Home

Verordening (EEG) nr. 2681/83 van de Commissie van 21 september 1983 houdende toepassingsbepalingen inzake de steunregeling voor oliehoudende zaden

Verordening (EEG) nr. 2681/83 van de Commissie van 21 september 1983 houdende toepassingsbepalingen inzake de steunregeling voor oliehoudende zaden

Verordening (EEG) nr. 2681/83 van de Commissie van 21 september 1983 houdende toepassingsbepalingen inzake de steunregeling voor oliehoudende zaden

Publicatieblad Nr. L 266 van 28/09/1983 blz. 0001 - 0014
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 16 blz. 0208
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 29 blz. 0020
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 16 blz. 0208
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 29 blz. 0020


++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 2681/83 VAN DE COMMISSIE

van 21 september 1983

houdende toepassingsbepalingen inzake de steunregeling voor oliehoudende zaden

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening nr . 136/66/EEG van de Raad van 22 september 1966 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector oliën en vetten ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1413/82 ( 2 ) , en met name op artikel 27 , lid 5 ,

Overwegende dat in artikel 2 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 van de Raad van 14 juni 1983 betreffende de steun voor oliehoudende zaden ( 3 ) is bepaald dat de Lid-Staten hetzij in de oliefabriek , hetzij in de diervoederfabriek , het gebruik van de zaden controleren ; dat , ten einde de doeltreffendheid van de controle te verzekeren , een regeling voor deze controle moet worden vastgesteld ;

Overwegende dat er ter uitvoering van deze controle met name op de voorraadboekhouding van de gebruikers van de zaden dient te worden gesteund ;

Overwegende dat in artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 is bepaald dat er een certificaat van communautaire steun wordt ingevoerd dat , in geval van vaststelling vooraf van de steun , in de gehele Gemeenschap geldig is ; dat de inwerkingtreding van deze voorschriften de vaststelling behoeft van gemeenschappelijke bepalingen inzake onderscheidenlijk de voorwaarden voor het opstellen en het gebruik van deze certificaten , de invoering van communautaire formulieren en de toepassing van methodes voor administratieve samenwerking tussen de Lid-Staten ;

Overwegende dat bij de bepaling van de geldigheidsduur van de certificaten , in geval van vaststelling vooraf van de steun , rekening moet worden gehouden met de noodzaak de aankoopvoorwaarden voor in de Gemeenschap geoogste zaden aan te passen aan die op de wereldmarkt ;

Overwegende dat er , gezien de gebruiken in de handel in oliehoudende zaden , een zekere tolerantie met betrekking tot de geïdentificeerde hoeveelheid ten opzichte van de in het certificaat vermelde dient te worden toegestaan ;

Overwegende dat in artikel 5 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 de afgifte van het certificaat bij vaststelling vooraf van de steun afhankelijk wordt gesteld van het stellen van een waarborg welke behoudens in geval van overmacht verbeurd wordt wanneer het zaad gedurende de geldigheidsduur van het certificaat niet in een in de Gemeenschap gevestigde oliefabriek of diervoederfabriek onder controle is geplaatst ; dat hiertoe de regeling van de waarborg dient te worden vastgesteld door het bedrag ervan te bepalen en de voorwaarden voor het vrijgeven van deze waarborg ;

Overwegende dat de certificaten en de uittreksels ervan om redenen van goed administratief beheer na hun afgifte niet meer gewijzigd mogen worden ; dat echter , in het geval van twijfel welke verband houdt met een vergissing van de instantie van afgifte en die betrekking heeft op de vermeldingen op het certificaat of het uittreksel , een procedure dient te worden ingesteld waardoor foutieve certificaten of uittreksels kunnen worden ingenomen en verbeterde documenten kunnen worden afgegeven ;

Overwegende dat er ter verzekering van de uniforme toepassing van de steunregeling bepalingen voor de uitbetaling van deze steun dienen te worden vastgesteld ;

Overwegende dat op grond van artikel 9 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 elke invoer van zaden of mengsels van zaden aan een controlestelsel moet worden onderworpen ; dat gedenatureerde zaden en mengsels van zaden niet meer met het oog op de produktie van olie kunnen worden verwerkt ; dat voor zaden welke als zaaigoed zijn erkend , de voor deze produkten geldende regeling verwerking met het oog op de produktie van olie belet ; dat witte en gestreepte zonnebloempitten , alsmede gepelde zonnebloempitten voor menselijke consumptie in zakken van 25 kg niet geschikt zijn voor verwerking met het oog op de produktie van olie ; dat derhalve deze groepen produkten niet aan de in voornoemd artikel 9 bedoelde controle onderworpen dienen te worden ;

Overwegende dat in genoemd artikel 9 is bepaald dat de controle op de zaden of mengsels van zaden het stellen van een waarborg kan medebrengen ; dat de regeling van deze waarborg dient te worden vastgesteld , waartoe het bedrag ervan en de voorwaarden waaronder de waarborg geheel of gedeeltelijk wordt verbeurd , moeten worden bepaald ;

Overwegende dat het voor de goede werking van de steunregeling noodzakelijk is administratieve bepalingen vast te stellen waardoor wordt gegarandeerd dat ingevoerde zaden of mengsels van zaden in een in de Gemeenschap gevestigde olie - of diervoederfabriek onder controle zijn geplaatst of in dusdanige staat zijn gebracht dat zij niet meer voor de steun in aanmerking kunnen komen ; dat dit doel kan worden bereikt door gebruikmaking in het intracommunautaire handelsverkeer van het overeenkomstig Verordening ( EEG ) nr . 223/77 van de Commissie ( 4 ) afgegeven en gebruikte controle-exemplaar ;

Overwegende dat het dienstig is een criterium vast te stellen betreffende de minimumfrequentie voor de vaststelling van de steun ; dat het voldoende lijkt dat de steun ten minste eenmaal per week van toepassing wordt ;

Overwegende dat krachtens artikel 7 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 voor de vaststelling van het in genoemd artikel bedoelde correctiebedrag met name rekening dient te worden gehouden met de tendens van de prijzen van de betrokken zaden op de wereldmarkt ; dat deze tendens kan worden waargenomen aan de hand van het verschil tussen de wereldprijs van het ogenblik en die op termijn voor deze zaden ; dat er criteria moeten worden vastgesteld op grond waarvan deze tendens zelfs bij ontbreken van die termijnprijs kan worden bepaald ;

Overwegende dat bij Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 de in artikel 27 van Verordening nr . 136/66/EEG bedoelde steunregeling voor oliehoudende zaden is uitgebreid tot in diervoeder verwerkt kool - en raapzaad , en dat tegelijkertijd Verordening ( EEG ) nr . 2114/71 ( 5 ) is ingetrokken ; dat derhalve de toepassingsbepalingen inzake de steunregeling opnieuw geformuleerd dienen te worden en dat Verordening ( EEG ) nr . 1204/72 ( 6 ) dient te worden ingetrokken ;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor oliën en vetten ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

Bij deze verordening worden de uitvoeringsbepalingen vastgesteld inzake de bij artikel 27 van Verordening nr . 136/66/EEG ingestelde steunregeling voor oliehoudende zaden .

HOOFDSTUK I

Artikel 2

In deze verordening wordt verstaan onder :

1 . " Onderneming " : een olie - of een diervoederfabriek , die

a ) elke ruimte of plaats in de gebouwen of het terrein van het bedrijf omvat en

b ) indien de zaden niet in deze gebouwen of op dit terrein kunnen worden opgeslagen , elke daarbuiten gelegen ruimte die met het oog op de controle van de opgeslagen zaden voldoende waarborgen biedt en waarmee de met de controle belaste instantie vooraf heeft ingestemd .

2 . " Verwerking " :

a ) het slaan van oliehoudende zaden met het oog op het gehele of gedeeltelijke onttrekken van de olie , of

b ) het bijmengen van koolzaad en raapzaad in diervoeder .

3 . " Bijmenging " : vermenging in diervoeder , samen met andere produkten , van kool - en raapzaad dat voor of na deze bewerking wordt geplet of gemalen , zonder dat de olie wordt onttrokken .

Artikel 3

1 . De in artikel 2 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde controle wordt uitgeoefend vanaf het ogenblik waarop het zaad in de onderneming komt tot het met het oog op de produktie van olie wordt verwerkt of in diervoeder wordt vermengd , dan wel in ongewijzigde staat de onderneming verlaat .

2 . Deze controle moet het met name mogelijk maken na te gaan of de in de onderneming aangekomen hoeveelheid zaad overeenstemt met , al naar gelang van het geval ,

a ) de hoeveelheid olie en perskoeken verkregen uit de verwerking van dit zaad ,

b ) de hoeveelheid zaad die in diervoeder is vermengd ,

c ) de hoeveelheid zaad welke de onderneming in ongewijzigde staat heeft verlaten .

3 . Met het oog op deze controle wordt in de onderneming een afzonderlijke voorraadboekhouding bijgehouden voor in de Gemeenschap geoogst en voor ingevoerd zaad , waarin ten minste moeten worden vermeld :

- de binnengekomen hoeveelheden met vermelding van het nettogewicht van het produkt tel quel , alsmede het vochtgehalte en het gehalte aan onzuiverheden , en in het geval van een oliefabriek , van het oliegehalte ;

- de verplaatsingen van het zaad tussen de in artikel 2 , punt 1 , sub a ) , bedoelde ruimten en plaatsen , en de in genoemd punt , sub b ) , bedoelde ruimten ;

- de verwerkte hoeveelheden alsmede de hoeveelheden olie en perskoeken welke uit het betrokken zaad zijn verkregen of de hoeveelheden zaad die in diervoeder zijn vermengd .

Artikel 4

1 . Zaad , geoogst in de Gemeenschap , mag de onderneming slechts verlaten na toestemming van de met de controle belaste instantie en op voorwaarde dat voor het betrokken produkt geen aanvraag is ingediend voor deel I.D . van het in artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde certificaat .

2 . Ingevoerd zaad mag de onderneming slechts verlaten na toestemming van de met de controle belaste instantie . Het zaad wordt bij het verlaten van de onderneming onderworpen aan de controle bedoeld in artikel 9 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 .

Artikel 5

1 . Het in artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde certificaat van communautaire steun bestaat uit :

a ) een deel , genoemd A.P . , waaruit blijkt dat het steunbedrag vooraf is vastgesteld ;

b ) een deel , genoemd I.D . , waaruit blijkt dat de daarin geïdentificeerde hoeveelheid in de Gemeenschap geoogst zaad is onderworpen aan de controle bedoeld in artikel 2 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 .

2 . Het certificaat wordt opgesteld in ten minste twee exemplaren , waarvan het eerste aan de aanvrager wordt afgegeven en het tweede door de instantie van afgifte wordt bewaard .

Artikel 6

1 . Deel I.D . van het certificaat kan slechts worden aangevraagd voor een of meer partijen . In geen geval kan deel I.D . worden aangevraagd voor een partij waarvoor reeds een dergelijk deel van het certificaat is afgegeven .

Onder partij wordt verstaan een door de betrokkene bepaalde hoeveelheid zaad die door hem bij aankomst in de onderneming is genummerd , en waarvoor overeenkomstig artikel 32 een analyse is verricht .

2 . De aanvraag met betrekking tot deel I.D . van het certificaat is slechts ontvankelijk , indien het zaad uiterlijk op de dag van indiening van de aanvraag in de onderneming is aangekomen .

Deze aanvraag is echter eveneens ontvankelijk wanneer het zaad in de onderneming is aangekomen op de niet-werkdag(en ) volgende op de dag van indiening van de aanvraag .

Artikel 7

1 . De aanvraag met betrekking tot de delen A.P . en I.D . van het certificaat wordt , op straffe van niet-ontvankelijkheid , aan de bevoegde instantie toegezonden of aldaar ingeleverd op een formulier dat overeenkomstig het bepaalde in artikel 18 is gedrukt en opgesteld .

De aanvraag mag echter ook per telegram of telexbericht aan de bevoegde instantie worden gericht . In dat geval moet zij , op straffe van afwijzing , alle gegevens bevatten die op het formulier hadden moeten voorkomen indien dit was gebruikt . Het telegram of telexbericht wordt gevolgd door een aanvraag overeenkomstig het bepaalde in de voorgaande alinea . Deze eis heeft geen invloed op de geldigheid van de aanvraag per telegram of telexbericht . Een aanvraag welke voorwaarden inhoudt die niet in de communautaire voorschriften voorkomen , wordt afgewezen .

2 . Een aanvraag met betrekking tot deel A.P . van het certificaat wordt afgewezen indien de in artikel 5 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde waarborg niet uiterlijk om 16.00 uur op de dag van indiening van de aanvraag bij de bevoegde instantie is gestort dan wel aldaar het stellen van die waarborg is aangetoond of , wanneer dit laatste per telegram geschiedt , indien dit telegram na 16.00 uur op het telegraafkantoor van verzending is geregistreerd of na 17.30 uur bij de bevoegde instantie is binnengekomen , terwijl het uiterlijk om 16.00 uur was geregistreerd .

3 . Ingeval deel I.D . van het certificaat wordt aangevraagd voor zaad waarvoor het steunbedrag vooraf is vastgesteld , moet de aanvraag , op straffe van afwijzing , vergezeld gaan van het exemplaar nr . 1 van deel A.P . van het certificaat of het uittreksel daarvan , dat na afschrijving en visering aan de belanghebbende ter hand wordt gesteld .

Indien de aanvraag per telegram of telexbericht aan de bevoegde instantie wordt gericht , moet het exemplaar nr . 1 van deel A.P . van het certificaat of het uittreksel daarvan uiterlijk de tweede werkdag na de indiening van de aanvraag bij de bevoegde instantie binnenkomen .

4 . Indien deel I.D . van het certificaat wordt aangevraagd in een andere Lid-Staat dan de Lid-Staat waar deel A.P . van het certificaat is afgegeven , zendt de met de controle op het zaad belaste instantie , na visering , een kopie van deel I.D . van het certificaat aan de instantie van afgifte .

Artikel 8

1 . Onder dag van indiening van de aanvraag om een certificaat wordt verstaan :

a ) indien de aanvraag ten kantore van de bevoegde instantie wordt ingeleverd , de dag waarop deze inlevering plaatsvindt , op voorwaarde dat zulks uiterlijk om 16.00 uur geschiedt ;

b ) indien de aanvraag per brief of telexbericht aan de bevoegde instantie wordt gericht , de dag waarop deze instantie de brief of het telexbericht ontvangt , op voorwaarde dat zulks uiterlijk om 16.00 uur geschiedt ;

c ) indien de aanvraag per telegram aan de bevoegde instantie wordt gericht , de dag waarop deze instantie het telegram ontvangt , op voorwaarde dat het telegram uiterlijk om 16.00 uur op het telegraafkantoor van verzending is geregistreerd en uiterlijk om 17.30 uur bij de bevoegde instantie is binnengekomen .

2 . Aanvragen om certificaten die binnengekomen zijn hetzij op een dag die voor de bevoegde instantie geen werkdag is , hetzij op een dag die wel een werkdag is voor deze instantie , doch na de in lid 1 bedoelde tijdstippen , worden geacht op de eerstvolgende werkdag te zijn ingediend .

3 . Aanvragen om certificaten die telegrafisch overeenkomstig lid 1 , sub c ) , zijn ingediend en na 17.30 uur zijn binnengekomen , worden afgewezen indien de aanvrager niet uitdrukkelijk en op een wijze dat hierover geen misverstand kan ontstaan , heeft vermeld dat hij , in geval van te late aankomst van het telegram , telegram , zijn aanvraag wenst te doen gelden voor het steunbedrag dat geldt op de eerste werkdag na die waarop het telegram is ontvangen . Dit wordt vermeld door gebruikmaking van de uitdrukking " zonder voorbehoud " . Na 16.00 uur op het telegraafkantoor van verzending gereigstreerde telegrafische aanvragen worden geacht de daaropvolgende werkdag te zijn ingediend , ook indien zij op de dag van verzending worden ontvangen ; indien zij op een andere aankomen , zijn bovenstaande voorschriften betreffende de dag van indiening per telegram van toepassing .

4 . Voor de in deze verordening voorgeschreven tijdslimieten geldt de Belgische tijd .

Artikel 9

Wanneer de aanvraag om een certificaat en het aantonen dat de waarborg voor deel A.P . is gesteld , per telegram geschieden en het uiterlijk om 16.00 uur geregistreerde telegram ten gevolge van overmacht niet uiterlijk om 17.30 uur bij de bevoegde instantie is binnengekomen , kan deze instantie beslissen dat het telegram wordt beschouwd binnen de voorgeschreven termijn te zijn binnengekomen .

Indien een instantie een geval van overmacht als zodanig erkent , deelt de Lid-Staat waaronder zij ressorteert , dit onmiddellijk aan de Commissie mede , die de andere Lid-Staten daarvan in kennis stelt .

Artikel 10

1 . Behoudens overmacht , brengt deel I.D . van het certificaat de verplichting mee de geïdentificeerde hoeveelheid binnen een termijn van 150 dagen na de datum van afgifte te verwerken .

De verplichting wordt geacht te zijn nagekomen , wanneer de verwerkte hoeveelheid , bepaald volgens de in bijlage I aangegeven methode , niet meer dan 2 % geringer is dan de geïdentificeerde hoeveelheid . De verwerkte hoeveelheid kan eveneens worden bepaald op basis van de verkregen hoeveelheden olie en perskoeken .

Indien de verwerkte hoeveelheid 90 % of meer , doch minder dan 98 % bedraagt van de geïdentificeerde hoeveelheid , wordt de verplichting naar rata van de verwerkte hoeveelheden geacht te zijn nagekomen .

Indien de verwerkte hoeveelheid , behoudens overmacht , minder dan 90 % van de geïdentificeerde hoeveelheid bedraagt , wordt de verplichting geacht niet te zijn nagekomen .

Wanneer de Lid-Staat een verschil constateert tussen de geïdentificeerde en de verwerkte hoeveelheid en dit niet terug te voeren is tot een bepaald I.D.-certificaat , gaat de Lid-Staat ervan uit dat de ontbrekende hoeveelheid over alle in de periode waarin bovengenoemde situatie zich heeft voorgedaan , afgegeven I.D.-certificaten proportioneel moet worden verdeeld .

Indien de geïdentificeerde hoeveelheid wegens overmacht tijdens deze periode slechts ten dele is verwerkt , wordt de verplichting naar rata van de verwerkte hoeveelheden geacht te zijn nagekomen .

2 . Deel A.P . van het certificaat brengt de verplichting mede de daarin vermelde hoveelheid zaad tijdens de geldigheidsduur van het certificaat onder de in artikel 2 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde controle te plaatsen en tijdens diezelfde geldigheidsduur voor de betrokken hoeveelheid zaad deel I.D . van datzelfde certificaat aan te vragen . Deze hoeveelheid heeft betrekking op een produkt waarvan het gehalte aan vocht en onzuiverheden met dat van de standaardkwaliteit overeenkomt .

3 . Wanneer de in deel I.D . van het certificaat geïdentificeerde hoeveelheid , bepaald volgens de in bijlage I aangegeven methode , ten hoogste 7 % groter is dan de in deel A.P . van het certificaat vermelde hoeveelheid , wordt zij op grond van het certificaat geacht te zijn geïdentificeerd .

4 . Wanneer de in deel I.D . van het certificaat geïdentificeerde hoeveelheid , bepaald volgens de in bijlage I aangegeven methode , ten hoogste 7 % geringer is dan de in deel A.P . van het certificaat vermelde hoeveelheid , wordt de verplichting tot verzoek om identificatie als nagekomen beschouwd .

5 . Wanneer de in deel I.D . van het certificaat geïdentificeerde hoeveelheid meer dan 7 % groter is dan de in deel A.P . van het certificaat vermelde hoeveelheid , komt deze extra hoeveelheid voor de op de dag van identificatie geldende steun in aanmerking .

Artikel 11

1 . Deel A.P . van het certificaat is geldig vanaf de datum bedoeld in artikel 12 tot :

- het einde van de vijfde maand na die waarin de aanvraag werd ingediend , voor koolzaad en raapzaad ;

ingeval echter de aanbiedingen en noteringen op termijn op de wereldmarkt het toelaten en de omstandigheden inzake de afzet van communautaire zaden dit vereisen , verlengt de Commissie de geldigheidsduur van deel A.P . tot ten hoogste het einde van de zevende maand na die waarin de aanvraag werd ingediend ;

- het einde van de vierde maand na die waarin de aanvraag werd ingediend , voor zonnebloemzaad ;

ingeval echter de aanbiedingen en noteringen op termijn op de wereldmarkt het toelaten en de omstandigheden inzake de afzet van communautaire zaden dit vereisen , verlengt de Commissie de geldigheidsduur van deel A.P . tot ten hoogste het einde van de vijfde maand na die waarin de aanvraag werd ingediend .

2 . Indien evenwel de geldigheidsduur van deel A.P . van het certificaat verder reikt dan het verkoopseizoen waarin het certificaat werd afgegeven , dan kan deze geldigheidsduur , op verzoek van de handelaar , in te dienen op het ogenblik dat deel A . P . van het certificaat wordt aangevraagd , tot het einde van genoemd verkoopseizoen worden beperkt .

Artikel 12

Het certificaat wordt geacht te zijn afgegeven :

- wat deel A.P . betreft , op de namiddag van de eerste werkdag welke volgt op die waarop de aanvraag werd ingediend .

- wat deel I.D . betreft , op de dag waarop de aanvraag werd ingediend .

Artikel 13

De uit de certificaten voortvloeiende rechten en verplichtingen zijn niet overdraagbaar . De rechten welke voortvloeien uit deel A.P . van het certificaat en uit zijn uittreksel , kunnen evenwel door de rechthebbende van het certificaat gedurende de geldigheidsduur van dit document worden overgedragen . Deze overdracht , die slechts kan plaatsvinden ten gunste van één enkele cessionaris per certificaat en per uittreksel , heeft betrekking op de nog niet op het certificaat of op het uittreksel afgeschreven hoeveelheden .

De overdracht wordt van kracht met ingang van de inschrijving op het certificaat of , in voorkomend geval , op het uittreksel door de instantie van afgifte van het certificaat van de naam en het adres van de cessionaris en van de datum van de inschrijving , gewaarmerkt door de handtekening van de cedent en door de plaatsing van het stempel van de instantie .

Deze inschrijving geschiedt op verzoek van rechthebbende . De cessionaris kan zijn recht niet overdragen , noch retrocederen .

Artikel 14

Wanneer de bedragen die voortvloeien uit de omrekening in nationale valuta van in Ecu uitgedrukte bedragen die op de formulieren voor de certificaten moeten worden vermeld , drie of meer decimalen bevatten , worden alleen de eerste twee decimalen vermeld . In dat geval wordt naar boven afgerond wanneer de derde decimaal 5 is of meer en wordt naar beneden afgerond wanneer deze derde decimaal minder is dan 5 .

Artikel 15

1 . Wanneer het steunbedrag vooraf wordt vastgesteld , kunnen op verzoek van de rechthebbende en tegen overlegging van het exemplaar nr . 1 van deel A.P . van het certificaat door de bevoegde instanties van de Lid-Staten een of meer uittreksels van deel A.P . van het document worden afgegeven .

De uittreksels worden in ten minste twee exemplaren opgesteld waarvan het eerste , met als opschrift " exemplaar voor de rechthebbende " en het nummer 1 , aan de aanvrager wordt overhandigd en het tweede , met als opschrift " exemplaar voor de instantie van afgifte " en het nummer 2 , door de instantie van afgifte wordt behouden .

Het exemplaar nr . 1 van deel A.P . van het certificaat wordt door de instantie die het uittreksel afgeeft , afgeschreven voor de hoeveelheid waarvoor het uittreksel is afgegeven , vermeerderd met de tolerantie .

Naast de op het exemplaar nr . 1 van deel A.P . van het certificaat afgeschreven hoeveelheid wordt in dat geval de vermelding " uittreksel " aangebracht .

2 . Uittreksels van certificaten hebben voor de hoeveelheid waarvoor zij zijn afgegeven dezelfde gevolgen als de certificaten waaraan zij zijn ontleend . Op basis van een uittreksel van een certificaat kan echter geen ander uittreksel worden afgegeven .

3 . Wanneer de exemplaren nr . 1 van de uittreksels zijn opgebruikt of vervallen , corrigeert de instantie van afgifte de afschrijvingen welke voorkomen op het exemplaar nr . 1 van deel A.P . van het certificaat aan de hand van de afschrijvingen welke bij de identificaties van het zaad op de uittreksels zijn aangebracht .

Hiertoe worden deze exemplaren , alsmede het exemplaar nr . 1 van deel A.P . van het certificaat waarvan zij afkomstig zijn , door de rechthebbende bij de instantie welke het certificaat heeft afgegeven , ingeleverd .

4 . Wanneer de geïdentificeerde hoeveelheid meer dan 7 % groter is dan de in het uittreksel vermelde hoeveelheid , zijn de bepalingen van artikel 10 , lid 5 , op deze extra hoeveelheid van toepassing .

Artikel 16

1 . De vermeldingen op de certificaten en de uittreksels van certificaten mogen na hun afgifte niet worden gewijzigd .

2 . In geval van twijfel omtrent de juistheid van de vermeldingen die op het certificaat of op het uittreksel voorkomen , wordt het certificaat of het uittreksel teruggezonden aan de instantie van afgifte , op initiatief van de belanghebbende of van de bevoegde dienst van de betrokken Lid-Staat .

Indien de instantie van afgifte meent dat er genoegzame aanleiding bestaat voor verbetering , trekt zij het uittreksel of het certificaat alsmede de vroeger afgegeven uittreksels in en geeft zij zo spoedig mogelijk of wel een verbeterd uittreksel of wel een verbeterd certificaat met de verbeterde overeenkomstige uittreksels af . Op deze nieuwe documenten die op elk exemplaar de vermelding " op ... verbeterd certificaat " of " op ... verbeterd uittreksel " dragen , worden in voorkomend geval de vroegere afschrijvingen overgenomen .

Indien de instantie van afgifte de verbetering van het certificaat of van het uittreksel niet noodzakelijk acht , brengt zij daarop de vermelding " geverifieerd op ... " , alsmede haar stempel aan .

3 . De houder van het certificaat of de uittreksels is verplicht deze terug te geven aan de instantie die het certificaat heeft afgegeven , indien deze instantie daarom verzoekt .

In de gevallen waarin de bevoegde nationale diensten het betwiste document overeenkomstig het bepaalde in dit artikel terugzenden of inhouden , geven deze instanties de belanghebbende op diens verzoek daarvoor een ontvangstbewijs .

Artikel 17

Ingeval de ruimte voor de afschrijvingen op de certificaten of uittreksels onvoldoende blijkt , kunnen de met de afschrijving belaste instanties daaraan een of meer verlengstroken bevestigen die de op de achterzijde van het exemplaar nr . 1 van de certificaten of uittreksels voorkomende afschrijvingsvakken bevatten . De met de afschrijving belaste instanties plaatsen hun stempel voor de helft op de verlengstrook en , indien verscheidene verlengstroken werden gebruikt , voor de helft op de reeds bevestigde verlengstrook en voor de helft op de volgende verlengstrook .

Artikel 18

1 . Onverminderd de toepassing van het bepaalde in artikel 7 , lid 1 , tweede alinea , worden voor de aanvragen om certificaten , de certificaten en de uittreksels daarvan formulieren gebruikt volgens de modellen die respectievelijk in de bijlagen II , III , IV en V van deze verordening voorkomen ; deze formulieren moeten overeenkomstig de daarop vermelde aanwijzingen en overeenkomstig de bepalingen van deze verordening worden ingevuld .

2 . De formulieren voor de aanvragen om certificaten bestaan uit één enkel vel .

3 . De formulieren voor de certificaten en voor de uittreksels vormen een stel . De volgorde van dit stel is : een exemplaar nr . 1 , met als opschrift " exemplaar voor de rechthebbende " , een exemplaar nr . 2 , met als opschrift " exemplaar voor de instantie van afgifte " en de eventuele extra exemplaren van deze documenten .

4 . De formulieren , de verlengstroken inbegrepen , worden gedrukt op houtvrij wit papier van 40 à 65 gram per m2 , dat zodanig is gelijmd dat het goed te beschrijven is . Het formaat is 210 maal 297 mm , de regelafstand 4,24 mm ( 1/6 duim ) ; de indeling van de formulieren moet strikt in acht worden genomen . De twee kanten van de exemplaren nr . 1 van de certificaten A.P . en de uittreksels daarvan , de voorzijde van de exemplaren nr . 1 van de certificaten I.D . alsmede de kant van de verlengstroken waarop de afschrijvingen moeten worden aangetekend , zijn bovendien voorzien van een geguillocheerde onderdruk , die elke met mechanische of chemische middelen aangebrachte vervalsing zichtbaar maakt . De onderdruk is groen voor de delen A.P . en de uittreksels daarvan en bister voor de delen I.D .

5 . De Lid-Staten dragen zorg voor het drukken van de formulieren .

Elk formulier is voorzien van de naam en het adres van de drukker of een kenteken aan de hand waarvan kan worden vastgesteld wie de formulieren heeft gedrukt , alsmede , behalve voor de verlengstroken en de aanvragen van certificaten , van een eigen volgnummer .

Dit nummer wordt voorafgegaan door de volgende letter(s ) , al naar gelang het land van afgifte van het document : B voor België , D voor Duitsland , F voor Frankrijk , NL voor Nederland , DK voor Denemarken , IR voor Ierland , UK voor het Verenigd Koninkrijk en E voor Griekenland .

6 . De formulieren worden met de schrijfmachine , of bij gebreke ervan , met de hand in drukletters ingevuld . Zij worden gedrukt en ingevuld in een officiële taal van de Gemeenschap , aangewezen door de bevoegde instanties van de Lid-Staat waar de aanvraag van het certificaat wordt ingediend .

7 . Voor het stempelen maken de met de afgifte en de afschrijving belaste instanties gebruik van een bij voorkeur stalen stempel .

8 . Voor zover nodig kunnen de bevoegde instanties van de betrokken Lid-Staten een vertaling van de certificaten en uittreksels daarvan in hun officiële taal of een van hun officiële talen verlangen .

9 . Bij verlies van het certificaat of van de uittreksels kunnen de met de afgifte belaste instanties , bij uitzondering , aan de belanghebbende een duplicaat van deze documenten verstrekken , opgesteld en gewaarmerkt zoals de originele documenten en duidelijk op elk exemplaar de vermelding " duplicaat " bevattend . Bij afgifte van een duplicaat van deel A.P . van het certificaat stellen de met de afgifte belaste instanties onmiddellijk de instanties van afgifte van de overige Lid-Staten van die afgifte in kennis .

Artikel 19

In geval van twijfel omtrent de echtheid van het certificaat , het uittreksel of de daarop voorkomende vermeldingen en visa , zenden de bevoegde nationale instanties het betwiste document of een fotokopie daarvan voor controle aan de betrokken autoriteiten terug . Zulks kan eveneens geschieden voor steekproefcontroles ; in dat geval wordt slechts een fotokopie van het document teruggezonden .

Wanneer de bevoegde nationale instanties het betwiste document overeenkomstig het bepaalde in de vorige alinea terugzenden , geven deze instanties de belanghebbende op diens verzoek daarvoor een ontvangstbewijs .

Artikel 20

1 . Voor zover nodig voor de juiste toepassing van deze verordening , verstrekken de bevoegde autoriteiten van de Lid-Staten elkaar inlichtingen over de certificaten en uittreksels , alsmede over de daarop betrekking hebbende onregelmatigheden en inbreuken .

2 . De Lid-Staten zenden de Commissie ieder kwartaal een overzicht van het aantal en de aard van de onregelmatigheden en inbreuken waarvan zij tijdens het voorafgaande kwartaal kennis hebben gekregen .

3 . De door de autoriteiten van een Lid-Staat regelmatig afgegeven certificaten en uittreksels en de door deze autoriteiten aangebrachte vermeldingen en visa hebben in elk van de overige Lid-Staten dezelfde rechtsgevolgen als de door de eigen autoriteiten van deze Lid-Staten afgegeven documenten en aangebrachte vermeldingen en visa .

4 . De Lid-Staten delen aan de Commissie de lijst en de adressen mede van de instanties die met de afgifte van de certificaten en uittreksels en met de betaling van de steun belast zijn . De Commissie maakt deze gegevens bekend in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

De Lid-Staten geven aan de Commissie eveneens kennis van de afdrukken van de officiële stempels en eventueel de droogstempels van de optredende instanties . De Commissie stelt de andere Lid-Staten daarvan onverwijld in kennis .

Artikel 21

1 . Het bedrag van de in artikel 5 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde waarborg is gelijk aan 6 Ecu per 100 kilogram .

2 . De waarborg wordt naar keuze van de aanvrager gesteld in contanten of in de vorm van een garantie , afgegeven door een instelling die voldoet aan de door de Lid-Staat waaraan om afgifte van het certificaat wordt verzocht , vastgestelde criteria .

De Lid-Staten stellen de Commissie van de categorieën instellingen die tot borgstelling bevoegd verklaard zijn , alsmede van de in de voorgaande alinea bedoelde criteria , in kennis . De Commissie doet de overige Lid-Staten daarvan mededeling .

Artikel 22

De in artikel 5 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde waarborg wordt slechts vrijgegeven indien wordt aangetoond dat de in artikel 10 , lid 2 , bedoelde verplichtingen zijn nagekomen . Bewijs wordt geleverd door overlegging van het exemplaar nr . 1 van deel A.P . van het certificaat , afgeschreven en geviseerd overeenkomstig artikel 7 , lid 3 . De waarborg wordt na overleging van vorenbedoeld bewijs onverwijld vrijgegeven .

Artikel 23

1 . Tegen overlegging van het deel of de delen I.D . van het certificaat kan evenwel de waarborg tot 85 % van het bedrag worden vrijgegeven , wanneer het nettogewicht van het produkt tel quel , waarvoor det deel of de delen I.D . van het certificaat zijn afgegeven , ten minste overeenkomt met de in vak 3 van deel A.P . van het certificaat vermelde hoeveelheid .

2 . Behoudens toepassing van artikel 24 wordt , indien de in artikel 10 , lid 2 , bedoelde verplichtingen niet zijn nagekomen , de waarborg verbeurd voor een hoeveelheid gelijk aan het verschil tussen :

a ) 93 % van de in het certificaat vermelde nettohoeveelheid en

b ) de in de onderneming geïdentificeerde hoeveelheid , bepaald volgens de in bijlage I aangegeven methode .

Indien evenwel de geïdentificeerde hoeveelheid minder dan 7 % van de in het certificaat vermelde nettohoeveelheid bedraagt , wordt de waarborg geheel verbeurd . Bovendien kan de Lid-Staat de waarborg geheel vrijgeven , indien het totale bedrag van de waarborg die verbeurd zou moeten worden , minder is dan 5 Ecu per certificaat .

3 . Op verzoek van de rechthebbende van deel A.P . van het certificaat kunnen de Lid-Staten de waarborg in gedeelten vrijgeven naar rata van de hoeveelheden produkt waarvoor het in artikel 22 bedoelde bewijs is geleverd .

Artikel 24

1 . Wanneer de in artikel 10 , lid 2 , bedoelde verplichtingen ten gevolge van overmacht niet tijdens de geldigheidsduur van het certificaat kunnen worden nagekomen , beslist de bevoegde instantie van de Lid-Staat van afgifte van het certificaat op verzoek van de rechthebbende hetzij dat deze verplichtingen zijn opgeheven , waarbij de waarborg wordt vrijgegeven , hetzij dat de geldigheidsduur van het certificaat wordt verlengd met de termijn die in verband met de aangevoerde omstandigheid noodzakelijk wordt geacht . De verlenging kan na afloop van de geldigheidsduur van het document plaatsvinden . Het besluit tot opheffing of verlenging wordt beperkt tot de hoeveelheid produkt waarvoor de vorenbedoelde verplichtingen ten gevolge van het geval van overmacht niet konden worden nagekomen . De eventuele verlenging van het certificaat wordt door de instantie van afgifte op het certificaat aangegeven door middel van een visum ; tevens worden zo nodig aanpassingen in het certificaat aangebracht .

2 . Indien de bevoegde instantie een geval van overmacht als zodanig erkent , brengt de Lid-Staat waaronder zij ressorteert , zulks onmiddellijk ter kennis van de Commissie die de overige Lid-Staten daarvan in kennis stelt .

3 . De rechthebbende van het certificaat levert het bewijs van de als overmacht beschouwde omstandigheid .

Artikel 25

1 . De steun wordt slechts toegekend voor zaad van gezonde handelskwaliteit en , wat zonnebloemzaad betreft , voor zaad met een percentage van minder dan 1 % aan witte en gestreepte zaden .

2 . De steun wordt betaald tegen overlegging van deel I.D . van het certificaat en nadat de met de controle belaste instantie een verklaring heeft afgegeven waarin wordt bevestigd dat het in het certificaat geïdentificeerde zaad tijdens de in artikel 10 , lid 1 , bedoelde periode is verwerkt .

3 . De steun wordt uitgekeerd binnen 120 dagen na het opmaken van de in lid 2 bedoelde verklaring .

HOOFDSTUK II

Artikel 26

1 . Overeenkomstig artikel 9 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 wordt bij de invoer een systeem van douanecontrole of een administratieve controle toegepast welke voor alle zaden of mengsels bedoeld in genoemd artikel , gelijkwaardige waarborgen biedt met uitzondering van

- zaden of mengsels die in de wetgeving van de Lid-Staat waar de invoer plaatsvindt , als zaaigoed erkend zijn ;

- koolzaad en raapzaad en mengsels welke deze produkten bevatten , die volgens een methode , volledig gelijk aan die bedoeld in Verordening ( EEG ) nr . 190/68 van de Commissie ( 7 ) , gedenatureerd zijn ;

- wit en gestreept zonnebloemzaad , verpakt in recipiënten met een maximuminhoud van 100 kilogram . Dit zaad mag tot en met 10 % zwart zonnebloemzaad bevatten ;

- gedopt zonnebloemzaad , verpakt in recipiënten met een maximuminhoud van 25 kilogram .

Deze controles gaan gepaard met het stellen van een waarborg .

2 . In geval van intracommunautair handelsverkeer van ingevoerde zaden of mengsels kan het bewijs dat deze aan het in lid 1 bedoelde controlestelsel onderworpen zaden of mengsels onder de in artikel 2 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde controle in de onderneming zijn geplaatst of in dusdanige staat zijn gebracht dat zij niet meer voor de steun in aanmerking kunnen komen , slechts worden geleverd door overlegging van het in artikel 10 van Verordening ( EEG ) nr . 223/77 bedoelde controle-exemplaar dat in vak . 31 , behalve de omschrijving van de goederen , een van de volgende vermeldingen bevat :

" Ingevoerde zaden of mengsels " ,

" Indfoerte froe eller blandinger " ,

" Eingefuehrte Staaten oder Mischungen " ,

!***

" Imported seeds or mixtures " ,

" Graines ou mélanges importés " ,

" Semi o miscele importati " ,

Wat de bijzondere vermeldingen op het controle-exemplaar betreft moeten worden ingevuld :

a ) vak 103 ;

b ) vak 104 door schrapping wat niet van toepassing is en door toevoeging van een van de volgende vermeldingen :

" Bestemd om onder het in artikel 2 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde controlestelsel te worden gesteld of om in een zodanige staat te worden gebracht dat zij niet meer voor de steun in aanmerking kunnen komen . "

" Bestemt til at undergives den kontrolordning , der er fastsat i artikel 2 i forordning ( EOEF ) nr . 1594/83 , eller til at bringes i en saadan tilstand , at de ikke kan faa stoette . "

" Dazu bestimmt , der Kontrolle nach Artikel 2 der Verordnung ( EWG ) Nr . 1594/83 unterworfen oder in den Zustand versetzt zu werden , dass die Beihilfe nicht mehr beansprucht werden kann . "

!***

" Intended to be placed under the control system provided for in Article 2 of Regulation ( EEC ) No 1594/83 or to be rendered ineligible for the subsidy . "

" Destiné à être placé sous le régime de contrôle prévu à l'article 2 du règlement ( CEE ) n * 1594/83 ou à être mis en condition de ne pas pouvoir bénéficier de l'aide . "

" Destinato ad essere sottoposto al regime di controllo di cui all'articolo 2 del regolamento ( CEE ) n . 1594/83 o ad essere messo in condizione di non poter beneficiare dell'integrazione . "

Het vak " Controle van het gebruik en/of de bestemming " op de achterzijde van het controle-exemplaar moet bovendien in de rubriek " Opmerkingen " de volgende vermeldingen bevatten : het geconstateerde nettogewicht van het gecontroleerde produkt , het vochtgehalte en het gehalte aan onzuiverheden , alsmede het volgens de in de bijlage aangegeven methode aangepaste gewicht .

Artikel 27

1 . De in artikel 9 , lid 2 , van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde waarborg is per 100 kilogram nettogewicht gelijk aan :

- 15 Ecu voor koolzaad en raapzaad ,

- 20 Ecu voor zonnebloemzaad .

Evenwel kan de Commissie , zonodig , voor een periode van maximaal 30 dagen , van het in de vorige alinea genoemde bedrag afwijken .

2 . De waarborg wordt naar keuze van de aanvrager gesteld in contanten of in de vorm van een garantie , afgegeven door een instelling die voldoet aan de door de Lid-Staat waar de douaneformaliteiten geschieden , vastgestelde criteria .

De Lid-Staten stellen de Commissie van de categorieën instellingen die tot borgstelling bevoegd verklaard zijn , alsmede van de in de voorgaande alinea bedoelde criteria in kennis . De Commissie doet de overige Lid-Staten daarvan mededeling .

Artikel 28

1 . De waarborg wordt geheel vrijgegeven indien uiterlijk negen maanden na het stellen van de waarborg wordt aangetoond dat de betrokken produkten onder de in artikel 2 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde controle zijn gesteld of in zodanige staat zijn gebracht dat zij niet voor de steun in aanmerking kunnen komen .

Op verzoek van de belanghebbende , welk verzoek voor het einde van de in de voorgaande alinea bedoelde termijn moet worden ingediend , wordt deze termijn voor zonnebloemzaad of zonnebloemzaad bevattende mengsels , bestemd om in ongewijzigde staat als voeder te worden gebruikt , op vijftien maanden gebracht .

2 . Ingeval de in lid 1 genoemde termijnen niet in acht worden genomen , wordt de waarborg verbeurd .

Indien het in lid 1 bedoelde bewijs evenwel wordt geleverd uiterlijk de negende maand na de datum van het verstrijken van de in dat lid bedoelde termijn , wordt de waarborg terugbetaald , verminderd met 10 % van de gestelde waarborg voor iedere maand of deel van een maand van vertraging in de bedoelde bewijslevering .

3 . Indien binnen de in lid 1 aangegeven termijnen het in dat lid bedoelde bewijs wordt geleverd voor een hoeveelheid zaden of mengsels die meer dan 2 % geringer is dan de hoeveelheid waarvoor de waarborg werd gesteld , wordt het verbeurde gedeelte van de waarborg berekend op basis van het verschil tussen de hoeveelheid waarvoor de waarborg werd gesteld , verminderd met 2 % , enerzijds , en de hoeveelheid waarvoor het vorenbedoelde bewijs is geleverd , anderzijds .

4 . De waarborg wordt geheel verbeurd , indien de produkten onder de in artikel 2 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde controle zijn gesteld of in zodanige staat zijn gebracht dat zij binnen de in lid 1 genoemde termijnen niet voor de steun in aanmerking kunnen komen en sporen van denaturering vertonen . De waarborg wordt evenwel terugbetaald als het bewijs wordt geleverd dat de betrokken produkten bij invoer dezelfde sporen van denaturering vertoonden .

5 . Voor de toepassing van dit artikel wordt het bij de invoer geconstateerde gewicht aangepast volgens de in bijlage I aangegeven methode , vergeleken met

- het aangepaste gewicht dat wordt vastgesteld bij het binnenkomen van het produkt in de onderneming , of

- het aangepaste gewicht dat wordt vastgesteld wanneer het produkt in zodanige staat wordt gebracht dat het niet voor de steun in aanmerking kan komen ,

of wel

- het overeenkomstig artikel 26 , lid 2 , laatste alinea , op het controle-exemplaar vermelde aangepaste gewicht , wanneer het ingevoerde produkt tussen de Lid-Staten wordt verhandeld .

Artikel 29

Wanneer ten gevolge van overmacht de ingevoerde zaden en mengsels niet binnen de in artikel 28 bedoelde termijn in zodanige staat kunnen worden gebracht dat zij niet meer voor de steun in aanmerking kunnen komen of onder controle kunnen worden gesteld , beslist de Lid-Staat waar de waarborg is gesteld :

a ) voor zaden en mengsels die ongeschikt zijn geworden voor de produktie van olie of om in diervoeder te worden vermengd , dat de verplichting om de goederen onder controle te stellen of in een zodanige staat te brengen dat zij niet meer voor de steun in aanmerking kunnen komen , is opgeheven en dat de waarborg niet wordt verbeurd .

b ) in het tegenovergestelde geval , tot verlenging van deze termijn met een periode die hij in verband met de ingeroepen omstandigheid noodzakelijk acht .

Indien de bevoegde instantie een geval van overmacht als zodanig erkent , brengt de Lid-Staat waaronder zij ressorteert , zulks onmiddellijk ter kennis van de Commissie die de overige Lid-Staten daarvan mededeling doet .

Artikel 30

De zaden of mengsels die :

- verwerkt worden tot produkten van post 12.02 of post 23.07 van het gemeenschappelijk douanetarief ,

- in de wetgeving van alle Lid-Staten erkend zijn als zaaigoed ,

- naar derde landen uitgevoerd worden ,

- voor koolzaad en raapzaad en mengsels welke deze produkten bevatten , volgens de in Verordening ( EEG ) nr . 190/68 bedoelde methode gedenatureerd worden ,

- bestemd zijn om in ongewijzigde staat voor menselijke of dierlijke voeding te worden gebruikt , wanneer dit ten genoege van de betrokken Lid-Staat is aangetoond ,

worden beschouwd als in een zodanige staat te zijn gebracht dat zij niet meer voor de steun in aanmerking kunnen komen in de zin van artikel 9 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 .

Artikel 31

1 . Voor in de Gemeenschap geoogst zaad geschiedt de bepaling van het gewicht en het nemen van monsters met name bij de aankomst in de onderneming waar het zaad zal worden verwerkt .

2 . Voor ingevoerd zaad geschiedt de bepaling van het gewicht en het nemen van monsters met name :

- bij de invoer ,

- bij de aankomst in de onderneming waar het zaad zal worden verwerkt ,

- voor de hoeveelheden die voor andere doeleinden dan voor de olieproduktie bestemd zijn , wanneer het zaad in een zodanige staat wordt gebracht dat het niet meer voor de steun in aanmerking kan komen ,

- bij de uitvoer .

3 . Het gewicht van het in de vorige leden bedoelde zaad wordt uitgedrukt in kilogram en aangepast volgens de in bijlage I aangegeven methode .

Artikel 32

Het nemen van monsters , het reduceren van de laboratoriummonsters tot analysemonsters en het bepalen van het oliegehalte , het gehalte aan onzuiverheden en het vochtgehalte geschieden volgens de voor de gehele Gemeenschap uniforme methode , beschreven in de bijlagen I tot en met V van Verordening ( EEG ) nr . 1470/68 van de Commissie ( 8 ) .

HOOFDSTUK III

Artikel 33

1 . De steun wordt zo vaak vastgesteld als de marktsituatie vereist en wel zodanig dat het steunbedrag ten minste eenmaal per week van toepassing wordt .

2 . De Commissie deelt aan de Lid-Staten de bedragen mede van de per 100 kilogram zaad toe te kennen steun , zodra deze bedragen zijn vastgesteld .

Artikel 34

Het bedrag van de steun is het bedrag dat geldt op de dag waarop de aanvraag om deel I.D . van het certificaat wordt ingediend .

Wanner deze dag evenwel onmiddellijk voorafgaat aan een periode van een of meer niet-werkdagen waarin de eerste dag van een maand valt , geldt als steunbedrag dat van toepassing is op het op de niet-werkdagen op of na de eerste dag van de maand te verwerken zaad , het steunbedrag dat op de dag van verwerking geldt , op voorwaarde dat de belanghebbende bij de indiening van de aanvraag om deel I.D . van het certificaat erom gevraagd heeft .

Artikel 35

Het in geval van vaststelling vooraf toe te kennen steunbedrag is gelijk aan het bedrag dat geldt op de dag van indiening van de aanvraag om deel A.P . van het certificaat , welk bedrag wordt vermeerderd of verminderd

- al naar gelang de richtprijs voor de maand van indiening van de aanvraag om deel I.D . hoger of lager is dan die welke geldt op de dag van indiening van de aanvraag om deel A.P . , met het verschil tussen de twee richtprijzen ;

- met het in artikel 7 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde correctiebedrag .

Indien evenwel de geldigheidsduur van het certificaat overeenkomstig artikel 24 , lid 1 , wordt verlengd , geldt als bedrag van de toe te kennen vooraf vastgestelde steun , het steunbedrag dat is vastgesteld voor de laatste maand van de in artikel 11 bedoelde periode .

Artikel 36

1 . Het bedrag van de steun bedoeld in artikel 10 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 wordt aan iedere belanghebbende op diens verzoek voorgeschoten , zodra hij de aanvraag om deel I.D . van het certificaat heeft overgelegd en op voorwaarde dat deze aanvraag vergezeld gaat van een waarborg die gelijk is aan het voorgeschoten steunbedrag .

2 . De waarborg wordt gesteld in de vorm van een garantie van een instelling die voldoet aan de door de Lid-Staat waar de steunaanvraag wordt ingediend , vastgestelde criteria .

3 . De waarborg wordt vrijgegeven , zodra de bevoegde instantie van de Lid-Staat voor de in de aanvraag opgegeven hoeveelheden het recht op steun heeft erkend . Indien voor de in de aanvraag opgegeven hoeveelheden of voor een deel daarvan het recht op steun niet wordt erkend , wordt de waarborg verbeurd naar evenredigheid van de hoeveelheden waarvoor de voorwaarden die recht geven op steun , niet zijn vervuld .

4 . Het gewicht dat in aanmerking wordt genomen voor de berekening van het overeenkomstig lid 1 voorgeschoten steunbedrag is het nettogewicht van het produkt tel quel dat bij de aankomst in de onderneming waar de zaden worden verwerkt , is geconstateerd .

Artikel 37

1 . Behoudens het bepaalde in artikel 38 , wordt het in artikel 7 van Verordening ( EEG ) nr . 1594/83 bedoelde correctiebedrag voor elke maand overeenkomstig de onderstaande bepalingen vastgesteld .

2 . Het correctiebedrag is gelijk aan het verschil tussen :

a ) de prijs voor koolzaad , raapzaad of zonnebloemzaad , bepaald overeenkomstig de artikelen 1 , 4 en 5 van Verordening nr . 115/67/EEG van de Raad ( 9 ) , en

b ) de prijs op de termijnmarkt voor dezelfde zaadsoorten , bepaald volgens de in de artikelen 1 , 4 en 5 van Verordening nr . 115/67/EEG bedoelde criteria en die geldt voor hoeveelheden welke moeten worden ingeladen tijdens de maand waarin het zaad in de onderneming wordt geïdentificeerd .

Wanneer voor een van de maanden volgende op de maand van indiening van het verzoek om vaststelling vooraf voor de bepaling van de sub b ) bedoelde prijs op de termijnmarkt geen enkel aanbod en geen enkele notering voor een zaadsoort kan worden aangehouden , wordt voor de bepaling van het bovengenoemde verschil uitgegaan van de voor de voorafgaande maand berekende prijs .

3 . Indien geen enkel aanbod en geen enkele notering voor een zaadsoort kunnen worden aangehouden voor de bepaling

a ) van de in lid 2 , sub a ) , bedoelde prijs , dan is de prijs die moet worden aangehouden , de overeenkomstig de artikelen 2 , 3 en 6 van Verordening nr . 115/67/EEG bepaalde prijs ,

b ) gedurende ten minste twee opeenvolgende maanden , van de prijs op de in lid 2 , sub b , bedoelde termijnmarkt , dan is de prijs die voor ieder van deze maanden moet worden aangehouden , de prijs bepaald volgens de in de artikelen 2 en 3 van Verordening nr . 115/67/EEG bedoelde criteria en die geldt voor hoeveelheden welke moeten worden ingeladen tijdens deze maanden .

4 . Wanneer overeenkomstig lid 3 , sub b ) , de prijs op de termijnmarkt van de zaadsoorten wordt bepaald volgens de in artikel 3 van Verordening nr . 115/67/EEG bedoelde criteria , wordt , bij ontbreken van wereldmarktprijzen voor concurrerende produkten voor een of meer maanden na de maand van indiening van het verzoek om vaststelling vooraf , uitgegaan van de wereldmarktprijzen voor concurrerende produkten voor de voorafgaande maand .

Artikel 38

Indien

- het verschil tussen de prijs van 100 kilogram koolzaad , raapzaad of zonnebloemzaad , verhoogd met de verwerkingskosten , en de som van de prijzen voor de hoeveelheden olie en perskoeken welke zijn verkregen uit de verwerking van de betrokken zaadsoort , enerzijds , en

- het verschil tussen de prijs voor 100 kilogram van de voornaamste concurrerende zaden , verhoogd met de verwerkingskosten , en de som van de prijzen voor de hoeveelheden olie en perskoeken welke uit de verwerking daarvan zijn verkregen , anderzijds ,

zich op uiteenlopende wijze ontwikkelen en deze situatie een aanzienlijke invloed zou kunnen hebben op de afzet van de in de Gemeenschap geoogste zaden , kan het overeenkomstig artikel 37 bepaalde verschil worden aangepast met een bedrag dat ten hoogste gelijk is aan het verschil tussen de twee bovengenoemde verschillen .

Dit verschil wordt eventueel gecorrigeerd met het bedrag van de aanpassing van de overeenkomstig artikel 6 van Verordening nr . 115/67/EEG vastgestelde wereldmarktprijs .

Artikel 39

De Lid-Staten verlenen elkander onderling bijstand voor de toepassing van de bepalingen van deze verordening .

Artikel 40

Verordening ( EEG ) nr . 1204/72 wordt ingetrokken .

Artikel 41

Deze verordening treedt in werking op 1 oktober 1983 .

Certificaten welke zijn afgegeven naar aanleiding van aanvragen ingediend voor de in de vorige alinea bedoelde datum blijven onderworpen aan de bepalingen die voor die datum van toepassing waren .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 21 september 1983 .

Voor de Commissie

Poul DALSAGER

Lid van de Commissie

( 1 ) PB nr . 172 van 30 . 9 . 1966 , blz . 3025/66 .

( 2 ) PB nr . L 162 van 12 . 6 . 1982 , blz . 6 .

( 3 ) PB nr . L 163 van 22 . 6 . 1983 , blz . 44 .

( 4 ) PB nr . L 38 van 9 . 2 . 1977 , blz . 20 .

( 5 ) PB nr . L 222 van 2 . 10 . 1971 , blz . 2 .

( 6 ) PB nr . L 133 van 10 . 6 . 1972 , blz . 1 .

( 7 ) PB nr . L 43 van 17 . 2 . 1968 , blz . 10 .

( 8 ) PB nr . L 239 van 28 . 9 . 1968 , blz . 2 .

( 9 ) PB nr . 111 van 10 . 6 . 1967 , blz . 2196/67 .

BIJLAGE I

Methode voor de bepaling van het gewicht van oliehoudende zaden

( 100 - ( i + h ) ) / ( 100 - ( i1 + h1 ) ) maal q = X

i = gehalte aan onzuiverheden van het zaad waarvan het gewicht moet worden bepaald .

h = vochtgehalte van het zaad waarvan het gewicht moet worden bepaald .

Indien evenwel het voor zaad uit de Gemeenschap geconstateerde vochtgehalte lager is dan :

- 6 gewichtspercenten voor koolzaad en raapzaad , is h gelijk aan 6 ,

- 5 gewichtspercenten voor zonnebloemzaad , is h gelijk aan 5 .

i1 = gehalte onzuiverheden van de standaardkwaliteit .

h1 = vochtgehalte van de standaardkwaliteit .

q = hoeveelheid van het zaad als zodanig , uitgedrukt in kg , waarvan het gewicht moet worden bepaald .

X = aan te houden gewicht van het zaad , uitgedrukt in kg .

Opmerking

Voor het vochtgehalte en het gehalte aan onzuiverheden worden slechts de eerste twee decimalen in aanmerking genomen .

BIJLAGE II

EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMUNAUTAIRE STEUN VOOR OLIEHOUDENDE ZADEN

AANVRAAG TOT AFGIFTE VAN EEN CERTIFICAAT

Raadpleeg de toelichting alvorens het formulier in te vullen

A . GEMEENSCHAPPELIJK DEEL

1 . Aanvrager ( naam , volledig adres en Lid-Staat )

2 . Aanvraag gericht aan

3 . Omschrijving van het produkt

4 . Zie ... telex ... telegram

van ...

B . AANVRAAG TOT AFGIFTE VAN EEN CERTIFICAAT A.P .

5 . Gewicht van het produkt op basis van het gehalte aan vocht en onzuiverheden van de standaardkwaliteit ... kg

6 . Totaal bedrag van de waarborg in nationale valuta ... FL

7 .

Te ... , de ...

... ( Handtekening van de aanvrager )

8 . Bestemd voor de instantie van afgifte

C . AANVRAAG TOT AFGIFTE VAN EEN CERTIFICAAT I.D .

9 . Nettogewicht van het produkt als zodanig ... kg

10 . Oliefabriek of diervoederfabriek waar het produkt zich bevindt

11 . Nummer van de partij

12 . Datum waarop het produkt in de oliefabriek of diervoederfabriek is aangekomen ...

13 . Identificatie te verrichten ter verkrijging van

... DE OP DIE DAG GELDENDE STEUN

... DE VOORAF VASTGESTELDE STEUN

door ... certificaat ... uittreksel

A.P . nr . ...

afgegeven door

14 .

Te ... , de ...

... ( Handtekening van de aanvrager )

15 . Bestemd voor de instantie van afgifte

TOELICHTING

1 . De aanvrager moet deel A en naar gelang van het geval deel B of deel C en eventueel deel D van het formulier invullen .

2 . Wanneer de aanvraag om afgifte van een certificaat I.D . betrekking heeft op verschillende partijen , moet deel D worden ingevuld in plaats van de vakken 11 en 12 van deel C , waarbij echter het totale gewicht van de verschillende partijen in vak 9 van deel C moet worden vermeld .

3 . Het formulier moet met de schrijfmachine worden ingevuld en de handtekening van de aanvrager moet met de hand geschreven zijn .

4 . De op de voorzijde van het formulier aan te geven getallen ( gewicht en bedrag ) moeten in de daartoe bestemde vakjes worden vermeld en wel door in elk vakje één cijfer te plaatsen . In niet gebruikte vakjes wordt een " 0 " geplaatst .

5 . De op de voorzijde van het formulier te vermelden data moeten worden aangeduid in de vorm van een getal van zes cijfers en wel door in elk van de daartoe bestemde vakjes twee cijfers te plaatsen : de eerste twee cijfers die de dag aangeven ( van 01 tot en met 31 ) in het eerste vakje , de twee volgende cijfers die de maand aangeven ( van 01 tot en met 12 ) in het tweede vakje en de laatste twee cijfers die het jaar aangeven ( 83 , enz . ) in het laatste vakje .

6 . De van toepassing zijnde vermelding in de vakken 4 en 13 aanduiden door een " X " te plaatsen in het vakje voor die vermelding .

D . OMSCHRIJVING VAN DE TE IDENTIFICEREN PARTIJEN

16 . Nummers van de partijen * 17 . Nettogewicht als zodanig * 18 . Datum van aankomst in de fabriek *

19 . Transporteren ...

20 . Transport ...

21 . Totaal ...

BIJLAGE III

EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMUNAUTAIRE STEUN VOOR OLIEHOUDENDE ZADEN

1

Exemplaar voor de rechthebbende

CERTIFICAAT

NL

nr . 000000

VASTSTELLING VOORAF VAN DE STEUN

DEEL

A.P .

1 . Instantie van afgifte

2 . Omschrijving van het produkt

3 . Gewicht van het produkt op basis van het gehalte aan vocht en onzuiverheden van de standaardkwaliteit ... kg

4 . Totaal bedrag van de waarborg in nationale valuta ... FL

5 . De identificatie moet plaatshebben uiterlijk

op ...

6 . Rechten overgedragen aan

met ingang van ...

Handtekening van de cedent ...

Handtekening en stempel van de instantie van afgifte ...

7 . Rechthebbende ( naam , volledig adres en Lid-Staat )

8 . VOORAF VASTGESTELDE OP ...

GELDIGE STEUN

9 . Maand/Jaar * 10 . Bedrag per 100 kg *

... * ... FL *

11 . Afgegeven te de ...

Handtekening en stempel van de instantie van afgifte ...

12 . Bestemd voor de instantie van afgifte

NOTA BENE

De in vak 10 vermelde bedragen worden vastgesteld onverminderd de toepassing van het bepaalde in artikel 1 , lid 2 , artikel 2 , lid 2 , en artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1134/68 van de Raad van 30 juli 1968 .

13 . AFSCHRIJVINGEN

14 . A . Datum , B . Certificaat I.D . of uittreksel A.P . nr . ... * 15 . A . Beschikbare hoeveelheid , B . Afgeschreven hoeveelheid * 16 . Handtekening en stempel van de afschrijvende instantie *

A . ... * A . ... kg * *

B . * B . ... kg * *

17 . Hier de eventuele verlengstrook bevestigen

NOTA BENE :

1 . Als eerste beschikbare hoeveelheid dient te worden vermeld de hoeveelheid aangeduid in vak 3 , vermeerderd met de tolerantie van 7 % .

2 . De bij afgifte van een uittreksel A.P . af te schrijven hoeveelheid is die aangeduid in vak 3 van dit uittreksel , vermeerderd met de tolerantie van 7 % .

EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMUNAUTAIRE STEUN VOOR OLIEHOUDENDE ZADEN

2

Exemplaar voor de instantie van afgifte

CERTIFICAAT

NL

nr . 000000

VASTSTELLING VOORAF VAN DE STEUN

DEEL

A.P .

1 . Instantie van afgifte

2 . Omschrijving van het produkt

3 . Gewicht van het produkt op basis van het gehalte aan vocht en onzuiverheden van de standaardkwaliteit ... kg

4 . Totaal bedrag van de waarborg in nationale valuta ... FL

5 . De identificatie moet plaatshebben uiterlijk

op ...

6 . Rechten overgedragen aan

met ingang van ...

Handtekening van de cedent ...

Handtekening en stempel van de instantie van afgifte ...

7 . Rechthebbende ( naam , volledig adres en Lid-Staat )

8 . VOORAF VASTGESTELDE OP ...

GELDIGE STEUN

9 . Maand/Jaar * 10 . Bedrag per 100 kg *

... * ... FL *

11 . Afgegeven te de ...

Handtekening en stempel van de instantie van afgifte ...

12 . Bestemd voor de instantie van afgifte

NOTA BENE

De in vak 10 vermelde bedragen worden vastgesteld onverminderd de toepassing van het bepaalde in artikel 1 , lid 2 , artikel 2 , lid 2 , en artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1134/68 van de Raad van 30 juli 1968 .

13 . AFSCHRIJVINGEN

14 . A . Datum , B . Certificaat I.D . of uittreksel A.P . nr . ... * 15 . A . Beschikbare hoeveelheid , B . Afgeschreven hoeveelheid * 16 . Handtekening en stempel van de afschrijvende instantie *

A . ... * A . ... kg * *

B . * B . ... kg * *

17 . Hier de eventuele verlengstrook bevestigen

NOTA BENE :

1 . Als eerste beschikbare hoeveelheid dient te worden vermeld de hoeveelheid aangeduid in vak 3 , vermeerderd met de tolerantie van 7 % .

2 . De bij afgifte van een uittreksel A.P . af te schrijven hoeveelheid is die aangeduid in vak 3 van dit uittreksel , vermeerderd met de tolerantie van 7 % .

BIJLAGE IV

EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMUNAUTAIRE STEUN VOOR OLIEHOUDENDE ZADEN

1

Exemplaar voor de rechthebbende

UITTREKSEL

NL

nr . 000000

VASTSTELLING VOORAF VAN DE STEUN

DEEL

A.P .

1a . Instantie van afgifte van het uittreksel

1b . Instantie van afgifte van het certificaat

2 . Omschrijving van het produkt

3 . Gewicht van het produkt op basis van het gehalte aan vocht en onzuiverheden van de standaardkwaliteit ... kg

4 . Totaal bedrag van de waarborg in nationale valuta ... FL

5 . De identificatie moet plaatshebben uiterlijk

op ...

6 . Rechten overgedragen aan

met ingang van ...

Handtekening van de cedent ...

Handtekening en stempel van de instantie van afgifte ...

7a . Rechthebbende ( naam , volledig adres en Lid-Staat )

7b . Uittreksel uit certificaat A.P . nr . ...

afgegeven door

8 . VOORAF VASTGESTELDE OP ...

GELDIGE STEUN

9 . Maand/Jaar * 10 . Bedrag per 100 kg *

... * ... FL *

11 . Afgegeven te de ...

Handtekening en stempel van de instantie van afgifte ...

12 . Bestemd voor de instantie van afgifte

NOTA BENE

De in vak 10 vermelde bedragen worden vastgesteld onverminderd de toepassing van het bepaalde in artikel 1 , lid 2 , artikel 2 , lid 2 , en artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1134/68 van de Raad van 30 juli 1968 .

13 . AFSCHRIJVINGEN

14 . A . Datum , B . Certificaat I.D . nr . ... * 15 . A . Beschikbare hoeveelheid , B . Afgeschreven hoeveelheid * 16 . Handtekening en stempel van de afschrijvende instantie *

A . ... * A . ... kg * *

B . * B . ... kg * *

17 . Hier de eventuele verlengstrook bevestigen

NOTA BENE : Als eerste beschikbare hoeveelheid dient te worden vermeld de hoeveelheid aangeduid in vak 3 , vermeerderd met de tolerantie van 7 % .

EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMUNAUTAIRE STEUN VOOR OLIEHOUDENDE ZADEN

2

Exemplaar voor de instantie van afgifte

UITTREKSEL

NL

nr . 000000

VASTSTELLING VOORAF VAN DE STEUN

DEEL

A.P .

1a . Instantie van afgifte van het uittreksel

1b . Instantie van afgifte van het certificaat

2 . Omschrijving van het produkt

3 . Gewicht van het produkt op basis van het gehalte aan vocht en onzuiverheden van de standaardkwaliteit ... kg

4 . Totaal bedrag van de waarborg in nationale valuta ... FL

5 . De identificatie moet plaatshebben uiterlijk

op ...

6 . Rechten overgedragen aan

met ingang van ...

Handtekening van de cedent ...

Handtekening en stempel van de instantie van afgifte ...

7a . Rechthebbende ( naam , volledig adres en Lid-Staat )

7b . Uittreksel uit certificaat A.P . nr . ...

afgegeven door

8 . VOORAF VASTGESTELDE OP ...

GELDIGE STEUN

9 . Maand/Jaar * 10 . Bedrag per 100 kg *

... * ... FL *

11 . Afgegeven te de ...

Handtekening en stempel van de instantie van afgifte ...

12 . Bestemd voor de instantie van afgifte

NOTA BENE

De in vak 10 vermelde bedragen worden vastgesteld onverminderd de toepassing van het bepaalde in artikel 1 , lid 2 , artikel 2 , lid 2 , en artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1134/68 van de Raad van 30 juli 1968 .

13 . AFSCHRIJVINGEN

14 . A . Datum , B . Certificaat I.D . nr . ... * 15 . A . Beschikbare hoeveelheid , B . Afgeschreven hoeveelheid * 16 . Handtekening en stempel van de afschrijvende instantie *

A . ... * A . ... kg * *

B . * * *

* B . ... kg * *

17 . Hier de eventuele verlengstrook bevestigen

NOTA BENE : Als eerste beschikbare hoeveelheid dient te worden vermeld de hoeveelheid aangeduid in vak 3 , vermeerderd met de tolerantie van 7 % .

BIJLAGE V

EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMUNAUTAIRE STEUN VOOR OLIEHOUDENDE ZADEN

1

Exemplaar voor de rechthebbende

CERTIFICAAT

NL

nr . 000000

IDENTIFICATIE VAN HET ZAAD

DEEL

I.D .

1 . Instantie van afgifte

2 . Omschrijving van het produkt

3 . Nettogewicht van het produkt als zodanig ... kg

4 . Vocht ...

5 . Onzuiverheden ...

6 . Oliefabriek of diervoederfabriek waar het produkt zich bevindt

7 . Bestemd voor de instantie van afgifte

8 . Rechthebbende ( naam , volledig adres en Lid-Staat )

9 . IDENTIFICATIE VERRICHT

op ...

10 . Geïdentificeerd gewicht op basis van het gehalte aan vocht en onzuiverheden van de standaardkwaliteit ... kg

11 . Bedrag van de steun in nationale valuta per 100 kg ... FL

12 . Bij vaststelling vooraf van de steun :

geïdentificeerd gewicht afgeschreven van

... CERTIFICAAT ... UITTREKSEL

A.P . nr . ... afgegeven door

13 . Afgegeven te de ...

Handtekening en stempel van de instantie van afgifte

NOTA BENE

1 . De vakken 4 , 5 en 10 worden ingevuld wanneer de in die vakken te vermelden gegevens beschikbaar zijn .

2 . Wanneer de identificatie betrekking heeft op verschillende partijen waarvoor een zelfde aanvraag werd ingediend , dient in vak 4 het gewogen vochtgehalte en in vak 5 het gewogen gehalte aan onzuiverheden van de totale geïdentificeerde hoeveelheid te worden vermeld .

EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

COMMUNAUTAIRE STEUN VOOR OLIEHOUDENDE ZADEN

2

Exemplaar voor de instantie van afgifte

CERTIFICAAT

NL

nr . 000000

IDENTIFICATIE VAN HET ZAAD

DEEL

I.D .

1 . Instantie van afgifte

2 . Omschrijving van het produkt

3 . Nettogewicht van het produkt als zodanig ... kg

4 . Vocht ...

5 . Onzuiverheden ...

6 . Oliefabriek of diervoederfabriek waar het produkt zich bevindt

7 . Bestemd voor de instantie van afgifte

8 . Rechthebbende ( naam , volledig adres en Lid-Staat )

9 . IDENTIFICATIE VERRICHT

op ...

10 . Geïdentificeerd gewicht op basis van het gehalte aan vocht en onzuiverheden van de standaardkwaliteit ... kg

11 . Bedrag van de steun in nationale valuta per 100 kg ... FL

12 . Bij vaststelling vooraf van de steun :

geïdentificeerd gewicht afgeschreven van

... CERTIFICAAT ... UITTREKSEL

A.P . nr . ... afgegeven door

13 . Afgegeven te de ...

Handtekening en stempel van de instantie van afgifte

NOTA BENE

1 . De vakken 4 , 5 en 10 worden ingevuld wanneer de in die vakken te vermelden gegevens beschikbaar zijn .

2 . Wanneer de identificatie betrekking heeft op verschillende partijen waarvoor een zelfde aanvraag werd ingediend , dient in vak 4 het gewogen vochtgehalte en in vak 5 het gewogen gehalte aan onzuiverheden van de totale geïdentificeerde hoeveelheid te worden vermeld .