Richtlijn 93/49/EEG van de Commissie van 23 juni 1993 tot vaststelling van het schema met de voorwaarden waaraan siergewassen en teeltmateriaal daarvan overeenkomstig Richtlijn 91/682/EEG van de Raad moeten voldoen
Richtlijn 93/49/EEG van de Commissie van 23 juni 1993 tot vaststelling van het schema met de voorwaarden waaraan siergewassen en teeltmateriaal daarvan overeenkomstig Richtlijn 91/682/EEG van de Raad moeten voldoen
[Tekst geldig vanaf 31-12-1999 tot 01-10-2018]
RICHTLIJN 93/49/EEG VAN DE COMMISSIE
van 23 juni 1993
tot vaststelling van het schema met de voorwaarden waaraan siergewassen en teeltmateriaal daarvan overeenkomstig Richtlijn 91/682/EEG van de Raad moeten voldoen
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 91/682/EEG van de Raad van 19 december 1991 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van siergewassen, alsmede van siergewassen ( 1 ), en met name op artikel 4,
Overwegende dat het dienstig is bij de toepassing van de onderhavige richtlijn rekening te houden met de produktiecyclus van de verschillende soorten materiaal;
Overwegende dat, rekening houdende met de huidige produktieomstandigheden in de Gemeenschap, de eisen in de onderhavige richtlijn als de in dit stadium aanvaardbare minimumnorm kunnen worden beschouwd; dat de eisen geleidelijk verder zullen worden uitgewerkt en verfijnd om uiteindelijk tot een nog hoger kwaliteitspeil te geraken;
Overwegende dat de in deze richtlijn vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Comité voor teeltmateriaal en siergewassen,
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Artikel 3
1. Onverminderd het bepaalde in artikel 2 moet het materiaal nagenoeg vrij zijn van, althans met het blote oog waarneembare, schadelijke organismen en ziekten, die de kwaliteit van het materiaal aantasten, dan wel tekenen of symptomen daarvan, die de bruikbaarheid van de siergewassen of het teeltmateriaal daarvan schaden, en vooral van de schadelijke organismen en ziekten die in de bijlage voor de betrokken geslachten of soorten worden vermeld.
Artikel 4
1. Het materiaal moet geïdentificeerd zijn en zuiver zijn wat geslacht of soort of, in voorkomend geval, plantengroep betreft, en, wanneer het overeenkomstig artikel 9, lid 2, van Richtlijn 91/682/EEG in de handel wordt of zal worden gebracht, ook wat ras betreft.
Artikel 7
Deze richtlijn geldt onverminderd het bepaalde in Verordening (EEG) nr. 315/68 van de Raad ( 2 ).
Artikel 8
1. De Lid-Staten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 31 december 1993 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.
Wanneer de Lid-Staten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar de onderhavige richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De regels van deze verwijzing worden vastgesteld door de Lid-Staten.
2. De Lid-Staten delen de Commissie onverwijld alle bepalingen van intern recht mee die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.
Artikel 9
Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten.
BIJLAGE
LIJST VAN SPECIFIEKE, DE KWALITEIT AANTASTENDE SCHADELIJKE ORGANISMEN EN ZIEKTEN
Geslachten of soorten |
Specifieke schadelijke organismen en ziekten |
— Begonia x hiemalis Fotsch |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Aleurodidae, in het bijzonder Bemisia tabaci — Aphelenchoides spp. — Ditylenchus destructor — Meloidogyne spp. — Myzus ornatus — Otiorrhynchus sulcatus — Sciara — Thysanoptera, in het bijzonder: — Frankliniella occidentalis |
Bacteriën: — Erwinia chrysanthemi — Rhodococcus fascians — Xanthomonas campestris pv. begoniae | |
Schimmels: — Meeldauw — Stengelrotpathogenen (Phytophthora spp., Pythium spp. en Rhizoctonia spp.) | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Krulziekte — Tospovirussen (Tomato spotted wilt virus, Impatiens necrotic spot virus) | |
— Citrus |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Aleurothrixus floccosus (Mashell) — Meloidogyne spp. — Parabemisia myricae (Kuwana) — Tylenchulus semipenetrans |
Schimmels: — Phytophthora spp. | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Viroïden zoals exocortis, cachexia-xyloporosis — Ziekten die psorosisachtige symptomen veroorzaken bij jonge bladeren zoals: — psorosis, ring spot, cristacortis, impietratura, concave gum — Infectious variegation — Citrus leaf rugose | |
— Dendranthema x Grandiflorum (Ramat) Kitam |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Agromyzidae — Aleurodidae, in het bijzonder Bemisia tabaci — Aphelencoides spp. — Diarthronomia chrysanthemi — Lepidoptera, in het bijzonder: — Cacoecimorpha pronubana, — Epichoristodes acerbella — Thysanoptera, in het bijzonder: — Frankliniella occidentalis |
Bacteriën: — Agrobacterium tumefaciens — Erwinia chrysanthemi | |
Schimmels: — Fusarium oxisporum sp. chrysanthemi — Puccinia chrysanthemi — Pythium spp. — Rhizoctonia solani — Verticillium spp. | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Chrysanthemum B mosaic virus — Tomato aspermy cucumovirus | |
— Dianthus Caryophyllus L. en de hybriden daarvan |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Agromyzidae — Aleurodidae, in het bijzonder: — Bemisia tabaci — Thysanoptera, in het bijzonder: — Frankliniella occidentalis — Lepidoptera, in het bijzonder: — Cacoecimorpha pronubana, Epichoristodes acerbella |
Schimmels: — Alternaria dianthi — Alternaria dianthicola — Fusarium oxisporum f. sp. dianthi — Mycosphaerella dianthi — Phytophtora nicotiana sp. parasitica — Rhizoctonia solani — Stengelrot: Fusarium spp. en Pythium spp. — Uromyces dianthi | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Carnation etched ring caulimovirus — Carnation mottle carmovirus — Carnation necrotic fleck closterovirus — Tospovirussen (Tomato spotted wilt virus, Impatiens necrotic spot virus) | |
— Euphoriba pulcherrima (Wild ex Kletzch) |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Aleurodidae, in het bijzonder Bemisia tabaci |
Bacteriën: — Erwinia chrysanthemi | |
Schimmels: — Fusarium spp. — Pythium ultimum — Phytophthora spp. — Rhizoctonia solani — Thielaviopsis basicola | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Tospovirussen (Tomato spotted wilt virus, Impatiens necrotic spot virus) | |
— Gerbera L. |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Agromyzidae — Aleurodidae, in het bijzonder: — Bemisia tabaci — Aphelenchoides spp. — Lepidoptera — Meloidogyne — Thysanoptera, in het bijzonder: — Frankliniella occidentalis |
Schimmels: — Fusarium spp. — Phytophthora cryptogea — Meeldauw — Rhizoctonia solani — Verticillium spp. | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Tospovirussen (Tomato spotted wilt virus, Impatiens necrotic spot virus) | |
— Gladiolus L. |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Ditylenchus dipsaci — Thysanoptera, in het bijzonder: — Frankliniella occidentalis |
Bacteriën: — Pseudomonas marginata — Rhodococcus fascians | |
Schimmels: — Botrytis gladiolorum — Curvularia trifolii — Fusarium oxisporum sp. gladioli — Penicillium gladioli — Sclerotinia spp. — Septoria gladioli — Urocystis gladiolicola — Uromyces trasversalis | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Aster yellow mycoplasm — Corky pit agent — Cucumber mosaic virus — Gladiolus ringspot virus (syn. Narcissus latent virus) — Tobacco rattle virus | |
Andere schadelijke organismen: — Cyperus esculentus | |
— Lilium L. |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Aphelenchoides spp. — Rhyzoglyphus spp. — Pratylenchus penetrans — Rotylenchus robustus — Thysanoptera, in het bijzonder: — Frankliniella occidentalis |
Bacteriën: — Erwinia carotovora subsp. carotovora — Rhodococcus fascians | |
Schimmels: — Cylindrocarpon destructans — Fusarium oxisporum f. sp. lilii — Pythium spp. — Rhizoctonia spp. — Rhizopus spp. — Sclerotium spp. | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Cucumber mosaic virus — Lily symptomless virus — Lily virus x — Tobacco rattle virus — Tulip breaking virus | |
Andere schadelijke organismen: — Cyperus esculentus | |
— Malus Miller |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Anarsia lineatella — Eriosoma lanigerum — Schildluizen, in het bijzonder: — Epidiaspis leperii, Pseudaulacaspis pentagona, Quadraspidiotus perniciosus |
Bacteriën: — Agrobacterium tumefaciens — Pseudomonas syringae pv. syringae | |
Schimmels: — Armillariella mellea — Chondrostereum purpureum — Nectria galligena — Phytophtora cactorum — Rosellinia necatrix — Venturia spp. — Verticillium spp. | |
Virussen en virusachtige organismen: Alle | |
— Narcissus L. |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Aphelenchoides subtenuis — Ditylenchus destructor — Eumerus spp. — Merodon equestris — Pratylenchus penetrans — Rhizoglyphidae — Tarsonemidae |
Schimmels: — Fusarium oxysporum f. sp. narcissi — Sclerotinia spp. — Sclerotium bulborum | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Tobacco rattle virus — Narcissus white streak agent — Narcissus yellow stripe virus | |
Andere schadelijke organismen: — Cyperus esculentus | |
— Pelargonium L. |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Aleurodidae, in het bijzonder Bemisia tabaci — Lepidoptera — Thysanoptera, in het bijzonder Frankliniella occidentalis |
Bacteriën: — Rhodococcus fascians — Xanthomonas campestris pv. pelargonii | |
Schimmels: — Puccinia pelargonii zonalis — Stengelrotpathogenen (Botrytis spp., Pythium spp.) — Verticillium spp. | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Pelargonium flower break carmovirus — Pelargonium leaf curl tombusvirus — Pelargonium line pattern virus — Tospovirussen (Tomato spotted wilt virus, Impatiens necrotic spot virus) | |
— Phoenix |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Thysanoptera |
Schimmels: — Exosporium palmivorum — Gliocladium wermoeseni — Graphiola phoenicis — Pestalozzia Phoenicis — Pythium spp. | |
Virussen en virusachtige organismen: Alle | |
— Pinus nigra |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Blastophaga spp. — Rhyacionia buoliana |
Schimmels: — Lophodermium seditiosum | |
Virussen en virusachtige organismen: Alle | |
— Prunus L. |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Capnodis tenebrionis — Meloidogyne spp. — Schildluizen, in het bijzonder: — Epidiaspis leperii, Pseudaulacaspis pentagona, Quadraspidiotus perniciosus |
Bacteriën: — Agrobacterium tumefaciens — Pseudomonas syringae pv. mors prunorum — Pseudomonas syringae pv. syringae | |
Schimmels: — Armillariella mellea — Chondrostereum purpureum — Nectria galligena — Rosellinia necatrix — Taphrina deformans — Verticillium spp. | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Prune dwarf virus — Prunus necrotic ringspot virus | |
— Pyrus L. |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Anarsia lineatella — Eriosoma lanigerum — Schildluizen, in het bijzonder: — Epidiaspis leperii, Pseudaulacaspis pentagona, Quadraspidiotus perniciosus |
Bacteriën: — Agrobacterium tumefaciens — Pseudomonas syringae pv. syringae | |
Schimmels: — Armillariella mellea — Chondrostereum purpureum — Nectria galligena — Phytophthora spp. — Rosellinia necatrix — Verticillium spp. | |
Virussen en virusachtige organismen: Alle | |
Rosa |
Insekten, mijten en nematoden, in alle stadia van hun ontwikkeling: — Lepidoptera, in het bijzonder: — Epichoristodes acerbella, Cacoecimorpha pronubana — Meloidogyne spp. — Pratylenchus spp. — Tetranychus urticae |
Bacteriën: — Agrobacterium tumefaciens | |
Schimmels: — Chondrostereum purpureum — Coniothyrium spp. — Diplocarpon rosae — Peronospora sparsa — Phragmidium spp. — Rosellinia necatrix — Sphaeroteca pannosa — Verticillium spp. | |
Virussen en virusachtige organismen, in het bijzonder: — Apple mosaic virus — Arabis mosaic nepovirus — Prunus necrotic ringspot virus |
( 1 ) PB nr. L 376 van 31. 12. 1991, blz. 21.
( 2 ) PB nr. L 71 van 21. 3. 1968, blz. 1.