Home

Verordening (EEG) nr. 2370/83 van de Raad van 19 augustus 1983 houdende instelling van een definitief anti-dumpingrecht op de invoer van bariumchloride van oorsprong uit de Volksrepubliek China en de Duitse Democratische Republiek

Verordening (EEG) nr. 2370/83 van de Raad van 19 augustus 1983 houdende instelling van een definitief anti-dumpingrecht op de invoer van bariumchloride van oorsprong uit de Volksrepubliek China en de Duitse Democratische Republiek

Verordening (EEG) nr. 2370/83 van de Raad van 19 augustus 1983 houdende instelling van een definitief anti-dumpingrecht op de invoer van bariumchloride van oorsprong uit de Volksrepubliek China en de Duitse Democratische Republiek

Publicatieblad Nr. L 228 van 20/08/1983 blz. 0028 - 0031
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 11 Deel 28 blz. 0156
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 11 Deel 28 blz. 0159


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 2370/83 VAN DE RAAD

van 19 augustus 1983

houdende instelling van een definitief anti-dumpingrecht op de invoer van bariumchloride van oorsprong uit de Volksrepubliek China en de Duitse Democratische Republiek

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 3017/79 van de Raad van 20 december 1979 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping of subsidiëring uit landen die geen lid zijn van de Europese Economische Gemeenschap (1), als gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1580/82 (2), inzonderheid op artikel 12,

Gezien het voorstel van de Commissie, ingediend na overleg in het kader van het in bovengenoemde verordening bedoelde Raadgevend Comité,

Overwegende het volgende:

A. Voorlopige maatregelen

(1) De Commissie heeft bij Verordening (EEG) nr. 985/83 (3) een voorlopig anti-dumpingrecht ingesteld op de invoer van bariumchloride van oorsprong uit de Volksrepubliek China en de Duitse Democratische Republiek.

B. Vervolgprocedures

(2) Na de instelling van het voorlopige anti-dumpingrecht hebben Sachtleben GmbH (hierna genoemd »Sachtleben"), de huidige exclusieve importeur van het betrokken produkt van oorsprong uit de Volksrepubliek China, de exporteur en de hoofdimporteurs van het betrokken produkt van oorsprong uit de Duitse Democratische Republiek en de betrokken producent in de Gemeenschap verzocht, en gelegenheid gekregen, om door de Commissie te worden gehoord. Al deze partijen hebben eveneens schriftelijk hun standpunt met betrekking tot het voorlopige recht kenbaar gemaakt.

(3) Sachtleben verzocht eveneens om ingelicht te worden over bepaalde feiten en essentiële overwegingen op grond waarvan de Commissie voornemens was om een definitieve maatregel aan te bevelen; dit verzoek werd ingewilligd.

(4) In verband met de drastisch toegenomen invoer van het gedumpte produkt van oorsprong uit de Volksrepubliek China in de eerste drie maanden van 1983 (zie de negentiende overweging van Verordening (EEG) nr. 985/83) en de eventuele gevolgen daarvan met betrekking tot de door de betrokken producent in de Gemeenschap geleden schade, werd het juist geacht om de periode van onderzoek te wijzigen van augustus 1981/juli 1982 in januari 1982/maart 1983. Alle partijen die na de inleiding van de procedure hadden geantwoord op de vragenlijst van de Commissie werd derhalve verzocht om hun antwoorden dienovereenkomstig bij te werken. Voorts werd een bezoek gebracht aan de kantoren van de betrokken producent in de Gemeenschap, een belangrijke importeur-consument van het betrokken produkt, en de agent van Sachtleben te Antwerpen.

C. Dumpingmarge

(5) Aangezien het juist werd geacht een meer recente periode van onderzoek te nemen, werd rekening gehouden met de ontvangen bijgewerkte gegevens inzake de exportprijzen van de gedumpte produkten en de normale waarde.

(6) De gewogen gemiddelde dumpingmarge, vastgesteld op grond van de herziene gegevens voor het betrokken produkt van oorsprong uit de Volksrepubliek China en de Duitse Democratische Republiek, bedraagt nog steeds meer dan 75 %.

(7) Er werd geen voldoende bewijs ingediend om de door Sachtleben gevraagde aanpassing van de normale waarde in verband met kwaliteitsverschillen tussen het Chinese en het communautaire produkt te rechtvaardigen; het verzoek werd derhalve verworpen.

(8) Op een door Sachtleben verzochte aanpassing van de normale waarde, om rekening te houden met de aangevoerde voordelen inzake grondstofkosten en het verschillende produktieproces in China, kan niet worden ingegaan. Het blijft namelijk onzeker hoe dergelijke voordelen, indien zij werkelijk bestaan en niet worden opgeheven door concurrentienadelen, kunnen worden weergegeven in de normale waarde indien dezelfde voorwaarden bestaan in het land met markteconomie dat benut werd voor het vaststellen van de normale waarde (USA). Aangezien prijzen niet alleen een functie zijn van de kosten doch ook van de vraag, heeft een producent die een bijzonder voordeel heeft, de keuze tussen het laaghouden van zijn verkoopprijzen of het hand

haven daarvan op het niveau van de prijzen van zijn concurrent met behoud van de extra winst die voortvloeit uit deze voordelen. Zelfs indien de normale waarde moet worden gegrond op de aangenomen waarde in het vergelijkbare land (USA), zouden aanpassingen van in een land met markteconomie vastgestelde kosten meebrengen dat rekening wordt gehouden met de kosten van arbeid, materialen, energie en andere kosten en middelentoewijzingen in een land dat geen markteconomie heeft; artikel 2, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 3017/79 was juist bedoeld om dit uit te sluiten. Het voorstel van Sachtleben om de normale waarde te baseren op de aangenomen waarde in de Gemeenschap, kan niet worden aanvaard, want dit zou in strijd zijn met artikel 2, lid 5, sub b), van die verordening, dat voorziet in het gebruik van de aangenomen waarde van een vergelijkbaar produkt in een derde land met een markteconomie.

(9) Voor de vaststelling van de dumping kan geen rekening worden gehouden met de mogelijke gevolgen van de aangevoerde prijzenoorlog tussen de ex-fabrikant in de Bondsrepubliek Duitsland en de producent in de Gemeenschap, aangezien deze vaststelling plaatsvond op grond van een vergelijking van de exportprijzen van de exporteurs en de prijs van het soortgelijke produkt verkocht op de binnenlandse markt van het vergelijkbare land (USA) en dus geen enkel verband houdt met de historische prijzen van het betrokken produkt in de Gemeenschap.

D. Schade

(10) In verband met de wijziging van de referentieperiode is rekening gehouden met de beschikbare bijgewerkte gegevens betreffende de door de betrokken communautaire producent geleden schade. De Commissie heeft derhalve de conclusies in Verordening (EEG) nr. 985/83 als volgt gewijzigd.

(11) Wat betreft de schade veroorzaakt door gekristalliseerd bariumchloride van oorsprong uit de Volksrepubliek China, blijkt uit de statistische gegevens dat de invoer in de Gemeenschap van 3 088 ton in 1980 is gestegen tot 3 828 in 1981, tot 5 849 ton in 1982 en tot 3 451 ton in de drie eerste maanden van 1983. Dit betekent een stijging van 24 % tussen 1980 en 1981, 53 % in 1982 en nog eens een stijging van 136 % (geëxtrapoleerd op jaarbasis) in de eerste drie maanden van 1983. Sachtleben bestreed de officiële invoerstatistieken van de Gemeenschap en met name de cijfers van 1983 op grond van het feit dat het grootste deel van hun cijfers in feite betrekking heeft op het in het vrije verkeer brengen van goederen die reeds in 1982 in de Gemeenschap zijn binnengekomen volgens de (T1)-douanevervoerregeling en die reeds in de statistieken van 1982 zijn opgenomen. De Commissie verifieerde derhalve de invoer van Sachtleben in 1981, 1982 en 1983. Op grond van de cijfers die door de bij de Commissie bekende importeurs zijn verstrekt, steeg de invoer van gekristalliseerd bariumchloride in de Gemeenschap van oorsprong uit de Volksrepubliek China tussen 1980 en 1982 met 42 %. Deze stijging moet gezien worden in verhouding tot een daling van 38 % van het verbruik van dit produkt in de Gemeenschap tussen 1980 en 1982. Het feit dat een groot deel van deze goederen door Sachtleben in voorraad wordt gehouden, brengt geen wijziging in de conclusie dat zij schade kunnen veroorzaken, aangezien zij in werkelijkheid elk moment op de markt kunnen komen. Voorts wordt nog een aanzienlijke hoeveelheid gekristalliseerd bariumchloride door Sachtleben in Antwerpen in voorraad gehouden overeenkomstig de T1-regeling. Deze goederen vormen op zijn minst een dreiging van schade, want zij kunnen op zeer korte termijn ingeklaard en in de Gemeenschap in het vrije verkeer worden gebracht. Wat de toekomstige invoer betreft, heeft Sachtleben de contractuele verplichting om gedurende verscheidene jaren van de Chinese exporteur een zeer aanzienlijke en toenemende hoeveelheid gekristalliseerd bariumchloride te kopen.

(12) Met betrekking tot de schade veroorzaakt door watervrij bariumchloride van oorsprong uit de Volksrepubliek China, vond een aanzienlijke stijging plaats tussen 1980 en 1982. Deze invoer is in 1982 stopgezet wegens technische problemen. Sachtleben bevestigde echter dat deze problemen zijn geregeld, zodat deze invoer een schade dreigt te veroorzaken. Voorts is Sachtleben in staat om het ingevoerde gekristalliseerde bariumchloride om te zetten in watervrij bariumchloride. Ten einde te voorkomen dat Sachtleben rechtstreeks watervrij bariumchloride uit de Volksrepubliek China invoert of ingevoerd gekristalliseerd bariumchloride omzet in watervrij bariumchloride, besloot de producent in de Gemeenschap met Sachtleben een meerjarig contract te sluiten voor watervrij bariumchloride waarvan de verkoopprijs ver beneden de produktiekosten ligt.

(13) Met betrekking tot de schade veroorzaakt door de gedumpte invoer van oorsprong uit de Duitse Democratische Republiek, blijkt uit het de Commissie ter beschikking staande bewijsmateriaal dat de invoer in de Gemeenschap van gekristalliseerd bariumchloride in het Verenigd Koninkrijk, de voornaamste invoermarkt van het betrokken produkt van oorsprong uit de Duitse Democratische Republiek, steeg van 0 ton in 1980 tot 253 ton in 1981 en licht daalde in 1982. Hoewel in 1983 de invoer van het betrokken produkt van oorsprong uit de Duitse Democrati sche Republiek slechts zeer gering was, vormde deze een dreiging van schade, wegens de uitvoercapaciteit van de exporteur in de Duitse Democratische Republiek en de waarschijnlijkheid dat hij de uitvoer naar de Gemeenschap zal hervatten indien alleen op de invoer van oorsprong uit de Volksrepubliek China een anti-dumpingrecht wordt ingesteld.

(14) De gewogen verkoopprijzen van gekristalliseerd bariumchloride van oorsprong uit de Volksrepubliek China en de Duitse Democratische Republiek lagen gedurende de periode van onderzoek respectievelijk 7 tot 17 en 13 % beneden de prijzen van de producent in de Gemeenschap. De verkoopprijzen van de ingevoerde produkten lagen beneden die welke nodig zijn om de kosten van de betrokken communautaire producent te dekken.

(15) Ten aanzien van de daaruit voortvloeiende gevolgen voor de betrokken producent in de Gemeenschap blijkt uit het de Commissie ter beschikking staande bewijsmateriaal dat de voor de markt beschikbare produktie van gekristalliseerd bariumchloride van de communautaire producent tussen 1980 en 1981 daalde met 6 % en tussen 1981 en 1982 met 52 %. Voorts blijkt uit het de Commissie ter beschikking staande bewijsmateriaal dat de bezettingsgraad van de betrokken producent in de Gemeenschap dienovereenkomstig daalde.

(16) De verkoop van gekristalliseerd bariumchloride van de betrokken producent in de Gemeenschap aan afnemers in de EEG daalde tussen 1980 en 1981 met 33 % en bleef vrij stabiel in 1982.

(17) Het marktaandeel van gekristalliseerd bariumchloride van de betrokken producent in de Gemeenschap is tussen 1980 en 1982 licht gestegen van 30 tot 33 %, terwijl het marktaandeel van het betrokken produkt van oorsprong uit de Volksrepubliek China in dezelfde periode steeg van 36 tot 48 % en het marktaandeel van het betrokken produkt van oorsprong uit de Duitse Democratische Republiek stabiel bleef op 8 %.

(18) De door de betrokken communautaire producent met betrekking tot gekristalliseerd bariumchloride geleden verliezen stegen aanzienlijk tussen 1980 en 1982 evenals in de eerste drie maanden van 1983.

(19) De werkgelegenheidscijfers van de betrokken communautaire producent zijn sinds 1980 tamelijk stabiel gebleven. De kans dat de exporteur van het betrokken produkt in de Duitse Democratische Republiek het gedumpte produkt opnieuw gaat uitvoeren indien geen anti-dumpingrecht op deze invoer wordt ingesteld, enerzijds en de voortdurende invoer van gekristalliseerd bariumchloride uit de Volksrepubliek China en de kans dat watervrij bariumchloride opnieuw uit de Volksrepubliek China wordt ingevoerd, anderzijds, vormen echter een ernstige dreiging van verlies van werkgelegenheid en zelfs van sluiting van de fabriek van de betrokken communautaire producent.

(20) Volgens de Commissie blijkt derhalve uit de thans definitief vastgestelde feiten dat de schade veroorzaakt door de gedumpte invoer van bariumchloride van oorsprong uit de Volksrepubliek China en de Duitse Democratische Republiek, afzonderlijk beschouwd van die veroorzaakt door andere factoren, aanzienlijk moet worden geacht.

Voorts is het argument van Sachtleben, dat rekening moet worden gehouden met de gevolgen van de genoemde prijzenoorlog tussen de ex-fabrikant in de Bondsrepubliek Duitsland en de voornaamste producent in de Gemeenschap, nauwkeurig onderzocht. Uit de resultaten van het onderzoek blijkt echter dat deze prijzenoorlog, zo deze al echt bestond, in 1981 is gestaakt toen de ex-fabrikant in de Bondsrepubliek Duitsland is opgehouden met de produktie van het betrokken produkt. Ten slotte zijn de gevolgen van de aanzienlijke dumping door exporteurs in de Volksrepubliek China en de Duitse Democratische Republiek voor de gemeenschappelijke markt zodanig dat zij, afzonderlijk beschouwd, moeten worden geacht aanzienlijke schade te berokkenen.

E. Belang van de Gemeenschap

(21) Sachtleben heeft aangevoerd dat de instelling van beschermende maatregelen voor het betrokken produkt niet in het belang van de verschillende sectoren van de bedrijfstak in de Gemeenschap zou zijn. Voorts werd aangevoerd dat op de desbetreffende markt de prijzen slechts beperkt rekbaar zijn en dat de instelling van rechten op het niveau van de voorlopige rechten zou leiden tot een verdere daling van de vraag naar het betrokken produkt. Noch Sachtleben, noch een andere partij, diende bewijsmateriaal ter zake in.

(22) Gezien de bijzonder ernstige verliezen bij de produktie en verkoop van het betrokken produkt waarvoor de communautaire producent staat en om sluiting van de fabriek van de betrokken communautaire producent te voorkomen, waardoor de Gemeenschap in belangrijke mate afhankelijk zou worden van externe voorziening van dit produkt, is de Raad tot de slotsom gekomen dat het in het belang van de Gemeenschap is om maatregelen te nemen.

(23) Onder deze omstandigheden vereist de bescherming van de belangen van de Gemeenschap de instelling van een definitief anti-dumpingrecht op de invoer van bariumchloride van oorsprong uit de Volksrepubliek China en de Duitse Democratische Republiek. F. Definitief recht

(24) Gezien de omvang van de veroorzaakte schade moet het percentage van het recht lager zijn dan de vastgestelde dumpingmarges doch voldoende om de veroorzaakte schade op te heffen.

(25) Na de gewogen gemiddelde prijzen en kosten van de indiener van de klacht te hebben vergeleken met de kosten en speciale marktvoorwaarden van de individuele importeur, wanneer deze gegevens beschikbaar waren, heeft de Commissie vastgesteld dat de huidige schade zal worden opgeheven indien het bedrag van het recht overeenkomt met het verschil tussen de prijs franco grens Gemeenschap, niet ingeklaard, voor de eerste importeur in de invoerende Lid-Staat en 323 Ecu per ton.

G. Inning van het voorlopige recht

(26) Hoewel er geen aanzienlijke invoer van het betrokken produkt van oorsprong uit de beide uitvoerende landen blijkt te hebben plaatsgevonden sinds de instelling van het voorlopige recht, dient het voorlopige recht te worden geïnd, met name met het oog op de drastische verhoging van de invoer van het gedumpte produkt van oorsprong uit de Volksrepubliek China sinds de inleiding van de anti-dumpingprocedures. De bedragen die als zekerheid werden gesteld voor het voorlopige anti-dumpingrecht worden geïnd tot een maximum van 319 Ecu,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

1. Een definitief anti-dumpingrecht wordt ingesteld op de invoer van bariumchloride vallende onder post 28.30 A II van het gemeenschappelijk douanetarief, overeenkomende met NIMEXE-code 28.30-20, van oorsprong uit de Volksrepubliek China en de Duitse Democratische Republiek.

2. Het bedrag van het recht is gelijk aan het verschil tussen de prijs per ton netto, franco grens van de Gemeenschap, niet ingeklaard, en 323 Ecu.

De prijzen franco grens van de Gemeenschap zijn netto indien de verkoopvoorwaarden betaling binnen dertig dagen vanaf de datum van verzending inhouden; zij worden met 1 % verhoogd of verlaagd voor elke verlenging of verkorting van de betalingstermijn met een maand.

3. De van kracht zijnde bepalingen inzake de douanerechten gelden voor de toepassing van het recht.

Artikel 2

De bedragen die ingevolge Verordening (EEG) nr. 985/83 tot zekerheid van het voorlopige anti-dumpingrecht zijn gesteld, worden definitief geïnd tot een maximum van 319 Ecu per ton.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 19 augustus 1983

Voor de Raad

De Voorzitter

C. SIMITIS

(1) PB nr. L 339 van 31. 12. 1979, blz. 1.

(2) PB nr. L 178 van 22. 6. 1982, blz. 9.

(3) PB nr. L 110 van 27. 4. 1983, blz. 11.