Home

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2013 van 1 februari 2013 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst

Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 4/2013 van 1 februari 2013 tot wijziging van bijlage I (Veterinaire en fytosanitaire aangelegenheden) bij de EER-overeenkomst

HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte („de EER-overeenkomst”), en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

  1. Uitvoeringsrichtlijn 2011/68/EU van de Commissie van 1 juli 2011 tot wijziging van de Richtlijnen 2003/90/EG en 2003/91/EG houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van respectievelijk Richtlijn 2002/53/EG en Richtlijn 2002/55/EG van de Raad, wat betreft de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen en groentegewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek(1) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

  2. Uitvoeringsbesluit 2012/340/EU van de Commissie van 25 juni 2012 betreffende het opzetten van een tijdelijk experiment uit hoofde van de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 2002/54/EG, 2002/55/EG en 2002/57/EG van de Raad ten aanzien van veldkeuringen onder officieel toezicht voor basiszaad en kwekerszaad van generaties die aan het basiszaad voorafgaan(2) moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

  3. Dit besluit heeft betrekking op wetgeving inzake fytosanitaire aangelegenheden. Wetgeving inzake fytosanitaire aangelegenheden dient niet van toepassing te zijn op Liechtenstein, zolang de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten van toepassing blijft in Liechtenstein, zoals bepaald in de sectorale aanpassingen van bijlage I bij de EER-overeenkomst. Dit besluit dient derhalve niet van toepassing te zijn op Liechtenstein.

  4. Bijlage I bij de EER-overeenkomst dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Hoofdstuk III van bijlage I bij de EER-overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

  1. In deel 1 wordt in punt 14 (Richtlijn 2003/90/EG van de Commissie) en punt 15 (Richtlijn 2003/91/EG van de Commissie) het volgende streepje toegevoegd:

    • 32011 L 0068: Uitvoeringsrichtlijn 2011/68/EU van de Commissie van 1 juli 2011 (PB L 175 van 2.7.2011, blz. 17).”.

  2. Na punt 82 (Besluit 2010/680/EU van de Commissie) wordt onder de titel „BESLUITEN WAARMEE DE EVA-LANDEN EN DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA REKENING DIENEN TE HOUDEN” het volgende punt ingevoegd:

    1. 32012 D 0340: Uitvoeringsbesluit 2012/340/EU van de Commissie van 25 juni 2012 betreffende het opzetten van een tijdelijk experiment uit hoofde van de Richtlijnen 66/401/EEG, 66/402/EEG, 2002/54/EG, 2002/55/EG en 2002/57/EG van de Raad ten aanzien van veldkeuringen onder officieel toezicht voor basiszaad en kwekerszaad van generaties die aan het basiszaad voorafgaan (PB L 166 van 27.6.2012, blz. 90).”.

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Uitvoeringsrichtlijn 2011/68/EU en Uitvoeringsbesluit 2012/340/EU zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op 2 februari 2013, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden(***).

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.