Deze richtlijn is van toepassing op de belastingen op voertuigen, tolgelden en gebruiksrechten die worden geheven op voertuigen zoals omschreven in artikel 2.
Richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen
Richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen
HOOFDSTUK I Algemene bepalingen
Artikel 1
Deze richtlijn geldt niet voor voertuigen die uitsluitend vervoer verrichten binnen de niet-Europese grondgebieden van de lidstaten.
Zij geldt evenmin voor voertuigen die geregistreerd zijn op de Canarische Eilanden, in Ceuta en Melilla en op de Azoren en Madeira, en uitsluitend vervoer verrichten binnen die grondgebieden of tussen die grondgebieden en het vasteland van Spanje, respectievelijk Portugal.
Artikel 2
Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder:
-
„trans-Europees wegennet”: het wegennet als beschreven en met kaarten geïllustreerd in afdeling 2 van bijlage I bij Beschikking nr. 1692/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 juli 1996 betreffende communautaire richtsnoeren voor de ontwikkeling van een trans-Europees vervoersnet(1). De kaarten hebben betrekking op de in het dispositief en/of in bijlage II van voornoemde beschikking genoemde afdelingen;
-
„aanlegkosten”: de kosten in verband met de aanleg, inclusief, in voorkomend geval, de financieringskosten, van:
-
nieuwe infrastructuur of nieuwe infrastructuurverbeteringen (inclusief significante structurele reparaties); of
-
infrastructuur of infrastructuurverbeteringen (inclusief significante structurele reparaties) die voltooid waren uiterlijk 30 jaar vóór 10 juni 2008, indien de tolregelingen reeds zijn ingesteld op 10 juni 2008, of die voltooid waren uiterlijk 30 jaar vóór de vaststelling van nieuwe tolregelingen die na 10 juni 2008 worden ingevoerd; kosten in verband met infrastructuur of infrastructuurverbeteringen die vóór deze termijnen waren voltooid, kunnen ook als aanlegkosten worden beschouwd indien:
-
een lidstaat een tolsysteem heeft ingesteld dat voorziet in het terugbetalen van deze kosten door middel van een overeenkomst met een exploitant van een tolsysteem of andere rechtshandelingen van gelijke werking die in werking treden vóór 10 juni 2008, of
-
een lidstaat kan aantonen dat de aanleg van de betrokken infrastructuur slechts gerechtvaardigd was als de geplande levensduur meer dan 30 jaar bedroeg.
Het aandeel van de aanlegkosten dat in aanmerking wordt genomen, mag in geen geval groter zijn dan het gedeelte van de huidige geplande levensduur van de infrastructuurcomponenten dat nog moet ingaan op 10 juni 2008 of op de datum waarop de nieuwe tolregelingen worden ingevoerd indien deze datum later valt.
Kosten betreffende infrastructuur of infrastructuurverbeteringen kunnen ook de specifieke uitgaven voor infrastructuurvoorzieningen ter beperking van de geluidshinder of ter verbetering van de veiligheid op de weg omvatten, en de daadwerkelijk door de exploitant van de infrastructuur gemaakte kosten, op basis van objectieve milieuaspecten zoals bescherming tegen bodemverontreiniging;
-
-
-
„financieringskosten”: rente over leningen en/of rendement op eventueel door aandeelhouders beschikbaar gesteld aandelenkapitaal;
-
„significante structurele reparaties”: structurele reparaties, met uitsluiting van reparaties die niet meer van enig actueel voordeel voor de weggebruiker zijn, bijvoorbeeld wanneer het reparatiewerk is vervangen door verdere vernieuwing van het wegdek of andere aanlegwerkzaamheden;
-
„autosnelweg”: een weg die speciaal is ontworpen en aangelegd voor verkeer met motorvoertuigen, zonder zijwegen naar aanliggende percelen, en die:
-
is voorzien, behalve op bepaalde plaatsen of bepaalde tijden, van gescheiden rijbanen voor beide verkeersrichtingen, welke rijbanen van elkaar gescheiden zijn hetzij door een strook die niet voor het verkeer bestemd is, hetzij, bij uitzondering, op andere wijze;
-
geen andere weg, spoorweg of trambaan, fiets- of voetpad gelijkvloers kruist; en
-
specifiek als autosnelweg is aangeduid;
-
-
„tolgeld”: een bedrag dat moet worden betaald voor een bepaalde afstand afgelegd met een voertuig op een infrastructuurvoorziening en voor een bepaald type voertuig, en dat een infrastructuurheffing en/of een externekostenheffing bevat;
-
„infrastructuurheffing”: een heffing geïnd met het oog op het terugverdienen van door een lidstaat gemaakte bouw-, onderhouds-, exploitatie- en ontwikkelingskosten in verband met de infrastructuur;
-
„externekostenheffing”: een heffing toegepast met het oog op het terugverdienen van de in een lidstaat opgetreden kosten in verband met de door het verkeer veroorzaakte luchtverontreiniging en/of door het verkeer veroorzaakte geluidhinder;
-
„kosten van door het verkeer veroorzaakte luchtverontreiniging”:de kosten van de schade die wordt veroorzaakt door de uitstoot, tijdens het gebruik van een voertuig, van deeltjes en van ozonprecursoren zoals stikstofoxide en vluchtige organische stoffen;
-
„kosten van door het verkeer veroorzaakte geluidhinder”: de kosten van de schade die wordt veroorzaakt door de geluidhinder voortgebracht door voertuigen of door de interactie van voertuigen met het wegdek;
-
„gewogen gemiddelde infrastructuurheffing”: de totale opbrengsten van een infrastructuurheffing over een bepaalde periode, gedeeld door het aantal voertuigkilometers die tijdens die periode zijn afgelegd op de aan de heffing onderworpen trajecten;
-
„gewogen gemiddelde externekostenheffing”: de totale opbrengsten van een externekostenheffing over een bepaalde periode, gedeeld door het aantal voertuigkilometers die tijdens die periode zijn afgelegd op de aan de heffing onderworpen trajecten;
-
„gebruiksrecht”: een bedrag dat recht geeft om met een voertuig gedurende een bepaalde tijd gebruik te maken van de in artikel 7, lid 1, bedoelde infrastructuurvoorzieningen;
-
„voertuig”: een motorvoertuig of een samenstel van voertuigen bedoeld of gebruikt voor het vervoer over de weg van goederen en waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht meer dan 3,5 t bedraagt;
-
„EURO 0-voertuig”, „EURO I-voertuig”, „EURO II-voertuig”, „EURO III-voertuig”, „EURO IV-voertuig”, „EURO V-voertuig”, „EEV-voertuig”: een voertuig dat voldoet aan de in bijlage 0 aangegeven emissiegrenswaarden;
-
„type voertuig”: type van een voertuig gecategoriseerd op basis van het aantal assen, de afmetingen of het gewicht van het voertuig, of een andere indeling van het voertuig volgens de schade die het aan de wegen toebrengt, bijvoorbeeld het in bijlage IV vervatte indelingssysteem op basis van de aan het wegdek toegebrachte schade, mits het indelingssysteem is gebaseerd op voertuigkenmerken die voorkomen in de voertuigdocumentatie die in alle lidstaten wordt gebruikt, dan wel duidelijk zichtbaar zijn;
-
„concessieovereenkomst”: een concessieovereenkomst voor openbare werken of een concessieovereenkomst voor diensten, als gedefinieerd in artikel 1 van Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten(2);
-
„concessietolgeld”: een tolgeld geheven door een concessiehouder krachtens een concessieovereenkomst.
HOOFDSTUK II Belastingen op voertuigen
Artikel 3
De in artikel 1 bedoelde belastingen op voertuigen zijn:
-
België:
-
verkeersbelasting op de autovoertuigen/taxe de circulation sur les véhicules automobiles;
-
-
Bulgarije:
-
данък върху превозните средства;
-
-
Tsjechië:
-
silniční daň;
-
-
Denemarken:
-
vægtafgift af motorkøretøjer m.v.;
-
-
Duitsland:
-
Kraftfahrzeugsteuer;
-
-
Estland:
-
raskeveokimaks;
-
-
Griekenland:
-
Τέλη κυκλοφορίας;
-
-
Spanje:
-
impuesto sobre vehículos de tracción mecánica,
-
impuesto sobre actividades económicas (uitsluitend wat betreft het gedeelte van de belasting dat voor motorvoertuigen wordt geheven);
-
-
Frankrijk:
-
taxe spéciale sur certains véhicules routiers,
-
taxe différentielle sur les véhicules à moteur;
-
-
Kroatië:
-
godišnja naknada za uporabu javnih cesta koja se plaća pri registraciji motornih i priključnih vozila;
-
-
Ierland:
-
vehicle excise duty;
-
-
Italië:
-
tassa automobilistica,
-
addizionale del 5 % sulla tassa automobilistica;
-
-
Cyprus:
-
Τέλη Κυκλοφορίας Οχημάτων;
-
-
Letland:
-
transportlīdzekļa ikgadējā nodeva;
-
-
Litouwen:
-
Transporto priemonių savininkų ar valdytojų naudotojo mokestis,
-
Mokestis už Lietuvoje įregistruotas krovinines transporto priemones;
-
-
Luxemburg:
-
taxe sur les véhicules automoteurs;
-
-
Hongarije:
-
gépjárműadó;
-
-
Malta:
-
liċenzja tat-triq/road licence fee;
-
-
Nederland:
-
motorrijtuigenbelasting;
-
-
Oostenrijk:
-
Kraftfahrzeugsteuer;
-
-
Polen:
-
podatek od środków transportowych;
-
-
Portugal:
-
imposto de camionagem,
-
imposto de circulação;
-
-
Roemenië:
-
Taxa asupra mijloacelor de transport;
-
-
Slovenië:
-
letno povračilo za uporabo javnih cest za motorna in priklopna vozila;
-
-
Slowakije:
-
cestná daň;
-
-
Finland:
-
varsinainen ajoneuvoveroegentlig fordonsskatt;
-
-
Zweden:
-
fordonsskatt;
-
-
Verenigd Koninkrijk:
-
vehicle excise duty,
-
motor vehicles licence.
-
Een lidstaat die een van de in lid 1 genoemde belastingen door een andere, soortgelijke belasting vervangt, stelt de Commissie daarvan in kennis opdat zij de nodige wijzigingen kan aanbrengen.