Home

77/533/EEG: Besluit van de Commissie van 29 juli 1977 tot instelling van een gespecialiseerde afdeling ,,Harmonisatie van de wetgevingen' ' van het Raadgevend Comité voor veevoeder

77/533/EEG: Besluit van de Commissie van 29 juli 1977 tot instelling van een gespecialiseerde afdeling ,,Harmonisatie van de wetgevingen' ' van het Raadgevend Comité voor veevoeder

77/533/EEG: Besluit van de Commissie van 29 juli 1977 tot instelling van een gespecialiseerde afdeling ,,Harmonisatie van de wetgevingen' ' van het Raadgevend Comité voor veevoeder

Publicatieblad Nr. L 211 van 19/08/1977 blz. 0010 - 0012
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 19 blz. 0079
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 13 blz. 0042
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 13 blz. 0042


++++

BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 29 juli 1977

tot instelling van een gespecialiseerde afdeling " Harmonisatie van de wetgevingen " van het Raadgevend Comité voor veevoeder

( 77/533/EEG )

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Overwegende dat het voor de Commissie van belang is advies in te winnen bij de bedrijfsgroepen en de consumenten over vraagstukken in verband met de harmonisatie van de wetgevingen inzake veevoeder ;

Overwegende dat het Economisch en Sociaal Comité er in een op 24 mei 1972 uitgebracht rapport op heeft gewezen dat " het bijzonder wenselijk zou zijn dat naast het Permanent Comité voor levensmiddelen en het Permanent Veterinair Comité tevens een Raadgevend Comité zou worden opgericht - zoals in het kader van de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten is geschied - , waarin vertegenwoordigers van de verschillende economische en sociale kringen zitting zouden hebben " ;

Overwegende dat alle bedrijfsgroepen waarvoor harmonisatie van de wetgeving inzake veevoeder van rechtstreeks belang is , alsmede de consumenten , in de gelegenheid gesteld moeten worden om deel te nemen aan het opstellen van de door de Commissie gevraagde adviezen ;

Overwegende dat de beroepsverenigingen in de landbouw , de industrie , de handel , de werknemersorganisaties en de consumentenverenigingen van de Lid-Staten zich op het niveau van de Gemeenschap hebben georganiseerd ;

Overwegende dat men moet kunnen beschikken over een specifiek raadgevend orgaan voor de vraagstukken in verband met de harmonisatie van de wetgevingen inzake veevoeder ,

BESLUIT :

Artikel 1

1 . Bij de Commissie wordt een gespecialiseerde afdeling " Harmonisatie van de wetgevingen " van het Raadgevend Comité voor veevoeder ingesteld , hierna " de Afdeling " te noemen .

2 . De Afdeling brengt aan het Comité verslag uit over de resultaten van haar werkzaamheden .

3 . De Afdeling is samengesteld uit vertegenwoordigers van organisaties van de landbouw , de industrie , de handel , de werknemers en de consumenten .

Artikel 2

1 . De Afdeling kan door de Commissie worden geraadpleegd over alle aangelegenheden betreffende de harmonisatie van de wetgevingen inzake veevoeder .

2 . De voorzitter van de Afdeling kan de aandacht van de Commissie vestigen op de wenselijkheid dat de Afdeling geraadpleegd wordt over een aangelegenheid ten aanzien waarvan zij bevoegd is en waarover aan de Afdeling geen advies is gevraagd .

Hij doet dit eveneens op verzoek van een der economische groeperingen die deel uitmaken van de Afdeling .

Artikel 3

1 . De Afdeling bestaat uit twaalf permanente leden en ten hoogste vierentwintig niet-permanente leden .

2 . De zetels voor de permanente leden worden als volgt verdeeld :

- twee voor de landbouwproducenten ,

- twee voor de landbouwcooperaties ,

- twee voor de industrie ,

- twee voor de handel ,

- twee voor de werknemers ,

- twee voor de consumenten .

3 . De genoemde economische sectoren kunnen elk ten hoogste vier niet-permanente leden aanwijzen .

Artikel 4

1 . De permanente leden van de Afdeling worden door de Commissie op voorstel van de volgende organisaties benoemd :

landbouwproducenten :

het Comité van de Landbouworganisaties van de Europese Economische Gemeenschap ( COPA )

landbouwcooperaties :

het Algemeen Comité van de Landbouwcooperaties in de landen der Europese Economische Gemeenschap ( COGECA )

industrie :

de Unie van Industriefederaties der Europese Gemeenschap ( UNICE )

handel :

het Comité der Handelsorganisaties van de landen van de Europese Economische Gemeenschap ( COCCEE )

werknemers :

het Europees Verbond van Vakverenigingen ( EVV )

consumenten :

het bij besluit van de Commissie van 25 september 1973 ingestelde Raadgevend Comité van verbruikers .

2 . Voor iedere zetel stellen deze organisaties twee kandidaten van verschillende nationaliteit voor , die onderdaan van een Lid-Staat van de Gemeenschap dienen te zijn .

3 . De in lid 1 van dit artikel aangewezen organisaties , stellen de Commissie per aan het secretariaat bedoeld in artikel 9 , lid 3 , gerichte brief uiterlijk acht dagen voor elke vergadering hun overige vertegenwoordigers in het Comité voor .

Artikel 5

1 . De permanente leden van de Afdeling worden voor een periode van drie jaar benoemd . Zij zijn herbenoembaar . Voor de functie die zij vervullen wordt geen bezoldiging toegekend .

Na afloop van deze periode van drie jaar blijven de permanente leden van de Afdeling in functie totdat in hun vervanging of in de verlenging van hun ambtstermijn wordt voorzien .

De ambtstermijn van een permanent lid eindigt bij ontslag of overlijden voor het einde van de periode van drie jaar .

Ook kan de ambtstermijn van een permanent lid worden beëindigd op verzoek van de organisatie die hem heeft voorgedragen . Het lid wordt voor de overblijvende periode van zijn ambtstermijn vervangen volgens de procedure van artikel 4 , lid 1 en lid 2 .

2 . De lijst van de permanente leden wordt ter informatie door de Commissie bekendgemaakt in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Artikel 6

1 . De voorzitter van de Afdeling wordt gekozen voor een periode van drie jaar uit en door de permanente leden .

2 . Deze verkiezing geschiedt bij de eerste stemming met een meerderheid van twee derde der aanwezige leden en bij de volgende stemmingen met een gewone meerderheid der aanwezige permanente leden .

De Afdeling kan volgens dezelfde procedure een bureau samenstellen . In dit geval omvat het bureau , naast de voorzitter , ten hoogste één vertegenwoordiger van elke in de Afdeling vertegenwoordigde economische groepering waartoe de voorzitter niet behoort .

De leden van het bureau vervullen de functie van vicevoorzitter .

De werkzaamheden van de Afdeling worden door het bureau voorbereid en georganiseerd .

Artikel 7

Op verzoek van een der vertegenwoordigde economische sectoren kan de voorzitter een afgevaardigde van deze sector uitnodigen om de vergaderingen van de Afdeling bij te wonen .

Hij kan eveneens iedere persoon die bevoegd is met betrekking tot een bepaald agendapunt verzoeken als deskundige aan de werkzaamheden van de Afdeling en van de werkgroepen deel te nemen .

De deelneming van deskundigen aan de besprekingen blijft beperkt tot aangelegenheden waarvoor zij zijn uitgenodigd .

Artikel 8

De Afdeling kan werkgroepen vormen .

De werkgroepen wijzen zelf een voorzitter en een rapporteur aan .

De taak van de werkgroepen bestaat erin bij de Afdeling verslag uit te brengen over de besproken aangelegenheden .

Artikel 9

1 . De Afdeling wordt door de Commissie bijeengeroepen en vergadert in de plaats waar de Commissie haar zetel heeft . Het bureau wordt in overleg met de Commissie door de voorzitter bijeengeroepen .

2 . De vertegenwoordigers van de betrokken diensten van de Commissie wonen de vergaderingen van de Afdeling , van het bureau en van de werkgroepen bij .

3 . De diensten van de Commissie dragen zorg voor het secretariaat van de Afdeling , van het bureau en van de werkgroepen .

Artikel 10

De besprekingen in de Afdeling hebben betrekking op de door de Commissie gevraagde adviezen . Er wordt niet over gestemd .

De Commissie mag , wanneer zij de Afdeling om advies verzoekt , de termijn bepalen waarbinnen het advies moet worden uitgebracht .

De standpunten van de in de Afdeling vertegenwoordigde economische groeperingen worden vermeld in een verslag dat aan de Commissie wordt toegezonden .

Indien er met betrekking tot het gevraagde advies in de Afdeling enstemmingheid bestaat , stelt de Afdeling gemeenschappelijke conclusies op , welke bij het verslag van de besprekingen worde gevoegd .

De resultaten van de besprekingen worden door de Commissie ter kennis gebracht van de Raad en van het Permanent Comité voor veevoeder indien deze organen daarom verzoeken .

Artikel 11

Onverminderd het bepaalde in artikel 214 van het Verdrag , zijn de deelnemers aan de vergaderingen van de Afdeling verplicht de inlichtingen , die hun in verband met de werkzaamheden van de Afdeling of van de werkgroepen ter kennis zijn gekomen , geheim te houden , indien de Commissie hun mededeelt dat het gevraagde advies of de gestelde vraag betrekking heeft op een aangelegenheid die een vertrouwelijk karakter draagt . In dat geval nemen alleen de leden van de Afdeling en de vertegenwoordigers van de diensten van de Commissie aan de vergaderingen deel .

Artikel 12

Dit besluit treedt in werking op 1 augustus 1977 .

Gedaan te Brussel , 29 juli 1977 .

Voor de Commissie

De Vice-Voorzitter

Finn GUNDELACH