Home

Beschikking No. 2-54 van 7 Januari 1954 houdende wijziging van Beschikking No. 31-53 van 2 Mei 1953 met betrekking tot de wijze, waarop de door de ondernemingen van de staalindustrie toegepaste prijsschalen en verkoopsvoorwaarden openbaar dienen te worden gemaakt

Beschikking No. 2-54 van 7 Januari 1954 houdende wijziging van Beschikking No. 31-53 van 2 Mei 1953 met betrekking tot de wijze, waarop de door de ondernemingen van de staalindustrie toegepaste prijsschalen en verkoopsvoorwaarden openbaar dienen te worden gemaakt

Beschikking No. 2-54

van 7 Januari 1954

houdende wijziging van Beschikking No. 31-53 van 2 Mei 1953 met betrekking tot de wijze, waarop de door de ondernemingen van de staalindustrie toegepaste prijsschalen en verkoopsvoorwaarden openbaar dienen te worden gemaakt.

DE HOGE AUTORITEIT,

Gezien artikel 60 § 2 a van het Verdrag,

Gelet op Beschikking No. 31-53 van 2 Mei 1953 met betrekking tot de wijze, waarop de door de ondernemingen van de staalindustrie toegepaste prijsschalen en verkoopsvoorwaarden openbaar dienen te worden gemaakt (Publicatieblad van 4 Mei 1953, blz. 111);

Overwegende dat de openbaarmaking van de prijzen en verkoopsvoorwaarden, welke noodzakelijk is ter toepassing van de in het Verdrag omschreven regels van mededinging, dient te geschieden op een wijze, welke verenigbaar is met een vrije prijsvorming voor staalproduc-ten in overeenstemming met de ontwikkeling van de markt en de eisen van het handelsverkeer;

Overwegende derhalve, dat de openbaargemaakte prijsschalen het op de markt op ondubbelzinnige wijze tot stand gekomen prijspeil tot uiting dienen te brengen;

Overwegende echter, dat de ondernemingen niet verplicht dienen te zijn door een onverwijlde openbaarmaking prijsaanpassingen officieel vast te leggen, welke het gevolg zijn van onaanzienlijke of voorbijgaande schommelingen, welke op de staalmarkt kunnen optreden;

Overwegende anderzijds, dat het aanbrengen van wijzigingen in de door de ondernemingen openbaargemaakte prijsschalen dient te worden vergemakkelijkt door de termijnen voor het van kracht worden van de nieuwe prijsschalen zo kort mogelijk te maken;

Overwegende bovendien, dat een transactie, welke bezien in het kader van de exploitatie van een onderneming bijzondere kenmerken vertoont, onder verantwoordelijkheid van deze onderneming buiten de in haar prijs-schaal vastgestelde categorieën valt;

Overwegende tenslotte, dat de bijzondere voorwaarden met betrekking tot de productie en verhandeling van bepaalde edelstaalsoorten, welke niet zijn opgenomen in bijlage III van het Verdrag, moeilijkheden bij het opstellen van de prijsschalen zouden opleveren en dat het met vergelijkbare karakter der transacties met betrekking tot deze staalproducten een in deze vorm uitgevoerde openbaarmaking haar prac-tische betekenis zou ontnemen;

Gehoord het Raadgevend Comité,

BESLUIT :

Artikel 1

In voornoemde Beschikking No. 31-53 wordt een artikel 1 bis ingelast, luidende als volgt:

"Artikel 1 bis"

"De openbaarmaking van wijzigingen in de prijsschalen is verplicht zodra tussen de daadwerkelijk toegepaste en openbaargemaakte prijzen een gemiddeld verschil naar boven of naar beneden ontstaat, berekend op de wijze, zoals hieronder is aangegeven, welk verschil meer dan 2,5 % bedraagt ten opzichte van de basisprijzen, welke in overeenstemming met de openbaargemaakte prijsschalen op de afgesloten transacties van toepassing zijn.

Het gemiddelde prijsverschil dient voor elke categorie van producten, waarvoor in de prijsschaal eenzelfde basisprijs is aangegeven, te worden berekend over het totaal der in de laatste 60 dagen afgesloten transacties.

Dit gemiddelde prijsverschil wordt verkregen door het totaal van de toegepaste prijsverschillen, onverschillig of deze op de basisprijzen of op alle andere factoren van de daadwerkelijke prijzen betrekking hebben, tegenover de verkochte tonnages, vermenigvuldigd met de openbaargemaakte prijzen, te plaatsen. Als basisprijzen worden voor elke transactie die van de laatste openbaargemaakte prijsschaal aangenomen.

Indien echter een transactie bezien in het kader van de exploitatie van de betreffende onderneming bijzondere kenmerken vertoont, waardoor zij niet onder de in de prijsschaal opgenomen categorieën valt, blijven de op die transactie toegepaste bijzondere voorwaarden bij het berekenen van het gemiddelde toegepaste verschil buiten beschouwing.

Door de ondernemingen dient het bewijs te kunnen worden geleverd, dat binnen deze grenzen daadwerkelijk toegepaste verschillen zonder enige discriminatie ten aanzien van alle vergelijkbare transacties zijn toegepast."

Artikel 2

Artikel 2 f) van voornoemde Beschikking No. 31-53 wordt door de volgende bepaling vervangen:

"f) Voorzover zij worden toegepast, de kortingen en toeslagen, welke niet onder de bepalingen van bovengenoemd artikel 1 bis, voorlaatste alinea, vallen, met name:

- prijsverlagingen voor afname van be paalde hoeveelheden, onverschillig of deze worden toegekend volgens specificatie, over een gehele bestelling, over een hoeveelheid, welke gedurende een bepaalde periode bij de verkoper is aangekocht of op basis van een totaal verbruikscijfer van de koper,

- premies voor langdurige zakenrelaties,

- kortingen, terugbetalingen en alle andere vormen van tegemoetkomingen, verleend aan handelaren of verkooporganisaties,

- kortingen bij tweede keuze."

Artikel 3

De in artikel 4, alinea 1 a van voornoemde Beschikking No. 31-53 vastgestelde termijn van 5 dagen wordt teruggebracht tot 1 dag.

Artikel 4

Voornoemde Beschikking No. 31-53 wordt aangevuld met een artikel 7, luidend als volgt:

"Artikel 7"

"In afwijking van de voorafgaande bepalingen wordt bepaald, dat de op de verkoop van onderstaande producten toepasselijke basisprijzen en prijstoeslagen niet in de prijsschalen en verkoopsvoorwaarden behoeven te worden opgenomen:

a) niet courante staalproducten met een koolstofgehalte van minder dan 0,6 %, welke niet op grond van hun chemische samenstelling en mechanische eigenschappen met elkaar kunnen worden vergeleken,

b) producten van dezelfde soort van zogenaamd "dynamo of transformatorplaat", welke bepaalde electrische en magnetische eigenschappen bezitten."

Artikel 5

Deze Beschikking treedt op 1 Februari 1954 op het grondgebied van de Gemeenschap in werking.

Deze Beschikking is door de Hoge Autoriteit besproken en goedgekeurd op haar zitting van 7 Januari 1954.

Door de Hoge Autoriteit.

De Voorzitter,

Jean Monnet

--------------------------------------------------