Home

Verordening (EG) nr. 2380/2001 van de Commissie van 5 december 2001 tot verlening van een vergunning voor tien jaar voor een toevoegingsmiddel in de diervoeding (Voor de EER relevante tekst)

Verordening (EG) nr. 2380/2001 van de Commissie van 5 december 2001 tot verlening van een vergunning voor tien jaar voor een toevoegingsmiddel in de diervoeding (Voor de EER relevante tekst)

2001R2380 — NL — 08.07.2008 — 001.001


Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

►B

VERORDENING (EG) Nr. 2380/2001 VAN DE COMMISSIE

van 5 december 2001

tot verlening van een vergunning voor tien jaar voor een toevoegingsmiddel in de diervoeding

(Voor de EER relevante tekst)

(PB L 321, 6.12.2001, p.18)

Gewijzigd bij:




▼B

VERORDENING (EG) Nr. 2380/2001 VAN DE COMMISSIE

van 5 december 2001

tot verlening van een vergunning voor tien jaar voor een toevoegingsmiddel in de diervoeding

(Voor de EER relevante tekst)



DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 70/524/EEG van de Raad van 23 november 1970 betreffende toevoegingsmiddelen in de diervoeding (1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2001/46/EG van het Europees Parlement en de Raad (2), en met name op artikel 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Volgens artikel 2, onder aaa), van Richtlijn 70/524/EEG dienen de vergunningen voor coccidiostatica te worden gebonden aan de persoon die verantwoordelijk is voor het in het verkeer brengen daarvan.

(2)

Volgens artikel 9 van Richtlijn 70/524/EEG kan een stof worden toegelaten als aan de in artikel 3.A van Richtlijn 70/524/EEG genoemde voorwaarden wordt voldaan.

(3)

Uit de beoordeling van het ingediende dossier blijkt dat het in de bijlage beschreven coccidiostaticum aan alle voorwaarden van artikel 3.A van Richtlijn 70/524/EEG voldoet wanneer het overeenkomstig de in die bijlage vermelde voorwaarden wordt gebruikt voor de daar vermelde categorie dieren. Daarom dient deze stof onder bedoelde voorwaarden te worden toegelaten.

(4)

Artikel 9.B van Richtlijn 70/524/EEG bepaalt dat de vergunningen voor dergelijke stoffen voor een periode van tien jaar worden verleend, te rekenen vanaf de datum waarop de vergunning definitief van kracht wordt.

(5)

Uit de beoordeling van het dossier blijkt dat er bepaalde procedures nodig kunnen zijn om de werknemers tegen blootstelling aan de toevoegingsmiddelen te beschermen. Die bescherming dient echter te worden gewaarborgd door toepassing van Richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk (3).

(6)

Het Wetenschappelijk Comité voor de diervoeding heeft een gunstig advies uitgebracht betreffende de veiligheid van het coccidiostaticum en de gunstige invloed ervan op de dierlijke productie, onder de in de genoemde bijlage vermelde voorwaarden.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor veevoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:



Artikel 1

Voor het tot de groep „Coccidiostatica en andere geneeskrachtige stoffen” behorende toevoegingsmiddel dat in de bijlage bij deze verordening wordt vermeld, kan onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden een vergunning voor gebruik als toevoegingsmiddel in de diervoeding worden verleend.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing vanaf 15 december 2001.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.




BIJLAGE



Registratienummer van het toevoegingsmiddel

Naam en registratienummer van de persoon die verantwoordelijk is voor het in het verkeer brengen van het toevoegingsmiddel

Toevoegingsmiddel

(handelsnaam)

Samenstelling, chemische formule, beschrijving

Diersoort of -categorie

Maximumleeftijd

Minimum

Maximum

Andere bepalingen

Einde van de vergunningperiode

mg werkzame stof/kg volledig diervoeder

„Coccidiostatica en andere geneeskrachtige stoffen

E 770

►M1 Alpharma (Belgium) BVBA

Maduramicine-ammonium alfa, 1 g/100 g

(Cygro 1 %)

Samenstelling toevoegingsmiddel:

Maduramicine-ammonium alfa: 1 g/100 g

benzylalcohol: 5 g/100 g

maïsspilgrutten qs 100 g

Werkzame stof:

maduramicine-ammonium alfa,

C47H83O17N,

CAS-nummer: 84878-61-5

ammoniumzout van monocarbonzuurpolyether, geproduceerd door Actinomadura yumaensis (ATCC 31585) (NRRL 12515)

productiegebonden onzuiverheden:

maduramicine-ammonium bèta: < 10 %

Kalkoenen

16 weken

5

5

Toediening verboden vanaf ten minste vijf dagen vóór het slachten

In de gebruiksaanwijzing vermelden:

„Gevaarlijk voor paardachtigen”

„Dit voeder bevat een toevoegingsmiddel van de groep van de ionoforen; mogelijke contra-indicatie: gelijktijdige toediening ervan met bepaalde andere geneesmiddelen (bv. tiamuline)”

15.12.2011”



(1) PB L 270 van 14.12.1970, blz. 1.

(2) PB L 234 van 1.9.2001, blz. 55.

(3) PB L 183 van 29.6.1989, blz. 1.