83/393/EGKS: Beschikking van de Commissie van 29 juni 1983 inzake de steun die de Franse Regering voornemens is aan Sacilor en Usinor te verlenen (Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)
83/393/EGKS: Beschikking van de Commissie van 29 juni 1983 inzake de steun die de Franse Regering voornemens is aan Sacilor en Usinor te verlenen (Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek)
++++
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 29 juni 1983
inzake de steun die de Franse Regering voornemens in aan Sacilor en Usinor te verlenen
( Slechts de tekst in de Franse taal is authentiek )
( 83/393/EGKS )
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal ,
Gelet op Beschikking nr . 2320/81/EGKS van de Commissie van 7 augustus 1981 tot invoering van communautaire regels voor steun aan de ijzer - en staalindustrie ( 1 ) , en met name op artikel 8 , lid 3 ,
Na de belanghebbenden overeenkomstig artikel 8 , lid 3 , van Beschikking nr . 2320/81/EGKS te hebben aangemaand hun opmerkingen te maken ( 2 ) en gezien deze opmerkingen ,
I
Overwegende dat de Franse Regering bij telexbericht nr . 74 van 19 februari 1982 van haar Permanente Vertegenwoordiging de Commissie in kennis heeft gesteld van haar steunvoornemen ten behoeve van Usinor en Sacilor ; dat de Franse Regering bij brief van 30 september 1982 de Commissie bovendien een pakket van voorgenomen steunmaatregelen ten behoeve van deze beide groepen heeft voorgelegd ; dat de Commissie na een eerste onderzoek naar de verenigbaarheid van deze steun met de criteria van de artikelen 2 , 3 en 5 van Beschikking nr . 2320/81/EGKS op grond van de haar door de Franse Regering verstrekte gegevens tot de conclusie is gekomen dat de voorgestelde capaciteitsvermindering ontoereikend is om de totaliteit van de aangemelde steun te rechtvaardigen en dat de terugkeer tot de levensvatbaarheid van de betrokken ondernemingen niet wordt gewaarborgd ; dat desalniettemin de in de sectoren platte produkten en speciaal staal gedane herstructureringsinspanningen en de noodzaak deze ondernemingen in staat te stellen in deze sectoren de investeringen waardoor hun modernisering kan worden gewaarborgd , zo spoedig mogelijk te verwezenlijken , goedkeuring van een gedeelte van de aangemelde steun rechtvaardigen ;
Overwegende dat de Commissie bijgevolg de steun welke bestemd is voor de financiering van de voorziene investeringen in de sectoren platte produkten en speciaal staal , heeft goedgekeurd en tevens de bedrijfssteun welke bestemd is voor de dekking van de verliezen van de ondernemingen tot het einde van het bedrijfsjaar 1982 ; dat zij daarentegen ten aanzien van de voorgenomen steun voor de financiering van investeringen in de sector lange produkten , alsmede ten aanzien van de uit hoofde van 1983 aangemelde bedrijfssteun de procedure van artikel 8 , lid 3 , van Beschikking nr . 2320/81/EGKS heeft ingeleid ; dat de Commissie te dien einde op 8 april en vervolgens op 26 november 1982 twee brieven tot de Franse Regering heeft gericht , waarbij zij deze aanmaande haar opmerkingen te maken ;
II
Overwegende dat de Franse Regering op de bovengenoemd aanmaning niet heeft geantwoord ;
Overwegende dat twee andere Lid-Staten in hun antwoorden met de conclusies van de Commissie konden instemmen ;
Overwegende dat de Franse Regering bij brief van 28 juni 1983 het bedrag van de op 30 september 1982 aangemelde bedrijfssteun heeft herzien en om verlening van deze steun tot 31 december 1984 heeft verzocht ; dat de Franse Regering bovendien nieuwe capaciteitsverminderingen voor warmgewalste produkten heeft aangeboden ;
III
Overwegende dat de navolgende steun nog voorwerp van ingeleide procedures vormt :
- investeringssteun :
- 6,160 miljard Ffr . ,
- garantie voor de bij de EGKS aangevraagde leningen ;
- bedrijfssteun :
18,664 miljard Ffr . ;
- sluitingssteun :
1,0 miljard Ffr . ;
Overwegende dat de Franse Regering als tegenprestatie voor het pakket aangemelde steunmaatregelen een nettocapaciteitsvermindering voor warmgewalste produkten van 5,357 miljoen tot heeft aangeboden ; dat deze ten dele tot rechtvaardiging van de in 1982 goedgekeurde steun heeft gediend ;
IV
Overwegende dat de bovenbedoelde steun voor een deel zal worden verleend in de vorm van kapitaalinbreng of in voorkomend geval in de vorm van voorschotten van aandeelhouders en voor het resterende gedeelte in de vorm van een specifiek semi-budgettair mechanisme volgens hetwelk bij het publiek nieuwe middelen zullen worden aangetrokken die tegen geringe kosten aan de ondernemingen zullen worden doorgegeven , waarbij de Staat door uittrekken van begrotingsmiddelen de dekking van de op de kapitaalmarkt aangegane verbintenissen waarborgt ( kosten van rente en afschrijving ) ; dat in artikel 1 , lid 2 , van Beschikking nr . 2320/81/EGKS is bepaald dat in het begrip steun ook de steunelementen zijn begrepen die eventueel in de financieringsmaatregelen van de Lid-Staten zijn vervat ten aanzien van de rechtstreeks of onrechtstreeks door hen gecontroleerde ijzer - en staalondernemingen die niet in aanmerking komen voor het ter beschikking stellen van risicodragend kapitaal volgens de in een markteconomie normale vennootschapsgebruiken ; dat , rekening houdend met de financiële positie van de ondernemingen " Usinor " en " Sacilor " en met de gedragslijn die een particuliere ondernemer onder dergelijke omstandigheden zou volgen , iedere kapitaalvoorziening waardoor herkapitalisatie van deze beide groepen wordt gegarandeerd , onvermijdelijk steunelementen bevat ;
Overwegende dat in artikel 2 , lid 1 , eerste streepje , van Beschikking nr . 2320/81/EGKS is bepaald dat de begunstigde onderneming een herstructureringsprogramma moet uitvoeren dat geëigend is haar concurrentievermogen weer op peil te brengen en haar zoveel financiële levensvatbaarheid te geven dat zij onder normale marktomstandigheden zonder steun kan functioneren ; dat in het onderhavige geval het herstructureringsprogramma van " Usinor " en " Sacilor " slechts in een terugkeer tot levensvatbaarheid in aansluiting op een gunstige ontwikkeling van de afzet tussen 1980 en 1986 voorziet ; dat een dergelijke ontwikkeling niet overeenstemt met de in het raam van de " Algemene Doelstellingen Staal " geschetste vooruitzichten ; dat de terugkeer tot levensvatbaarheid van deze ondernemingen , en meer in het bijzonder van " Sacilor " , bijgevolg twijfelachtig is ; dat derhalve nieuwe maatregelen vereist zijn , die meer in het bijzonder in de sector lange produkten gericht zijn op buitenbedrijfstelling van installaties die wegens ouderdom of onaangepastheid aan de marktbehoeften op de bedrijfsresultaten van de betrokken ondernemingen drukken ; dat een dergelijke inspanning des te noodzakelijker is , waar in artikel 3 , lid 1 , tweede streepje , en in artikel 5 , lid 1 , derde streepje , van Beschikking nr . 2320/81/EGKS is bepaald dat bedrag en intensiteit van de investerings - en bedrijfssteun in de omvang van de herstructurering rechtvaardiging moeten vinden ; dat het bovendien gewenst is een billijke verdeling van de capaciteitsverminderingen te waarborgen , welke vereist zijn om op Gemeenschapsniveau tot een vermindering van de capaciteiten met 30 a 35 miljoen ton warmgewalste produkten te kunnen komen , hetgeen vanuit het oogpunt van de " Algemene Doelstellingen Staal " noodzakelijk is om een terugkeer tot een voldoende bezettingsgraad mogelijk te maken , ten einde de levensvatbaarheid van de communautaire ijzer - en staalindustrie onder normale marktvoorwaarden te verzekeren ; dat uit dien hoofde en rekening houdend met de ondernomen herstructureringsinspanningen en tevens met de voor 1980 verleende steun , van de Franse ijzer - en staalindustrie een extra inspanning moet worden gevergd ; dat de Franse ijzer - en staalindustrie dientengevolge , behalve de reeds voorgenomen verminderingen , haar capaciteit voor warmgewalste produkten nogmaals met 630 000 ton moet verminderen ; dat het overigens dienstig is een termijn te bepalen voor de vaststelling van de uit te voeren bijkomende sluitingen ;
V
Overwegende dat de Commissie op de toekenning van steun en op de naleving van de door haar gestelde voorwaarden toezicht moet uitoefenen ;
Overwegende dat de capaciteitsverminderingen moeten worden verkregen door sluiting van installaties die warmgewalste produkten vervaardigen , waarvan de Commissie het definitief karakter zal moeten kunnen verifiëren ; dat bij de nettocapaciteitsverminderingen rekening moet worden gehouden met de eventuele verhogingen ten gevolge van goedgekeurde investeringsprogramma's ; dat in het raam van de verwezenlijking van de doelstelling van aanpassing van de produktiecapaciteiten aan de vraag iedere nieuwe gecreëerde capaciteit door een bijkomende sluiting moet worden gecompenseerd ;
Overwegende dat in artikel 2 , lid 1 , eerste streepje , van Beschikking nr . 2320/81/EGKS is bepaald dat de herstructureringsprogramma's van de begunstigde ondernemingen geëigend moeten zijn om hun concurrentievermogen weer op peil te brengen en hun zoveel financiële levensvatbaarheid te geven dat zij onder normale marktomstandigheden zonder steun kunnen functioneren ; dat de Commissie zich derhalve ervan dient te vergewissen dat de steun daadwerkelijk tot het herstel van de levensvatbaarheid bijdraagt ;
Overwegende dat de Commissie steun slechts kan goedkeuren , wanneer het ondernemingen betreft die aan al hun uit de toepassing van het EGKS-Verdrag voortvloeiende verplichtingen voldoen ;
Overwegende dat de goedkeuring van de betrokken steun in genen dele afbreuk doet aan de op grond van de artikelen 65 en 66 van het EGKS-Verdrag te geven beschikkingen , waartoe de Commissie zich in voorkomend geval genoopt zou zien ;
Overwegende dat er een op artikel 58 van het EGKS-Verdrag berustend stelsel van produktiequota ( 3 ) bestaat en dat de verlenging van dit stelsel noodzakelijk wordt geacht ;
VI
Overwegende dat , gelet op het voorgaande , de Commissie de voorgenomen steun kan goedkeuren , met dien verstande , dat de door haar vastgestelde voorwaarden en modaliteiten in acht dienen te worden genomen ,
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN :
Artikel 1
De hierna vermelde , door de Franse Regering voorgenomen steun aan de ondernemingen " Sacilor " en " Usinor " is verenigbaar met de goede werking van de gemeenschappelijke markt , voor zover aan de voorwaarden en modaliteiten van de artikelen 2 tot en met 5 wordt voldaan :
- investeringssteun :
- 6,160 miljard Ffr . ;
- garantie voor de bij de EGKS aangevraagde leningen ;
- bedrijfssteun :
18,664 miljard Ffr . ;
- sluitingssteun :
1,0 miljard Ffr .
Artikel 2
1 . De ondernemingen waarvoor de in artikel 1 bedoelde steun bestemd is , gaan nog afgezien van de verminderingen die reeds gedeeltelijk een tegenprestatie hebben gevormd voor de vrijgeving van steun door de Commissie , en van de nettovermindering met 620 000 ton aan warmgewalste produkten welke later door de Franse Regering is aangeboden , over tot nieuwe nettoverminderingen van produktiecapaciteiten met ten minste 630 000 ton . Deze tegenprestatie kan eveneens door andere ondernemingen worden geleverd .
2 . De lijst van de te sluiten installaties , met de sluitingsdata , en het overzicht van de uit investeringen voortvloeiende capaciteitsverhogingen , aan de hand waarvan kan worden vastgesteld dat de in lid 1 omschreven nettocapaciteitsverminderingen ten uitvoer zijn gelegd , moeten de Commissie voor 31 januari 1984 ter kennis worden gebracht ; de sluitingen moeten voor 31 december 1985 plaatsvinden .
Artikel 3
De steun wordt eerst uitgekeerd , nadat de Commissie heeft kunnen vaststellen dat de onderneming voor eind 1985 levensvatbaarheid zal hebben verkregen .
Artikel 4
1 . Steun mag worden uitgekeerd , indien de Commissie , na een verzoek van de Franse Regering waarin bedrag , vorm en doel van de steun , alsmede de betrokken onderneming worden vermeld , heeft vastgesteld dat aan de voorwaarden in de artikelen 2 en 3 , of aan een toereikend gedeelte ervan wordt voldaan , en dat de betrokken onderneming haar verplichtingen uit hoofde van het EGKS-Verdrag , met name op het gebied van de produktiequota , nakomt .
2 . De voor de voortzetting van de activiteiten van de betrokken ondernemingen tot 31 januari 1984 strikt noodzakelijke steun mag echter worden uitgekeerd , op voorwaarde dat deze ondernemingen hun verplichtingen uit hoofde van het EGKS-Verdrag , met name op het gebied van de produktiequota , nakomen , indien de Commissie , na een verzoek van de Franse Regering waarin bedrag , vorm en doel van de steun worden vermeld , heeft vastgesteld dat aan de in artikel 2 vermelde voorwaarden of aan een toereikend gedeelte ervan , wordt voldaan .
Artikel 5
1 . De investeringssteun mag slechts worden verleend op voorwaarde dat , na de melding van de investeringsprogramma's , indien deze overeenkomstig Beschikking nr . 3302/81/EGKS van de Commissie ( 4 ) is vereist , de Commissie dienaangaande overeenkomstig artikel 54 van het EGKS-Verdrag gunstig advies heeft uitgebracht .
2 . De investeringssteun wordt uitgekeerd naar gelang van de betalingen , die de ondernemingen in verband met hun investeringen moeten verrichten .
Artikel 6
1 . In het raam van de controle die de Commissie uitoefent op de regelmatigheid van de steunuitkeringen in het licht van de in deze beschikking opgenomen voorwaarden en modaliteiten , kan zij verlangen dat de halfjaarlijkse verslagen die haar overeenkomstig artikel 9 van Beschikking nr . 2320/81/EGKS worden uitgebracht , gegevens bevatten over de door de betrokken ondernemingen gemaakte vorderingen om de financiële levensvatbaarheid te bereiken .
2 . Ten einde te kunnen verifiëren of de uitkering van investeringssteun overeenkomstig artikel 5 , lid 2 , is geschied , wordt de Commissie aan het begin van elk kwartaal op de hoogte gesteld van :
- de betalingen die de ondernemingen in het betrokken kwartaal moeten verrichten , hetzij uit hoofde van reeds verrichte , hetzij als voorschot op nog te verrichten werkzaamheden ;
- de investeringssteun die in dezelfde periode zal worden uitgekeerd .
3 . De Commissie kan bovendien door middel van inspecties ter plaatse verifiëren of de in artikel 2 , lid 1 , bedoelde verminderingen van produktiecapaciteiten daadwerkelijk tot stand zijn gebracht .
Artikel 7
1 . Onverminderd de toepassing van sancties welke overeenkomstig het EGKS-Verdrag door de Commissie mogen worden opgelegd , kan de Commissie te allen tijde opschorting van de steunuitkering gelasten , indien zij zou vaststellen dat :
- steun is uitgekeerd zonder dat aan de voorwaarden is voldaan , welke overeenkomstig deze beschikking aan de goedkeuring ervan zijn verbonden ;
- de haar uitgebrachte halfjaarlijkse verslagen twijfel doen rijzen aangaande de terugkeer tot de financiële levensvatbaarheid van de betrokken onderneming tegen eind 1985 . In dat geval kan de Commissie ten aanzien van de herstructurering van de onderneming aanvullende voorwaarden stellen ;
- de begunstigde onderneming de verplichtingen niet is nagekomen welke krachtens het EGKS-Verdrag , en met name het op grond van artikel 58 daarvan ingevoerde produktiequotastelsel , alsmede de prijsvoorschriften , op haar rusten .
2 . De uitkering van steun mag eerst worden hervat , wanneer de Commissie heeft kunnen vaststellen , of en in welke mate de vastgestelde inbreuken een vermindering van het bedrag van de nog te verlenen steun noodzakelijk maken .
Artikel 8
Deze beschikking is gericht tot de Franse Republiek .
Gedaan te Brussel , 29 juni 1983 .
Voor de Commissie
Frans ANDRIESSEN
Lid van de Commissie
( 1 ) PB nr . L 228 van 13 . 8 . 1981 , blz . 14 .
( 2 ) PB nr . C 189 van 23 . 7 . 1982 , blz . 3 , en nr . C 63 van 8 . 3 . 1983 , blz . 2 .
( 3 ) PB nr . L 191 van 1 . 7 . 1982 , blz . 1 .
( 4 ) PB nr . L 333 van 20 . 11 . 1981 , blz . 35 .