Voor de in de bijlage beschreven stoffen, die behoren tot de categorie “sensoriële toevoegingsmiddelen” en de functionele groep “kleurstoffen: ii) stoffen die bij toediening aan dieren aan een levensmiddel van dierlijke oorsprong kleur geven”, worden onder de in die bijlage vastgestelde voorwaarden vergunningen voor gebruik als toevoegingsmiddel voor diervoeding verleend.
Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1097 van de Commissie van 24 juli 2020 tot verlening van een vergunning voor luteïnerijke en luteïne/zeaxanthine-extracten van Tagetes erecta als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor mest- en legpluimvee (met uitzondering van kalkoenen) en voor minder gangbare pluimveesoorten gehouden voor mest- en legdoeleinden (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1097 van de Commissie van 24 juli 2020 tot verlening van een vergunning voor luteïnerijke en luteïne/zeaxanthine-extracten van Tagetes erecta als toevoegingsmiddelen voor diervoeding voor mest- en legpluimvee (met uitzondering van kalkoenen) en voor minder gangbare pluimveesoorten gehouden voor mest- en legdoeleinden (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst
Artikel 1
Artikel 2
De in de bijlage vermelde stoffen waarvoor een vergunning is verleend, mogen niet worden gebruikt in drinkwater.
Artikel 3
De in de bijlage omschreven stoffen en de voormengsels die deze stoffen bevatten en die vóór 16 februari 2021 zijn geproduceerd en geëtiketteerd overeenkomstig de voorschriften die vóór 16 augustus 2020 van toepassing waren, mogen verder in de handel worden gebracht en worden gebruikt totdat de bestaande voorraden zijn uitgeput.
De mengvoeders en voedermiddelen die de in de bijlage beschreven stoffen bevatten en die vóór 16 augustus 2021 zijn geproduceerd en geëtiketteerd overeenkomstig de voorschriften die vóór 16 augustus 2020 van toepassing waren, mogen verder in de handel worden gebracht en worden gebruikt totdat de bestaande voorraden zijn uitgeput, wanneer zij bestemd zijn voor voedselproducerende dieren.
Artikel 4
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.