Home

Verordening (EEG) nr. 1698/70 van de Commissie van 25 augustus 1970 inzake enige uitzonderingen met betrekking tot de bereiding van in bepaalde gebieden voortgebrachte kwaliteitswijnen

Verordening (EEG) nr. 1698/70 van de Commissie van 25 augustus 1970 inzake enige uitzonderingen met betrekking tot de bereiding van in bepaalde gebieden voortgebrachte kwaliteitswijnen

++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 1698/70 VAN DE COMMISSIE

van 25 augustus 1970

inzake enige uitzonderingen met betrekking tot de bereiding van in bepaalde gebieden voortgebrachte kwaliteitswijnen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 817/70 van de Raad van 28 april 1970 houdende vaststelling van bijzondere bepalingen betreffende in bepaalde gebieden voortgebrachte kwaliteitswijnen ( 1 ) , inzonderheid op artikel 5 , lid 3 , en op artikel 16 ,

Overwegende dat op grond van artikel 5 , lid 2 , van Verordening ( EEG ) nr . 817/70 , om voor de verkregen wijn de benaming v.q.p.r.d . te mogen voeren , de verwerking van de druiven tot druivemost en van de druivemost tot wijn moet plaatsvinden in het bepaalde gebied waar zij zijn geoogst ;

Overwegende dat het noodzakelijk is enkele van de voorwaarden vast te stellen waaraan de in de laatste zin van artikel 5 , lid 1 , alinea a , van Verordening ( EEG ) nr . 817/70 bedoelde v.q.p.r.d . moeten voldoen ;

Overwegende dat zich evenwel gevallen voordoen waarin de Lid-Staten bereiding van de wijn buiten het bepaalde produktiegebied mogen toestaan ; dat het , in verband met het risico van fraude hierbij , noodzakelijk is dit te beperken tot het geval waarin de druiven of de druivemost worden verwerkt met het oog op het verkrijgen van een v.q.p.r.d . in een bedrijf dat in de onmiddellijke nabijheid ligt van het betrokken gebied ;

Overwegende dat , om een doelmatige controle te waarborgen , bepaalde dient te worden dat deze uitzondering slechts wordt toegestaan aan de belanghebbenden die hiervoor een aanvraag indienen en dat de Lid-Staten te dier zake maatregelen dienen te treffen nopens het bezit , het verkeer en de bereiding tot wijn van deze produkten , alsmede inzake de vermeldingen in de voorraadboekhoudingen ;

Overwegende dat in het bijzonder voor de verzending van een Lid-Staat naar een andere van de basisprodukten voor de wijnbereiding in de omstandigheden bedoeld in deze verordening , gebruik dient te worden gemaakt van een speciale vermelding op de documenten bedoeld in artikel 39 van Verordening ( EEG ) nr . 542/69 van de Raad van 18 maart 1969 betreffende het communautair douanevervoer ( 2 ) en in artikel 1 van Verordening ( EEG ) nr . 2313/69 van de Commissie van 19 november 1969 betreffende het document voor intern communautair douanevervoer ten bewijze van het communautaire karakter van de goederen ( 3 ) ; dat in dat geval kan worden afgezien van de bijzondere vermelding bedoeld in artikel 2 van Verordening ( EEG ) nr . 1699/70 van de Commissie van 25 augustus 1970 inzake de controle op bepaalde produkten van de wijnsector ( 4 ) ;

Overwegende dat , om iedere poging tot fraude te voorkomen en ter vergemakkelijking van de controles , dient te worden bepaald dat druiven en druivemost waarvoor deze afwijking geldt , niet opgeslagen mogen worden op een plaats waar druiven of druivemost zijn opgeslagen die niet mogen worden gebruikt voor de bereiding van v.q.p.r.d . ;

Overwegende dat het dienstig is dat de Commissie in kennis wordt gesteld van de hoeveelheden waarvoor de in artikel 5 , lid 1 , sub a ) , tweede alinea , van Verordening ( EEG ) nr . 817/70 genoemde uitzonderingen worden toegestaan ;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor wijn ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

1 . Bij de bereiding van een v.q.p.r.d . mag de verwerking van druiven tot druivemost of van druivemost tot wijn , onder de voorwaarden bedoeld in artikel 5 , lid 2 , tweede alinea , van Verordening ( EEG ) nr . 817/70 , slechts plaatsvinden indien hiervoor vergunning is verleend ;

2 . In de zin van artikel 5 , lid 2 , tweede alinea , van Verordening ( EEG ) nr . 817/70 wordt verstaan onder producerende Lid-Staat , de Lid-Staat op wiens grondgebied de wijndruiven zijn geoogst .

Artikel 2

1 . De in artikel 1 bedoelde vergunning tot verwerking mag door de bevoegde autoriteit van de producerende Lid-Staat slechts worden verleend aan de wijnbereiders die druiven of druivemost waaruit een v.q.p.r.d . mag worden bereid verwerken in hun bedrijf , dat in de onmiddellijke nabijheid moet zijn gelegen van het betrokken bepaalde gebied .

2 . Iedere persoon of groep die in aanmerking wenst te komen voor de vergunning richt een aanvraag om machtiging aan de bevoegde autoriteit van de producerende Lid-Staat .

De verleende vergunning blijft geldig , behoudens andersluidend besluit van de bevoegde autoriteit of schriftelijke verklaring van de begunstigde volgens welke hij geen v.q.p.r.d . meer bereidt buiten het bepaalde gebied .

Artikel 3

De in artikel 1 bedoelde druiven en druivemost mogen niet zijn opgeslagen op een plaats waar druiven of druivemost zijn opgeslagen die niet mogen worden gebruikt voor de bereiding van v.q.p.r.d .

Bij controles moeten zij gemakkelijk geïdentificeerd kunnen worden .

Artikel 4

1 . In afwachting dat communautaire bepalingen ter zake worden vastgesteld , treffen de Lid-Staten de nodige maatregelen om de controle op het bezit , het verkeer en de bereiding tot wijn van de in artikel 1 bedoelde druiven en druivemost te waarborgen .

2 . Voor de in artikel 1 bedoelde druiven en druivemost waarvoor , met het oog op hun verzending van een Lid-Staat naar een andere , een document van het model T 2 , bedoeld bij artikel 39 van Verordening ( EEG ) nr . 542/69 , of een document van het model T 2 L , bedoeld bij artikel 1 van Verordening ( EEG ) nr . 2313/69 , wordt ingevuld , moet in vak 31 van de genoemde documenten , naast de omschrijving der goederen , een van de volgende vermeldingen worden aangebracht :

" destiné à la vinification , au titre du règlement ( CEE ) n * 1698/70 , en vue de la production du v.q.p.r.d . " ,

" bestimmt fuer die Herstellung von Qualitaetsweinen b.A . im Sinne der Verordnung ( EWG ) Nr . 1698/70 " ,

" destinati alla vinificazione ai sensi del regolamento ( CEE ) n . 1698/70 per la produzione di v.q.p.r.d . " ,

" bestemd voor de bereiding van v.q.p.r.d . in de zin van Verordening ( EEG ) nr . 1698/70 " .

3 . Bij toepassing van lid 2 vindt het bepaalde in artikel 2 van Verordening ( EEG ) nr . 1699/70 geen toepassing .

Artikel 5

De natuurlijke of rechtspersonen die druiven of druivemost produceren , alsmede zij die deze verwerken tot wijn , vermelden in de voorraadboekhoudingen waarin de ontvangen en afgeleverde hoeveelheden worden opgetekend :

a ) de hoeveelheden druiven en druivemost bestemd voor verwerking tot v.q.p.r.d . ,

b ) de hoeveelheden wijn die de benaming v.q.p.r.d . mogen voeren ,

c ) naam en adres van de persoon of personen aan wie druiven of druivemost zijn overgelaten voor verwerking tot v.q.p.r.d .

Artikel 6

De Lid-Staten stellen de Commissie jaarlijks voor 28 februari in kennis van de hoeveelheden van elk van de volgens de van ouds bestaande methoden , bedoeld in artikel 5 , lid 1 , sub a ) , 2e alinea , van Verordening ( EEG ) nr . 817/70 , gedurende het afgelopen oogstjaar op hun grondgebied voortgebrachte v.q.p.r.d .

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 25 augustus 1970 .

Voor de Commissie

De Voorzitter

Franco M . MALFATTI

( 1 ) PB nr . L 99 van 5 . 5 . 1970 , blz . 20 .

( 2 ) PB nr . L 77 van 29 . 3 . 1969 , blz . 1 .

( 3 ) PB nr . L 295 van 24 . 11 . 1969 , blz . 8 .

( 4 ) Zie blz . 6 van dit Publikatieblad .