Verordening (EEG) nr. 1520/70 van de Commissie van 29 juli 1970 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 1108/68 betreffende de verpakking van magere-melkpoeder, dat aan het interventiebureau te koop wordt aangeboden
Verordening (EEG) nr. 1520/70 van de Commissie van 29 juli 1970 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 1108/68 betreffende de verpakking van magere-melkpoeder, dat aan het interventiebureau te koop wordt aangeboden
++++
VERORDENING ( EEG ) Nr . 1520/70 VAN DE COMMISSIE
van 29 juli 1970
houdende wijziging van Verordening ( EEG ) nr . 1108/68 betreffende de verpakking van magere-melkpoeder , dat aan het interventiebureau te koop wordt aangeboden
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,
Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 804/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelprodukten ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1253/70 ( 2 ) , inzonderheid op artikel 7 , lid 5 ,
Overwegende dat in de bijlagen I en II van Verordening ( EEG ) nr . 1108/68 van de Commissie van 27 juli 1968 houdende uitvoeringsbepalingen voor de openbare opslag van magere-melkpoeder ( 3 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 523/69 ( 4 ) , telkens onder punt 2 de voorwaarden betreffende de verpakking van het magere-melkpoeder , dat door de interventiebureaus wordt gekocht , zijn vastgelegd ; dat de vereiste verpakking voor een bepaald gedeelte met de hand moet geschieden en een volledige automatisering van de verpakking niet toelaat ; dat door de industrie een verpakking is ontwikkeld , die gelijkwaardige eigenschappen vertoont als de tot nu toe gebruikte verpakking ; dat het , ten einde rekening te houden met de technische vooruitgang , aanbeveling verdient ook deze verpakking toe te laten ;
Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelprodukten ,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :
Artikel 1
Aan de bijlagen I en II van Verordening ( EEG ) nr . 1108/68 wordt telkens onder punt 2 , sub b ) , het volgende toegevoegd :
" of
1 zak van Clubpak-poly-duplo-papier met een papierstevigheid van ten minste 50/20/50 g per m2 ;
2 zakken van Clubpak-Kraft-papier met een papierstevigheid van ten minste 70/75 g per m2 ;
1 binnenzak van polyethyleen van ten minste 0,1 mm dikte , dichtgelast of tweemaal dichtgebonden . "
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .
Gedaan te Brussel , 29 juli 1970 .
Voor de Commissie
De Voorzitter
Franco M . MALFATTI
( 1 ) PB nr . L 148 van 28 . 6 . 1968 , blz . 13 .
( 2 ) PB nr . L 143 van 1 . 7 . 1970 , blz . 1 .
( 3 ) PB nr . L 184 van 29 . 7 . 1968 , blz . 34 .
( 4 ) PB nr . L 70 van 21 . 3 . 1969 , blz . 32 .