Home

Verordening (EU) 2015/603 van de Commissie van 13 april 2015 tot wijziging van de bijlagen II, III en V bij Verordening (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de maximumresidugehalten voor 2-naftyloxyazijnzuur, acetochloor, chloorpicrine, diflufenican, flurprimidol, flutolanil en spinosad in of op bepaalde producten (Voor de EER relevante tekst)

Verordening (EU) 2015/603 van de Commissie van 13 april 2015 tot wijziging van de bijlagen II, III en V bij Verordening (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de maximumresidugehalten voor 2-naftyloxyazijnzuur, acetochloor, chloorpicrine, diflufenican, flurprimidol, flutolanil en spinosad in of op bepaalde producten (Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 396/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 23 februari 2005 tot vaststelling van maximumgehalten aan bestrijdingsmiddelenresiduen in of op levensmiddelen en diervoeders van plantaardige en dierlijke oorsprong en houdende wijziging van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad(1), en met name artikel 14, lid 1, onder a), artikel 18, lid 1, onder b), en artikel 49, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Voor acetochloor, chloorpicrine, diflufenican, flurprimidol, flutolanil en spinosad zijn maximumresidugehalten (MRL's) vastgesteld in deel A van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 396/2005. Voor 2-naftyloxyazijnzuur zijn in Verordening (EG) nr. 396/2005 geen MRL's vastgesteld, en aangezien die werkzame stof niet is opgenomen in bijlage IV bij die verordening, is de standaardwaarde van 0,01 mg/kg, als vastgesteld in artikel 18, lid 1, onder b), van die verordening van toepassing.

  2. Krachtens Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1127/2011 van de Commissie(2) is 2-naftyloxyazijnzuur niet opgenomen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Alle bestaande toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die de werkzame stof 2-naftyloxyazijnzuur bevatten, zijn ingetrokken. Het is daarom passend de MRL's vast te stellen op de specifieke bepaalbaarheidsgrens of op het standaard-MRL overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 396/2005.

  3. Krachtens Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1372/2011 van de Commissie(3) is acetochloor niet opgenomen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Alle bestaande toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die de werkzame stof acetochloor bevatten, zijn ingetrokken. Overeenkomstig artikel 17 juncto artikel 14, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 396/2005 moeten de voor die werkzame stof in bijlage III bij die verordening vastgestelde MRL's dan ook worden geschrapt.

  4. Krachtens Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1381/2011 van de Commissie(4) is chloorpicrine niet opgenomen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Alle bestaande toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die de werkzame stof chloorpicrine bevatten, zijn ingetrokken. Overeenkomstig artikel 17 juncto artikel 14, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 396/2005 moeten de voor die werkzame stof in bijlage III bij die verordening vastgestelde MRL's dan ook worden geschrapt.

  5. Voor diflufenican heeft de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) overeenkomstig artikel 12, lid 1, van Verordening (EG) nr. 396/2005 een met redenen omkleed advies over de bestaande MRL's uitgebracht(5). Zij heeft aanbevolen de MRL's voor tafelolijven, gerst, haver, rogge en tarwe te verlagen. Voor een ander product heeft zij aanbevolen het bestaande MRL te verhogen. Zij concludeerde dat met betrekking tot de MRL's voor citrusvruchten, amandelen, walnoten, pitvruchten, steenvruchten, tafeldruiven, wijndruiven, kiwi's, runderen (spier, vet, lever en nier), schapen (spier, vet, lever en nier), geiten (spier, vet, lever en nier) en melk van runderen, schapen en geiten sommige gegevens niet beschikbaar waren en dat er behoefte was aan verder onderzoek door risicomanagers. Aangezien er geen risico voor consumenten is, moeten de MRL's voor die producten in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 396/2005 worden vastgesteld op het bestaande niveau of op het door de EFSA vastgestelde niveau. Deze MRL's worden later opnieuw beoordeeld; daarbij zal rekening worden gehouden met de informatie die binnen twee jaar na de bekendmaking van deze verordening beschikbaar komt. De EFSA concludeerde dat met betrekking tot de MRL's voor aardbeien, rubussoorten, ander kleinfruit en besvruchten, erwten (met peul), erwten (zonder peul), erwten (gedroogd) en gierst geen gegevens beschikbaar waren en dat er behoefte was aan verder onderzoek door risicomanagers. De MRL's voor deze producten moeten worden vastgesteld op de specifieke bepaalbaarheidsgrens of op het standaard-MRL overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 396/2005.

  6. Krachtens Uitvoeringsbesluit 2011/328/EU van de Commissie(6) is flurprimidol niet opgenomen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Alle bestaande toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die de werkzame stof flurprimidol bevatten, zijn ingetrokken. Overeenkomstig artikel 17 juncto artikel 14, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 396/2005 moeten de voor die werkzame stof in bijlage III bij die verordening vastgestelde MRL's dan ook worden geschrapt.

  7. Voor flutolanil heeft de EFSA overeenkomstig artikel 12, lid 1, van Verordening (EG) nr. 396/2005 een met redenen omkleed advies over de bestaande MRL's uitgebracht(7). Zij heeft voorgesteld de residudefinitie te wijzigen. Zij heeft aanbevolen het MRL voor aardappelen te verlagen. Voor een ander product heeft zij aanbevolen het bestaande MRL te handhaven. Zij concludeerde dat met betrekking tot de MRL's voor pepers (paprika's), bonen (vers, met peul), artisjokken, varkens (spier, vet, lever en nier), runderen (spier, vet, lever en nier), schapen (spier, vet, lever en nier), geiten (spier, vet, lever en nier), pluimvee (spier, vet en lever), melk van runderen, schapen en geiten, en vogeleieren sommige gegevens niet beschikbaar waren en dat er behoefte was aan verder onderzoek door risicomanagers. Aangezien er geen risico voor consumenten is, moeten de MRL's voor deze producten in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 396/2005 worden vastgesteld op het bestaande niveau of op het door de EFSA vastgestelde niveau. Deze MRL's worden later opnieuw beoordeeld; daarbij zal rekening worden gehouden met de informatie die binnen twee jaar na de bekendmaking van deze verordening beschikbaar komt.

  8. Voor spinosad heeft de EFSA overeenkomstig artikel 12, lid 2, juncto artikel 12, lid 1, van Verordening (EG) nr. 396/2005 een met redenen omkleed advies over de bestaande MRL's uitgebracht(8). Zij heeft aanbevolen de MRL's voor amandelen, paranoten, cashewnoten, kastanjes, kokosnoten, hazelnoten, macadamia, pecannoten, pijnboompitten, pistaches, walnoten, appelen, peren, kweeperen, mispels, loquats (Japanse mispels), abrikozen, kersen, perziken, pruimen, kiwi's, knoflook, uien, sjalotten, tomaten, aubergines, komkommers, bonen (vers, met peul), erwten (vers, met peul) en prei te verlagen. Voor andere producten heeft zij aanbevolen de bestaande MRL's te handhaven of te verhogen. Zij concludeerde dat met betrekking tot de MRL's voor bloemkoolachtigen, spinazie, artisjokken, granen, pluimvee (spier, vet en lever) en vogeleieren sommige gegevens niet beschikbaar waren en dat er behoefte was aan verder onderzoek door risicomanagers. Aangezien er geen risico voor consumenten is, moeten de MRL's voor deze producten in bijlage II bij Verordening (EG) nr. 396/2005 worden vastgesteld op het bestaande niveau of op het door de EFSA vastgestelde niveau. Deze MRL's worden later opnieuw beoordeeld; daarbij zal rekening worden gehouden met de informatie die binnen twee jaar na de bekendmaking van deze verordening beschikbaar komt. Zij concludeerde dat met betrekking tot de MRL's voor koolrapen en rapen geen gegevens beschikbaar waren en dat er behoefte was aan verder onderzoek door risicomanagers. De MRL's voor deze producten moeten worden vastgesteld op de specifieke bepaalbaarheidsgrens of op het standaard-MRL overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 396/2005. Na de indiening van het in de eerste zin genoemde advies heeft de EFSA aanvullend adviezen uitgebracht met betrekking tot de MRL's voor bramen, frambozen, ander kleinfruit en besvruchten, bleekselderij, knolvenkel, varkens (spier en lever), runderen (spier), schapen (spier, vet en lever), geiten (spier, vet en lever) en pluimvee (spier)(9)(10)(11). Het is passend rekening te houden met die adviezen. Na de indiening van het in de eerste zin genoemde advies van de EFSA zijn voor noten, dauwbramen, passievruchten en bosuien bij Verordening (EU) nr. 293/2013 van de Commissie(12) CXL's als MRL's opgenomen in Verordening (EG) nr. 396/2005. Het is passend rekening te houden met die MRL's.

  9. Met betrekking tot de producten van plantaardige en dierlijke oorsprong waarvoor geen relevante vergunningen of invoertoleranties op het niveau van de Unie werden gemeld en geen CXL's beschikbaar waren, concludeerde de EFSA dat er behoefte was aan verder onderzoek door risicomanagers. Rekening houdend met de huidige wetenschappelijke en technische kennis moeten de MRL's voor die producten worden vastgesteld op de specifieke aantoonbaarheidsgrens of op het standaard-MRL overeenkomstig artikel 18, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 396/2005.

  10. De Commissie heeft de referentielaboratoria van de Europese Unie voor bestrijdingsmiddelenresiduen geraadpleegd over de noodzaak enkele bepaalbaarheidsgrenzen aan te passen. Die laboratoria kwamen tot de conclusie dat in verband met de technische ontwikkeling voor bepaalde producten specifieke bepaalbaarheidsgrenzen voor een aantal stoffen moeten worden vastgesteld.

  11. Op grond van de met redenen omklede adviezen van de EFSA en rekening houdend met de ter zake relevante factoren voldoen de wijzigingen van de MRL's aan de vereisten van artikel 14, lid 2, van Verordening (EG) nr. 396/2005.

  12. Verordening (EG) nr. 396/2005 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

  13. Deze verordening moet voorzien in een overgangsregeling voor producten die vóór de wijziging van de MRL's rechtmatig werden vervaardigd en waarvoor uit de informatie is gebleken dat een hoog niveau van consumentenbescherming wordt gehandhaafd, zodat deze op een normale wijze in de handel gebracht, verwerkt en geconsumeerd kunnen worden.

  14. Er moet worden voorzien in een redelijke termijn voordat de gewijzigde MRL's van toepassing worden, zodat de lidstaten, derde landen en de exploitanten van levensmiddelenbedrijven zich kunnen voorbereiden op de nieuwe eisen die uit de wijziging van de MRL's zullen voortvloeien.

  15. De handelspartners van de Unie zijn via de Wereldhandelsorganisatie over de nieuwe MRL's geraadpleegd en er is rekening gehouden met hun opmerkingen.

  16. De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlagen II, III en V bij Verordening (EG) nr. 396/2005 worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening.

Artikel 2

Verordening (EG) nr. 396/2005 blijft in de versie die vóór de wijziging uit hoofde van deze verordening van kracht was, van toepassing op producten die vóór 7 november 2015 rechtmatig zijn geproduceerd.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 7 november 2015.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

BIJLAGE