Home

Verordening (EEG) nr. 990/72 van de Commissie van 15 mei 1972 met betrekking tot de uitvoeringsbepalingen inzake de toekenning van steun voor tot mengvoeder verwerkte ondermelk en voor magere-melkpoeder, bestemd voor veevoeder

Verordening (EEG) nr. 990/72 van de Commissie van 15 mei 1972 met betrekking tot de uitvoeringsbepalingen inzake de toekenning van steun voor tot mengvoeder verwerkte ondermelk en voor magere-melkpoeder, bestemd voor veevoeder

Verordening (EEG) nr. 990/72 van de Commissie van 15 mei 1972 met betrekking tot de uitvoeringsbepalingen inzake de toekenning van steun voor tot mengvoeder verwerkte ondermelk en voor magere-melkpoeder, bestemd voor veevoeder

Publicatieblad Nr. L 115 van 17/05/1972 blz. 0001 - 0004
Bijzondere uitgave in het Deens: Serie I Hoofdstuk 1972(II) blz. 0414
Bijzondere uitgave in het Engels: Serie I Hoofdstuk 1972(II) blz. 0428


++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 990/72 VAN DE COMMISSIE

van 15 mei 1972

met betrekking tot de uitvoeringsbepalingen inzake de toekenning van steun voor tot mengvoeder verwerkte ondermelk en voor magere-melkpoeder , bestemd voor veevoeder

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 804/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelprodukten ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1411/71 ( 2 ) , met name op artikel 10 , lid 3 , en artikel 28 ,

Overwegende dat op grond van Verordening ( EEG ) nr . 986/68 van de Raad van 15 juli 1968 houdende vaststelling van de algemene voorschriften voor de toekenning van steun voor ondermelk en mageremelkpoeder bestemd voor voederdoeleinden ( 3 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 673/71 ( 4 ) , de betalingsvoorwaarden van de steun zijn vastgesteld in Verordening ( EEG ) nr . 1106/68 van de Commissie van 27 juli 1968 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de toekenning van steun voor magere-melkpoeder voor voederdoeleinden en voor tot mengvoeder verwerkte ondermelk ( 5 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2026/71 ( 6 ) ;

Overwegende dat het noodzakelijk is gebleken bepaalde wijzigingen aan te brengen in de huidige reglementering ; dat het met het oog op de opeenvolgend aangebrachte wijzigingen duidelijkheidshalve aanbeveling verdient alle thans geldende voorschriften in een nieuwe verordening samen te vatten ;

Overwegende dat het aanbeveling verdient ervoor te zorgen , dat de ondermelk en het magere-melkpoeder waarvoor steun wordt toegekend daadwerkelijk worden gebruikt voor veevoeder ; dat het te dien einde noodzakelijk is de voorwaarden vast te stellen , waaraan de genoemde produkten moeten beantwoorden ; dat het dientengevolge nodig is te bepalen , dat de steunverlening wordt beperkt tot ondermelk en magere-melkpoeder verwerkt tot mengvoeder overeenkomstig bepaalde eisen of tot na denaturering gebruikt magere-melkpoeder ; bovendien moeten passende maatregelen ter vermijding van een herhaalde uitbetaling van de steun voor hetzelfde produkt worden vastgesteld ;

Overwegende dat in geval van denaturatie van het magere-melkpoeder de door de gebruikers toe te passen denatureringsmethodes zodanig moeten worden vastgesteld dat onderscheid van het gedenatureerde magere-melkpoeder duidelijk kan worden onderscheiden ; dat het van belang is voor een efficiënte controle zorg te dragen , ten einde het goede verloop van deze verrichting te verzekeren ; dat een controle ter plaatse bij de denatureringsbedrijven hiervoor één der geschiktste middelen is ;

Overwegende dat het in het geval dat het magere-melkpoeder of de ondermelk worden gebruikt voor de vervaardiging van mengvoeders , aanbeveling verdient de steun slechts dan toe te kennen indien het voeder voldoet aan bepaalde voor de industrie gebruikelijke minimumnormen voor de samenstelling van mengvoeder en indien het laatste stadium van de industriële fabricage heeft bereikt , dat het bovendien aanbeveling verdient met het oog op de controle voor te schrijven , dat genoemde produkten zodanig worden verpakt dat zij geïdentificeerd kunnen worden ; dat het dienstig is dat de Lid-Staten in staat worden gesteld te verduidelijken hoe aan de bovengenoemde eisen moet worden voldaan ;

Overwegende dat een speciale verpakking voor de controle van het uiteindelijk gebruik van het mengvoeder niet noodzakelijk is wanneer daaraan de voor de denaturering van magere-melkpoeder voorziene produkten zijn toegevoegd ; dat dit vereiste niet van toepassing is op het transport door tankwagens of containers , waarvan bepaalde gebruikers gebruik maken ; dat het derhalve aanbeveling verdient , deze wijze van transport aan speciale controlemaatregelen te onderwerpen en voor te schrijven , dat de steun eerst wordt betaald nadat de controle heeft plaats gevonden ;

Overwegende dat , wanneer het in een Lid-Staat vervaardigde mengvoeder door tankwagens of containers aan een bedrijf in een andere Lid-Staat wordt geleverd , het bewijs , dat de levering onder de vastgestelde voorwaarden is geschied , moet worden geleverd door de overlegging van het controle-exemplaar overeenkomstig artikel 1 van Verordening ( EEG ) nr . 2315/69 van de Commissie van 19 november 1969 betreffende het gebruik van de documenten zoor communautair douanevervoer met het oog op de toepassing van communautaire maatregelen welke een controle op het gebruik en/of de bestemming van de goederen met zich brengen ( 7 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 595/71 ( 8 ) ;

Overwegende dat een efficiënte controle op het gebruik van de ondermelk en het magere-melkpoeder , die bij verwerking tot mengvoeder in prijs worden verlaagd , slechts mogelijk is indien de bedrijven , die steun genieten voldoende zekerheden bieden ; dat het aanbeveling verdient het bestaan van deze waarborgen te bekrachtigen door de erkenning van het verwerkende bedrijf door de bevoegde instantie van de betrokken Lid-Staat en een op de bijzondere vereisten voor de toekenning van de steun afgestemde boekhouding voor te schrijven ;

Overwegende dat het aanbeveling verdient het de bedrijven mogelijk te maken zich aan de nieuwe voorwaarden aan te passen zonder de steun te verliezen en derhalve een termijn voor het in werking treden van de huidige voorschriften te bepalen ;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelprodukten ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

1 . Steun wordt slechts toegekend voor magere-melkpoeder , dat volgens de voorschriften van de artikelen 2 en 3 is gedenatureerd , of dat onder de in artikel 4 bedoelde voorwaarden tot mengvoeder is verwerkt .

2 . Steun voor tot mengvoeder verwerkte ondermelk wordt slechts toegekend indien het mengvoeder beantwoordt aan de in artikel 4 bedoelde eisen .

3 . Geen steun wordt betaald voor magere-melkpoeder als zodanig of dat is toegevoegd aan een mengsel , indien het

- luzernemeel of grasmeel ,

- een van de in artikel 2 , sub b ) , genoemde kleurstoffen ,

- zetmeel of zetmeelgel

bevat .

Echter kan ondanks het zich in het betrokken produkt bevindende zetmeel of zetmeelgel toch steun worden verleend , wanneer de aanvrager het bewijs levert , dat bij de toevoeging van dit zetmeel geen steun is verleend . Dit bewijs kan worden geleverd in de vorm van een verklaring van het interventiebureau van de Lid-Staat , op wiens grondgebied de vermenging heeft plaatsgevonden .

Artikel 2

Magere-melkpoeder wordt gedenatureerd :

a ) door aan iedere 100 kg magere-melkpoeder toe te voegen 2,5 kg

- luzernemeel of

- grasmeel

met een korrelgrootte van ten hoogste 0,3 mm ; een gedeelte van het meel , dat niet groter is dan 30 gewichtspercenten , kan echter een korrelgrootte van ten hoogste 0,5 mm bevatten ,

of ,

b ) tot en met 31 oktober 1972 , door aan iedere 1 000 kg ondermelk , voor de droging , toe te voegen

- 1 gram azorubine E 122 ( carmesine )

of

- 1 gram eosine .

Artikel 3

1 . De denaturering wordt ter plaatse gecontroleerd .

Iedere Lid-Staat wijst een voor de uitoefening van deze controle bevoegde instantie aan .

2 . Het denaturerende bedrijf deelt aan de in lid 1 bedoelde instantie tijdig voor de denaturering schriftelijk de volgende gegevens mede :

a ) de naam en het adres van het bedrijf ,

b ) de hoeveelheid magere-melkpoeder , die gedenatureerd moet worden ,

c ) de plaats van denaturering ,

d ) de voor de denaturering voorziene periode .

De bevoegde instantie kan aanvullende gegevens verlangen .

Artikel 4

1 . Mengvoeders in de zin van artikel 2 , lid 1 , sub d ) , van Verordening ( EEG ) nr . 986/68 zijn produkten

a ) die minder dan 80 gewichtspercenten magere-melkpoeder bevatten , waaraan ten minste zijn toegevoegd :

- 5 gewichtspercenten melkvreemde vetten en ten minste 2 gewichtspercenten zetmeel of zetmeelgel

of

- 2,5 gewichtspercenten melkvreemde vetten en ten minste 2 gewichtspercenten zetmeel of zetmeelgel , indien er , per 100 kg magere-melkpoeder , 2,5 kg luzernemeel of grasmeel in is vermengd onder de bij artikel 2 , lid 1 , bedoelde voorwaarden ,

b ) die een voor veevoeding typische samenstelling hebben ,

c ) die onmiddellijk als veevoeder kunnen worden gebruikt , zonder voor het bereiken van het landbouwbedrijf , de veefokkerij of de vetmesterij te zijn verwerkt of vermengd .

2 . Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 5 wordt het mengvoeder verpakt in zakken met een maximuminhoud van 50 kg , waarop in duidelijk leesbare letters worden gedrukt :

a ) een aanduiding , dat het mengvoeder betreft ,

b ) een opschrift , waardoor het bedrijf , dat steun ontvangt , kan worden geïdentificeerd . Dit opschrift kan in code worden opgesteld en moet in dit geval de eerste letter van het land van oorsprong bevatten ,

c ) de maand en het jaar van vervaardiging .

3 . De Lid-Staten kunnen :

- de samenstelling , die zij kenmerkend achten voor mengvoeder ,

- de wijze , waarop de in lid 2 omschreven markering van de verpakkingen plaatsvindt , alsmede de aanvullende aanduidingen die op een etiket kunnen voorkomen , nader omschrijven .

De Lid-Staten delen aan de Commissie de maatregelen mede , die zij nemen bij toepassing van de bovengenoemde voorschriften .

4 . De Lid-Staten treffen de nodige controlemaatregelen om ervoor te zorgen dat voor magere-melkpoeder als zodanig of in de vorm van mengsels , waarvoor bij de verwerking tot mengvoeder steun wordt gevraagd niet reeds vroeger steun is toegekend .

Artikel 5

De bepalingen van artikel 4 , lid 2 , worden niet toegepast :

a ) op mengvoeder , waaraan per 100 kg magere-melkpoeder , 2,5 kg luzernemeel of grasmeel is toegevoegd onder de in artikel 2 , sub a ) , bedoelde voorwaarden ,

b ) op mengvoeder , geleverd door tankwagens of containers aan een landbouwbedrijf , een veefokkerij of een vetmesterij , die dit mengvoeder gebruiken , onder de in de artikelen 6 en 7 bepaalde voorwaarden .

Artikel 6

1 . De levering van mengvoeder door tankwagens of containers vindt plaats onder toepassing van de volgende voorschriften :

a ) het bedrijf dat steun ontvangt wordt , op zijn verzoek , door de bevoegde instantie van de Lid-Staat , op wiens grondgebied het is gevestigd , gemachtigd deze vorm van transport te gebruiken ,

b ) de levering heeft plaats onder administratieve controle , die met name waarborgt , dat de levering geschiedt aan een landbouwbedrijf , een veefokkerij of een vetmesterij , die mengvoeder gebruiken .

2 . In dit geval zal de betaling van de steun slechts plaatsvinden , indien het bedrijf aan de bevoegde instantie de bewijsstukken yerstrekt , waaruit blijkt , dat de levering onder inachtneming van het in lid 1 , sub b ) , bepaalde heeft plaatsgevonden .

Artikel 7

1 . In het geval dat de in artikel 5 , sub b ) , bedoelde levering door tankwagens of containers in een andere Lid-Staat plaatsvindt dan in de verkopende Lid-Staat , kan het bewijs van levering onder de in artikel 6 , lid 1 , sub b ) , bedoelde voorwaarden slechts worden geleverd door de overlegging van het in artikel 1 van Verordening ( EEG ) nr . 2315/69 bedoelde controle-exemplaar .

2 . De vakken nrs . 101 , 103 en 104 van het controle-exemplaar worden ingevuld . Vak nr . 104 wordt ingevuld onder doorhaling van het overbodige en onder aanduiding bij het tweede gedachtenstreepje van de volgende vermeldingen :

- " Application règlement ( CEE ) n * 990/72 - aliments composés pour animaux destinés à exploitation agricole ou exploitation d'élevage ou d'engraissement utilisatrices - " ;

- " Anwendung Verordnung ( EWG ) Nr . 990/72 - fuer landwirtschaftlichen Betrieb bzw . Aufzucht - oder Mastbetrieb bestimmtes Mischfutter - " ;

- " Applicazione regolamento ( CEE ) n . 990/72 - alimenti composti per animali destinati ad azienda agricola oppure ad azienda di allevamento o di ingrasso utilizzatrici - " ;

- " Toepassing Verordening ( EEG ) nr . 990/72 - voor gebruik in landbouwbedrijven of veefokkerij of vetmesterij bestemd mengvoeder - " .

3 . De Lid-Staat van bestemming controleert of geadresseerde beantwoordt aan de in artikel 6 , lid 1 , sub b ) , bedoelde voorwaarden .

Artikel 8

1 . Aan een bedrijf , dat mengvoeder vervaardigt , wordt slechts steun verleend :

a ) indien het daartoe door de bevoegde instantie van de Lid-Staat , op wiens grondgebied de vervaardiging plaatsvindt , is goedgekeurd ,

b ) indien het de in lid 3 bedoelde maandelijkse voorraadboekhouding voert .

2 . De goedkeuring wordt verleend aan bedrijven , die beschikken over aangepakte technische installaties en een administratie en boekhouding , die de uitvoering van de in deze verordening voorziene bepalingen en de aanvullende eisen voor de toepassing van de voorschriften van artikel 4 , lid 3 , mogelijk maken .

Zodra deze waarborgen niet meer bestaan , wordt de erkenning ingetrokken ; zij wordt opnieuw verleend , indien de vereiste voorwaarden worden vervuld .

3 . De maandelijkse voorraadboekhouding dient ten minste de volgende gegevens te bevatten :

a ) de van de producenten ontvangen melk en room ; b ) de van de zuivelfabrieken ontvangen melk , ondermelk en room ;

c ) de dag van vervaardiging en de vervaardigde hoeveelheid ondermelk en magere-melkpoeder ;

d ) de geproduceerde hoeveelheid andere zuivelprodukten ;

e ) de dag van levering en de geleverde hoeveelheid ondermelk en magere-melkpoeder , als zodanig of in de vorm van een mengsel gebruikt , voor de vervaardiging van mengvoeder alsmede naam en adres van de leverancier ;

f ) de dag van vervaardiging en de vervaardigde hoeveelheid mengvoeder , alsmede de samenstelling ervan in gewichtspercenten ;

g ) de dag van verkoop en de verkochte hoeveelheid ondermelk , magere-melkpoeder en mengvoeder , alsmede de naam en adres van de ontvanger ;

h ) verliezen , monsters , retourzendingen en omruiling van ondermelk , magere-melkpoeder en mengvoeder .

4 . De in lid 3 genoemde gegevens worden met name door leveringsbewijzen en facturen gestaafd .

Artikel 9

Voor de hoogte van het steunbedrag is de dag van denaturering van de ondermelk of het magere-melkpoeder of de dag van verwerking tot mengvoeder bepalend .

Artikel 10

De Lid-Staten treffen de nodige controlemaatregelen , ten einde de naleving van de in deze verordening bepaalde voorschriften te waarborgen .

Artikel 11

Verordening ( EEG ) nr . 1106/68 wordt ingetrokken .

Artikel 12

Deze verordening treedt in werking op 1 augustus 1972 .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 15 mei 1972 .

Voor de Commissie

De Voorzitter

S . L . MANSHOLT

( 1 ) PB nr . L 148 van 28 . 6 . 1968 , blz . 13 .

( 2 ) PB nr . L 148 van 3 . 7 . 1971 , blz . 4 .

( 3 ) PB nr . L 169 van 18 . 7 . 1968 , blz . 4 .

( 4 ) PB nr . L 77 van 1 . 4 . 1971 , blz . 9 .

( 5 ) PB nr . L 184 van 29 . 7 . 1968 , blz . 26 .

( 6 ) PB nr . L 214 van 22 . 9 . 1971 , blz . 9 .

( 7 ) PB nr . L 295 van 24 . 11 . 1969 , blz . 14 .

( 8 ) PB nr . L 69 van 22 . 3 . 1971 , blz . 7 .