Home

70/315/EEG: Beschikking van de Commissie van 3 juni 1970 houdende machtiging van de Franse Republiek om zaden van Pseudotsuga menziesii (Mirb.) Franco. en Picea sitchensis Trautv. en Mey., waaraan minder strenge eisen zijn gesteld, tot de handel toe te laten (Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)

70/315/EEG: Beschikking van de Commissie van 3 juni 1970 houdende machtiging van de Franse Republiek om zaden van Pseudotsuga menziesii (Mirb.) Franco. en Picea sitchensis Trautv. en Mey., waaraan minder strenge eisen zijn gesteld, tot de handel toe te laten (Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)

70/315/EEG: Beschikking van de Commissie van 3 juni 1970 houdende machtiging van de Franse Republiek om zaden van Pseudotsuga menziesii (Mirb.) Franco. en Picea sitchensis Trautv. en Mey., waaraan minder strenge eisen zijn gesteld, tot de handel toe te laten (Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)

Publicatieblad Nr. L 138 van 25/06/1970 blz. 0018 - 0018


++++

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 3 juni 1970

houdende machtiging van de Franse Republiek om zaden van Pseudotsuga menziesii ( Mirb . ) Franco . en Picea sitchensis Trautv . en Mey . , waaraan minder strenge eisen zijn gesteld , tot de handel toe te laten

( Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek )

( 70/315/EEG )

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op de richtlijn van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van bosbouwkundig teeltmaterieel ( 1 ) , gewijzigd bij de richtlijn van 18 februari 1969 ( 2 ) , inzonderheid op artikel 15 , lid 1 ,

Gezien het door de Franse Republiek ingediende verzoek ,

Overwegende dat de produktie van zaden van Pseudotsuga menziesii en van Picea sitchensis , welke voldoen aan de door bovengenoemde richtlijn gestelde eisen in de Gemeenschap , zoals algemeen bekend , tekorten oplevert ;

Overwegende dat geen enkel derde land in staat is een voldoende hoeveelheid zaden van bovengenoemde soorten welke dezelfde garanties bieden als het in de Gemeenschap geproduceerde teeltmateriaal en die voldoen aan de bepalingen van voornoemde richtlijn , te produceren , zodat het dienstig is , om zaden waaraan minder strenge eisen zijn gesteld , voorlopig tot de handel toe te laten ;

Overwegende dat , om genetische redenen , deze zaden op de plaats van oorsprong geoogst moeten worden binnen het gebied van de betreffende soorten en dat het om de identiteit van deze zaden te verzekeren nodig blijkt dat zo strikt mogelijke waarborgen worden verschaft ;

Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Comité voor teeltmateriaal voor land - , tuin - en bosbouw ,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN :

Artikel 1

1 . De Franse Republiek wordt gemachtigd op haar grondgebied tot de handel toe te laten :

- een hoogste 7.000 kg Pseudotsuga menziesii zaad dat in de staat Washington en in de staat Oregon ( Verenigde Staten van Amerika ) evenals in Brits Columbia ( Canada ) geoogst werd tijdens de periode van 1 juli 1970 tot 30 juni 1971 ,

- ten hoogste 500 kg Picea sitchensis zaad dat in de staat Washington ( Verenigde Staten van Amerika ) en in Brits Columbia ( Canada ) geoogst werd tijdens de periode van 1 juli 1970 tot 30 juni 1971 ,

zulks op voorwaarde dat de bewijsstukken bedoeld in artikel 2 , betreffende de plaats van herkomst en de hoogte waarop de zaden zijn geoogst , worden verstrekt .

2 . De Franse Republiek wordt eveneens gemachtigd om planten , voortgekomen uit bovengenoemde zaden tot de handel op haar grondgebied toe te laten .

Artikel 2

1 . De bewijsstukken , voorgeschreven , in artikel 1 , lid 1 , worden als verstrekt beschouwd indien het zaden betreft van de categorie " Geïdentificeerd teeltmateriaal " van het O.E.S.O.-systeem voor de controle van bosbouwkundig teeltmateriaal , dat bestemd is voor de internationale handel , van 30 mei 1967 .

2 . Indien het O.E.S.O.-systeem , genoemd in lid 1 , op de plaats van herkomst niet wordt toegepast , zijn andere officiële bewijsstukken toegestaan .

3 . Bij gebreke van op de plaats van herkomst opgemaakte officiële bewijsstukken , kunnen niet-officiële stukken worden toegelaten .

Artikel 3

De machtiging , voorzien in artikel 1 , lid 1 , vervalt op 31 december 1979 .

Artikel 4

Deze beschikking is gericht tot de Franse Republiek .

Brussel , 3 juni 1970 .

Voor de Commissie

De Voorzitter

Jean REY

( 1 ) PB nr . 125 van 11 . 7 . 1966 , blz . 2326/66 .

( 2 ) PB nr . L 48 van 26 . 2 . 1969 , blz . 12 .