De aanlandingsverplichting van artikel 15, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 is in de ICES-deelgebieden VIII, IX en X en de Cecaf-zones 34.1.1, 34.1.2 en 34.2.0 van toepassing op de in de bijlage bij de onderhavige verordening vermelde visserijen.
Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2374 van de Commissie van 12 oktober 2016 tot vaststelling van een teruggooiplan voor bepaalde demersale visserijen in de zuidwestelijke wateren
Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2374 van de Commissie van 12 oktober 2016 tot vaststelling van een teruggooiplan voor bepaalde demersale visserijen in de zuidwestelijke wateren
Artikel 1 Uitvoering van de aanlandingsverplichting
Artikel 2 Vrijstelling op basis van overlevingskansen
De in artikel 15, lid 4, onder b), van Verordening (EU) nr. 1380/2013 bedoelde vrijstelling van de aanlandingsverplichting voor soorten waarvoor wetenschappelijk vaststaat dat zij hoge overlevingskansen hebben, is van toepassing op langoustine (Nephrops norvegicus) die in de ICES-deelgebieden VIII en IX is gevangen met trawls (vistuigcodes(1) OTB, OTT, PTB, TBN, TBS, TB, OT, PT en TX).
Lidstaten met een rechtstreeks belang bij het beheer in de zuidwestelijke wateren dienen vóór 1 mei 2017 aanvullende wetenschappelijke informatie in ter onderbouwing van de in lid 1 bedoelde vrijstelling. Het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (WTECV) beoordeelt de verstrekte wetenschappelijke informatie vóór 1 september 2017.
Artikel 3 De-minimisvrijstellingen
In afwijking van artikel 15, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 mogen de volgende hoeveelheden worden teruggegooid:
-
voor heek (Merluccius merluccius): tot maximaal 7 % in 2017 en tot maximaal 6 % in 2018 van de totale jaarlijkse vangsten van deze soort door vaartuigen die in de ICES-deelgebieden VIII en IX op deze soort vissen met trawls en zegens (vistuigcodes OTT, OTB, PTB, OT, PT, TBN, TBS, TX, SSC, SPR, TB, SDN, SX en SV);
-
voor tong (Solea solea): tot maximaal 5 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soort door vaartuigen die in de ICES-sectoren VIIIa en VIIIb op deze soort vissen met boomkorren (vistuigcode TBB) en bodemtrawls (vistuigcodes OTB, OTT, PTB, TBN, TBS, TBB, OT, PT en TX);
-
voor tong (Solea solea): tot maximaal 3 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soort door vaartuigen die in de ICES-sectoren VIIIa en VIIIb op deze soort vissen met schakelnetten en kieuwnetten (vistuigcodes GNS, GN, GND, GNC, GTN, GTR en GEN).
Lidstaten met een rechtstreeks belang bij het beheer in de zuidwestelijke wateren dienen vóór 1 mei 2017 aanvullende teruggooigegevens en eventuele andere relevante wetenschappelijke informatie bij de Commissie in ter onderbouwing van de in lid 1, onder a), bedoelde vrijstelling. Het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (WTECV) beoordeelt deze gegevens en informatie vóór 1 september 2017.
Artikel 4 Vaartuigen die onder de aanlandingsverplichting vallen
Overeenkomstig de criteria van de bijlage bij deze verordening bepalen de lidstaten voor elke specifieke visserij welke vaartuigen onder de aanlandingsverplichting vallen.
Vaartuigen die in 2016 voor bepaalde visserijen onder de aanlandingsverplichting vielen, blijven voor die visserijen aan de aanlandingsverplichting onderworpen.
Vóór 31 december 2016 dienen de betrokken lidstaten bij de Commissie en de andere lidstaten via de beveiligde controlewebsite van de Unie de lijst in van de vaartuigen die krachtens lid 1 voor elke in de bijlage vermelde specifieke visserij zijn vastgesteld. De betrokken lidstaten werken deze lijsten bij.
Artikel 5 Intrekking
Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2439 wordt ingetrokken.