Home

Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/2429 van de Raad van 10 december 2015 waarbij Letland wordt gemachtigd een bijzondere maatregel in te stellen die afwijkt van artikel 26, lid 1, onder a), en de artikelen 168 en 168 bis van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde

Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/2429 van de Raad van 10 december 2015 waarbij Letland wordt gemachtigd een bijzondere maatregel in te stellen die afwijkt van artikel 26, lid 1, onder a), en de artikelen 168 en 168 bis van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde

02015D2429 — NL — 01.01.2022 — 002.001


Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

Gewijzigd bij:


Gerectificeerd bij:




▼B

UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2015/2429 VAN DE RAAD

van 10 december 2015

waarbij Letland wordt gemachtigd een bijzondere maatregel in te stellen die afwijkt van artikel 26, lid 1, onder a), en de artikelen 168 en 168 bis van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde



Artikel 1

In afwijking van de artikelen 168 en 168 bis van Richtlijn 2006/112/EG wordt Letland gemachtigd om het recht op aftrek van de btw ter zake van uitgaven voor personenauto's die niet uitsluitend voor bedrijfsdoeleinden worden gebruikt, tot 50 % te beperken.

Artikel 2

In afwijking van artikel 26, lid 1, onder a), van Richtlijn 2006/112/EG merkt Letland het privégebruik van een tot het bedrijf van een belastingplichtige behorende personenauto niet aan als een dienst onder bezwarende titel, wanneer het recht op aftrek voor dit voertuig krachtens artikel 1 van dit besluit is beperkt.

Artikel 3

De in artikel 1 bedoelde uitgaven omvatten de aankoop, leasing, intracommunautaire verwerving en invoer van dergelijke voertuigen alsook de uitgaven in verband met onderhoud, reparatie en brandstof voor deze voertuigen.

Artikel 4

Dit besluit geldt uitsluitend voor personenauto's met een toegestaan maximumgewicht van ten hoogste 3 500 kg en niet meer dan acht zitplaatsen, de bestuurdersplaats niet meegerekend.

Artikel 5

De artikelen 1 en 2 zijn niet van toepassing op de volgende categorieën personenauto's:

a)

voertuigen die zijn aangekocht met het oog op wederverkoop, verhuur of leasing;

b)

voertuigen die worden gebruikt voor het vervoer van personen tegen vergoeding, met inbegrip van taxidiensten;

c)

voertuigen die worden gebruikt voor het goederenvervoer;

d)

voertuigen die worden gebruikt voor het geven van rijlessen;

e)

voertuigen die worden gebruikt voor bewakingsdiensten;

f)

voertuigen die worden gebruikt als hulpverleningsvoertuig;

g)

voertuigen die worden gebruikt als demonstratievoertuig in de autoverkoop.

▼M2

Artikel 6

1.
Dit besluit is van toepassing met ingang van 1 januari 2016. Het verstrijkt op 31 december 2024.
2.
Een verzoek om verlenging van de bij dit besluit verleende machtiging wordt uiterlijk op 31 maart 2024 aan de Commissie voorgelegd, samen met een verslag met daarin ook een evaluatie van het in artikel 1 vastgestelde percentage.

▼B

Artikel 7

Dit besluit is gericht tot de Republiek Letland.