk is voor alle aspecten van de goedkeuringsprocedure en instaat voor de overeenstemming van de produktie. Het is niet noodzakelijk dat deze persoon of organisatie rechtstreeks betrokken is bij alle fasen van de bouw van het voertuig, het systeem, het onderdeel of de technische eenheid waarop de typegoedkeuringsprocedure betrekking heeft;
-
goedkeuringsinstantie: de bevoegde instantie van een Lid-Staat die verantwoordelijk is voor alle aspecten van de typegoedkeuring van een type voertuig, systeem, onderdeel of technische eenheid, die goedkeuringsformulieren afgeeft en desnoods intrekt, die als contactpunt dient voor de goedkeuringsinstanties van de andere Lid-Staten en die de door de fabrikant genomen maatregelen inzake de overeenstemming van de produktie verifieert;
-
technische dienst: de organisatie of instantie die tot taak heeft gekregen om als beproevingslaboratorium namens de goedkeuringsinstantie van een Lid-Staat beproevingen of inspecties te verrichten. Deze functie kan ook door de goedkeuringsinstantie zelf worden vervuld;
-
inlichtingenformulier: de formulieren bedoeld in bijlage I of III bij deze richtlijn of de overeenkomstige bijlagen bij een bijzondere richtlijn, waarin staat vermeld welke gegevens door de aanvrager moeten worden verstrekt;
-
informatiedossier: de map of het dossier met alle gegevens, tekeningen, foto's enzovoort, die door de aanvrager overeenkomstig de instructies van het inlichtingenformulier aan de technische dienst of de goedkeuringsinstantie zijn verstrekt;
-
informatiepakket: het informatiedossier plus alle beproevingsrapporten of andere stukken die de technische dienst of de goedkeuringsinstantie tijdens de uitvoering van hun taken aan het informatiedossier hebben toegevoegd;
-
inhoudsopgave bij het informatiepakket: het document waarin een opsomming wordt gegeven van de inhoud van het informatiepakket met een passende nummering of andere tekens voor een duidelijke aanduiding van alle bladzijden.
Artikel 3 De aanvraag van een typegoedkeuring
De aanvraag voor een voertuigtypegoedkeuring wordt door de fabrikant ingediend bij de goedkeuringsinstantie van een lidstaat. De aanvraag gaat vergezeld van een informatiedossier dat de in bijlage III voorgeschreven gegevens bevat, en van de typegoedkeuringsformulieren die overeenkomen met de bijzondere richtlijnen die volgens bijlage IV of XI van toepassing zijn. Tevens dient het informatiepakket bij de typegoedkeuring van een systeem en technische eenheden met betrekking tot elke bijzondere richtlijn ter beschikking tot aan het tijdstip van afgifte of weigering van de goedkeuring van de goedkeuringsinstantie te worden gesteld.
Wanneer er voor geen enkele relevante bijzondere richtlijn goedkeuringsformulieren kunnen worden overgelegd, gaat de aanvraag in afwijking van lid 1 onder meer vergezeld van een informatiedossier dat de gegevens bevat die in bijlage I in verband met de in bijlage IV of XI vermelde richtlijnen, en in voorkomend geval in deel II van bijlage III, worden verlangd.
In geval van een meerfasentypegoedkeuring omvat de te verstrekken informatie:
-
in fase 1: de delen van het informatiedossier en van de goedkeuringsformulieren die voor een compleet voertuig zijn vereist en die relevant zijn voor de bouwfase waarin het basisvoertuig zich bevindt;
-
in de tweede en daaropvolgende fasen: de delen van het informatiedossier en de goedkeuringsformulieren die relevant zijn voor de lopende bouwfase en een afschrift van het in de vorige bouwfase voor het niet-complete voertuig afgegeven goedkeuringsformulier. Voorts verschaft de fabrikant alle gegevens over de door hem in het niet-complete voertuig aangebrachte wijzigingen en toevoegingen.
De aanvraag voor een typegoedkeuring van een systeem, onderdeel of technische eenheid wordt door de fabrikant ingediend bij de goedkeuringsinstantie van een Lid-Staat. De aanvraag gaat vergezeld van een informatiedossier, waarvan de inhoud wordt bepaald door het inlichtingenformulier van de desbetreffende bijzondere richtlijn.
Voor een type voertuig, systeem, onderdeel of technische eenheid mag in niet meer dan één Lid-Staat een aanvraag worden ingediend. Voor ieder goed te keuren type wordt een afzonderlijke aanvraag ingediend.
Artikel 4 Typegoedkeuringsproces
Iedere Lid-Staat verleent
-
typegoedkeuring voor
-
de typen voertuigen die in overeenstemming zijn met de gegevens van het informatiedossier en voldoen aan de technische voorschriften van de in bijlage IV genoemde relevante bijzondere richtlijnen;
-
de typen voertuigen voor speciale doelen genoemd in bijlage XI, die in overeenstemming zijn met de gegevens van het informatiedossier en voldoen aan de technische voorschriften van de bijzondere richtlijnen vermeld in de desbetreffende kolom van bijlage XI.
In dit geval worden de in bijlage V beschreven procedures gevolgd;
-
-
meerfasentypegoedkeuring van basis-, niet-complete of voltooide voertuigtypen die in overeenstemming zijn met de gegevens van het informatiedossier en die voldoen aan de technichse voorschriften van de relevante bijzondere richtlijnen vermeld in bijlage IV of XI, naar gelang van de bouwfase waarin het voertuigtype zich bevindt.
In dit geval worden de in bijlage XIV beschreven procedures gevolgd;
-
typegoedkeuring van een systeem voor alle voertuigtypen de in overeenstemming zijn met de gegevens van het informatiedossier en voldoen aan de technische voorschriften van de relevante bijzondere richtlijn als genoemd in bijlage IV of XI;
-
typegoedkeuring van alle typen onderdeel of technische eenheid die in overeenstemming zijn met de gegevens van het informatiedossier en voldoen aan de technische voorschriften van de relevante bijzondere richtlijn als genoemd in bijlage IV of XI die dienaangaande uitdrukkelijke bepalingen bevat.
In geval van een voertuigtypegoedkeuring in het kader van bijlage XI of van artikel 8, lid 2, onder c), of in geval van typegoedkeuring van een systeem, onderdeel, of technische eenheid in het kader van bijlage XI of van artikel 8, lid 2, onder c), waarin beperkingen van of uitzonderingen op een aantal bepalingen van de relevante bijzondere richtlijn zijn opgenomen, bevat het typegoedkeuringscertificaat de beperkingen van de geldigheid en de toegekende uitzonderingen en wordt overeenkomstig de bepalingen van bijlage VII een speciaal typegoedkeuringsnummer toegekend.
Wanneer bijzonderheden in het informatiedossier als bedoeld in de punten a), b), c) en d) betrekking hebben op voorschriften voor voertuigen voor speciale doeleinden als aangegeven in de desbetreffende kolommen van bijlage XI en van de aanhangsels daarvan, worden op het typegoedkeuringsformulier eveneens die bepalingen en uitzonderingen vermeld.
Indien een Lid-Staat echter van oordeel is dat een voertuig, systeem, onderdeel of technische eenheid hoewel het aan de bepalingen van lid 1 voldoet toch een ernstig gevaar voor de verkeersveiligheid betekent, kan hij de goedkeuring weigeren. Hij stelt de overige Lid-Staten en de Commissie hiervan onverwijld in kennis onder opgave van de redenen voor zijn besluit.
Iedere Lid-Staat vult alle van toepassing zijnde rubrieken van het goedkeuringsformulier in (hiervan worden modellen gegeven in bijlage VI bij deze richtlijn en in een bijlage bij elke bijzondere richtlijn) voor ieder type voertuig, systeem, onderdeel of technische eenheid dat hij goedkeurt en vult bovendien de desbetreffende rubrieken van het aan het goedkeuringsformulier van het voertuig gehechte formulier met beproevingsresultaten in (zie model in bijlage VIII) en stelt de inhoudsopgave bij het informatiepakket samen of controleert deze. De goedkeuringsformulieren worden genummerd volgens het systeem van bijlage VII. Het ingevulde formulier en de bijlagen worden aan de aanvrager toegezonden.
Indien het goed te keuren onderdeel of de goed te keuren technische eenheid zijn functie slechts vervult of een bijzonder kenmerk slechts vertoont in combinatie met andere onderdelen van het voertuig en daarom de naleving van een of meer voorschriften slechts kan worden geverifieerd wanneer de/het goed te keuren technische eenheid of onderdeel in combinatie met andere gesimuleerde of echte onderdelen van het voertuig functioneert, moet de geldigheid van de typegoedkeuring van het onderdeel of de technische eenheid dienovereenkomstig worden beperkt. In het goedkeuringsformulier voor een onderdeel of technische eenheid worden de eventuele beperkingen van het gebruik vermeld, alsmede eventuele voorwaarden waaraan bij montage moet worden voldaan. Op het tijdstip van typegoedkeuring van het voertuig wordt nagegaan of aan deze beperkingen en voorschriften de hand is gehouden.
De goedkeuringsinstantie van iedere Lid-Staat zendt binnen een maand aan de goedkeuringsinstanties van de overige Lid-Staten een afschrift toe van het typegoedkeuringsformulier (met bijlagen) voor ieder type voertuig waarvoor zij de goedkeuring heeft verleend, geweigerd dan wel ingetrokken.
De goedkeuringsinstantie van iedere Lid-Staat zendt maandelijks aan de goedkeuringsinstanties van de overige Lid-Staten een lijst (die de in bijlage XIII vermelde gegevens bevat) van de goedkeuringen van systemen, onderdelen of technische eenheden die zij die maand heeft verleend, geweigerd of ingetrokken. Op verzoek van de goedkeuringsinstantie van een andere Lid-Staat zendt zij voorts onverwijld een kopie van het typegoedkeuringsformulier en/of het informatiepakket voor ieder type systeem, onderdeel of technische eenheid waarvan zij de goedkeuring heeft verleend, geweigerd dan wel ingetrokken.