Home

Besluit 2009/906/GBVB van de Raad van 8 december 2009 inzake de politiemissie van de Europese Unie (EUPM) in Bosnië en Herzegovina (BiH)

Besluit 2009/906/GBVB van de Raad van 8 december 2009 inzake de politiemissie van de Europese Unie (EUPM) in Bosnië en Herzegovina (BiH)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op artikel 28 en artikel 43, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. De Raad heeft op 19 november 2007 Gemeenschappelijk Optreden 2007/749/GBVB inzake de politiemissie van de Europese Unie (EUPM) in Bosnië en Herzegovina (BiH)(1) vastgesteld. Dit gemeenschappelijk optreden verstrijkt op 31 december 2009.

  2. De commando- en controlestructuur van de EUPM dient de contractuele aansprakelijkheden van het hoofd van de missie ten aanzien van de Commissie voor de uitvoering van de begroting van de EUPM onverlet te laten.

  3. Voor de EUPM moet de wachtdienst in werking worden gesteld.

  4. De EUPM heeft mogelijk plaats in een verslechterende situatie die de doelstellingen van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, uiteengezet in artikel 21 van het Verdrag, kan schaden,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1 Missie

1.

De bij Gemeenschappelijk Optreden 2002/210/GBVB(2) ingestelde politiemissie van de Europese Unie (EUPM) in Bosnië en Herzegovina (BiH) wordt voortgezet met ingang van 1 januari 2010.

2.

De EUPM treedt op in overeenstemming met de missieverklaring vervat in artikel 2 en verricht de kerntaken die omschreven zijn in artikel 3.

Artikel 2 Missieverklaring

Als onderdeel van de meer algemene benadering van de rechtsstaat in Bosnië en Herzegovina en de regio, behoudt de EUPM de resterende bevoegdheden op het gebied van politiehervorming en verantwoordingsplicht, steunt zij in hoofdzaak de desbetreffende wetshandhavingsinstanties van BiH bij de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit en corruptie, en concentreert zij zich daarbij met name op de wetshandhavingsinstanties op nationaal niveau, op versterking van de interactie tussen de politie en de openbare aanklager en op regionale en internationale samenwerking.

De EUPM zal operationeel advies verstrekken aan de speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie (SVEU) om hem in zijn taak te steunen. Door haar werk en haar netwerk in het land draagt de EUPM bij tot de algemene inspanningen om ervoor te zorgen dat de Europese Unie volledig over de ontwikkelingen in BiH is geïnformeerd.

De EUPM treedt op in overeenstemming met de algemene doelstellingen van bijlage 11 van het Algemeen Kaderakkoord voor vrede in Bosnië en Herzegovina, die worden ondersteund door de instrumenten van de Europese Gemeenschap.

Artikel 3 Kerntaakstelling

Voor het verwezenlijken van de missie heeft de EUPM de volgende kerntaken:

  1. versterken van de operationele capaciteit en het gezamenlijk vermogen van de wetshandhavingsinstanties die betrokken zijn bij de bestrijding van georganiseerde criminaliteit en corruptie;

  2. verlenen van bijstand en steun bij de planning en uitvoering van onderzoeken ter bestrijding van georganiseerde criminaliteit en corruptie met een systematische aanpak;

  3. bijstand verlenen bij en bevorderen van de ontwikkeling van de recherchevermogens van BiH;

  4. versterken van de samenwerking tussen politie en aanklagers;

  5. versterken van de samenwerking tussen politie en penitentiair stelsel;

  6. bijdragen tot een passende mate van verantwoordingsplicht.

Artikel 4 Structuur van de missie

1.

De structuur van de EUPM is als volgt:

  1. een hoofdkwartier in Sarajevo, bestaande uit het hoofd van de missie en personeel als omschreven in het operatieplan (OPLAN);

  2. vier regionale kantoren in Sarajevo, Banja Luka, Mostar en Tuzla;

  3. missielocaties op hoog niveau bij de desbetreffende wetshandhavingsinstanties die betrokken zijn bij de bestrijding van georganiseerde criminaliteit en corruptie, en op andere belangrijke niveaus indien zulks nodig wordt geacht (staatsinlichtingendienst, grenspolitie, autoriteit voor indirecte belastingen, directoraat voor politiecoördinatie, bureau van de openbare aanklager, enz.).

2.

Het bovenstaande zal nader worden uitgewerkt in het OPLAN. De Raad keurt het Operationeel Concept (CONOPS) en het OPLAN goed.

Artikel 5 Civiele operationele commandant

Artikel 6 Hoofd van de missie

Artikel 7 Personeel van de EUPM

Artikel 8 Status van het personeel van de missie en van de EUPM

Artikel 9 Commandostructuur

Artikel 10 Politiek toezicht en strategische aansturing

Artikel 11 Deelname door derde landen

Artikel 12 Financiële regelingen

Artikel 13 Beveiliging

Artikel 14 Coördinatie

Artikel 15 Vrijgave van gerubriceerde gegevens

Artikel 16 Evaluatie

Artikel 17 Wachtdienstvermogen

Artikel 18 Inwerkingtreding en duur

Artikel 19 Bekendmaking