De onderhavige verordening bevat uitvoeringsbepalingen voor de maatregelen die zijn vastgesteld bij de artikelen 3, 6, 7, 8 en 9 van Verordening (EG) nr. 320/2006 en worden gefinancierd uit het bij artikel 1 van die verordening opgerichte herstructureringsfonds.
Verordening (EG) n r. 968/2006 van de Commissie van 27 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap
Verordening (EG) n r. 968/2006 van de Commissie van 27 juni 2006 houdende uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 320/2006 van de Raad van 20 februari 2006 tot instelling van een tijdelijke regeling voor de herstructurering van de suikerindustrie in de Europese Gemeenschap en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid(1), en met name op artikel 12,
Overwegende hetgeen volgt:
Verordening (EG) nr. 320/2006 voorziet in de toekenning van herstructureringssteun aan de ondernemingen die besluiten hun quotumproductie te beëindigen, van welke steun een deel wordt gereserveerd voor telers van suikerbieten, suikerriet en cichorei en loonwerkbedrijven om hen schadeloos te stellen voor verliezen als gevolg van de sluiting van suikerfabrieken. Die verordening voorziet voorts in de beschikbaarstelling van diversificatiesteun aan de lidstaten voor diversificatiemaatregelen in de door fabriekssluitingen getroffen regio's, in de toekenning van overgangssteun aan voltijdraffinaderijen en in de beschikbaarstelling van overgangssteun aan bepaalde lidstaten.
Alvorens een aanvraag voor herstructureringssteun in te dienen, moeten de ondernemingen overeenkomstig artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 320/2006 overleg plegen met de telers van suikerbieten, suikerriet en cichorei. Om ervoor te zorgen dat de telers en andere belanghebbende partijen een eerlijke kans wordt geboden om hun zienswijze kenbaar te maken, dienen uitvoeringsbepalingen inzake het overlegproces te worden vastgesteld.
De herstructureringssteun wordt toegekend voor het verkoopseizoen waarvoor afstand van het quotum wordt gedaan. Bijgevolg moet in het geval dat suiker, isoglucose of inulinestroop van het voorgaande verkoopseizoen aan de markt is onttrokken of is overgeboekt en daardoor de eerste quotumproductie wordt van het verkoopseizoen waarvoor de onderneming voornemens is afstand van haar quotum te doen, de onderneming worden toegestaan om één enkele aanvraag in te dienen voor de afstanddoening van het quotum in twee opeenvolgende verkoopseizoenen, waarbij de onderneming voor elk deel van het quotum het bedrag aan herstructureringssteun zal ontvangen dat geldt voor het verkoopseizoen waarvoor van dat deel afstand wordt gedaan.
Wat de afstanddoening van quotum betreft, biedt artikel 3 van Verordening (EG) nr. 320/2006 de mogelijkheid om de productie-installaties volledig dan wel slechts gedeeltelijk te ontmantelen, in welke twee gevallen verschillende bedragen aan herstructureringssteun gelden. Bij de bepaling van de aan deze twee mogelijkheden te verbinden voorwaarden moet er enerzijds rekening mee worden gehouden dat voor een volledige ontmanteling een hoger bedrag aan herstructureringssteun wordt toegekend wegens de hogere kosten die daarmee zijn gemoeid, en is het anderzijds passend de instandhouding toe te staan van niet tot de productielijn behorende delen van de fabriek die kunnen worden gebruikt voor andere, in het herstructureringsplan beoogde doeleinden, vooral wanneer door dat gebruik werkgelegenheid wordt geschapen. Daarentegen moeten niet rechtstreeks op de suikerproductie gerichte voorzieningen worden ontmanteld als er niet binnen een redelijke termijn een andere gebruiksmogelijkheid voor is gevonden en instandhouding ervan schadelijk zou zijn voor het milieu.
Ter bescherming van de belangen van de landbouwers en de loonwerkbedrijven moet van de ondernemingen worden verlangd dat zij hun het hun toekomende deel van de herstructureringssteun uitbetalen volgens door de lidstaat vastgestelde criteria en binnen een redelijke termijn nadat zij de eerste tranche van de herstructureringssteun hebben ontvangen.
Omdat er financiële grenzen zijn aan het tijdelijke herstructureringsfonds, moet de toekenning van de steun afhankelijk zijn van de chronologische volgorde waarin de aanvragen zijn ingediend. Bijgevolg moeten de criteria voor de bepaling van die chronologische volgorde worden vastgesteld.
De goedkeuring door de lidstaat van het herstructureringsplan dat samen met een aanvraag voor herstructureringssteun wordt ingediend, vormt de basis voor zijn beslissing of de aanvraag steunwaardig is. Derhalve moeten de criteria en de procedure voor de goedkeuring van het herstructureringsplan en van latere wijzigingen ervan worden vastgesteld.
Wanneer door het feit dat er financiële grenzen zijn aan het tijdelijke herstructureringsfonds, de middelen van dat fonds tijdelijk onvoldoende zijn om herstructureringssteun toe te kennen aan een aanvrager van wie de aanvraag steunwaardig blijkt te zijn, moet die aanvrager de gelegenheid worden geboden om binnen een bepaalde termijn zijn aanvraag in te trekken. Doet hij dit niet, dan moet de aanvraag geldig blijven met de oorspronkelijke datum van indiening en een aanvraag voor het volgende verkoopseizoen worden.
De bedragen van de steun voor diversificatie en de aanvullende steun voor diversificatie en van de overgangssteun voor bepaalde lidstaten dienen te worden berekend door de Commissie, die elke lidstaat in kennis moet stellen van het beschikbare bedrag. De lidstaten dienen hun nationale herstructureringsprogramma's mee te delen aan de Commissie en daarbij nadere gegevens te verstrekken over de te nemen maatregelen.
Om het voor de voltijdraffinaderijen die bepaalde voordelen zijn kwijtgeraakt die zij in het kader van Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker(2) bezaten, gemakkelijker te maken zich aan te passen aan de nieuwe situatie na de inwerkingtreding van Verordening (EG) nr. 318/2006 van de Raad van 20 februari 2006 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker(3), is bij Verordening (EG) nr. 320/2006 overgangssteun ingevoerd voor toewijzing in de lidstaten waar in het verleden raffinaderijen in de zin van Verordening (EG) nr. 1260/2001 waren gevestigd. De betrokken lidstaten moeten de steun aan de op hun grondgebied gevestigde voltijdraffinaderijen toekennen op basis van een door de betrokken onderneming opgesteld bedrijfsplan.
Om het de lidstaten mogelijk te maken controle op het herstructureringsproces uit te oefenen, moeten de ondernemingen die steun ontvangen jaarlijkse voortgangsverslagen indienen. De lidstaten moeten de Commissie voortgangsverslagen over de herstructureringsplannen van die ondernemingen, de bedrijfsplannen van de raffinaderijen en hun nationale herstructureringsprogramma's doen toekomen.
Voorschriften dienen te worden vastgesteld met betrekking tot de controles die de lidstaten moeten verrichten om zich er met name van te vergewissen dat de herstructureringsplannen en de bedrijfsplannen die ten grondslag liggen aan de toekenning van respectievelijk de herstructureringssteun en de steun voor voltijdraffinaderijen, in acht worden genomen.
Bepaald dient te worden welke boeten moeten worden opgelegd wanneer een onderneming haar verplichtingen in het kader van het herstructurerings- of bedrijfsplan niet nakomt.
Het Comité van het Fonds heeft geen advies uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
HOOFDSTUK I INLEIDENDE BEPALINGEN
Artikel 1 Toepassingsgebied en begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van de onderhavige verordening gelden de in artikel 2 van Verordening (EG) nr. 320/2006 opgenomen begripsomschrijvingen.
De in artikel 2, lid 2, van Verordening (EEG, Euratom) nr. 1182/71 van de Raad(4) opgenomen omschrijving van het begrip „werkdag” geldt eveneens.
Voor de toepassing van de onderhavige verordening wordt verstaan onder:
-
„aanvraag”: een overeenkomstig artikel 4 van Verordening (EG) nr. 320/2006 door een suikerproducerende onderneming ingediende aanvraag;
-
„aanvraag van een teler”: een overeenkomstig artikel 4 bis van Verordening (EG) nr. 320/2006 door een teler van suikerbieten of suikerriet ingediende aanvraag.
HOOFDSTUK II VOORWAARDEN VOOR DE TOEKENNING VAN HERSTRUCTURERINGSSTEUN
Artikel 2 Overleg in het kader van de sectorale overeenkomst
Het overleg dat overeenkomstig artikel 3, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 320/2006 wordt gepleegd in het kader van de relevante sectorale overeenkomst, is gebaseerd op een gedetailleerd tijdschema en een door de betrokken onderneming opgesteld ontwerp van herstructureringsplan.
De relevante sectorale overeenkomst is die welke is gesloten voor het verkoopseizoen waarin het overleg plaatsvindt.
De vertegenwoordigers van de werknemers en andere partijen waarvoor het herstructureringsplan van belang is maar die buiten de relevante sectorale overeenkomst staan, kunnen door de onderneming worden uitgenodigd als waarnemer aan het overleg deel te nemen.
Het overleg heeft betrekking op alle in artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 320/2006 genoemde elementen van het herstructureringsplan.
De uitnodiging voor het overleg wordt toegezonden door de betrokken onderneming. Zij gaat vergezeld van het ontwerp van herstructureringsplan en van een gedetailleerde agenda voor de te houden vergadering. Tegelijk wordt de bevoegde autoriteit van de lidstaat een kopie van de uitnodiging en van de begeleidende documenten toegezonden.
Tenzij eerder overeenstemming kan worden bereikt, bestaat het overleg uit ten minste twee vergaderingen en duurt het tot twintig dagen te rekenen vanaf de dag van toezending van de uitnodiging voor het overleg.
In afwijking van de eerste alinea geldt voor de overeenkomstig artikel 4, lid 1 bis, van Verordening (EG) nr. 320/2006 ingediende aanvragen voor herstructureringssteun dat het overleg tot tien dagen duurt en uit ten minste één vergadering bestaat.
De in artikel 4, lid 2, onder b), van Verordening (EG) nr. 320/2006 bedoelde bevestiging dat het herstructureringsplan in overleg is opgesteld, is gebaseerd op:
-
de door de betrokken onderneming verzonden en door de andere partijen ontvangen uitnodiging;
-
de handtekeningen van de deelnemers aan de vergaderingen en, mocht een uitgenodigde partij zich van deelneming hebben onthouden, een desbetreffende verklaring;
-
het ontwerp van herstructureringsplan zoals het na het overleg door de betrokken onderneming is gewijzigd, met vermelding van de elementen waarover de partijen het eens zijn, en ook van die waarover zij het niet eens zijn;
-
in voorkomend geval, de standpuntbepalingen van de partijen bij de sectorale overeenkomst en het oordeel van de vertegenwoordiger van de werknemers en van de andere uitgenodigde partijen.
Voor het verkoopseizoen 2006/2007 kunnen de lidstaten rekening houden met in het kader van de relevante sectorale overeenkomst gepleegd overleg dat vóór de inwerkingtreding van de onderhavige verordening heeft plaatsgevonden, ook al voldeed dat overleg niet aan de eisen van de onderhavige verordening.