Home

Richtlijn (EU) 2019/944 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot wijziging van Richtlijn 2012/27/EU (herschikking) (Voor de EER relevante tekst)

Richtlijn (EU) 2019/944 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot wijziging van Richtlijn 2012/27/EU (herschikking) (Voor de EER relevante tekst)

HOOFDSTUK I ONDERWERP EN DEFINITIES

Artikel 1 Onderwerp

Bij deze richtlijn worden, met het oog op het scheppen van echt geïntegreerde, concurrerende, consumentgerichte en flexibele, eerlijke en transparante elektriciteitsmarkten in de Unie, gemeenschappelijke regels vastgesteld voor de productie, de transmissie, de distributie, de energieopslag en de levering van elektriciteit, alsook regels voor de bescherming van de consumenten.

Steunend op de voordelen van een geïntegreerde markt, is deze richtlijn erop gericht de consument betaalbare, transparante energieprijzen en -kosten, een hoge mate van voorzieningszekerheid en een soepele overgang naar een duurzaam koolstofarm energiesysteem te bieden. De richtlijn stelt belangrijke regels vast met betrekking tot de organisatie en de werking van de elektriciteitssector van de Unie, met name regels betreffende empowerment en bescherming van consumenten, betreffende de open toegang tot de geïntegreerde markt, betreffende de toegang van derde partijen tot de transmissie- en distributie-infrastructuur, ontvlechtingsvoorschriften, en regels betreffende de onafhankelijkheid van regulerende instanties in de lidstaten.

In deze richtlijn worden de manieren vastgesteld voor samenwerking tussen de lidstaten, regulerende instanties en transmissiesysteembeheerders om een volledig onderling verbonden interne markt voor elektriciteit tot stand te brengen waarmee de integratie van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen, de vrije mededinging en de voorzieningszekerheid worden bevorderd.

Artikel 2 Definities

Voor de toepassing van deze richtlijn wordt verstaan onder:

  1. „afnemer”: een grootafnemer of een eindafnemer van elektriciteit;

  2. „grootafnemer”: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die elektriciteit koopt voor wederverkoop binnen of buiten het systeem waarop deze persoon aangesloten is;

  3. „eindafnemer”: een afnemer die elektriciteit koopt voor eigen gebruik;

  4. „huishoudelijke afnemer”: een afnemer die elektriciteit koopt voor eigen huishoudelijk gebruik en niet voor commerciële of professionele activiteiten;

  5. „niet-huishoudelijke afnemer”: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die elektriciteit koopt die niet voor eigen huishoudelijk gebruik is bestemd; onder dit begrip vallen tevens producenten industriële afnemers, kleine en middelgrote ondernemingen, bedrijven en grootafnemers;

  6. „micro-onderneming”: onderneming met minder dan tien werknemers en een jaaromzet en/of een jaarlijks balanstotaal van ten hoogste 2 miljoen EUR;

  7. „kleine onderneming”: onderneming met minder dan vijftig werknemers en een jaaromzet en/of een jaarlijks balanstotaal van ten hoogste 10 miljoen EUR;

  8. “actieve afnemer”: een eindafnemer, of een groep gezamenlijk optredende eindafnemers, die op eigen terrein binnen afgebakende grenzen opgewekte of op andere locaties zelfopgewekte of gedeelde elektriciteit verbruikt of opslaat, of die zelfopgewekte elektriciteit verkoopt of deelneemt aan flexibiliteits- of energie-efficiëntieregelingen, mits die activiteiten niet zijn belangrijkste commerciële of professionele activiteit vormen;

  9. „elektriciteitsmarkten”: markten voor elektriciteit, onder meer over-the-counter-markten en elektriciteitsbeurzen, markten voor de verhandeling van energie, capaciteit, balancerings- en ondersteunende diensten in alle tijdsbestekken, waaronder termijn-, day-ahead- en intraday-markten;

  10. „marktdeelnemer”: een marktdeelnemer als gedefinieerd in artikel 2, punt 25, van Verordening (EU) 2019/943;

  11. “energiedelen”: de zelfconsumptie door actieve afnemers van hernieuwbare energie:

    1. die offsite of op gemeenschappelijke locaties wordt opgewekt of opgeslagen door een faciliteit die zij geheel of gedeeltelijk bezitten, leasen of huren, of

    2. waarop het recht al dan niet gratis aan hen is overgedragen door een andere actieve afnemer;

  12. „energiegemeenschap van burgers”: een juridische entiteit die:

    1. gebaseerd is op vrijwillige en open deelname en waarover leden of aandeelhouders, die natuurlijke personen, lokale autoriteiten, waaronder gemeenten, of kleine ondernemingen zijn, feitelijke zeggenschap hebben;

    2. waarvan het hoofddoel veeleer bestaat uit het bieden van milieu-, economische of sociale gemeenschapsvoordelen aan haar leden of aandeelhouders of aan de plaatselijke gebieden waar ze werkzaam is dan uit winst maken, en

    3. zich bezig kan houden met de productie, waaronder uit hernieuwbare bronnen, distributie, levering, verbruik, aggregatie, energieopslag, energie-efficiëntiediensten, oplaaddiensten voor elektrische voertuigen of andere energiediensten aan haar leden of aandeelhouders kan aanbieden;

  13. „levering”: verkoop, wederverkoop daaronder begrepen, van elektriciteit aan afnemers;

  14. „elektriciteitsleveringscontract”: een contract voor de levering van elektriciteit, elektriciteitsderivaten niet inbegrepen;

  15. „elektriciteitsderivaat”: een financieel instrument, als omschreven in punt 5, 6 of 7 van deel C van bijlage I bij Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad(1), en dat betrekking heeft op elektriciteit;

  16. „contract op basis van een dynamische elektriciteitsprijs”: een elektriciteitsleveringscontract voor de levering van elektriciteit tussen een leverancier en een eindafnemer waarin de prijsvariatie op de spotmarkten, waaronder de day-ahead- en intraday-markten, wordt weerspiegeld in intervallen die ten minste overeenkomen met de marktvereffeningsperiode;

  17. “elektriciteitsleveringscontract met een vaste looptijd en een vaste prijs”: een elektriciteitsleveringscontract tussen een leverancier en een eindafnemer dat garandeert dat de contractuele voorwaarden, inclusief de prijs, voor de duur van het contract ongewijzigd blijven, maar dat voor een vaste prijs een flexibel element kan bevatten met bijvoorbeeld piek- en dalprijsvariaties, en waarbij veranderingen in de uiteindelijke factuur uitsluitend het gevolg kunnen zijn van elementen die niet door de leveranciers worden bepaald, zoals belastingen en heffingen;

  18. „opzegvergoeding”: een heffing of boete die wordt opgelegd aan afnemers door leveranciers of marktdeelnemers die aan aggregatie doen voor opzegging van een contract voor elektriciteitslevering of -diensten;

  19. „overstapgerelateerde vergoeding”: iedere heffing of boete die rechtstreeks of indirect door leveranciers, marktdeelnemers die aan aggregatie doen of systeembeheerders aan afnemers wordt opgelegd vanwege het overstappen op een andere leverancier of op een andere marktdeelnemer die aan aggregatie doet, waaronder opzegvergoedingen;

  20. „aggregatie”: een functie van een natuurlijke of rechtspersoon die de belasting of de opgewekte elektriciteit van verschillende afnemers voor de verkoop, koop of veiling op een elektriciteitsmark combineert;

  21. „onafhankelijke aankoopgroepering”: een marktdeelnemer die aan aggregatie doet en niet is aangesloten bij de leverancier van de afnemer;

  22. „vraagrespons”: de verandering van de elektriciteitsbelasting door eindafnemers ten opzichte van hun normale of bestaande verbruikspatronen, in reactie op de marktsignalen, waaronder tijdvariabele elektriciteitsprijzen of financiële prikkels, of in reactie op het aanvaarden van het bod van de eindafnemer, individueel of via aggregatie, om vraagvermindering of -verhoging voor een bepaalde prijs te verkopen op de georganiseerde markt, zoals gedefinieerd in Artikel 2, punt 4, van de Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1348/2014 van de Commissie(2);

  23. „factureringsinformatie”: informatie die wordt verstrekt op een factuur van een eindafnemer, afgezien van een betalingsverzoek;

  24. „conventionele meter”: een analoge meter of een elektronische meter zonder capaciteit om gegevens zowel te verzenden als te ontvangen;

  25. „slimme-metersysteem”: een elektronisch systeem dat de elektriciteit die in het net wordt ingevoed of die uit het net wordt verbruikt kan meten, dat meer informatie verstrekt dan een conventionele meter, en dat data kan verzenden en ontvangen voor informatie-, monitoring- en controledoeleinden door middel van een vorm van elektronische communicatie;

  26. „interoperabiliteit”: in de context van slimme-metersystemen, de mogelijkheid van twee of meer energie- of communicatienetwerken, -systemen, -apparaten, -toepassingen of -componenten om samen te werken om informatie uit te wisselen en te gebruiken om bepaalde vereiste functies uit te oefenen;

  27. “noodleverancier”: een leverancier die wordt aangewezen om de elektriciteitslevering aan afnemers over te nemen van een leverancier die zijn activiteiten heeft gestaakt;

  28. “energiearmoede”: energiearmoede, zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 52), van Richtlijn (EU) 2023/1791 van het Europees Parlement en de Raad(3);

  29. “flexibeleaansluitovereenkomst”: een reeks overeengekomen voorwaarden voor het aansluiten van elektriciteitscapaciteit op het net, waaronder voorwaarden om de injectie van elektriciteit in en de afname van elektriciteit uit het transmissie- of het distributienet te beperken en te regelen;

  30. „onbalansverrekeningsperiode”: de onbalansverrekeningsperiode als gedefinieerd in artikel 2, punt 15, van Verordening (EU) 2019/943;

  31. „bijna-realtime”: in de context van slimme-metersystemen, een korte tijdspanne, gewoonlijk niet meer dan enkele seconden, tot maximum de termijn voor onbalansverrekening op de nationale markt;

  32. „beste beschikbare technieken”: in de context van gegevensbescherming en -beveiliging in een omgeving van slimme-metersystemen, de meest doeltreffende, geavanceerde en praktisch bruikbare technieken, waarmee in principe de basis wordt gelegd voor de naleving van de gegevensbeschermingsvoorschriften van de Unie;

  33. „distributie”: transport van elektriciteit langs hoog-, midden- en laagspanningsdistributiesystemen met het oog op de belevering aan afnemers, de levering zelf niet inbegrepen;

  34. „distributiesysteembeheerder”: natuurlijke persoon of rechtspersoon die in een bepaald gebied verantwoordelijk is voor de exploitatie, het onderhoud en, zo nodig, de ontwikkeling van het distributiesysteem alsook, indien van toepassing, de interconnecties ervan met andere systemen, en die ervoor moet zorgen dat het systeem op lange termijn kan voldoen aan een redelijke vraag naar distributie van elektriciteit;

  35. „energie-efficiëntie”, de verhouding tussen de verkregen prestatie, dienst, goederen of energie, en de energie-input;

  36. “energie uit hernieuwbare bronnen” of “hernieuwbare energie”: energie uit hernieuwbare bronnen of hernieuwbare energie, zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 1), van Richtlijn (EU) 2018/2001;

  37. „gedistribueerde productie”: productie-installaties die aangesloten zijn op het distributiesysteem;

  38. „oplaadpunt”: een aansluiting, waarmee telkens één elektrisch voertuig kan worden opgeladen of de batterij van telkens één elektrisch voertuig kan worden vervangen;

  39. „transmissie”: transport van elektriciteit langs het extra hoogspannings- en hoogspanningsstelsel van systemen, met het oog op de belevering van eindafnemers of distributiemaatschappijen, de levering zelf niet inbegrepen;

  40. „transmissiesysteembeheerder”: natuurlijke persoon of rechtspersoon die in een bepaald gebied verantwoordelijk is voor de exploitatie, het onderhoud en, zo nodig, de ontwikkeling van het transmissiesysteem alsook, indien van toepassing, de interconnecties ervan met andere systemen en die ervoor moet zorgen dat het systeem op lange termijn kan voldoen aan een redelijke vraag naar transmissie van elektriciteit;

  41. „systeemgebruiker”: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die levert aan of afneemt van een transmissie- of distributiesysteem;

  42. „productie”: productie van elektriciteit;

  43. „producent”: natuurlijke persoon of rechtspersoon die elektriciteit opwekt;

  44. „interconnector”: uitrusting om elektriciteitssystemen onderling te koppelen;

  45. „stelsel van systemen”: een aantal transmissie- en distributiesystemen die door middel van een of meer interconnectoren met elkaar zijn verbonden;

  46. „directe lijn”: een elektriciteitslijn die een geïsoleerde productielocatie met een geïsoleerde afnemer verbindt, of een elektriciteitslijn die een elektriciteitsproducent en een elektriciteitsleverancier met elkaar verbindt om hun eigen vestigingen, dochterondernemingen en afnemers direct te bevoorraden;

  47. „kleinschalig geïsoleerd systeem”: systeem met een verbruik van minder dan 3 000 GWh in 1996 en waarvan minder dan 5 % van het jaarverbruik via interconnectie met andere systemen wordt verkregen;

  48. „kleinschalig verbonden systeem”: systeem met een verbruik van minder dan 3 000 GWh in 1996 waarvan meer dan 5 % van het jaarverbruik via interconnectie met andere systemen wordt verkregen;

  49. „congestie”: congestie als gedefinieerd in artikel 2, punt 4, van Verordening (EU) 2019/943;

  50. „balancering”: balancering als gedefinieerd in artikel 2, punt 10, van Verordening (EU) 2019/943;

  51. „balanceringsenergie”: balanceringsenergie als gedefinieerd in artikel 2, punt 11, van Verordening (EU) 2019/943;

  52. „balanceringsverantwoordelijke”: een balanceringsverantwoordelijke als gedefinieerd in artikel 2, punt 14, van Verordening (EU) 2019/943;

  53. „ondersteunende dienst”: een dienst die nodig is voor de exploitatie van een transmissie- of distributiesysteem, met inbegrip van balanceringsdiensten en niet-frequentiegerelateerde ondersteunende diensten, maar uitgezonderd congestiebeheer;

  54. „niet-frequentiegerelateerde ondersteunende dienst”: een dienst die wordt gebruikt door een transmissie- of distributiesysteembeheerder voor spanningsregeling in stationaire toestand, snelle blindstroominjecties, inertie voor plaatselijke netstabiliteit, kortsluitstroom, blackstartmogelijkheden en inzetbaarheid in eilandbedrijf;

  55. „regionaal coördinatiecentrum”: een regionaal coördinatiecentrum zoals opgericht uit hoofde van artikel 35 van Verordening (EU) 2019/943;

  56. „volledig geïntegreerde netwerkcomponenten”: netwerkcomponenten die in het transmissie- of distributiesysteem, met inbegrip van opslagfaciliteiten, geïntegreerd zijn en die uitsluitend gebruikt worden voor het waarborgen van een veilig en betrouwbaar beheer van het transmissie- of distributiesysteem, en niet voor balancerings- of congestiebeheer;

  57. „geïntegreerd elektriciteitsbedrijf”: een verticaal of horizontaal geïntegreerd bedrijf;

  58. „verticaal geïntegreerd bedrijf”: elektriciteitsbedrijf of groep van elektriciteitsbedrijven waarin dezelfde persoon of dezelfde personen, direct of indirect, het recht hebben zeggenschap uit te oefenen en waarbij het bedrijf of de groep van bedrijven ten minste een van de functies van transmissie of distributie en ten minste een van de functies van productie of levering verricht;

  59. „horizontaal geïntegreerd bedrijf”: elektriciteitsbedrijf dat ten minste een van de functies van productie voor de verkoop, transmissie, distributie of levering, en daarnaast een niet op het gebied van elektriciteit liggende activiteit verricht;

  60. „verwant bedrijf”: een verbonden onderneming zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 12, van Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en van de Raad(4) en een onderneming die aan dezelfde aandeelhouders toebehoort;

  61. „zeggenschap”: rechten, overeenkomsten of andere middelen die, afzonderlijk of tezamen, met inachtneming van alle feitelijke of juridische omstandigheden, het mogelijk maken een beslissende invloed uit te oefenen op de activiteiten van een onderneming, met name:

    1. eigendoms- of gebruiksrechten op alle activa van een onderneming of delen daarvan;

    2. rechten of overeenkomsten die een beslissende invloed verschaffen op de samenstelling, het stemgedrag of de besluiten van de organen van een onderneming;

  62. „elektriciteitsbedrijf”: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die ten minste een van de volgende functies vervult: productie, transmissie, distributie, aggregatie, vraagrespons, energieopslag, levering of aankoop van elektriciteit, en die verantwoordelijk is voor de met deze functies verband houdende commerciële, technische of onderhoudswerkzaamheden, maar die geen eindafnemer is;

  63. „zekerheid”: zowel de zekerheid van levering en voorziening van elektriciteit als de technische beveiliging;

  64. „energieopslag”: in het elektriciteitssysteem, het uitstellen van het uiteindelijke gebruik van elektriciteit tot een later moment dan het moment waarop de elektriciteit is opgewekt, of het omzetten van elektrische energie in een vorm van energie die kan worden opgeslagen, het opslaan van dergelijke energie, en de daaropvolgend omzetting van dergelijke energie in elektrische energie of een andere energiedrager;

  65. „energieopslagfaciliteit”: in het elektriciteitssysteem, een installatie waar energieopslag plaatsvindt.

HOOFDSTUK II ALGEMENE REGELS VOOR DE ORGANISATIE VAN DE ELEKTRICITEITSSECTOR

Artikel 3 Een concurrerende, op de consument gerichte, flexibele en niet-discriminerende elektriciteitsmarkt

1.

De lidstaten zorgen ervoor dat hun nationale recht geen onnodige belemmering vormt voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit, deelname van de consument, onder meer door middel van vraagrespons, investeringen in, met name, kwetsbare en flexibele energieproductie, energieopslag, of de ontwikkeling van elektromobiliteit of nieuwe interconnectoren tussen lidstaten, en zorgen ervoor dat de elektriciteitsprijzen in overeenstemming zijn met de feitelijke vraag en het feitelijke aanbod.

2.

Bij de ontwikkeling van nieuwe interconnectoren houden de lidstaten rekening met de streefcijfers voor elektriciteitsinterconnectie vastgelegd in Artikel 4, onder d), punt 1), van Verordening (EU) 2018/1999.

3.

De lidstaten zorgen ervoor dat er op de interne markt voor elektriciteit geen onnodige belemmeringen bestaan voor de toetreding tot, de werking van en het verlaten van de markt, waarbij de bevoegdheden waarover de lidstaten ten aanzien van derde landen beschikken, onverlet worden gelaten.

4.

De lidstaten zorgen voor een gelijk speelveld waarbij elektriciteitsbedrijven worden onderworpen aan transparante, evenredige en niet-discriminerende regels en vergoedingen, en aan een transparante, evenredige en niet-discriminerende behandeling, in het bijzonder wat betreft balanceringsverantwoordelijkheid, toegang tot groothandelsmarkten, toegang tot gegevens, het overstapproces en factureringsstelsels en, indien van toepassing, vergunningverlening.

5.

De lidstaten zorgen ervoor dat marktdeelnemers uit derde landen wanneer die actief zijn binnen de interne markt voor elektriciteit, het toepasselijke Unie- en nationale recht naleven, met inbegrip van het recht betreffende milieu- en veiligheidsbeleid.

Artikel 4 Vrije keuze van leverancier

Artikel 5 Marktgebaseerde leveringsprijzen

Artikel 6 Toegang van derden

Artikel 6 bis Flexibeleaansluitovereenkomsten

Artikel 7 Directe lijnen

Artikel 8 Vergunningsprocedure voor nieuwe capaciteit

Artikel 9 Openbaredienstverplichtingen

HOOFDSTUK III EMPOWERMENT EN BESCHERMING VAN DE CONSUMENT

Artikel 10 Contractuele basisrechten

Artikel 11 Het recht op een elektriciteitsleveringscontract met een vaste looptijd en een vaste prijs en op een contract op basis van een dynamische elektriciteitsprijs

Artikel 12 Het recht om over te stappen en regels inzake overstapgerelateerde vergoedingen

Artikel 13 Aggregatiecontract

Artikel 14 Vergelijkingsinstrumenten

Artikel 15 Actieve afnemers

Artikel 15 bis Recht op energiedelen

Artikel 16 Energiegemeenschappen van burgers

Artikel 17 Vraagrespons via aggregatie

Artikel 18 Facturen en factureringsinformatie

Artikel 18 bis Risicobeheer door de leverancier

Artikel 19 Slimme-metersystemen

Artikel 20 Functionaliteiten van slimme-metersystemen

Artikel 21 Recht op een slimme meter

Artikel 22 Conventionele meters

Artikel 23 Gegevensbeheer

Artikel 24 Interoperabiliteitsvoorschriften en procedures voor toegang tot gegevens

Artikel 25 Eén enkel contactpunt

Artikel 26 Recht op buitengerechtelijke geschillenbeslechting

Artikel 27 Universele dienstverlening

Artikel 27 bis Noodleverancier

Artikel 28 Kwetsbare afnemers

Artikel 28 bis Bescherming tegen afsluiting

Artikel 29 Energiearmoede

HOOFDSTUK IV BEHEER VAN HET DISTRIBUTIESYSTEEM

Artikel 30 Aanwijzing van distributiesysteembeheerders

Artikel 31 Taken van distributiesysteembeheerders

Artikel 32 Stimulansen voor het gebruik van flexibiliteit in distributienetwerken

Artikel 33 Integratie van elektromobiliteit in het elektriciteitsnet

Artikel 34 Taken van distributiesysteembeheerders met betrekking tot gegevensbeheer

Artikel 35 Ontvlechting van distributiesysteembeheerders

Artikel 36 Eigendom van energieopslagfaciliteiten door distributiesysteembeheerders

Artikel 37 Vertrouwelijkheid voor distributiesysteembeheerders

Artikel 38 Gesloten distributiesystemen

Artikel 39 Gecombineerd beheer

HOOFDSTUK V ALGEMENE VOORSCHRIFTEN VAN TOEPASSING OP TRANSMISSIESYSTEEMBEHEERDERS

Artikel 40 Taken van transmissiesysteembeheerders

Artikel 41 Vertrouwelijkheids- en transparantievereisten voor transmissiesysteembeheerders en eigenaars van transmissiesystemen

Artikel 42 Besluitvormingsbevoegdheden inzake de aansluiting van nieuwe productie-installaties en energieopslagfaciliteiten op het transmissiesysteem

HOOFDSTUK VI ONTVLECHTING VAN TRANSMISSIESYSTEEMBEHEERDERS

Deel 1 Ontvlechting van de eigendom

Artikel 43 Ontvlechting van eigendom van transmissiesystemen en van transmissiesysteembeheerders

Deel 2 Onafhankelijke systeembeheerders

Artikel 44 Onafhankelijke systeembeheerders

Artikel 45 Ontvlechting van eigenaars van transmissiesystemen

Deel 3 Onafhankelijke transmissiesysteembeheerders

Artikel 46 Activa, uitrusting, personeel en identiteit

Artikel 47 Onafhankelijkheid van de transmissiesysteembeheerder

Artikel 48 Onafhankelijkheid van het personeel en van het beheer van de transmissiesysteembeheerder

Artikel 49 Controleorgaan

Artikel 50 Nalevingsprogramma en nalevingsfunctionaris

Artikel 51 Netontwikkeling en bevoegdheden om investeringsbeslissingen te nemen

Deel 4 Aanwijzing en certificering van transmissiesysteembeheerders

Artikel 52 Aanwijzing en certificering van transmissiesysteembeheerders

Artikel 53 Certificering met betrekking tot derde landen

Artikel 54 Eigendom van energieopslagfaciliteiten door transmissiesysteembeheerders

Deel 5 Ontvlechting en transparantie van de boekhouding

Artikel 55 Recht op inzage van de boekhouding

Artikel 56 Ontvlechting van de boekhouding

HOOFDSTUK VII REGULERENDE INSTANTIES

Artikel 57 Aanwijzing en onafhankelijkheid van regulerende instanties

Artikel 58 Algemene doelstellingen van de regulerende instantie

Artikel 59 Taken en bevoegdheden van de regulerende instanties

Artikel 60 Beslissingen en klachten

Artikel 61 Regionale samenwerking tussen regulerende instanties in het kader van grensoverschrijdende kwesties

Artikel 62 Taken en bevoegdheden van regulerende instanties met betrekking tot regionale coördinatiecentra

Artikel 63 Overeenstemming met de netcodes en richtsnoeren

Artikel 64 Bewaren van gegevens

HOOFDSTUK VIII SLOTBEPALINGEN

Artikel 65 Gelijke mededingingsvoorwaarden

Artikel 66 Ontheffingen

Artikel 66 bis Toegang tot betaalbare energie tijdens een elektriciteitsprijscrisis

Artikel 67 Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

Artikel 68 Comitéprocedure

Artikel 69 Monitoring, evaluatie en verslaglegging door de Commissie

Artikel 70 Wijzigingen van Richtlijn 2012/27/EU

Artikel 71 Omzetting

Artikel 72 Intrekking

Artikel 73 Inwerkingtreding

Artikel 74 Adressaten

BIJLAGE I

BIJLAGE II

BIJLAGE III

BIJLAGE IV