79/309/EEG: Besluit van de Raad van 19 maart 1979 houdende wijziging van de ter beschikking van het Europees Ontwikkelingsfonds (1975) gestelde bedragen ten behoeve van enerzijds de ACS-Staten en anderzijds de landen en gebieden overzee alsmede de Franse overzeese departementen

++++

BESLUIT VAN DE RAAD

van 19 maart 1979

houdende wijziging van de ter beschikking van het Europees Ontwikkelingsfonds ( 1975 ) gestelde bedragen ten behoeve van enerzijds de ACS-Staten en anderzijds de landen en gebieden overzee alsmede de Franse overzeese departementen

( 79/309/EEG )

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op het op 11 juli 1975 te Brussel ondertekende Intern Akkoord betreffende de financiering en het beheer van de steun van de Gemeenschap ( 1 ) , hierna te noemen het " Intern Akkoord " , inzonderheid op artikel 1 , lid 4 , gewijzigd bij het Akkoord van 28 maart 1977 houdende wijziging van dit Intern Akkoord ( 2 ) ,

Gezien het voorstel van de Commissie ,

Overwegende dat de Salomonseilanden , Tuvalu en Dominica , voormalige landen en gebieden overzee , die krachtens Besluit 76/568/EEG ( 3 ) met de Gemeenschap waren geassocieerd , onafhankelijk zijn geworden en om toetreding tot de ACS-EEG-Overeenkomst van Lomé , hierna te noemen de Overeenkomst , hebben verzocht op grond van artikel 89 van die Overeenkomst ; dat de ACS-EEG-Raad van Ministers deze verzoeken heeft ingewilligd ; dat deze Staten hun akten van toetreding hebben neergelegd bij het Secretariaat van de Raad op respectievelijk 27 september 1978 , 17 januari 1979 en 26 februari 1979 en bijgevolg op deze data tot de Overeenkomst zijn toegetreden ;

Overwegende dat derhalve overeenkomstig artikel 1 , lid 4 , van het Intern Akkoord de in artikel 1 , lid 3 bis , sub b ) , van dit Intern Akkoord voor de landen en gebieden overzee alsmede voor de Franse overzeese departementen aangegeven bedragen dienen te worden verminderd en de sub a ) van hetzelfde lid voor de ACS-Staten vermelde bedragen dienovereenkomstig dienen te worden verhoogd ;

Overwegende dat deze wijziging dient te geschieden op basis van de bedragen vermeld in Besluit 78/465/EEG ( 4 ) , waarbij de ter beschikking van het Europees Ontwikkelingsfonds gestelde bedragen voor het laatst werden aangepast ingevolge de toetreding tot de Overeenkomst van voormalige geassocieerde landen en gebieden overzee ,

BESLUIT :

Artikel 1

Artikel 1 , lid 3 bis en 3 ter , van het Intern Akkoord wordt als volgt gelezen :

" 3 bis . Vanaf 26 februari 1979 wordt het in lid 2 bis genoemde bedrag van 3 159,50 miljoen Europese rekeneenheden als volgt verdeeld :

a ) 3 067,767 miljoen Europese rekeneenheden bestemd voor de ACS-Staten en afkomstig :

- voor 3 000 miljoen Europese rekeneenheden uit het aanvankelijk in lid 3 , sub a ) , bedoelde bedrag voor de oorspronkelijke ACS-Staten ,

- voor 9,50 miljoen Europese rekeneenheden uit het in lid 2 bis bedoelde bedrag ,

- voor 13 miljoen Europese rekeneenheden uit het bedrag dat voorkomt in lid 4 , sub a ) , eerste streepje , van artikel 30 dat is ingevoerd bij Besluit 77/155/EEG van de Raad van 14 februari 1977 , tot aanpassing van Besluit 76/568/EEG betreffende de associatie van de landen en gebieden overzee met de Europese Economische Gemeenschap ( 1 ) ,

- voor 45,267 miljoen Europese rekeneenheden uit het bedrag dat ingevolge de toetreding van de Republiek Suriname , de Republiek der Seychellen , de Staat der Comoren , de Republiek Djibouti , de Salomonseilanden , Tuvalu en Dominica tot de Overeenkomst van de financiële middelen LGO naar de financiële middelen ACS is overgebracht , krachtens de besluiten 77/156/EEG ( 2 ) en 78/464/EEG ( 3 ) houdende wijziging van de aan het Europese Ontwikkelingsfonds ( 1975 ) ter beschikking gestelde bedragen ten behoeve van enerzijds de ACS-Staten en anderzijds de landen en gebieden overzee alsmede de Franse overzeese departementen ;

b ) 91,733 miljoen Europese rekeneenheden bestemd voor de landen en gebieden overzee alsmede voor de Franse overzeese departementen , afkomstig uit de bedragen die aanvankelijk waren genoemd in lid 3 , sub b ) en sub c ) , gelet op de verlaging uit hoofde van het sub a ) , vierde streepje , genoemde besluit .

3 ter . a ) Het bedrag bestemd voor de ACS-Staten en vermeld in lid 3 bis , sub a ) , wordt als volgt verdeeld :

2 145,182 miljoen Europese rekeneenheden in de vorm van subsidies ,

445,585 miljoen Europese rekeneenheden in de vorm van speciale leningen ,

97,00 miljoen Europese rekeneenheden in de vorm van risicodragend kapitaal ,

380,00 miljoen Europese rekeneenheden in de vorm van transfers , uit hoofde van titel II van de Overeenkomst ;

b ) Het bedrag genoemd in lid 3 bis , sub b ) , en bestemd voor de landen en gebieden overzee en de overzeese departementen , wordt als volgt verdeeld :

31,692 miljoen Europese rekeneenheden in de vorm van subsidies ,

23,915 miljoen Europese rekeneenheden in de vorm van speciale leningen ,

4,00 miljoen Europese rekeneenheden in de vorm van risicodragend kapitaal ,

12,126 miljoen Europese rekeneenheden in de vorm van reserve ,

20,00 miljoen Europese rekeneenheden in de vorm van transfers voor de landen en gebieden , krachtens de bepalingen van het Besluit inzake het systeem van de stabilisatie van de exportopbrengsten .

( 1 ) PB nr . L 46 van 18 . 2 . 1977 , blz . 15 .

( 2 ) PB nr . L 46 van 18 . 2 . 1977 , blz . 17 .

( 3 ) PB nr . L 147 van 3 . 6 . 1978 , blz . 37 . " .

Artikel 2

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Gedaan te Brussel , 19 maart 1979 .

Voor de Raad

De Voorzitter

R . MONORY

( 1 ) PB nr . L 25 van 30 . 1 . 1976 , blz . 168 .

( 2 ) PB nr . L 287 van 13 . 10 . 1978 , blz . 22 .

( 3 ) PB nr . L 176 van 1 . 7 . 1976 , blz . 8 .

( 4 ) PB nr . L 147 van 3 . 6 . 1978 , blz . 39 .