Bij dit besluit wordt vastgesteld onder welke voorwaarden de aangewezen autoriteiten van de lidstaten en de Europese Politiedienst (Europol) toegang krijgen tot het Visuminformatiesysteem (VIS) om het te raadplegen met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten.
Besluit 2008/633/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten
Besluit 2008/633/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten
Artikel 1 Onderwerp en toepassingsgebied
Artikel 2 Definities
In dit besluit wordt verstaan onder:
-
„Visuminformatiesysteem” (VIS): het Visuminformatiesysteem dat is ingesteld bij Beschikking 2004/512/EG;
-
„Europol”: de Europese Politiedienst die is opgericht bij de Overeenkomst van 26 juli 1995 tot oprichting van een Europese politiedienst (Europol-overeenkomst);
-
„terroristische misdrijven”: strafbare feiten naar nationaal recht die overeenkomen met of gelijkwaardig zijn aan de strafbare feiten die zijn bedoeld in de artikelen 1 tot en met 4 van Kaderbesluit 2002/475/JBZ van de Raad van 13 juni 2002 inzake terrorismebestrijding(1);
-
„ernstige strafbare feiten”: de vormen van criminaliteit die overeenkomen met of gelijkwaardig zijn aan de strafbare feiten bedoeld in artikel 2, lid 2, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ;
-
„aangewezen autoriteiten”: de autoriteiten die belast zijn met het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven of andere ernstige strafbare feiten, en die overeenkomstig artikel 3 van dit besluit door de lidstaten zijn aangewezen.
Ook de definities van Verordening (EG) nr. 767/2008 zijn van toepassing.
Artikel 3 Aangewezen autoriteiten en centrale toegangspunten
De lidstaten wijzen de in artikel 2, lid 1, onder e), bedoelde autoriteiten aan die in het kader van dit besluit toegang krijgen tot VIS-gegevens.
Elke lidstaat stelt een lijst op van de aangewezen autoriteiten. Uiterlijk 2 december 2008 maakt elke lidstaat in een verklaring zijn aangewezen autoriteiten aan de Commissie en het secretariaat-generaal van de Raad bekend; hij kan te allen tijde zijn verklaring wijzigen of die door een andere verklaring vervangen.
Elke lidstaat wijst het/de centrale toegangspunt(en) aan via welke de toegang plaatsvindt. De lidstaten kunnen, naargelang van hun organisatorische en bestuurlijke structuur, meer dan één centraal toegangspunt aanwijzen om hun grondwettelijke of wettelijke vereisten na te komen. Uiterlijk 2 december 2008 maakt elke lidstaat in een verklaring zijn centrale toegangspunt(en) aan de Commissie en het secretariaat-generaal van de Raad bekend; hij kan te allen tijde zijn verklaring wijzigen of die door een andere verklaring vervangen.
De Commissie maakt de in de leden 2 en 3 bedoelde verklaringen bekend in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Op nationaal niveau houdt elke lidstaat een lijst bij van de operationele diensten binnen de aangewezen autoriteiten die via het/de centrale toegangspunt(en) toegang mogen hebben tot het VIS.
Alleen het naar behoren bevoegde personeel van de operationele diensten en de centrale toegangspunten mag toegang krijgen tot het VIS overeenkomstig artikel 4 bis.
Artikel 4 Procedure voor de toegang tot het VIS
Wanneer de voorwaarden van artikel 5 vervuld zijn, dienen de in artikel 3, lid 5, bedoelde operationele diensten een naar behoren gemotiveerd schriftelijk of elektronisch verzoek om toegang tot het VIS in bij de in artikel 3, lid 3, bedoelde centrale toegangspunten. Van elk verzoek om toegang gaan de centrale toegangspunten na of de in artikel 5 bedoelde voorwaarden voor toegang vervuld zijn. Indien alle voorwaarden voor toegang vervuld zijn, verwerkt het naar behoren bevoegde personeel van de centrale toegangspunten het verzoek. De verkregen VIS-gegevens worden zodanig naar de in artikel 3, lid 5, bedoelde operationele diensten gezonden dat de beveiliging van de gegevens niet geschonden wordt.
In uitzonderlijke dringende gevallen kunnen de centrale toegangspunten schriftelijke, elektronische of mondelinge verzoeken aannemen. In dat geval verwerken de centrale toegangspunten het verzoek onmiddellijk en gaan zij pas achteraf na of alle voorwaarden van artikel 5 vervuld waren, met inbegrip van het gegeven dat er sprake was van een uitzonderlijk, dringend geval. De verificatie achteraf vindt zonder onnodige vertraging na de verwerking van het verzoek plaats.
Artikel 5 Voorwaarden voor toegang tot het VIS door de aangewezen autoriteiten van de lidstaten
Toegang tot het VIS voor raadpleging door aangewezen autoriteiten is alleen mogelijk binnen het kader van de bevoegdheden van die autoriteiten en indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:
-
toegang voor raadpleging moet noodzakelijk zijn voor het voorkomen, opsporen of onderzoeken van terroristische misdrijven of andere ernstige strafbare feiten;
-
toegang voor raadpleging moet noodzakelijk zijn in een specifiek geval;
-
er bestaan gegronde redenen om aan te nemen dat raadpleging van de VIS-gegevens wezenlijk bijdraagt tot het voorkomen, opsporen of onderzoeken van een van de betrokken strafbare feiten.
Ingeval de aangewezen autoriteiten een zoekopdracht in het CIR hebben gestart overeenkomstig artikel 22 van Verordening (EU) 2019/817 van het Europees Parlement en de Raad(2), en als aan de in dit artikel vastgestelde voorwaarden voor toegang is voldaan, hebben zij toegang tot het VIS voor raadpleging als het ontvangen antwoord als bedoeld in artikel 22, lid 2, van die verordening uitwijst dat gegevens zijn opgeslagen in het VIS.
Raadpleging van het VIS is beperkt tot het zoeken aan de hand van de volgende VIS-gegevens uit het aanvraagdossier:
-
familienaam, familienaam bij de geboorte (vroegere familienamen); voornaam/namen; geslacht; datum, plaats en land van geboorte;
-
huidige nationaliteit en geboortedatum;
-
soort en nummer van het reisdocument, instantie en datum van afgifte en datum waarop de geldigheidsduur verstrijkt;
-
hoofdreisdoel en duur van het voorgenomen verblijf;
-
doel van de reis;
-
aankomst- en vertrekdatum;
-
grens van eerste binnenkomst of doorreisroute;
-
verblijfplaats;
-
vingerafdrukken;
-
soort visum en nummer van de visumsticker.
-
gegevens over de persoon die de uitnodiging heeft gedaan en/of die verplicht is de kosten van levensonderhoud van de aanvrager tijdens het verblijf te betalen.
Raadpleging van het VIS geeft, in geval van een hit, toegang tot alle in lid 2 genoemde gegevens, alsmede tot
-
elk ander gegeven dat via het aanvraagformulier is verstrekt;
-
foto’s;
-
in verband met afgegeven, geweigerde, nietig verklaarde, ingetrokken of verlengde visa ingevoerde gegevens.