Besluit van de Raad van 15 november 2004 houdende afsluiting van het overleg met de Republiek Togo krachtens artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou (2004/793/EG)
Besluit van de Raad van 15 november 2004 houdende afsluiting van het overleg met de Republiek Togo krachtens artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou (2004/793/EG)
2004D0793 — NL — 13.11.2006 — 001.001
Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen
BESLUIT VAN DE RAAD van 15 november 2004 houdende afsluiting van het overleg met de Republiek Togo krachtens artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou (PB L 349, 25.11.2004, p.17) |
Gewijzigd bij:
Publicatieblad | ||||
No | page | date | ||
L 335 | 42 | 1.12.2006 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 15 november 2004
houdende afsluiting van het overleg met de Republiek Togo krachtens artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou
(2004/793/EG)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst, ondertekend in Cotonou op 23 juni 2000 (1) (hierna „de Overeenkomst van Cotonou” genoemd), en met name op artikel 96,
Gelet op het Intern Akkoord inzake maatregelen en procedures voor de tenuitvoerlegging van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst (2), en met name op artikel 3,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:(1) | De in artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou vastgelegde essentiële elementen worden geschonden door de regering van de Republiek Togo. |
(2) | Overeenkomstig artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou werd op 14 april 2004 overleg geopend met de ACS-landen en de Republiek Togo, waarbij de Togolese autoriteiten specifieke verbintenissen zijn aangegaan om binnen een periode van drie maanden, waarin een intensieve politieke dialoog gevoerd zal worden, de door de Europese Unie uiteengezette problemen te verhelpen. |
(3) | Aan het eind van deze periode is gebleken dat bepaalde hiervoor genoemde verbintenissen tot concrete initiatieven hebben geleid en dat andere zijn nagekomen. De belangrijkste maatregelen met betrekking tot de essentiële elementen van de Overeenkomst van Cotonou moeten echter nog genomen worden, |
BESLUIT:
Artikel 1
Het overeenkomstig artikel 96, lid 2, onder a), van de Overeenkomst van Cotonou met de Republiek Togo gevoerde overleg wordt afgesloten.
Artikel 2
De in het aangehechte ontwerpschrijven uiteengezette maatregelen worden goedgekeurd als passende maatregelen zoals bedoeld in artikel 96, lid 2, onder c), van de Overeenkomst van Cotonou.
Artikel 3
Het besluit om de Togolese regering de brief van de Raad en de Commissie van 14 december 1998 te sturen wordt ingetrokken.
Artikel 4
Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt goedgekeurd. Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Het is geldig voor een periode van 24 maanden, te rekenen vanaf de dag van goedkeuring door de Raad. Het besluit wordt regelmatig en ten minste om de zes maanden opnieuw bekeken.
BIJLAGE
AAN DE EERSTE MINISTER, REGERINGSLEIDER VAN DE REPUBLIEK TOGO
Excellentie,
De Europese Unie hecht groot belang aan de bepalingen van artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou. Eerbiediging van de mensenrechten, de democratische beginselen en de rechtsstaat, waarop het ACS-EU-partnerschap is gebaseerd, zijn essentiële onderdelen van deze overeenkomst en vormen derhalve de grondslag van onze betrekkingen.
De Europese Unie is van mening dat de actuele politieke situatie in Togo in een impasse verkeert en dat het democratische tekort en de schending van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden een inbreuk blijven vormen op de essentiële elementen uit artikel 9 van de Overeenkomst van Cotonou.
Verwijzend naar dit artikel en gezien de huidige politieke impasse, besloot de Europese Unie op 30 maart 2004 overleg te openen op grond van artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou om de situatie grondig te onderzoeken en waar nodig de problemen te verhelpen.
Dit overleg is op 14 april 2004 in Brussel geopend. Daarbij werden verschillende fundamentele punten aan de orde gesteld, en u heeft de gelegenheid gehad om het standpunt van de Togolese autoriteiten en hun beoordeling van de situatie uiteen te zetten. De Europese Unie stelde met voldoening vast dat Togo bepaalde verbintenissen, zoals in de bijlage vermeld, is aangegaan en positieve stappen heeft gezet om het democratische klimaat en de rechtsstaat te verbeteren.
Er werd overeengekomen dat in Togo gedurende drie maanden een intensieve dialoog zou plaatsvinden over de diverse aangesneden punten en dat de situatie aan het eind van die periode geëvalueerd zou worden.
Deze regelmatige en intensieve dialoog heeft plaatsgevonden op basis van een lijst van maatregelen die met het oog op de verwezenlijking van de verbintenissen moeten worden genomen.
Uit de evaluatie blijkt dat de Togolese overheid een aantal bemoedigende initiatieven heeft ondernomen, met name op de volgende terreinen:
—de autoriteiten hebben in samenwerking met de prefecten en de oproerpolitie voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd over verschillende aspecten van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden. De autoriteiten hebben instructies en folders verspreid met de bestaande regels en richtlijnen. Dit heeft tot positieve resultaten geleid, die bevestigd werden door de oppositie;
—de autoriteiten hebben de rechtbanken opgedragen over te gaan tot versnelde behandeling van de zaken van mensen die zich in voorlopige hechtenis bevinden en waarin het onderzoek is afgerond. Door deze oproep tot versnelde behandeling werd een datum vastgelegd voor 214 vonnissen, onder meer voor de zaken van een aantal politieke gevangenen. De regering garandeerde de toegang van de advocaten tot hun cliënten tijdens het gerechtelijk onderzoek. In augustus zijn ongeveer 500 gevangenen vrijgelaten met amnestie of voorlopige invrijheidsstelling;
—tot voor kort was de toegang tot publieke media buiten de verkiezingscampagne voorbehouden aan de regering en de heersende partij, maar sinds enkele weken hebben ook de oppositiepartijen toegang, hoewel nog niet in gelijke mate;
—de regering heeft de hervorming van de nationale mensenrechtencommissie en de hoge autoriteit op het gebied van audiovisuele media en communicatie in gang gezet;
—een nieuwe mediawet is op 24 augustus door de Nationale Vergadering aangenomen;
—met hulp van het ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) is het rechtsstelsel doorgelicht;
—de regering zet de activiteiten op het gebied van de decentralisatie voort en heeft kort geleden een beleidsverklaring hierover goedgekeurd;
—een eerste vergadering met de traditionele oppositie werd op 25 augustus gehouden om te komen tot een nationale dialoog in een gestructureerd en transparant kader.
Dankzij deze initiatieven worden de mensenrechten en de fundamentele vrijheden in uw land ongetwijfeld beter gerespecteerd. Er is echter nog steeds aanleiding tot bezorgdheid, met name wat betreft het herstel van de democratie.
In dit verband verwacht de Europese Unie de volgende concrete maatregelen overeenkomstig de in de bijlage vermelde verbintenissen:
—instellen van een gestructureerd en transparant kader voor de nationale dialoog, overeenkomstig verbintenis nr. 1.1;
—in het kader van deze dialoog moet de kieswet herzien worden zodat er een transparant en democratisch verkiezingsproces tot stand komt, overeenkomstig verbintenis nr. 1.3;
—definitie van een juridisch kader voor de financiering van politieke partijen, overeenkomstig verbintenis nr. 1.4;
—opzet van stemlokalen voor plaatselijke en parlementsverkiezingen, overeenkomstig de verbintenissen nrs. 1.5 en 1.6;
—voortzetting van het decentraliseringsproces, overeenkomstig verbintenis nr. 1.7;
—voortzetting van de regeling van de kwestie van politieke gevangenen en hun eventuele invrijheidstelling, zoals vastgelegd in verbintenis nr. 2.2;
—herziening van het statuut en het mandaat van de nationale mensenrechtencommissie en de hoge autoriteit op het gebied van audiovisuele media en communicatie, overeenkomstig de verbintenissen nrs. 2.5 en 3.6;
—verdere hervorming van het gerechtelijke systeem, overeenkomstig de aanbevelingen uit het UNDP-verslag.
De Europese Unie vindt het daarnaast van groot belang dat de activiteiten die reeds in gang zijn gezet in het kader van de verbintenissen nrs. 1.2, 1.4, 2.1, 2.3, 2.4, 2.6, 3.2, 3.3, 3.4 en 3.5 geconsolideerd worden.
Na dit overleg, rekening houdend met de in dit stadium gemaakte vorderingen en gezien de belangrijke maatregelen die nog genomen moeten worden, wordt besloten de volgende passende maatregelen te nemen, overeenkomstig artikel 96, lid 2, onder c), van de Overeenkomst van Cotonou:
1.Er zal verdere steun verleend worden voor projecten die gefinancierd werden uit de resterende middelen van het Zesde en het Zevende Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) en die ten goede komen aan de bevolking en die de eerbiediging van de essentiële elementen van de Overeenkomst van Cotonou bevorderen, te weten eerbiediging van de mensenrechten en de democratische beginselen van de rechtsstaat. Daarnaast zullen het nationale actieprogramma voor gedecentraliseerd milieubeheer en de overeenkomst betreffende wederzijdse verplichtingen voor de Stabexfondsen 1990-1994 uitgevoerd worden.
2.Uit de resterende middelen van het Zesde en het Zevende EOF kan institutionele steun worden verleend ten behoeve van de uitvoering van maatregelen die gericht zijn op de naleving van de verbintenissen die bij het overleg zijn aangegaan. Daartoe zal de Commissie een financieringsbesluit goedkeuren voor het programma voor de vierde volkstelling en inventarisatie van de woonomstandigheden.
3.De middelen uit hoofde van het Negende EOF zullen worden toegewezen zodra alle partijen de nieuwe kieswet, waarin een voor alle partijen aanvaardbaar en transparant en democratisch verkiezingsproces gegarandeerd is, hebben opgesteld en er een datum is vastgelegd voor de parlementsverkiezingen. Op dat moment kan de programmering van deze middelen van start gaan.
4.Na de toewijzing van de middelen uit het Negende EOF kan steun verleend worden voor de voorbereiding van de verkiezingen, op voorwaarde dat de in de nieuwe kieswet vastgelegde voorwaarden nageleefd worden.
5.Zodra vrije en eerlijke parlementsverkiezingen hebben plaatsgevonden zal de samenwerking met de Europese Unie weer volledig worden hervat met de uitvoering van het Negende EOF en de Stabexmiddelen voor 1995-1999.
6.De bijdragen aan regionale projecten zullen per geval beoordeeld worden.
7.De bijdragen ten behoeve van humanitaire projecten, handelssamenwerking en handelsgerelateerde preferenties vallen hierbuiten.
Er zullen regelmatig en om periodes van ten hoogste zes maanden evaluaties worden uitgevoerd, in samenwerking met de Europese Commissie en het voorzitterschap van de Europese Unie.
De Europese Unie zal de situatie in Togo nauwlettend blijven volgen en gedurende 24 maanden zal een versterkte politieke dialoog worden gevoerd met uw regering om erop toe te zien dat verder gegaan wordt op de reeds ingeslagen weg naar het herstel van de democratie en de rechtsstaat en dat de inspanningen op het gebied van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden geconsolideerd worden.
Wanneer de Togolese autoriteiten hun verbintenissen versneld uitvoeren, of daarentegen juist onderbreken, behoudt de Europese Unie zich het recht voor de passende maatregelen te wijzigen.
Met bijzondere hoogachting,
Gedaan te Brussel, 15 november 2004.
Voor de Commissie
Voor de Raad
BIJLAGE bij de BIJLAGE
VERBINTENISSEN VAN DE REPUBLIEK TOGO
De Republiek Togo heeft de volgende verbintenissen genomen tegenover de Europese Unie in het kader van het overleg krachtens artikel 96 van de overeenkomst van Cotonou.
Verbintenis nr. 1.1:
Om ervoor te zorgen dat de democratische beginselen volledig geëerbiedigd worden, wordt de nationale dialoog met de traditionele oppositie en het maatschappelijk middenveld met onmiddellijke ingang hervat, op open en geloofwaardige wijze en binnen een gestructureerd en transparant kader.
Verbintenis nr. 1.2:
Iedere politieke partij mag voortaan vrij handelen en zal niet gehinderd, geïntimideerd of gecensureerd worden.
Verbintenis nr. 1.3:
Overeenkomstig de kaderovereenkomst van Lomé wordt de kieswet zodanig herzien dat binnen zes maanden een transparant en democratisch verkiezingsproces tot stand komt dat voor alle partijen aanvaardbaar is.
Verbintenis nr. 1.4:
Alle politieke partijen krijgen in gelijke mate toegang tot de publieke media en er wordt een evenwichtig systeem opgezet voor de financiering van politieke partijen uit publieke middelen.
Verbintenis nr. 1.5:
Zo spoedig mogelijk zullen volgens de in verbintenis 1.3 aangekondigde kieswet nieuwe parlementsverkiezingen gehouden worden in transparante omstandigheden en onder toezicht van internationale waarnemers in alle fasen van het verkiezingsproces.
Verbintenis nr. 1.6:
Binnen twaalf maanden vinden gemeentereaadsverkiezingen plaats, in transparante omstandigheden en onder toezicht van internationale waarnemers in alle fasen van het verkiezingsproces.
Verbintenis nr. 1.7:
Binnen twaalf maanden krijgen de democratisch gekozen gemeentebesturen een mandaat en voldoende middelen om doelmatig en democratisch lokaal bestuur te voeren.
Verbintenis nr. 2.1:
Op Togolees grondgebied zijn alle vormen van buitengerechtelijke executies, marteling en onmenselijke en mensonterende behandeling verboden; daartoe moeten de medewerkers van politie en justitie degelijk worden opgeleid.
Verbintenis nr. 2.2:
Alle politieke gevangenen die duidelijk worden vastgehouden vanwege hun sympathie voor de politieke oppositie, hun kritiek op de regering of andere onterechte redenen, zullen vrijgelaten worden. De lijst van gevangenen waarop deze maatregel betrekking heeft, moet opgesteld worden in samenwerking met een of meer erkende NGO’s die ervaring hebben op dit terrein en voor alle partijen aanvaardbaar zijn. Deze verbintenis moet binnen zes maanden uitgevoerd worden.
Verbintenis nr. 2.3:
Binnen drie maanden worden alle dossiers van mensen die in voorlopige hechtenis zitten of die voorlopig in vrijheid gesteld zijn overgedragen aan het parket om hun zaak te toetsen aan de huidige wetgeving.
Verbintenis nr. 2.4:
Voor het eind van de overlegperiode mogen gevangenen in alle detentiecentra (gevangenissen, kazernes, politiebureaus, enz.) vrij bezocht worden door advocaten, mensenrechten- en humanitaire NGO’s en door henzelf gekozen artsen, zodat deze kunnen controleren of er sprake is van martelingen of andere onmenselijke behandelingen.
Verbintenis nr. 2.5:
Binnen negen maanden worden het mandaat en het statuut van de nationale mensenrechtencommissie herzien zodat haar onafhankelijkheid ten opzichte van de overheid gegarandeerd is.
Verbintenis nr. 2.6:
Tegen mensen van wie bewezen is dat zij buitengerechtelijke executies, martelingen en onmenselijke en mensonterende behandelingen hebben uitgevoerd, worden juridische of disciplinaire maatregelen genomen. Dit houdt ook in dat wet- en regelgeving waar nodig wordt aangepast.
Verbintenis nr. 2.7:
Door middel van nog nader te bepalen maatregelen wordt ervoor gezorgd dat de rechterlijke macht onpartijdig is en onafhankelijk van de uitvoerende macht functioneert. Voor het einde van de overlegperiode wordt een analyse gemaakt op basis waarvan een actieplan opgesteld kan worden.
Verbintenis nr. 3.1:
Binnen zes maanden wordt de media- en communicatiewet herzien en in overeenstemming gebracht met de internationale normen. Met name wordt verwacht dat de huidige gevangenisstraffen voor laster en aantasting van de eer geschrapt worden.
Verbintenis nr. 3.2:
De media, NGO’s en vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld worden met onmiddellijke ingang gevrijwaard van hinder, intimidatie en censuur.
Verbintenis nr. 3.3:
Alle vertegenwoordigers van politieke en maatschappelijke organisaties en alle burgers krijgen het recht op vrije meningsuiting en het recht om deel te nemen aan openbare bijeenkomsten en vreedzame manifestaties in het hele land en zullen daarbij niet gehinderd, geïntimideerd of gecensureerd worden.
Verbintenis nr. 3.4:
Alle vertegenwoordigers van politieke en maatschappelijke organisaties mogen zich vrij verplaatsen, zowel als burgers als in het kader van hun politieke of maatschappelijke functie.
Verbintenis nr. 3.5:
Voor het einde van de overlegperiode moeten alle burgers vrije toegang hebben tot informatie via de media, waaronder websites van oppositiepartijen, niet-gouvernementele organisaties, enz.
Verbintenis nr. 3.6:
Binnen zes maanden worden het mandaat en het statuut van de hoge autoriteit op het gebied van audiovisuele media en communicatie herzien zodat haar onafhankelijkheid ten opzichte van de overheid en alle politieke groeperingen daadwerkelijk gegarandeerd is.
Verbintenis nr. 4.1:
Op 1 juni en 1 juli 2004 worden bij de Europese instellingen verslagen ingediend over de voortgang op de verschillende terreinen van de dialoog en de tenuitvoerlegging van de verbintenissen.
Verbintenis nr. 4.2:
De Togolese autoriteiten zijn bereid deel te nemen aan de dialoog ter plaatse en medewerking te verlenen aan eventuele missies van ambtenaren van de Commissie en het voorzitterschap in het kader van deze dialoog.
(1) PB L 317 van 15.12.2000, blz. 3.
(2) PB L 317 van 15.12.2000, blz. 376.