De technische specificatie inzake interoperabiliteit (hierna „TSI”) betreffende het element „toepassingen ten dienste van de passagiers” van het subsysteem „telematicatoepassingen” van het trans-Europees spoorwegsysteem als bedoeld in artikel 6, lid 1, van Richtlijn 2008/57/EG is opgenomen in bijlage I.
Verordening (EU) n r. 454/2011 van de Commissie van 5 mei 2011 betreffende de technische specificatie inzake interoperabiliteit van het subsysteem telematicatoepassingen ten dienste van passagiers van het trans-Europees spoorwegsysteem (Voor de EER relevante tekst)
Verordening (EU) n r. 454/2011 van de Commissie van 5 mei 2011 betreffende de technische specificatie inzake interoperabiliteit van het subsysteem telematicatoepassingen ten dienste van passagiers van het trans-Europees spoorwegsysteem (Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Richtlijn 2008/57/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 betreffende de interoperabiliteit van het spoorwegsysteem in de Gemeenschap(1), en met name artikel 6, lid 1,
Overwegende hetgeen volgt:
Overeenkomstig artikel 2, onder e), van Richtlijn 2008/57/EG is het spoorwegsysteem onderverdeeld in structurele en functionele subsystemen. Voor elk subsysteem dient een technische specificatie inzake interoperabiliteit („TSI”) te worden opgesteld.
Bij Besluit C(2006) 124 definitief van 9 februari 2007 heeft de Commissie het Europees Spoorwegbureau („het Bureau”) opdracht gegeven om technische specificaties voor interoperabiliteit te ontwikkelen krachtens Richtlijn 2001/16/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 maart 2001 betreffende de interoperabiliteit van het trans-Europese conventionele spoorwegsysteem(2). In deze opdracht werd het Bureau verzocht om de ontwerp-TSI inzake telematicatoepassingen voor passagiers op te stellen. Het Bureau diende een aanbeveling in op 31 mei 2010. Deze aanbeveling moet na een mandaat van de Commissie worden aangevuld met een bijkomende aanbeveling inzake tarieven, afgifte van vervoersbewijzen en boeking van binnenlandse reizen. Bij het opstellen van het ontwerpadvies dient het Bureau rekening te houden met nationale ontwikkelingen en technische ontwikkeling op het gebied van innoverende vervoersbewijzen en intermodaliteit.
Technische specificaties voor interoperabiliteit zijn specificaties opgesteld overeenkomstig Richtlijn 2008/57/EG. De TSI in de bijlage heeft betrekking op het subsysteem inzake telematicatoepassingen ten dienste van passagiers teneinde te voldoen aan de essentiële eisen en het waarborgen van de interoperabiliteit van het spoorwegsysteem.
Een doeltreffende koppeling van de informatie- en communicatiesystemen van de verschillende infrastructuurbeheerders en spoorwegondernemingen is belangrijk om actuele informatie aan te bieden en voor de afgifte van vervoersbewijzen aan reizigers.
Het doel van deze TSI is het definiëren van procedures en interfaces tussen alle betrokken partijen voor het aanbieden van informatie en de afgifte van vervoersbewijzen aan reizigers via algemeen beschikbare technologieën. De TSI dient te voorzien in de uitwisseling van informatie voor: informatiesystemen voor reizigers vóór en tijdens de reis, reserverings- en betalingssystemen, bagagebeheer, afgifte van vervoersbewijzen via loketten, automaten, aan boord van treinen, per telefoon, internet of andere algemeen beschikbare informatietechnologieën en het beheer van aansluitingen tussen treinen en andere vervoerswijzen.
De aan reizigers verstrekte informatie moet toegankelijk zijn overeenkomstig de eisen van de Beschikking 2008/164/EG van de Commissie van 21 december 2007 betreffende de technische specificatie inzake interoperabiliteit „personen met verminderde mobiliteit” voor het conventionele trans-Europese spoorwegsysteem en het trans-Europees hogesnelheidsspoorwegsysteem(3).
De bepalingen van deze TSI mogen geen afbreuk doen aan krachtens artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1371/2007 van het Europees Parlement en de Raad(4) door lidstaten genomen besluiten.
Voor de toepassing van deze verordening moeten gedetailleerde specificaties worden vastgesteld. In deze specificaties wordt het systeem voor uitwisseling van gegevens gedefinieerd op basis van gemeenschappelijke componenten en uitgaande van koppeling van de informatie- en communicatiesystemen van de betrokken partijen. Een beschrijving van de governance voor de ontwikkeling, introductie en exploitatie van dit systeem en een masterplan voor de ontwikkeling en introductie van dit systeem zijn eveneens vereist. Deze stukken worden opgesteld tijdens de eerste uitvoeringsfase. De TSI zal dus op een later tijdstip aangepast moeten worden op basis van deze stukken (gedetailleerde specificaties, governance en masterplan).
Overeenkomstig artikel 5, lid 8, van Richtlijn 2008/57/EG, moeten de door het Bureau gepubliceerde technische documenten waar in deze verordening naar wordt verwezen, worden beschouwd als bijlagen bij de TSI en daarom bindend worden vanaf het moment waarop de TSI in werking treedt.
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het bij artikel 29, lid 1, van Richtlijn 2008/57/EG ingestelde comité,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
De TSI is van toepassing op het element „toepassingen ten dienste van de passagiers” van het subsysteem „telematicatoepassingen” zoals gedefinieerd in punt 2.5 van bijlage II bij Richtlijn 2008/57/EG.
De naleving van de eisen van deze TSI voor spoorwegdiensten vanuit of naar derde landen is afhankelijk van de beschikbaarheid van informatie van partijen buiten de Europese Unie, tenzij bilaterale overeenkomsten voorzien in informatie-uitwisseling die verenigbaar is met de TSI.
Artikel 2
Deze TSI wordt in drie fasen uitgevoerd:
-
een eerste fase waarin gedetailleerde IT-specificaties, het governancekader en een masterplan worden vastgesteld (fase één);
-
een tweede fase voor de ontwikkeling van het systeem voor de uitwisseling van gegevens (fase twee);
-
een laatste fase voor de introductie van het systeem voor gegevensuitwisseling (fase drie).
Artikel 3
Het Europees Spoorwegbureau maakt op zijn website de in bijlage III vermelde technische documenten bekend en houdt ze actueel. Het stelt een wijzigingsbeheerproces in voor de technische documenten overeenkomstig punt 7.5.2 van bijlage I. Het Bureau rapporteert aan de Commissie over de voortgang van deze documenten. De Commissie informeert de lidstaten via het bij artikel 29 van Richtlijn 2008/57/EG opgerichte comité.
Het Europees Spoorwegbureau maakt op zijn website de in punt 4.2.19 van bijlage I vermelde referentiedocumenten bekend en houdt ze actueel. Het stelt een wijzigingsbeheerproces op voor deze documenten. Het Bureau rapporteert aan de Commissie over de voortgang van deze documenten. De Commissie informeert de lidstaten via het bij artikel 29 van Richtlijn 2008/57/EG opgerichte comité.
Het Europees Spoorwegbureau brengt uiterlijk op 31 maart 2012 advies uit over de in bijlage II van deze verordening vermelde openstaande punten.
Artikel 4
Spoorwegondernemingen, infrastructuurbeheerders, stationsbeheerders, verkopers van vervoersbewijzen en het Bureau ondersteunen de werkzaamheden van fase één zoals gespecificeerd in punt 7.2 van bijlage I door functionele en technische informatie en expertise aan te bieden.