Deze verordening stelt gemeenschappelijke technische eisen en administratieve procedures vast om:
-
de permanente luchtwaardigheid te verzekeren van luchtvaartuigen, inclusief alle eventuele te monteren componenten, die:
-
geregistreerd zijn in een lidstaat, tenzij het wettelijk veiligheidstoezicht aan een derde land is gedelegeerd en zij niet door een exploitant uit de EU worden gebruikt; of
-
geregistreerd zijn in een derde land en gebruikt worden door een exploitant uit de EU, wanneer het wettelijk veiligheidstoezicht is gedelegeerd aan een lidstaat;
-
-
de naleving te verzekeren van de essentiële bepalingen van Verordening (EG) nr. 216/2008 voor permanente luchtwaardigheid van luchtvaartuigen, inclusief eventuele te monteren onderdelen, die zijn geregistreerd in een derde land, waarvoor het wettelijk veiligheidstoezicht niet is gedelegeerd aan een lidstaat en die op grond van dry lease-in worden gehuurd door een overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1008/2008 van het Europees Parlement en de Raad(1) vergunde luchtvaartmaatschappij.