Bij deze verordening worden de nodige maatregelen vastgesteld voor de verbetering van de algemene prestaties van de luchtvaartnavigatiediensten en netwerkfuncties in de regio’s van ICAO EUR en AFI waar de lidstaten verantwoordelijk zijn voor het verlenen van luchtvaartnavigatiediensten om te voorzien in de behoeften van alle luchtruimgebruikers.
Verordening (EU) n r. 691/2010 van de Commissie van 29 juli 2010 tot vaststelling van een prestatieregeling voor luchtvaartnavigatiediensten en netwerkfuncties en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2096/2005 tot vaststelling van de gemeenschappelijke eisen voor de verlening van luchtvaartnavigatiediensten (Voor de EER relevante tekst)
Verordening (EU) n r. 691/2010 van de Commissie van 29 juli 2010 tot vaststelling van een prestatieregeling voor luchtvaartnavigatiediensten en netwerkfuncties en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2096/2005 tot vaststelling van de gemeenschappelijke eisen voor de verlening van luchtvaartnavigatiediensten (Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gelet op Verordening (EG) nr. 549/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 tot vaststelling van het kader voor de totstandkoming van het gemeenschappelijke Europese luchtruim („de kaderverordening”)(1), en met name op artikel 11,
Overwegende hetgeen volgt:
Krachtens Verordening (EG) nr. 549/2004 moeten uitvoeringsvoorschriften worden vastgesteld voor de prestatieregeling voor luchtvaartnagivatiediensten en netwerkfuncties.
De prestatieregeling moet bijdragen tot de duurzame ontwikkeling van het systeem voor luchtvervoer door het verbeteren van de algemene efficiëntie van de luchtvaartnavigatiediensten op prestatiekerngebieden zoals veiligheid, milieu, capaciteit en kostenefficiëntie, overeenkomstig de in het prestatiekader van het masterplan inzake luchtverkeersbeveiliging aangemerkte gebieden, en dat alles met het oog op de prioritaire veiligheidsdoelstellingen.
De prestatieregeling moet indicatoren en bindende doelen voor prestatiekerngebieden bevatten, waardoor de geëiste veiligheidsniveaus ten volle worden bereikt en gehandhaafd, en moet tegelijkertijd het stellen van prestatiedoelen op andere prestatiekerngebieden mogelijk maken.
De prestatieregeling moet worden uitgewerkt en toegepast met een langetermijnvisie op de maatschappelijke doelstellingen van hoog niveau.
De prestatieregeling moet luchtvaartnavigatiediensten volgens een gate-to-gateprincipe, met inbegrip van luchthavens, benaderen om de algemene prestaties van het netwerk te verbeteren.
Bij de voorbereiding en de monitoring van het prestatieplan moet gedegen rekening worden gehouden met de interdependenties tussen de nationale niveaus en de niveaus van de functionele luchtruimblokken enerzijds en het netwerkniveau anderzijds, alsook met de interdependenties tussen de prestatiedoelen, en dat alles met het oog op de prioritaire veiligheidsdoelstellingen.
De prestatieplannen moeten een weerslag bevatten van de door de lidstaten voor de duur van de referentieperiode aangegane verbintenis om de doelstellingen van het gemeenschappelijke Europese luchtruim en het evenwicht tussen de behoeften van alle luchtruimgebruikers en de levering van diensten door de verleners van luchtvaartnavigatiediensten te bereiken.
Nationale toezichthoudende autoriteiten spelen een sleutelrol bij het implementeren van de prestatieregeling. De lidstaten moeten daarom zorgen dat zij in staat zijn om die extra verantwoordelijkheden doeltreffend uit te oefenen.
De prestatieplannen moeten een beschrijving bevatten van de maatregelen, zoals stimuleringsregelingen, gericht op het begeleiden van de belanghebbende partijen naar het verbeteren van de prestaties op nationaal niveau, het niveau van de luchtruimblokken en Europees niveau.
In omstandigheden die niet te voorzien waren op het moment van het aannemen van de prestatieplannen, die onoverkomelijk zijn en ontsnappen aan de controle van de lidstaten en de entiteiten waarvoor de prestatiedoelen gelden, moet het invoeren van passende waarschuwingsmechanismen het mogelijk maken om adequate maatregelen te implementeren, die gericht zijn op het in stand houden van de veiligheidsvoorwaarden en de continuïteit van de dienstverlening.
Er moeten doeltreffende raadplegingen van de belanghebbende partijen op nationaal niveau en/of op het niveau van de functionele luchtruimblokken, alsook op het niveau van de Europese Unie plaatsvinden.
Met het oog op de doeltreffendheid van militaire missies zijn de civiel-militaire samenwerking en coördinatie van het grootste belang bij het nastreven van de prestatiedoelen.
Het prestatieplan mag geenszins afbreuk doen aan de bepalingen van artikel 13 van Verordening (EG) nr. 549/2004, die erop gericht zijn essentiële belangen op het gebied van het veiligheidsbeleid of het defensiebeleid te beschermen.
Prestatiekernindicatoren moeten worden geselecteerd vanwege hun specifieke en meetbare karakter en omdat ze de toewijzing van verantwoordelijkheid voor het bereiken van prestatiedoelen mogelijk maken. De bijbehorende doelen moeten haalbaar, realistisch en tijdig zijn en erop gericht zijn de duurzame prestaties van luchtvaartnavigatiediensten doeltreffend te sturen.
Het implementeren van bindende prestatiedoelen ondersteund met stimuleringsmaatregelen die van financiële aard kunnen zijn, vergt een gepaste aansluiting bij Verordening (EG) nr. 1794/2006 van de Commissie van 6 december 2006 tot vaststelling van een gemeenschappelijk heffingenstelsel voor luchtvaartnavigatiediensten(2).
De ontwikkeling en de tenuitvoerlegging van prestatiekernindicatoren en van prestatiedoelen vereisen de gepaste consistentie met de beveiligingsdoelen en -standaarden vastgesteld in Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europese Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart, houdende intrekking van Richtlijn 91/670/EEG van de Raad, Verordening (EG) nr. 1592/2002 en Richtlijn 2004/36/EG(3), en de uitvoeringsbepalingen daarvan, samen met de maatregelen die door de Europese Unie zijn genomen voor het bereiken en handhaven van die doelen.
Tijdens de referentieperioden moet een doeltreffend proces voor de monitoring van de prestaties worden geïntroduceerd om te verzekeren dat de prestaties zo evolueren dat de doelen bereikt kunnen worden en dat indien nodig passende maatregelen kunnen worden vastgesteld.
Bij het vaststellen van EU-wijde prestatiedoelen voor de eerste referentieperiode, moet de Commissie terdege rekening houden met de feitelijke financiële situatie van de verleners van luchtvaartnavigatiediensten, in het bijzonder als gevolg van de kostenbesparende maatregelen die met name sinds 2009 al werden genomen, alsook van mogelijk te veel of te weinig geïnde en-routeheffingen die over te dragen zijn van voorgaande jaren. Er moet ook terdege rekening worden gehouden met de al geboekte vooruitgang door de bestaande functionele luchtruimblokken.
Op grond van artikel 11, lid 1, van Verordening (EG) nr. 549/2004 moet deze verordening ook van toepassing zijn op de in artikel 6 van Verordening (EG) nr. 551/2004 van het Europees Parlement en de Raad(4) bedoelde netwerkfuncties voor luchtverkeersbeveiliging, door middel van een daarvoor bestemde wijziging van de onderhavige verordening.
De in deze verordening vastgestelde maatregelen zijn in overeenstemming met de opinie van het Single Sky-comité,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Onderwerp en toepassingsgebied
Met het oog op het stellen van doelen is deze verordening van toepassing op de luchtvaartnavigatiediensten die worden geleverd door de overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EG) nr. 550/2004 van het Europees Parlement en de Raad(5) aangewezen verleners van luchtverkeersdiensten en door de overeenkomstig artikel 9, lid 1, van die verordening aangewezen verleners van meteorologische diensten.
De lidstaten kunnen besluiten deze verordening niet toe te passen op naderingsluchtverkeersnavigatiediensten die worden verleend op luchthavens met minder dan 50 000 commerciële luchtvervoersbewegingen per jaar. Zij stellen de Commissie daarvan in kennis. Wanneer geen van de luchthavens in een lidstaat de drempel van 50 000 commerciële luchtvervoersbewegingen haalt, zijn de prestatiedoelen ten minste van toepassing op de luchthaven met de meeste commerciële luchtvervoersbewegingen.
Wanneer een lidstaat oordeelt dat het geheel of een gedeelte van zijn naderingsluchtverkeersnavigatiediensten onderworpen is aan marktomstandigheden, moet hij, overeenkomstig de in artikel 1, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1794/2006 vastgestelde procedures en met de steun van de nationale toezichthoudende autoriteit, niet later dan 12 maanden voor het begin van elke referentieperiode nagaan of aan de in bijlage 1 van die verordening vastgestelde voorwaarden is voldaan. Wanneer de lidstaat vaststelt dat aan die voorwaarden is voldaan, kan hij, ongeacht het aantal uitgevoerde commerciële luchtvervoersbewegingen, besluiten bepaalde kosten op grond van die verordening niet vast te stellen en geen bindende doelen voor de kosteneffectiviteit van die diensten toe te passen.
Op grond van artikel 11, lid 6, onder c), ii), van Verordening (EG) nr. 549/2004 en artikel 15, lid 2, onder a) en b), van Verordening (EG) nr. 550/2004, en onverminderd artikel 4, lid 2, van de onderhavige verordening, is het stellen van kosteneffectiviteitsdoelen van toepassing op alle vastgestelde kosten die verhaalbaar zijn op luchtruimgebruikers.
De lidstaten kunnen deze verordening ook toepassen:
-
in het luchtruim dat onder hun verantwoordelijkheid valt in andere ICAO-regio’s, op voorwaarde dat zij de Commissie en de andere lidstaten daarvan in kennis stellen, en onverminderd de rechten en plichten van de lidstaten op grond van het in 1944 in Chicago ondertekende Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart (het „Verdrag van Chicago”);
-
op verleners van luchtvaartnavigatiediensten die de toestemming hebben gekregen om luchtvaartnavigatiediensten te verlenen zonder certificaat, overeenkomstig artikel 7, lid 5, van Verordening (EG) nr. 550/2004.
In afwijking van de voorzieningen betreffende de bescherming van informatie van Richtlijn 2003/42/EG van het Europees Parlement en de Raad(6) en de Uitvoeringsverordeningen (EG) nr. 1321/2007(7) en (EG) nr. 1330/2007(8) van de Commissie, gelden de in hoofdstuk V vastgestelde verplichtingen inzake informatieverstrekking voor nationale autoriteiten, verleners van luchtvaartnavigatiediensten, luchthavenbeheerders, luchthavencoördinatoren en luchtvaartmaatschappijen onder de in bijlage IV vastgestelde voorwaarden.
Artikel 2 Definities
Voor de toepassing van deze verordening gelden de definities van artikel 2 van Verordening (EG) nr. 549/2004.
Daarnaast zijn de volgende definities van toepassing:
- a) „luchthavenbeheerder” :
- het „beheersorgaan van een luchthaven” zoals gedefinieerd in Verordening (EEG) nr. 95/93 van de Raad van 18 januari 1993 betreffende gemeenschappelijke regels voor de toewijzing van „slots” op communautaire luchthavens(9);
- b) „data” :
- kwalitatieve, kwantitatieve en andere relevante informatie over luchtvaartnavigatieprestaties verzameld en systematisch verwerkt door, of in opdracht van, de Commissie met het oog op de implementatie van de prestatieregeling;
- c) „prestatie-indicatoren” :
- de indicatoren die worden gebruikt voor de monitoring, benchmarking en beoordeling van prestaties;
- d) „prestatiekernindicatoren” :
- de prestatie-indicatoren die worden gebruikt voor het stellen van prestatiedoelen;
- e) „commerciële luchtvervoersbewegingen” :
- de som van de starts en de landingen waarbij tegen vergoeding of betaling van huur passagiers, vracht of post worden vervoerd, berekend als een gemiddelde van de drie jaar voorafgaand aan de vaststelling van het prestatieplan, ongeacht de maximale startmassa en het aantal gebruikte passagierszitplaatsen;
- f) „bindend doel” :
- een prestatiedoel dat door de lidstaten is aangenomen als deel van een prestatieplan op nationaal niveau of op niveau van de luchtruimblokken en waarvoor een stimuleringsregeling geldt die voorziet in beloningen, ontradende maatregelen en/of corrigerende actieplannen;
- g) „luchtvaartmaatschappij” :
- een luchtvervoersonderneming met een geldige exploitatievergunning die door een lidstaat is afgegeven overeenkomstig het recht van de Europese Unie;
- h) „vertegenwoordiger van de luchtruimgebruikers” :
- een rechtspersoon of entiteit die de belangen van een of meer categorieën van gebruikers van luchtvaartnavigatiediensten vertegenwoordigt;
- i) „bepaalde kosten” :
- kosten zoals gedefinieerd in artikel 15, lid 2, onder a) en b), van Verordening (EG) nr. 550/2004;
- j) „nationale autoriteiten” :
- de regelgevende autoriteiten op nationaal niveau of op het niveau van de luchtruimblokken die hun kosten kunnen verhalen op de luchtruimgebruikers wanneer die kosten voortvloeien uit het verlenen van luchtvaartnavigatiediensten overeenkomstig artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1794/2006;
- k) „cultuur van billijkheid” :
- een cultuur waarbij „front line operators” of anderen niet worden gestraft voor acties, nalatigheden of beslissingen van hen die in overeenstemming zijn met hun ervaring en training, maar waarbij grove nalatigheid, opzettelijke overtredingen en destructieve acties niet worden getolereerd;
- l) „luchthavencoördinator” :
- de functie die in het leven is geroepen in gecoördineerde luchthavens overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 95/93;
- m) „prestatiemonitoring” :
- het ononderbroken proces van het verzamelen en analyseren van gegevens om de reële output van een systeem te toetsen aan vooraf gedefinieerde doelen.
Artikel 3 Prestatiebeoordelingsorgaan
Wanneer de Commissie beslist om een prestatiebeoordelingsorgaan aan te wijzen om de tenuitvoerlegging van de prestatieregeling te ondersteunen, zal een dergelijke toewijzing voor een vaste termijn zijn in overeenstemming met de referentieperioden.
Het prestatiebeoordelingsorgaan heeft de gepaste competentie en onpartijdigheid om de taken die het van de Commissie heeft gekregen, onafhankelijk uit te voeren, in het bijzonder bij de toepasselijke prestatiekernindicatoren.
Het prestatiebeoordelingsorgaan ondersteunt de Commissie bij de tenuitvoerlegging van de prestatieregeling, in het bijzonder bij de volgende taken:
-
het verzamelen, onderzoeken, valideren en verspreiden van relevante gegevens over prestaties;
-
het definiëren van nieuwe of het aanpassen van bestaande prestatiekerngebieden in overeenstemming met de gebieden die zijn aangemerkt in het prestatiekader van het masterplan inzake luchtverkeersbeveiliging (ATM-masterplan), zoals bedoeld in artikel 8, lid 1, en de bijbehorende prestatiekernindicatoren;
-
voor de tweede referentieperiode en daarna, het definiëren van de gepaste prestatiekernindicatoren om in alle prestatiekerngebieden de prestaties van de netwerkfuncties en van de luchtvaartnavigatiediensten, zowel in en-routediensten als in naderingsluchtverkeersdiensten te dekken;
-
het opstellen of het herzien van EU-wijde prestatiedoelen;
-
het vaststellen van de drempels voor het activeren van de waarschuwingsmechanismen als bedoeld in artikel 9, lid 3;
-
het beoordelen van de consistentie van de aangenomen prestatieplannen, inclusief prestatiedoelen, met de EU-wijde doelen;
-
in voorkomend geval, het beoordelen van de consistentie van de krachtens artikel 18, lid 3, vastgestelde waarschuwingsdrempels met de in artikel 9, lid 3, bedoelde EU-wijde waarschuwingsdrempels;
-
in voorkomend geval, het beoordelen van de herziene prestatiedoelen of de corrigerende maatregelen die door de betrokken lidstaten zijn genomen;
-
het monitoren, benchmarken en beoordelen van de prestaties van luchtvaartnavigatiediensten, op nationaal niveau of op dat van de functionele luchtruimblokken, en op het niveau van de Europese Unie;
-
het monitoren, benchmarken en beoordelen van de prestaties van de netwerkfuncties;
-
het continu beoordelen van de algemene prestaties van het ATM-netwerk, inclusief het voorbereiden van de jaarverslagen voor het Single Sky-comité;
-
het beoordelen van de mate waarin de prestatiedoelen zijn bereikt aan het einde van elke referentieperiode met het oog op het voorbereiden van de volgende periode;
-
de beoordeling van het prestatieplan van de netwerkbeheerder, inclusief de samenhang ervan met de EU-wijde prestatiedoelen.
Op verzoek van de Commissie zal het prestatiebeoordelingsorgaan ad-hocinformatie of -rapporten verstrekken over prestatiegerelateerde kwesties.
Het prestatiebeoordelingsorgaan kan bij de Commissie verslag uitbrengen en aanbevelingen indienen inzake verbeteringen aan de regeling.
Wat de relaties met de nationale toezichthoudende autoriteiten betreft, geldt het volgende:
-
om zijn taak van continue monitoring van de algemene prestaties van het ATM-netwerk uit te oefenen, ontvangt het prestatiebeoordelingsorgaan van de nationale toezichthoudende autoriteiten de noodzakelijke informatie over de prestatieplannen op nationaal niveau of op het niveau van de functionele luchtruimblokken;
-
het prestatiebeoordelingsorgaan ondersteunt de nationale toezichthoudende autoriteiten, op hun vraag, met een onafhankelijke beoordeling van prestatieproblemen op nationaal niveau of op dat van de functionele luchtruimblokken, zoals feitelijke vergelijkingen tussen verleners van luchtvaartnavigatiediensten die in soortgelijke omstandigheden opereren (benchmarking), analysen van prestatieveranderingen tijdens de voorgaande 5 jaar of analysen van prognoses;
-
de nationale toezichthoudende autoriteiten kunnen de hulp van het prestatiebeoordelingsorgaan inroepen om reeksen richtwaarden te definiëren voor het stellen van doelen op nationaal niveau of op dat van de functionele luchtruimblokken, met inachtneming van de Europese dimensie. Dergelijke waarden zijn beschikbaar voor nationale toezichthoudende autoriteiten, leveranciers van luchtvaartnavigatiediensten, luchthavenoperatoren en luchtruimgebruikers.
Het prestatiebeoordelingsorgaan werkt in voorkomend geval samen met het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart voor de in lid 3 vermelde taken voor zover die verband houden met de veiligheid, om de consistentie te garanderen met de doelen en standaarden die zijn vastgesteld en geïmplementeerd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008.
Om zijn taak van continue monitoring van de algemene prestaties van het netwerk voor luchtverkeersbeveiliging uit te oefenen, ontwikkelt het prestatiebeoordelingsorgaan gepaste werkregelingen met de leveranciers van luchtvaartnavigatiediensten, luchthavenoperatoren, luchthavencoördinatoren en luchtvaartmaatschappijen.