Bij deze verordening worden gemeenschappelijke regels vastgesteld voor het beheer van de in bijlage I vermelde tariefcontingenten voor landbouwproducten die worden beheerd door middel van een stelsel van invoer- en uitvoercertificaten, met name wat betreft:
-
de tariefcontingentperioden;
-
de maximumhoeveelheden waarvoor een aanvraag kan worden ingediend;
-
de indiening van aanvragen voor invoer- en uitvoercertificaten;
-
de gegevens die moeten worden vermeld in bepaalde vakken van de invoer- en uitvoercertificaataanvragen en van de invoer- en uitvoercertificaten;
-
de niet-ontvankelijkheid van invoer- en uitvoercertificaataanvragen;
-
de zekerheid die moet worden gesteld bij de indiening van een invoer- of uitvoercertificaataanvraag;
-
de toewijzingscoëfficiënt en de schorsing van de indiening van certificaataanvragen;
-
de afgifte van invoer- en uitvoercertificaten;
-
de geldigheidsduur van de invoer- en uitvoercertificaten;
-
het bewijs van het in het vrije verkeer brengen;
-
het bewijs van oorsprong;
-
de kennisgeving van de hoeveelheden aan de Commissie;
-
de kennisgeving aan de Commissie van informatie met betrekking tot het elektronische LORI-systeem, de echtheidscertificaten en de IMA 1-certificaten (Inward Monitoring Arrangement).