Home

Verordening ( EEG ) nr. 830/78 van de Raad van 25 april 1978 tot vaststelling van de algemene voorschriften betreffende de levering van melkvet aan bepaalde ontwikkelingslanden en bepaalde gespecialiseerde instellingen in het kader van het voedselhulpprogramma voor 1978

Verordening ( EEG ) nr. 830/78 van de Raad van 25 april 1978 tot vaststelling van de algemene voorschriften betreffende de levering van melkvet aan bepaalde ontwikkelingslanden en bepaalde gespecialiseerde instellingen in het kader van het voedselhulpprogramma voor 1978

Verordening ( EEG ) nr. 830/78 van de Raad van 25 april 1978 tot vaststelling van de algemene voorschriften betreffende de levering van melkvet aan bepaalde ontwikkelingslanden en bepaalde gespecialiseerde instellingen in het kader van het voedselhulpprogramma voor 1978

Publicatieblad Nr. L 115 van 27/04/1978 blz. 0006 - 0007


++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 830/78 VAN DE RAAD

van 25 april 1978

tot vaststelling van de algemene voorschriften betreffende de levering van melkvet aan bepaalde ontwikkelingslanden en bepaalde gespecialiseerde instellingen in het kader van het voedselhulpprogramma voor 1978

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , inzonderheid op artikel 43 ,

Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 804/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelprodukten ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 2560/77 ( 2 ) , inzonderheid op artikel 6 , lid 6 ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 3 ) ,

Overwegende dat bepaalde ontwikkelingslanden en bepaalde gespecialiseerde instellingen hun behoeften aan melkvet kenbaar hebben gemaakt ; dat dit melkvet kan worden geleverd in de vorm van in de Gemeenschap geproduceerde boter of butteroil die aan bepaalde kwaliteitscriteria voldoen ;

Overwegende dat uit de thans in de Gemeenschap beschikbare voorraden een hoeveelheid boter of butteroil , overeenkomende met 35 800 ton butteroil , als voedselhulp beschikbaar kan worden gesteld ; dat de verdeling van de beschikbare hoeveelheden over de openbare en de particuliere opslag varieert naar gelang van de ontwikkeling van de markt en de door het seizoen bepaalde behoeften ;

Overwegende dat , gezien de marktsituatie voor boter en andere melkvetten in de Gemeenschap en de omstandigheid dat bepaalde leveringen spoed vereisen en de leveringen met regelmaat en op zo gunstig mogelijke economische voorwaarden moeten worden uitgevoerd , dient te worden bepaald dat de boter of butteroil voor voedselhulp uit de voorraden van de interventiebureaus wordt geleverd of op de markt van de Gemeenschap wordt aangekocht ;

Overwegende dat , om een doelmatige aanwending van de hulp mogelijk te maken , moet worden voorzien in de financiering van bepaalde kosten van verzending en distributie van de goederen ;

Overwegende dat de levering tegen de gunstigste prijs moet geschieden ; dat te dien einde een aanbestedingsprocedure moet worden gevolgd ; dat het evenwel voor urgente acties wenselijk kan zijn een onderhandse procedure te volgen ten einde de zaken te bespoedigen ;

Overwegende dat het dienstig is de nadere regels voor de toepassing van de maatregelen bij aankoop van boter of butteroil op de markt vast te stellen volgens de procedure van artikel 30 van Verordening ( EEG ) nr . 804/68 , zoals dit het geval is bij de nadere regels die van toepassing zijn in geval van gebruik van hoeveelheden uit openbare opslag ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

Aan bepaalde ontwikkelingslanden en bepaalde gespecialiseerde instellingen wordt in het kader van het voedselhulpprogramma voor 1978 een hoeveelheid boter of butteroil ter beschikking gesteld die overeenkomt met 35 800 ton butteroil .

Artikel 2

1 . De in artikel 1 bedoelde boter wordt aangekocht overeenkomstig artikel 6 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 804/68 . De in artikel 1 bedoelde butteroil wordt uit deze boter vervaardigd .

2 . Indien de marktsituatie niet toelaat de in artikel 1 bedoelde levering te verrichten overeenkomstig lid 1 , wordt de te leveren boter of het te leveren melkvet aangekocht op de markt van de Gemeenschap . Hierdoor mag de normale ontwikkeling van de marktprijzen niet worden verstoord .

Artikel 3

Ter uitvoering van artikel 1 :

a ) financiert de Gemeenschap de waarde van de boter of de butteroil in de laadhaven of een overeenkomstig stadium ;

b ) kan de Gemeenschap bovendien in uitzonderingsgevallen , geheel of gedeeltelijk , op grond van een besluit van de Raad genomen volgens de in artikel 8 bedoelde procedure

- het vervoer tot de grens van het land van bestemming en eventueel tot de plaatsen van bestemming , en

- de verdeling , wanneer deze door tussenkomst van een gespecialiseerde instelling geschiedt ,

financieren .

Artikel 4

De in artikel 3 , sub b ) , bedoelde kosten worden door het met de uitvoering van de transactie belaste interventiebureau geheel of gedeeltelijk aan het land van bestemming of de ontvangende instelling betaald in de vorm van een forfaitaire bijdrage , wanneer de met dit land of deze instelling vastgestelde wijze van tenuitvoerlegging hierin voorziet .

Artikel 5

Voor de levering , de verpakking , de etikettering en de verzending van de produkten in de laadhaven of een overeenkomstig stadium en , in voorkomend geval , de verdere verzending wordt , onverminderd artikel 4 , een aanbestedingsprocedure gevolgd , behalve in uitzonderingsgevallen , waarvoor een onderhandse procedure kan worden gevolgd .

Artikel 6

De aan de aangewezen onderneming te betalen bedragen zijn slechts verschuldigd indien :

a ) de onderneming de in het bericht van aanbesteding of het onderhandse contract vermelde verplichtingen is nagekomen en

b ) na controle is geconstateerd dat de kwaliteit en de verpakking van het geleverde produkt in overeenstemming zijn met de communautaire voorschriften op dit gebied .

Bepaald kan worden dat een voorschot op deze bedragen moet worden gestort .

Artikel 7

Het besluit om artikel 2 , lid 2 , toe te passen , alsmede de wijze waarop in dat geval artikel 2 , lid 2 , en artikel 5 worden toegepast , worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 30 van Verordening ( EEG ) nr . 804/68 .

Artikel 8

De landen en instellingen die hulp ontvangen en de aan elk van hen toe te kennen hoeveelheid worden door de Raad , op voorstel van de Commissie , met gekwalificeerde meerderheid van stemmen vastgesteld .

Artikel 9

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Luxemburg , 25 april 1978 .

Voor de Raad

De Voorzitter

Lise OESTERGAARD

( 1 ) PB nr . L 148 van 28 . 6 . 1968 , blz . 13 .

( 2 ) PB nr . L 303 van 28 . 11 . 1977 , blz . 1 .

( 3 ) PB nr . C 36 van 13 . 2 . 1978 , blz . 54 .