Bij de onderhavige verordening worden bepaalde specifieke voorwaarden en regels vastgesteld die in het kader van Verordening (EG) nr. 1290/2005 gelden voor het gedeelde beheer van uitgaven en ontvangsten van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO), voor het bijhouden van de rekeningen en de declaraties van uitgaven en ontvangsten door de betaalorganen en voor de vergoeding van de uitgaven door de Commissie.
Verordening (EG) n r. 883/2006 van de Commissie van 21 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad met betrekking tot het bijhouden van de rekeningen van de betaalorganen, de declaraties van uitgaven en ontvangsten en de voorwaarden voor de vergoeding van uitgaven in het kader van het ELGF en het ELFPO
Verordening (EG) n r. 883/2006 van de Commissie van 21 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad met betrekking tot het bijhouden van de rekeningen van de betaalorganen, de declaraties van uitgaven en ontvangsten en de voorwaarden voor de vergoeding van uitgaven in het kader van het ELGF en het ELFPO
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid(1), en met name op artikel 42,
Overwegende hetgeen volgt:
Bij Verordening (EG) nr. 1290/2005 zijn een Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en een Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) opgericht waaruit steun wordt verleend op basis van het gedeelde beheer van uitgaven uit en bestemmingsontvangsten voor de Gemeenschapsbegroting. Bij die verordening zijn de algemene voorwaarden en regels vastgesteld die gelden voor het bijhouden van de rekeningen en de declaraties van uitgaven en ontvangsten door de betaalorganen en voor de vergoeding van die uitgaven door de Commissie. Deze voorwaarden en regels dienen te worden gepreciseerd, waarbij onderscheid moet worden gemaakt tussen de uitvoeringsbepalingen die gemeenschappelijk zijn voor de twee Fondsen, en die welke specifiek zijn voor elk van die Fondsen.
Voor een goed beheer van de kredieten die voor de twee Fondsen worden uitgetrokken op de begroting van de Europese Gemeenschappen, moet door elk betaalorgaan een boekhouding worden gevoerd uitsluitend voor de door het ELGF dan wel door het ELFPO te financieren uitgaven. Daarbij moet de boekhouding van de betaalorganen voor elk van de twee Fondsen de uitgaven en de ontvangsten uit hoofde van respectievelijk artikel 3, lid 1, artikel 4 en artikel 34 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 afzonderlijk registreren en de mogelijkheid bieden die uitgaven en ontvangsten in verband te brengen met de uit de Gemeenschapsbegroting aan de betaalorganen beschikbaar gestelde financiële middelen.
Het gemeenschappelijk landbouwbeleid wordt gefinancierd in euro’s, waarbij de niet tot de eurozone behorende lidstaten de betalingen aan de begunstigden evenwel in hun nationale valuta kunnen verrichten. Derhalve dient, om het mogelijk te maken alle uitgaven en ontvangsten te groeperen, te worden bepaald dat de betaalorganen van die lidstaten in staat moeten zijn om de gegevens over de uitgaven en de ontvangsten zowel in euro’s te verstrekken als in de valuta waarin deze zijn betaald of geïnd.
Met name gezien het feit dat de lidstaten de financiële middelen ter dekking van de in artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1290/2005 bedoelde uitgaven verschaffen of een voorfinanciering voor de in artikel 4 van die verordening bedoelde uitgaven ontvangen voordat de Commissie die uitgaven financiert in de vorm van vergoedingen van de verrichte uitgaven, dient met het oog op een goed beheer van de geldstromen te worden bepaald dat de lidstaten de voor die vergoedingen benodigde gegevens verzamelen en ter beschikking van de Commissie houden naarmate de uitgaven en ontvangsten plaatsvinden, of periodiek aan de Commissie verstrekken. Daarbij moet rekening worden gehouden met de beheerswijzen die specifiek zijn voor het ELGF en het ELFPO, en moet ervoor worden gezorgd dat de lidstaten gegevens aan de Commissie beschikbaar stellen en verstrekken volgens een tijdschema dat is aangepast aan de beheerswijze van elk van de Fondsen, onverminderd de verplichting voor de lidstaten om de opgestelde gegevens ter beschikking van de Commissie te houden voor een passend toezicht op de ontwikkeling van de uitgaven.
De algemene verplichtingen inzake het bijhouden van de rekeningen van de betaalorganen hebben betrekking op de gedetailleerde gegevens die nodig zijn om de communautaire geldmiddelen te beheren en te controleren, maar dergelijke details zijn niet vereist voor het vergoeden van de uitgaven. Derhalve dient te worden gepreciseerd welke gegevens over de door het ELGF of het ELFPO te financieren uitgaven periodiek aan de Commissie moeten worden verstrekt.
De mededelingen van gegevens door de lidstaten aan de Commissie moeten het deze laatste mogelijk maken de gegevens die haar worden verstrekt voor het beheer van de rekeningen van het ELGF en het ELFPO en voor de desbetreffende betalingen, op directe en zo doeltreffend mogelijke wijze te gebruiken. Om dit doel te bereiken dient te worden bepaald dat alle uitwisselingen tussen de lidstaten en de Commissie waarbij gegevens beschikbaar worden gesteld of meegedeeld, langs elektronische of digitale weg moeten gebeuren. Ook toezending met andere middelen kan echter als noodzakelijk worden beschouwd en daarom dient in de gevallen waarin dat gerechtvaardigd is, een dergelijke toezending verplicht te worden gesteld.
Op grond van artikel 8, lid 1, onder c), punt i), van Verordening (EG) nr. 1290/2005 moeten voor de handelingen in het kader van de door het ELGF en het ELFPO gefinancierde verrichtingen bij de Commissie uitgavendeclaraties worden ingediend die tevens als betalingsaanvraag gelden en vergezeld gaan van de nodige gegevens. Om het de lidstaten en de betaalorganen mogelijk te maken deze uitgavendeclaraties volgens geharmoniseerde regels op te stellen en het de Commissie mogelijk te maken de betalingsaanvragen in behandeling te nemen, dient te worden bepaald onder welke voorwaarden die uitgaven ten laste van de respectieve begrotingen van het ELGF en het ELFPO kunnen worden gebracht en welke regels gelden enerzijds voor de boeking van de uitgaven en de ontvangsten, en met name van de bestemmingsontvangsten en van de eventueel aan te brengen correcties, en anderzijds voor de feitelijke declaratie van een en ander.
In artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 1883/78 van de Raad van 2 augustus 1978 betreffende de algemene regels voor de financiering van de interventies door het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie(2) is bepaald dat, wanneer een interventiemaatregel wordt toegepast, het gefinancierde bedrag wordt bepaald op basis van door de betaalorganen opgestelde jaarrekeningen. Bij die verordening zijn ook de regels en voorwaarden betreffende die rekeningen vastgesteld. Nu het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) bij Verordening (EG) nr. 1290/2005 is afgeschaft en voor de interventiemaatregelen is vervangen door het ELGF, dient te worden gepreciseerd op welke wijze de financiering van die maatregelen door het ELGF moet worden ingepast in het stelsel van uitgavendeclaraties en maandelijkse betalingen.
In artikel 15, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1290/2005 is bepaald dat de uitgaven in de periode van 1 tot en met 15 oktober als in de maand oktober verrichte uitgaven en de uitgaven in de periode van 16 tot en met 31 oktober als in de maand november verrichte uitgaven worden beschouwd. Wat de uitgaven voor openbare opslag betreft, worden echter alle in de maand oktober geboekte uitgaven ten laste van het begrotingsjaar N + 1 gebracht. Onder deze omstandigheden dient te worden bepaald dat de door het ELGF te financieren uitgaven die voortvloeien uit de verrichtingen in verband met openbare opslag in september, uiterlijk op 15 oktober in rekening moeten worden gebracht.
Welke wisselkoersen moeten worden toegepast, dient af te hangen van de vraag of al dan niet in de landbouwregelingen een ontstaansfeit is vastgesteld. Om te voorkomen dat de niet tot de eurozone behorende lidstaten verschillende wisselkoersen toepassen enerzijds bij de boeking in een andere valuta dan de euro van de geïnde ontvangsten of de aan de begunstigden betaalde steun, en anderzijds bij de opstelling van de uitgavendeclaraties van de betaalorganen, dient te worden bepaald dat de betrokken lidstaten voor hun uitgavendeclaraties betreffende het ELGF dezelfde wisselkoers moeten toepassen als die welke is gebruikt bij de inning van die ontvangsten of de betalingen aan de begunstigden. Ter vereenvoudiging van de administratieve formaliteiten voor invorderingen die verscheidene verrichtingen betreffen, dient voorts te worden bepaald dat die invorderingen op basis van een enkele wisselkoers moeten worden geboekt. Deze maatregel dient evenwel beperkt te blijven tot de verrichtingen die vóór de datum waarop deze verordening van toepassing wordt, hebben plaatsgevonden.
De Commissie doet maandelijkse of periodieke betalingen aan de lidstaten op basis van de door de lidstaten ingediende uitgavendeclaraties. Zij moet evenwel rekening houden met de ontvangsten die de betaalorganen voor rekening van de Gemeenschapsbegroting hebben geïnd. Daarom dienen de voorwaarden te worden vastgesteld waaronder bepaalde verrekeningen moeten worden uitgevoerd tussen uitgaven en ontvangsten in het kader van het ELGF en het ELFPO.
Na een besluit te hebben genomen over de maandelijkse of periodieke betalingen, stelt de Commissie de financiële middelen die nodig zijn ter dekking van de door het ELGF en het ELFPO te financieren uitgaven, aan de lidstaten beschikbaar volgens een praktische opzet en onder voorwaarden die nader moeten worden bepaald, waarbij die middelen moeten worden overgemaakt op basis van de door de lidstaten aan de Commissie meegedeelde gegevens en met gebruikmaking van de door de Commissie opgezette computersystemen.
In artikel 13, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen(3) is bepaald dat, indien de Gemeenschapsbegroting aan het begin van het begrotingsjaar nog niet is vastgesteld, betalingen maandelijks per hoofdstuk kunnen worden verricht tot maximaal een twaalfde van de kredieten die voor het vorige begrotingsjaar in het betrokken hoofdstuk waren toegestaan. In dat geval dienen, om de beschikbare kredieten billijk over de lidstaten te verdelen, de maandelijkse betalingen in het kader van het ELGF en de periodieke betalingen in het kader van het ELFPO te worden verricht ten belope van een per hoofdstuk vastgesteld percentage van de door elk van de lidstaten gedeclareerde uitgaven en dient het saldo dat in een bepaalde maand nog niet is vergoed, te worden toegekend bij de besluiten van de Commissie over de latere maandelijkse of periodieke betalingen.
Wanneer blijkens de van de lidstaten in het kader van het ELGF ontvangen uitgavendeclaraties het totaalbedrag van de vervroegde vastleggingen die overeenkomstig artikel 150, lid 3, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 zouden kunnen worden toegestaan, groter is dan de helft van het totaal van de overeenkomstige kredieten van het lopende begrotingsjaar, moet de Commissie de betrokken bedragen verlagen. Met het oog op een goed beheer moet die verlaging over alle lidstaten worden verdeeld naar evenredigheid van de van hen ontvangen uitgavendeclaraties. In dat geval dienen, om de beschikbare kredieten billijk over de lidstaten te verdelen, de maandelijkse betalingen in het kader van het ELGF te worden verricht ten belope van een per hoofdstuk vastgesteld percentage van de door elk van de lidstaten gedeclareerde uitgaven en dient het saldo dat in een bepaalde maand nog niet is vergoed, te worden toegekend bij de beschikkingen van de Commissie over de latere maandelijkse betalingen.
In de communautaire regelgeving op landbouwgebied zijn ten aanzien van het ELGF uiterste termijnen voor de betaling van de steun aan de begunstigden vastgesteld die door de lidstaten moeten worden nageleefd. Elke betaling die zonder rechtvaardiging na de bij verordening vastgestelde termijn wordt verricht, moet als een onregelmatige uitgave worden beschouwd en zou derhalve niet door de Commissie mogen worden vergoed. Om er evenwel voor te zorgen dat de financiële gevolgen in verhouding staan tot de geconstateerde vertraging bij de betaling, dient te worden bepaald dat de Commissie de betalingen verlaagt met een percentage dat hoger is naarmate de geconstateerde termijnoverschrijding groter is. Overigens moet binnen een vast te stellen forfaitaire marge worden afgezien van verlagingen, met name om het mogelijk te maken geen verlagingen toe te passen in het geval van te late betalingen die het gevolg zijn van wegens een geschil gevoerde procedures.
In het kader van de hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en de instelling van de bedrijfstoeslagregeling is het voor een goede toepassing van de regels inzake financiële discipline van het grootste belang dat de lidstaten de betalingstermijnen naleven. Daarom moeten specifieke regels worden vastgesteld die het mogelijk maken het gevaar voor overschrijding van de jaarkredieten die in de Gemeenschapsbegroting beschikbaar zijn, zoveel mogelijk af te wenden.
Overeenkomstig de artikelen 17 en 27 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 kan de Commissie betalingen aan de lidstaten verlagen of schorsen in het geval dat de lidstaten betalingstermijnen niet naleven of dat zij gegevens over de uitgaven of gegevens die op grond van de genoemde verordening moeten worden verstrekt met het oog op verificatie van de coherentie van de gegevens over de uitgaven, niet meedelen. Wat het ELFPO betreft, geldt hetzelfde in het geval dat de lidstaten gegevens die moeten worden verstrekt op grond van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO)(4) en de uitvoeringsbepalingen daarvan, met inbegrip van het verslag over de mid-termevaluatie van de programma’s, niet meedelen. In dit verband dient de wijze van uitvoering van die verlagingen en schorsingen voor respectievelijk de uitgaven uit het ELGF en die uit het ELFPO te worden vastgesteld.
Overeenkomstig artikel 180 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 worden de negatieve landbouwuitgaven met ingang van 1 januari 2007 vervangen door bestemmingsontvangsten die volgens hun oorsprong worden toegewezen aan hetzij het ELGF, hetzij het ELFPO. In artikel 32, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1290/2005 is bepaald dat de betaalorganen de bedragen die zij door terugvordering in verband met onregelmatigheden of nalatigheden hebben teruggekregen, moeten boeken als bestemmingsontvangsten. Sommige bedragen die als sanctie bij onregelmatigheden of als korting bij niet-naleving van randvoorwaarden worden opgelegd, lijken op de ontvangsten door terugvordering in verband met onregelmatigheden of nalatigheden zoals bedoeld in artikel 32 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 en moeten daarom op soortgelijke wijze worden behandeld. Derhalve dient te worden bepaald dat de betrokken bedragen onder dezelfde voorwaarden moeten worden geboekt als de rechtstreeks uit terugvordering wegens onregelmatigheden of nalatigheden voortvloeiende bestemmingsontvangsten zoals bedoeld in het genoemde artikel 32.
De uitgaven die, ter ondersteuning van de plattelandsontwikkeling in het kader van het ELFPO, worden medegefinancierd door de Gemeenschapsbegroting en de nationale begrotingen, zijn gebaseerd op programma’s die uit maatregelen bestaan. Deze uitgaven moeten derhalve op die basis worden gevolgd en geboekt opdat alle verrichtingen per programma en per maatregel kunnen worden geïdentificeerd en de samenhang tussen de verrichte uitgaven en de beschikbaar gestelde middelen kan worden geverifieerd. In dit verband dient te worden gepreciseerd welke elementen de betaalorganen in aanmerking moeten nemen, en met name dient te worden bepaald dat in de boekhouding afzonderlijk moet worden vermeld wat de oorsprong is van de overheids- en de communautaire middelen die voor de financieringen worden gebruikt, en ook dat de van begunstigden in te vorderen en ingevorderde bedragen onder verwijzing naar de oorspronkelijke verrichtingen moeten worden vermeld en geïdentificeerd.
Voor de betalings- of invorderingsverrichtingen die in het kader van de door het ELFPO gefinancierde programma’s voor plattelandsontwikkeling in een andere nationale valuta dan de euro worden uitgevoerd, moeten de betrokken bedragen in euro’s worden omgerekend. Daarom moet worden voorzien in de toepassing van eenzelfde wisselkoers voor alle in een bepaalde maand geboekte verrichtingen, welke koers moet worden gebruikt voor de uitgavendeclaraties.
De Commissie heeft voor haar budgettaire en financiële beheer ramingen nodig van de bedragen die in het lopende kalenderjaar nog door het ELFPO moeten worden gefinancierd, en schattingen van de financieringsaanvragen voor het volgende kalenderjaar. Opdat zij haar verplichtingen kan nakomen moeten de betrokken gegevens haar tijdig worden meegedeeld, en in elk geval tweemaal per jaar, namelijk uiterlijk op 31 januari en 31 juli van elk jaar.
Om het de Commissie mogelijk te maken het financieringsplan voor elk programma voor plattelandsontwikkeling te valideren, rekening te houden met de eventuele aanpassingen daarvan en de nodige controles te verrichten moeten haar bepaalde gegevens worden meegedeeld. Daartoe moet de beheersautoriteit van elk programma in het gemeenschappelijke computersysteem voor het ELFPO de gegevens opnemen die nodig zijn opdat de Commissie met name het maximumbedrag van de bijdrage uit het ELFPO, de verdeling daarvan over de jaren, de verdeling per as en per maatregel en het voor elke as geldende medefinancieringspercentage kan bepalen. Tevens dienen de voorschriften voor de registratie van de gecumuleerde bedragen in het gemeenschappelijke computersysteem te worden vastgesteld.
In artikel 26, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1290/2005 is bepaald dat de frequentie van de opstelling van de uitgavendeclaraties voor de verrichtingen in het kader van het ELFPO wordt vastgesteld door de Commissie. Gezien de specifieke kenmerken van de voor het ELFPO toegepaste boekhoudregels, het gebruik van een voorfinanciering en de financiering van de maatregelen per kalenderjaar, is het dienstig deze uitgaven te laten declareren met een aan deze bijzondere omstandigheden aangepaste frequentie.
De uitwisselingen van gegevens en stukken tussen de Commissie en de lidstaten en het beschikbaar stellen en meedelen van gegevens door de lidstaten aan de Commissie vinden in de regel plaats langs elektronische of digitale weg. Om het gebruik van deze communicatiemethode in het kader van het ELGF en het ELFPO te verbeteren en te veralgemenen zal het noodzakelijk zijn de bestaande computersystemen aan te passen of nieuwe computersystemen op te zetten. Bepaald dient te worden dat dit door de Commissie wordt gerealiseerd en wordt geïmplementeerd nadat de lidstaten via het Comité voor de Landbouwfondsen zijn geïnformeerd.
De wijze waarop de gegevens door deze computersystemen worden verwerkt, en de vorm en inhoud van de op grond van Verordening (EG) nr. 1290/2005 te verstrekken stukken moeten vaak worden aangepast in verband met de ontwikkeling van de geldende regelgeving of van de behoeften in het kader van het beheer. Ook is een uniforme presentatie van de door de lidstaten te verstrekken stukken noodzakelijk. Om deze doelstellingen te bereiken, de procedures te vereenvoudigen en het mogelijk te maken dat de betrokken computersystemen onmiddellijk operationeel zijn, is het wenselijk de vorm en inhoud van de stukken te definiëren aan de hand van modellen en te bepalen dat de Commissie deze modellen aanpast en actualiseert na het Comité voor de Landbouwfondsen te hebben geïnformeerd.
Voor het beheer en de controle op de wettigheid van de uitgaven uit het ELGF en het ELFPO zijn de betaalorganen bevoegd. De gegevens over de financiële transacties moeten daarom onder verantwoordelijkheid van het betaalorgaan worden meegedeeld of in de computersystemen worden ingevoerd en worden geactualiseerd, zulks door het betaalorgaan zelf of door de instantie waaraan deze functie is gedelegeerd, in voorkomend geval via de erkende coördinerende instantie.
Sommige bij Verordening (EG) nr. 1290/2005 en de uitvoeringsbepalingen daarvan voorgeschreven stukken of procedures vergen de handtekening van een gemachtigde of het akkoord van iemand in een of meer fasen van de betrokken procedure. De voor de verstrekking van die stukken opgezette computersystemen moeten in dergelijke gevallen ondubbelzinnige identificatie van elke persoon mogelijk maken en redelijke garanties bieden dat de inhoud van de stukken niet kan worden gewijzigd, ook voor de verschillende fasen van de procedure. Dit geldt met name voor de uitgavendeclaraties en de bij de jaarrekeningen gevoegde borgingsverklaring zoals bedoeld in artikel 8, lid 1, onder c), punten i) en iii), van Verordening (EG) nr. 1290/2005 en de andere stukken die in het kader van de betrokken procedures langs elektronische weg worden verstrekt.
Wat de verstrekking van elektronische en digitale stukken betreft, zijn op communautair niveau regels vastgesteld met betrekking tot de wijze van toezending, de voorwaarden voor de geldigheid ten opzichte van de Commissie en de voorwaarden inzake de bewaring, de integriteit en de leesbaarheid op lange termijn. In aanmerking genomen dat het bij het gedeelde beheer van de Gemeenschapsbegroting in het kader van het ELGF en het ELFPO gaat om de door de Commissie of door de betaalorganen opgestelde of ontvangen stukken en om de in het kader van de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingestelde procedures, dient te worden bepaald dat de communautaire regels van toepassing zijn voor de verstrekking van elektronische en digitale stukken in het kader van deze verordening, en dienen de termijnen te worden vastgesteld gedurende welke de elektronische en digitale stukken moeten worden bewaard.
In sommige situaties kan de verstrekking van gegevens langs elektronische weg onmogelijk blijken. In het geval van een storing in een computersysteem of het ontbreken van een stabiele verbinding moet de lidstaat de stukken kunnen toezenden in een andere vorm, waarvoor de voorwaarden dienen te worden vastgesteld.
In artikel 39, lid 1, onder d) en e), van Verordening (EG) nr. 1290/2005 is bepaald dat de financiële middelen die op 1 januari 2007 in een lidstaat beschikbaar zijn als gevolg van verlagingen of intrekkingen van steunbedragen die deze lidstaat op vrijwillige basis of in het kader van sancties heeft toegepast overeenkomstig artikel 1 van Verordening (EG) nr. 1655/2004 van de Commissie van 22 september 2004 tot vaststelling van bepalingen voor de overgang van het bij artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1259/1999 van de Raad ingestelde facultatieve differentiatiesysteem naar het bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad ingestelde verplichte modulatiesysteem(5) of overeenkomstig de artikelen 3, 4 en 5 van Verordening (EG) nr. 1259/1999 van de Raad van 17 mei 1999 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid(6), door die lidstaat moeten worden gebruikt voor de financiering van maatregelen voor plattelandsontwikkeling. Indien de lidstaten deze financiële middelen niet binnen een bepaalde termijn gebruiken, moeten de betrokken bedragen aan de begroting van het ELGF worden terugbetaald. De voorwaarden voor de toepassing van deze regeling moeten worden vastgesteld en in het kader daarvan dient te worden bepaald hoe de betaalorganen de betrokken bedragen moeten boeken en beheren en hoe er in de betalingsbeschikkingen van de Commissie rekening mee wordt gehouden.
Op grond van artikel 39, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1290/2005 kunnen de lidstaten die vóór 1 mei 2004 lid waren van de Europese Unie, in gerechtvaardigde gevallen en onder bepaalde bij dat punt a) vastgestelde voorwaarden door de Commissie worden gemachtigd om de betalingen voor de programma’s voor plattelandsontwikkeling van de periode 2000-2006 voort te zetten tot en met 31 december 2006. Om de toepassing van deze afwijking mogelijk te maken dient te worden bepaald welke procedure moet worden gevolgd, welke termijnen de lidstaten in acht moeten nemen en onder welke voorwaarden de afwijking wordt toegepast.
Derhalve dienen Verordening (EG) nr. 296/96 van de Commissie van 16 februari 1996 betreffende de door de lidstaten te verstrekken gegevens en de maandelijkse boeking van de uit de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) gefinancierde uitgaven(7), alsmede tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2776/88 en Beschikking C/2004/1723 van de Commissie van 26 april 2004 tot vaststelling van de vorm van de door de lidstaten te verstrekken documenten ten behoeve van de boeking van de uit de afdeling Garantie van het EOGFL gefinancierde uitgaven(8) te worden ingetrokken.
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de Landbouwfondsen,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE BEPALINGEN DIE GEMEENSCHAPPELIJK ZIJN VOOR HET ELGF EN HET ELFPO
Artikel 1 Onderwerp
Artikel 2 Boekhouding van de betaalorganen
Elk betaalorgaan voert een boekhouding die uitsluitend bestemd is voor de boeking van de in artikel 3, lid 1, en de artikelen 4 en 34 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 bedoelde uitgaven en ontvangsten en voor het gebruik van de financiële middelen die tot zijn beschikking worden gesteld om de betrokken uitgaven te betalen. Deze boekhouding moet het mogelijk maken de financiële gegevens betreffende respectievelijk het ELGF en het ELFPO van elkaar te onderscheiden en afzonderlijk te verstrekken.
De betaalorganen van de niet tot de eurozone behorende lidstaten voeren een boekhouding waarin de bedragen aan uitgaven en ontvangsten worden uitgedrukt in de valuta waarin zij zijn betaald of geïnd. Om de groepering van al hun uitgaven en ontvangsten mogelijk te maken zijn zij evenwel in staat de betrokken gegevens in de nationale valuta en in euro’s te verstrekken.
De lidstaten die niet tegen 16 oktober 2006 een boekhouding kunnen opzetten die aan die criteria voldoet, mogen echter voor de andere uitgaven en ontvangsten van het ELGF dan die welke worden bedoeld in artikel 45, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1290/2005, de invoering ervan uitstellen tot 16 oktober 2007 na de Commissie daarvan uiterlijk op 15 september 2006 in kennis te hebben gesteld.