Home

84/557/EEG: Beschikking van de Commissie van 2 mei 1984 betreffende de staatssteunmaatregelen in wet nr. 97 van 6 mei 1981 van het gewest Sicilië houdende maatregelen ten gunste van de produktieve sectoren en diverse voorschriften op het gebied van de landbouw (Slechts de tekst in de Italiaanse taal is authentiek)

84/557/EEG: Beschikking van de Commissie van 2 mei 1984 betreffende de staatssteunmaatregelen in wet nr. 97 van 6 mei 1981 van het gewest Sicilië houdende maatregelen ten gunste van de produktieve sectoren en diverse voorschriften op het gebied van de landbouw (Slechts de tekst in de Italiaanse taal is authentiek)

*****

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 2 mei 1984

betreffende de staatssteunmaatregelen in wet nr. 97 van 6 mei 1981 van het gewest Sicilië houdende maatregelen ten gunste van de produktieve sectoren en diverse voorschriften op het gebied van de landbouw

(Slechts de tekst in de Italiaanse taal is authentiek)

(84/557/EEG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, en met name op artikel 93, lid 2, eerste alinea,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2727/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1018/84 (2), en met name op artikel 22,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 1035/72 van de Raad van 18 mei 1972 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 985/84 (4), en met name op artikel 31,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 516/77 van de Raad van 14 maart 1977 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten (5), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 988/84 (6), en met name op artikel 17,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 337/79 van de Raad van 5 februari 1979 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (7), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1208/84 (8), en met name op artikel 59,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 804/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelprodukten (9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 856/84 (10), en met name op de artikelen 23 en 24,

Na alle belanghebbenden overeenkomstig het bepaalde in artikel 93, lid 2, eerste alinea, van het EEG-Verdrag te hebben aangemaand hun opmerkingen mede te delen (11) en gezien deze opmerkingen,

Overwegende hetgeen volgt:

I

De Italiaanse Regering heeft bij schrijven van 11 mei 1981 de Commissie kennis gegeven van het wetsontwerp van het gewest Sicilië houdende maatregelen ten gunste van de produktieve sectoren en verscheidene voorschriften op het gebied van de landbouw. Deze kennisgeving is vervangen door een van 29 mei 1981.

Op 1 juni 1981, 15 juli 1981 en 22 februari 1982 zijn met betrekking tot de nieuwe tekst aanvullende inlichtingen gevraagd.

Bij schrijven van 29 maart 1982 heeft de Italiaanse Regering aan de Commissie medegedeeld dat het

betrokken wetsontwerp op 22 april 1981 door het gewestelijke parlement is goedgekeurd en op 9 mei 1981 als wet nr. 97 is bekendgemaakt.

Bij de artikelen 2 en 3 van deze wet wordt machtiging verleend om in 1981 4 miljard lire en in 1982 5 miljard lire uit te trekken voor een subsidie van 700 lire per kwintaal voor »ammasso volontario" (vrijwillige opslag) geleverde durum tarwe.

In artikel 4 wordt machtiging verleend om in 1981 300 miljoen lire uit te trekken voor een subsidie van 100 miljoen lire ten behoeve van de »consorzi" van cooeperaties die voor opslag en verkoop van durum tarwe zorg dragen.

Bij artikel 5 wordt machtiging verleend om zowel in 1981 als in 1982 100 miljoen lire uit te trekken voor een subsidie, voor ieder kwintaal gecertificeerd zaaizaad van durum tarwe, gelijk aan 10 % van de door de Europese Economische Gemeenschap voor durum tarwe vastgestelde uniforme interventieprijs per kwintaal geselecteerd zaaizaad van durum tarwe, aan samenwerkende producenten van durum tarwe, die akkers inrichten voor de produktie van geselecteerd zaaizaad van gecertificeerde durum tarwe.

Bij artikel 6 wordt machtiging verleend om zowel in 1981 als in 1982 500 miljoen lire uit te trekken voor subsidies aan individuele landbouwers, die gelijk zijn aan 20 % van de aankoopprijs van op Sicilië geproduceerd geselecteerd zaaizaad van durum tarwe, met een maximum van 10 kwintaal per begunstigde.

In de artikelen 8 en 9 wordt machtiging verleend om in 1981 1,5 miljard lire en in 1982 opnieuw 1,5 miljard lire uit te trekken voor een subsidie van 2 000 à 6 000 lire per kwintaal aan producenten van in het verkoopseizoen 1980/1981 door parasieten aangetaste durum tarwe, die hun produkten aan cooeperaties en »consorzi" leveren welke voor verzameling, opslag en collectieve verkoop ervan zorg dragen.

In artikel 10 wordt machtiging verleend om in 1981 500 miljoen lire uit te trekken - in toepassing van artikel 8 van gewestelijke wet nr. 83/80 - voor een subsidie aan tomatentelers die bij cooeperaties, »consorzi" en telersverenigingen zijn aangesloten, van 700 lire per kwintaal voor verwerking geleverde tomaten.

In artikel 11 wordt machtiging verleend om in 1981 350 miljoen lire uit te trekken - in toepassing van artikel 9 van gewestelijke wet nr. 83/80 - voor een subsidie van 500 lire per kwintaal tomaten aan de in artikel 10 van gewestelijke wet nr. 97/81 bedoelde organen om een deel van de met opslag en vervoer naar de verwerkende industrie verband houdende kosten te dekken.

In artikel 12 wordt voor 1981 machtiging verleend om 3 miljard lire uit te trekken - in toepassing van artikel 12 van gewestelijke wet nr. 83/80 - voor een subsidie aan citrustelers die bij cooeperaties, »consorzi" en/of telersverenigingen zijn aangesloten, van 750 lire per kwintaal voor verwerking geleverde citrusvruchten in verband met beheerskosten.

In artikel 13 wordt voor 1981 machtiging verleend om 600 miljoen lire uit te trekken voor subsidies aan cooeperaties of »consorzi" daarvan en aan telersverenigingen voor de behandeling, verwerking en afzet van citrusvruchten tot een beloop van 70 % van de uitgaven.

In artikel 14 is bepaald dat aan particuliere bedrijven met overheidsparticipatie, die op Sicilië installaties exploiteren voor de verwerking van citrusvruchten tot sap, concentraat en gelyofiliseerde produkten, leningen worden toegekend met een lage rentevoet van ongeveer 4 % en een looptijd van een jaar. Deze worden alleen toegekend voor de hoeveelheden citrusvruchten die in het raam van contracten in de periode van 1 april tot en met 30 september 1981 door de cooeperaties, »consorzi" daarvan en telersverenigingen die zijn opgericht op grond van wet nr. 622 van 27 juli 1967, worden geleverd, mits de bedrijven waaraan deze steun wordt toegekend aan de telers die hun produkten leveren, voor deze produkten een prijs betalen die ten minste gelijk is aan de in de communautaire voorschriften vastgestelde minimumprijs.

In artikel 15 wordt machtiging verleend om in 1981 500 miljoen lire uit te trekken voor een subsidie van 15 lire/kg bloedsinaasappelen die door de slechte weersomstandigheden zijn beschadigd ter compensatie van het feit dat deze sinaasappelen minder sap bevatten; deze steun wordt toegekend aan erkende telersverenigingen, cooeperaties en groeperingen daarvan en aan de bedrijven waarin de overheid een meerderheidsparticipatie heeft en die over installaties beschikken om citrusvruchten te verwerken. Deze steun wordt aan de bedrijven slechts toegekend op voorwaarde dat deze garanderen dat voor de aangekochte produkten een minimumprijs wordt betaald.

In artikel 17 is bepaald dat de toelage van het bij artikel 3, punt 4, van gewestelijke wet nr. 12 van 7 februari 1963 bij het IRCAG (Istituto regionale credito agrario) opgerichte fonds vanaf 1981 jaarlijks met een bedrag van 1,2 miljard lire zal worden verhoogd om aan de landbouwcooeperaties en »consorzi" daarvan leningen met een verlaagde rentevoet van ongeveer 12 % en een looptijd van vijftien jaar toe te kennen ter volledige aanzuivering van de per 31 maart 1981 bestaande passiva, welke zijn ontstaan wegens leningen die voor de toekenning aan de leden van voorschotten, voor de levering van landbouwprodukten tijdens het verkoopseizoen 1978/1979 zijn aangegaan, wegens beheerskosten en door uitgaven in verband met kosten die tot en met 31 juli 1978 voor de bouw en de modernisering van sociale infrastructuur zijn gemaakt en waarop de ontvangen gewestelijke, nationale of communautaire subsidies in mindering worden gebracht.

In artikel 21 wordt machtiging verleend om 4,8 miljard lire uit te trekken, waarvan 50 % dient voor de uitvoering van de in artikel 6 van gewestelijke wet nr. 28 van 30 juli 1973 voor het »Istituto regionale della vite e del vino" vastgestelde taken, om voor 1981 met name reclameactiviteiten te herfinancieren alsmede ter ondersteuning van de uitvoer van wijn in bulk naar derde landen, in het bijzonder naar de Sovjetunie, en van de afzet van wijn in flessen en wijn in bulk in Italië en in de Gemeenschap.

In artikel 22 wordt voor 1981 machtiging verleend om 200 miljoen lire uit te trekken voor de in artikel 5 van gewestelijke wet nr. 14 van 6 juni 1968 bedoelde subsidie van 3 000 lire per kwintaal van in 1981 door de wijnbouwers van de eilanden Pantelleria en Lipari geproduceerde druiven.

In artikel 30 wordt machtiging verleend om in 1981 500 miljoen lire en in elk der jaren 1982 en 1983 1 miljard lire uit te trekken voor een subsidie van 4 500 lire/hl in Sicilië geproduceerde en daar aan cooeperaties, »consorzi" en groeperingen daarvan geleverde melk om de kosten voor het ophalen, het vervoer en het koelen van de melk te drukken.

In artikel 31 wordt machtiging verleend om in 1981 500 miljoen lire en in elk der jaren 1982 en 1983 1 miljard lire uit te trekken voor een subsidie aan samenwerkende kaasproducenten ten belope van 4 500 lire/hl in Sicilië geproduceerde en daar tot »caciocavallo"-, »pecorino siciliano"- en »canestrato misto"-kaas verwerkte kaas.

In artikel 32 wordt machtiging verleend om in 1981 650 miljoen lire uit te trekken voor leningen met een verlaagde rentevoet en een looptijd van twaalf maanden aan melk producerende en behandelende cooeperaties en »consorzi" die voor de aankoop tegen vaste prijzen van op Sicilië geproduceerde melk, overeenkomstig het bepaalde in de nationale wet nr. 306/75, intersectoriële overeenkomsten sluiten, waarbij de grootte van deze leningen afhankelijk is van de hoeveelheden melk die in de loop van een jaar aan die lichamen is geleverd.

In artikel 39 wordt machtiging verleend om in 1982 5 miljard lire uit te trekken voor een subsidie die overeenkomt met 25 % van de prijs van voor de teelt en voor de verwerking en afzet van de landbouwproduktie bestemde stookolie.

In artikel 43 wordt machtiging verleend om in 1981 45 miljard lire uit te trekken voor de herfinanciering van de in artikel 1 van gewestelijke wet nr. 23 van 28 juli 1978 voorziene subsidies, welke tot een beloop van 70 % van de subsidiabele uitgaven voor aankoop, oprichting, uitbreiding en modernisering van cooeperatieve installaties voor verpakking en behandeling van landbouwprodukten kunnen worden verstrekt.

Op deze steunmaatregelen zijn de artikelen 92 tot en met 94 van het EEG-Verdrag van toepassing krachtens artikel 22 van Verordening (EEG) nr. 2727/75, artikel 31 van Verordening (EEG) nr. 1035/72, artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 516/77, artikel 59 van Verordening (EEG) nr. 337/79 en de artikelen 23 en 24 van Verordening (EEG) nr. 804/68.

II

Na een eerste onderzoek van wet nr. 97/81 heeft de Commissie geconstateerd dat:

- de in de artikelen 2, 3, 4, 8 en 9 vervatte steunmaatregelen inbreuk maken op de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen,

- de in de artikelen 10, 11 en 14 vervatte steunmaatregelen inbreuk maken op de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit,

- de in de artikelen 12 en 15 vervatte steunmaatregelen inbreuk maken op de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten,

- de in de artikelen 21 en 22 vervatte steunmaatregelen inbreuk maken op de gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt,

- de in de artikelen 30, 31 en 32 vervatte steunmaatregelen inbreuk maken op de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelprodukten,

weshalve deze steunmaatregelen niet in aanmerking kunnen komen voor de in artikel 92, lid 3, van het Verdrag vervatte uitzonderingen en bijgevolg als met de gemeenschappelijke markt onverenigbaar moeten worden beschouwd.

De Commissie was bij dit onderzoek eveneens van oordeel dat:

a) met de in de artikelen 5, 6, 13, 17 en 39 vervatte maatregelen steun wordt verleend voor de bedrijfsvoering, hetgeen niet tot een duurzame verbetering van de structuur leidt, zodat deze steunmaatregelen niet in aanmerking kunnen komen voor een van de in artikel 92, lid 3, van het Verdrag vervatte uitzonderingen;

b) met de in artikel 43 vervatte steunmaatregelen, waarbij steun wordt verleend tot een beloop van 70 % van de subsidiabele uitgaven voor investeringen voor aankoop, oprichting, uitbreiding en modernisering van cooeperatieve installaties voor verpakking en behandeling van landbouwprodukten, niet de maximale steunpercentages die algemeen bij steun voor investeringen op het gebied van afzet en verwerking van landbouwprodukten worden toegepast, in acht worden genomen, zodat geen van de gefinancierde projecten in aanmerking kan komen voor de in artikel 92, lid 3, sub c), genoemde uitzondering, als enige die hier zou kunnen spelen.

Bij schrijven van 6 mei 1982 heeft de Commissie op grond van het voorafgaande ten aanzien van voornoemde maatregelen de procedure van artikel 93, lid 2, van het Verdrag ingeleid en heeft zij de Italiaanse Regering aangemaand haar opmerkingen mede te delen.

Voorts heeft de Commissie de overige Lid-Staten en de andere belanghebbenden dan de Lid-Staten aangemaand hun opmerkingen mede te delen. III

De Italiaanse Regering heeft op 25 oktober 1982 en op 18 januari 1983 het volgende op de aanmaning van de Commissie geantwoord:

a) artikel 2 en artikel 3, waarbij wordt voorzien in een subsidie van 700 lire per kwintaal voor »ammasso volontario" (vrijwillige opslag) geleverde durum tarwe, zijn voor 1982 vervangen door artikel 19 en artikel 20 van gewestelijke wet nr. 87/82 waarbij wordt voorzien in een bedrijfskrediet voor het verstrekken van voorschotten aan de leden van cooeperaties en voor het dekken van de kosten in verband met de oogst, bewaring en collectieve verkoop van tarwe;

b) de in de artikel 4 vastgestelde subsidie van 100 miljoen lire voor elk van de drie »consorzi" die in 1981 de durum tarwe hebben geoogst, is in feite een eenmalige aanloopsteun die de in de periode 1975-1976 opgerichte »consorzi" in staat moeten stellen de beheerskosten gedurende de eerste jaren waarin zij werkzaam zijn, te dragen;

c) de in artikel 5 vastgestelde subsidie per kwintaal gecertificeerd zaaizaad van durum tarwe, welke subsidie gelijk is aan 10 % van de door de Gemeenschap voor durum tarwe vastgestelde interventieprijs en die aan de samenwerkende producenten van durum tarwe wordt toegekend, alsmede de in artikel 6 vastgestelde subsidie, die gelijk is aan 20 % van de aankoopprijs van geselecteerde durum tarwe en wordt toegekend aan individuele landbouwers, moesten dienen voor het voeren van een voorlichtingscampagne van korte duur om de landbouwers ertoe aan te zetten nieuwe teelttechnieken aan te wenden;

d) de in de artikelen 8 en 9 vastgestelde subsidies van 2 000 à 6 000 lire per kwintaal durum tarwe, welke subsidies worden toegekend aan producenten van durum tarwe, moesten dienen om de tarweproducenten wier produkten door parasieten zijn aangetast, deze te vergoeden. Het betreft een uitzonderlijke steunmaatregel en het gewest zal er zich voor inzetten om voor een preventieve bestrijding van parasieten collectieve programma's te financieren;

e) de uitkering van de aan de telers toegekende subsidie van 700 lire per kwintaal voor verwerking bestemde tomaten en van de aan cooeperaties, »consorzi" en telersverenigingen toegekende subsidie van 500 lire per kwintaal tomaten om een deel van de kosten te dekken in verband met de opslag en het vervoer bij de verwerkende industrie, welke zijn vastgesteld in de artikelen 10 en 11 en welke reeds waren vastgesteld bij de artikelen 8 en 9 van wet nr. 83/80, is opgeschort, zodra de Commissie op 5 februari 1982 krachtens artikel 169 van het Verdrag de procedure ten aanzien van overtredingen had ingeleid;

f) de in artikel 12 en ingevolge artikel 12 van wet nr. 83/80 vastgestelde subsidie van 750 lire per kwintaal voor verwerking geleverde citrusvruchten is beperkt tot het verkoopseizoen 1981 en deze maatregel zal niet meer in de navolgende voorschriften worden overgenomen;

g) de in artikel 13 vastgestelde financieringen ten behoeve van cooeperaties en »consorzi" daarvan en van producentengroeperingen door kredietinstellingen die samenwerken met het IRCAG (Istituto regionale credito agrario) voor het dekken van de bedrijfskosten tot 70 % van de subsidiabele uitgaven zijn maatregelen om gemakkelijker over kredieten te kunnen beschikken; voorts zijn de gewestelijke bepalingen inzake kredietverlening ingetrokken bij artikel 24 van gewestelijke wet nr. 87/82 waarin is bepaald dat de rentevoeten ten laste van de begunstigden even hoog moeten zijn als die welke bij kredietverleningen op nationaal niveau voor overeenkomstige transacties gelden;

h) de in artikel 14 vastgestelde goedkopere lening aan particuliere bedrijven met overheidsparticipatie die op Sicilië installaties exploiteren voor de verwerking van citrusvruchten tot sap, concentraat en gelyofiliseerde produkten, is eveneens een maatregel om gemakkelijker over kredieten te kunnen beschikken;

i) de in artikel 15 vastgestelde subsidie van 15 lire/kg voor de door slechte weersomstandigheden beschadigde bloedsinaasappelen, welke subsidie wordt uitgekeerd aan erkende telersverenigingen, cooeperaties en unies daarvan en aan bedrijven met een meerderheidsparticipatie van de overheid, dient ter compensatie van het lagere sapgehalte van de sinaasappelen;

j) de in artikel 17 vastgestelde goedkope leningen met een rentevoet van ongeveer 12 % en een looptijd van vijftien jaar, welke moeten dienen om de passiva van de cooeperaties en »consorzi" daarvan aan te zuiveren, zijn niet verleend en dat zal wegens de complexiteit van de procedure ook in de toekomst niet gebeuren;

k) de in artikel 21 vastgestelde subsidie van 4,8 miljard lire, die voor 50 % dient om de in artikel 6 van gewestelijke wet nr. 28/73 omschreven werkzaamheden van het »Istituto regionale della vite e del vino" voor 1981 opnieuw te financieren, welke subsidie de toekenning omvatte van steun voor het voeren van reclame, voor uitvoer van wijn naar de derde landen, en met name naar de Sovjetunie, voor in Italië en in de Gemeenschap afgezette wijn in flessen, heeft het mogelijk gemaakt de druk op de wijnmarkt te verlichten en te voorkomen dat er wijn moet worden gedistilleerd; het is derhalve dienstig deze steun ook in 1982 toe te staan, maar dan voor een lager bedrag;

l) de toekenning, voor het wijnoogstjaar 1981, van een subsidie van 3 000 lire per kwintaal druiven aan wijnbouwers van de eilanden Pantelleria en Lipari, als bedoeld in artikel 22, had een tweeledig doel: de zwakke landbouw op deze eilanden versterken en voorkomen dat traditionele teelten die belangrijk zijn voor het inkomen en voor de werkgelegenheid, verdwijnen. De hoeveelheden waarop deze steun betrekking heeft, waren gering;

m) de in artikel 30 vastgestelde subsidie, aan melkproducenten die zijn aangesloten bij cooeperaties, »consorzi" en groeperingen daarvan, van 4 500 lire/hl melk die aan deze organen wordt geleverd, welke subsidie bestemd is om de kosten van het ophalen, het vervoeren en het koelen van de melk te drukken, en de in artikel 31 vastgestelde subsidie aan samenwerkende kaasproducenten ten belope van 4 500 lire/hl melk die op Sicilië wordt geproduceerd en verwerkt tot »caciocavallo"-, »pecorino siciliano"- en »canestrato misto"-kaas, moeten in aanmerking komen voor de uitzonderingen in artikel 92, lid 3, sub a), van het Verdrag omdat de melkproducenten op Sicilië hun activiteiten uitoefenen in een gebied met bijzonder grote problemen en in kleine, ver van de centra voor het ophalen en verwerken van de melk verwijderde bedrijven;

n) de intersectoriële akkoorden als bedoeld in artikel 32 zijn gesloten op basis van onderhandelingen tussen de betrokken partijen zonder dat beroep werd gedaan op het bepaalde in artikel 11 van nationale wet nr. 306/75; zij kunnen derhalve geen aanleiding geven tot een inbreuk;

o) de toekenning van de in artikel 39 vastgestelde subsidie, die gelijk is aan 25 % van de stookolieprijs en dient voor de teelt en de verwerking van landbouwprodukten, wordt uitgekeerd voor de teruggang van het inkomen wegens het duurder worden van de benodigde produkten en de schade die ten gevolge van slechte weersomstandigheden en de natuurlijke handicaps voor mechanisatie werd geleden;

p) de in artikel 43 bedoelde bijdragen zijn structuurmaatregelen die passen in de gewestelijke programma's welke beantwoorden aan de algemene voorwaarden die zijn vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 355/77 van de Raad van 15 februari 1977 inzake een gemeenschappelijk actie ter verbetering van de voorwaarden inzake verwerking en afzet van landbouwprodukten (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3164/82 (2).

Verscheidene Lid-Staten en andere belanghebbenden hebben hun opmerkingen aan de Commissie medegedeeld. Allen zijn van mening dat de Siciliaanse maatregelen inbreuk maken op de gemeenschappelijke ordeningen der markten en/of dat zij de mededingingsvoorwaarden vervalsen en het handelsverkeer tussen Lid-Staten ongunstig beïnvloeden.

IV

1. De Italiaanse Regering is de haar krachtens artikel 93, lid 3, van het Verdrag opgelegde verplichting niet nagekomen door het wetsontwerp laattijdig mede te delen en vervolgens nog vóór de termijn waarbinnen de Commissie zich daarover kon uitspreken, was verstreken, het ontwerp ten uitvoer te leggen.

Hierdoor is een bijzonder ernstige situatie ontstaan, aangezien de meeste maatregelen principieel inbreuk maken op de gemeenschappelijke ordeningen der markten en als onverenigbaar met het bepaalde in artikel 92 van het Verdrag moeten worden beschouwd.

2. Met name:

- de voor 1981 vastgestelde subsidie van 700 lire per kwintaal voor »ammasso volontario" (vrijwillige opslag) geleverde durum tarwe welke bij de artikelen 2 en 3 van wet nr. 97/81 in toepassing van artikel 10 van gewestelijke wet nr. 47/80 wordt toegekend, is een maatregel die niet is opgenomen in de communautaire voorschriften, waarbij een steunregeling voor de produktie in deze sector wordt ingevoerd;

- de in artikel 4 van wet nr. 97/81 bedoelde subsidie van 100 miljoen lire aan »consorzi" die durum tarwe opslaan en verkopen, is een maatregel voor de opslag van durum tarwe welke niet in de communautaire voorschriften is opgenomen. Steun die eerst zes jaar na de oprichting van de »consorzi" wordt toegekend, kan niet als aanloopsteun worden beschouwd;

- de steun aan producenten van door parasieten aangetaste durum tarwe, welke producenten hun produkten leveren aan cooeperaties of »consorzi" die de produkten ophalen, opslaan en collectief verkopen (artikelen 8 en 9 van de wet nr. 97/81), vormt een aanvullend inkomen, welke maatregel niet is opgenomen in de communautaire voorschriften waarbij een steunregeling in deze sector is ingevoerd;

weshalve de in de artikelen 2, 3, 4, 8 en 9 bedoelde en hierboven vermelde steunmaatregelen op deze voorschriften inbreuk maken.

De steun voor de afzet van Siciliaanse wijn in de Gemeenschap en die voor de uitvoer van Siciliaanse wijn naar derde landen, als bedoeld in artikel 21 van wet nr. 97/81, waarbij voor 1981 wordt voorzien in een herfinanciering van het bepaalde in artikel 6 van gewestelijke wet nr. 28/73, maken inbreuk op de gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt waarbij interventieregelingen inzake uitvoerrestituties zijn vastgesteld. Artikel 6 van gewestelijke wet nr. 28/73 is vervangen door artikel 5 van gewestelijke wet nr. 58/83 waarbij met ingang van 1 januari 1983 steun wordt verleend voor reclame, ten aanzien waarvan de Commissie haar standpunt bij schrijven van 19 maart 1984 heeft bepaald:

- de in artikel 10 van wet nr. 97/81, in toepassing van artikel 8 van gewestelijke wet nr. 83/80, bedoelde subsidie van 700 lire per kwintaal voor verwerking geleverde tomaten,

- de in artikel 11 van wet nr. 97/81, in toepassing van artikel 9 van gewestelijke wet nr. 83/80, bedoelde subsidie van 500 lire per kwintaal tomaten om een deel van de kosten voor opslag en transport naar de verwerkende industrie te dekken,

- de in artikel 12 van wet nr. 97/81, in toepassing van artikel 12 van gewestelijke wet nr. 83/80, bedoelde subsidie van 750 lire per kwintaal voor verwerking geleverde citrusvruchten,

- de in artikel 14 van wet nr. 97/81 bedoelde leningen, met een rentevoet van ongeveer 4 % en een looptijd van een jaar, aan particuliere bedrijven met overheidsparticipatie die op Sicilië installaties exploiteren voor de verwerking van citrusvruchten tot sap, concentraat en gelyofiliseerde produkten, om de kosten van aankoop, behandeling en verwerking van de citrusvruchten te dekken,

- de in artikel 15 van wet nr. 97/81 bedoelde subsidie van 15 lire/kg bloedsinaasappelen ter compensatie van het lagere sapgehalte als gevolg van de slechte weersomstandigheden, die wordt uitgekeerd aan erkende telersverenigingen, cooeperaties en groeperingen daarvan en bedrijven met een meerderheidsparticipatie van de overheid die installaties exploiteren voor de verwerking van citrusvruchten,

vallen niet onder de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten (voor wat tomaten betreft) en ook niet onder de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit, in het bijzonder in het raam van de reglementering betreffende bijzondere maatregelen ten einde het verwerken van bepaalde variëteiten sinaasappelen te stimuleren.

Bij Verordening (EEG) nr. 516/77 en Verordening (EEG) nr. 2601/69 van de Raad van 18 december 1969 betreffende bijzondere maatregelen ten einde het verwerken van bepaalde variëteiten sinaasappelen te stimuleren (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 987/84 (2), is een communautaire produktiesteunregeling ingevoerd voor bepaalde verwerkte produkten, waaronder ook produkten op basis van tomaten en citrusvruchten; door deze regionale steunmaatregelen wordt de onderlinge concurrentiepositie van de telers vervalst en wordt, naast het beleid waarvoor de Gemeenschap heeft gekozen, een teelt gestimuleerd waarvoor het prijspeil niet met ongeoorloofde en unilaterale steunmaatregelen in stand dient te worden gehouden.

De in artikel 22 van wet nr. 97/81 bedoelde subsidie van 3 000 lire per kwintaal druiven van de soort Malvasia di Lipari aan de wijnbouwers van de eilanden Pantelleria en Lipari voor het wijnoogstjaar 1981 maakt inbreuk op de gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt, aangezien de omvang van de steun afhankelijk is van de aan de cooeperaties geleverde hoeveelheden.

In strijd met het bepaalde in artikel 24, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 804/68 waarin is bepaald dat »steun waarvan het bedrag wordt vastgesteld in verhouding tot de prijs of de hoeveelheid van het produkt verboden is" zijn:

- de in artikel 30 van wet nr. 97/81 bedoelde subsidie van 4 500 lire/hl aan cooeperaties en »consorzi" geleverde melk, aan melkproducenten die bij deze organen zijn aangesloten, om de kosten voor het ophalen, het vervoeren en het koelen van de melk te drukken en

- de in artikel 31 van wet nr. 97/81 bedoelde subsidie van 4 500 lire/hl Siciliaanse melk die de samenwerkende kaasproducenten tot »caciocavallo"-, »pecorino siciliano"- en »canestrato misto"-kaas verwerken.

De Commissie is van oordeel dat bovengenoemd artikel 24, lid 1, slechts de bevestiging inhoudt van een van de beperkingen van de bevoegdheid van de Lid-Staten om rechtstreeks in de werking van de voortaan uitsluitend onder de bevoegdheid van de Gemeenschap vallende gemeenschappelijke marktordeningen met een stelsel van gemeenschappelijke prijzen in te grijpen. Dat beginsel behoort tot de vaste rechtspraak van het Hof van Justitie en is met name vervat in het arrest van 23 januari 1975 en in dat van 6 november 1979, onderscheidenlijk in zaak 51/74 (P. J. van der Hulst's Zonen tegen Produktschap voor siergewassen) en zaak 10/79 (Toffoli e. a. tegen Regione Veneto) (3);

In deze arresten wordt in het algemeen de nadruk gelegd op het feit dat, wanneer de Gemeenschap een regeling inzake totstandbrenging van een gemeenschappelijke marktordening in een bepaalde sector heeft vastgesteld, de Lid-Staten zich van elke maatregel dienen te onthouden die daarvan afwijkt of daarop inbreuk maakt; de Lid-Staten dienen daarbij niet slechts de uitdrukkelijk vastgestelde bepalingen maar ook de zin en de doelstellingen van deze regeling in het oog te houden.

Met de invoering van steunmaatregelen die inbreuk maken op de gemeenschappelijke marktordeningen heeft de Italiaanse Regering het beginsel miskend volgens hetwelk de Lid-Staten in het kader van een gemeenschappelijke marktordening ten aanzien van het inkomen van de landbouwers geen unilaterale beslissingen meer mogen treffen. De Raad houdt, bij de vaststelling van de gemeenschappelijke marktordeningen en de prijzen van de landbouwprodukten, rekening met de verschillende doeleinden en elementen van het gemeenschappelijk beleid als genoemd in artikel 39 van het Verdrag. Gezien de uiteenlopende aard van deze doeleinden bestaan er duidelijk prioriteiten die een Lid-Staat niet unilateraal

mag wijzigen zonder de op communautair niveau genomen beleidsbeslissingen opnieuw in het gedrang te brengen en zonder gevaar te lopen een situatie te doen ontstaan die het handelsverkeer tussen de Lid-Staten zal schaden.

Dientengevolge maakt ook de toekenning van de in artikel 32 van wet nr. 97/81 bedoelde leningen met een verlaagde rentevoet en een looptijd van twaalf maanden aan cooeperaties en »consorzi" daarvan, die melk produceren en behandelen alsmede intersectoriële overeenkomsten sluiten voor de aankoop, tegen vaste prijzen, van op Sicilië geproduceerde melk, inbreuk op de communautaire voorschriften. Een regeling met vaste prijzen is namelijk strijdig met de gemeenschappelijke marktordening voor melk en zuivelprodukten, aangezien alleen reeds het feit dat een Lid-Staat, zelfs onrechtstreeks, via contracten, een verplichte producentenprijs stimuleert, met de in de gemeenschappelijke marktordening voor melk vervatte prijsregeling onverenigbaar is.

Bovendien bevoordelen deze maatregelen de Siciliaanse producenten op een kunstmatige wijze ten opzichte van de producenten in de andere Italiaanse gebieden en in de andere Lid-Staten en het handelsverkeer tussen de Lid-Staten wordt derhalve daardoor beïnvloed.

3. De onderstaande steunmaatregelen:

a) de in artikel 5 van wet nr. 97/81 bedoelde subsidies voor ieder kwintaal gecertificeerd zaaizaad van durum tarwe, gelijk aan 10 % van de door de Gemeenschap voor durum tarwe vastgestelde interventieprijs per eenheid, toegekend aan samenwerkende producenten van durum tarwe, die akkers inrichten voor de produktie van geselecteerd zaaizaad van durum tarwe,

b) de in artikel 6 van genoemde wet bedoelde subsidies, voor individuele landbouwers, gelijk aan 20 % van de kosten van geselecteerd zaaizaad van durum tarwe dat op Sicilië is geproduceerd,

c) de in artikel 13 van genoemde wet bedoelde subsidies, voor cooeperaties of »consorzi" daarvan en telersverenigingen, tot 70 % van de uitgaven voor de behandeling, verwerking en afzet van citrusvruchten,

d) de in artikel 17 van genoemde wet bedoelde leningen met een verlaagde rentevoet van ongeveer 12 % en een looptijd van vijftien jaar ten behoeve van landbouwcooeperaties en »consorzi" daarvan om voornoemde organisaties in staat te stellen hun passiva aan te zuiveren,

e) de in artikel 39 van genoemde wet bedoelde subsidies, gelijk aan 25 % van de prijs van stookolie voor de teelt, verwerking en afzet van landbouwprodukten,

vormen een steun voor de bedrijfsvoering, waardoor de kostprijzen direct gaan dalen en er in de produktievoorwaarden en de afzetmogelijkheden voor de betrokken producenten ten opzichte van de producenten in de andere Italiaanse gebieden en in de overige Lid-Staten, aan wie een dergelijk steun niet wordt toegekend, verbetering optreedt. Deze steunmaatregelen vervalsen dus de concurrentie en schaden het intracommunautaire handelsverkeer.

4. Volgens artikel 43 van wet nr. 97/81 worden subsidies toegekend tot 70 % van de subsidiabele uitgaven voor aankoop, oprichting, uitbreiding en modernisering van cooeperatieve installaties voor verpakking, behandeling, enz., van landbouwprodukten zonder dat bij de steunmaatregel een onderscheid wordt gemaakt tussen probleemgebieden en andere gebieden in de zin van Richtlijn 75/268/EEG van de Raad van 28 april 1975 betreffende de landbouw in bergstreken en in sommige probleemgebieden (1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 82/786/EEG (2). Voor Sicilië zijn de subsidiabele investeringsmaxima op het gebied van verwerking en afzet van landbouwprodukten evenwel gelijk aan 75 % voor de installaties die gelegen zijn in bergstreken of probleemgebieden in de zin van Richtlijn 75/268/EEG of gelijk aan 50 % voor de installaties die in de overige gebieden zijn gelegen. Gezien het feit dat in de wet geen onderscheid wordt gemaakt tussen probleemgebieden en andere gebieden, is het mogelijk de steun ten onrechte in andere gebieden dan probleemgebieden aan te wenden. Bij de zeer hoge steunbedragen moet het evenwel nog mogelijk zijn de begunstigde van de steun in voldoende mate aan de financiering van het project te laten deelnemen. Een financiële deelneming zou minimaal 25 % tot 50 % moeten belopen, beneden welk percentage het risico bestaat dat de oprichting wordt gestimuleerd van bedrijven die zonder verdere steunverlening niet leefbaar zijn en de gebreken in de structuur van het eiland nog verergeren en bijgevolg teelten worden gestimuleerd die het handelsverkeer dermate kunnen beïnvloeden dat dit in strijd is met het algemeen belang, waarbij het gevaar bestaat dat de betrokken produkten bovendien geen afzet vinden zonder interventiemaatregelen door het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw.

Op grond van de voorgaande overwegingen kunnen de door de Italiaanse Regering aangevoerde redenen niet in aanmerking worden genomen, tenzij voor wat de in de artikelen 5 en 6 van wet nr. 97/81 bedoelde steunmaatregelen betreft. In de beoogde voorlichting ziet de Commissie een maatregel die een blijvende verbetering in de betrokken sector tot gevolg kan hebben; zij is derhalve van oordeel dat deze steunmaatregelen voor de duur van twee jaar kunnen worden toegestaan.

5. De gewraakte maatregelen beantwoorden aan de in artikel 92, lid 1, van het Verdrag vastgestelde voorwaarden. De in de artikelen 5 en 6 van genoemde wet bedoelde steunmaatregelen komen evenwel in aanmerking voor de in artikel 92, lid 3, sub c), van het Verdrag bedoelde uitzondering.

Voor de overige gewraakte steunmaatregelen kunnen de in artikel 92, lid 1, van het Verdrag vervatte verbodsbepalingen niet worden opgeheven op grond van lid 2 van datzelfde artikel, aangezien de in dat voorschrift vervatte uitzonderingen in dit geval duidelijk niet van toepassing zijn.

Met het oog op het onderzoek van alle nationale of gewestelijke steunmaatregelen moeten de in lid 3 van artikel 92 van het Verdrag vervatte uitzonderingen strikt worden geïnterpreteerd. Deze uitzonderingen spelen alleen dan een rol, indien de Commissie kan vaststellen dat de steun onontbeerlijk is om een van de in deze voorschriften vastgestelde doelstellingen te verwezenlijken.

Het toestaan van deze afwijkingen voor steunmaatregelen die geen dergelijke tegenprestatie inhouden, zou betekenen dat belemmeringen van het handelsverkeer tussen de Lid-Staten, uit communautair oogpunt niet te verantwoorden concurrentiedistorsies en bijgevolg ook ongewettigde voordelen voor bepaalde Lid-Staten zouden worden toegestaan.

In dit bijzondere geval kan niet worden geconstateerd dat er voor de in de artikelen 2 en 3 (jaar 1981), 4, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 17, 21, 22, 30, 31, 32 en 39 van wet nr. 97/81 van het gewest Sicilië bedoelde steunmaatregelen een dergelijke tegenprestatie bestaat. Evenmin kan worden geconstateerd dat er een dergelijke tegenprestatie bestaat voor de in artikel 43 van die wet bedoelde steunmaatregelen voor zover het bedrag van de in die bepaling vastgestelde steun hoger is dan de door de Commissie vastgestelde maxima. Een aantal van deze maatregelen is zelfs strijdig met de gemeenschappelijke ordening der markten in een aantal sectoren.

De Italiaanse Regering heeft geen enkele rechtvaardiging kunnen geven, noch heeft de Commissie er een kunnen vinden, op grond waarvan kan worden vastgesteld dat de betrokken steunmaatregelen aan de voorwaarden voldoen om in aanmerking te komen voor een van de in artikel 92, lid 3, van het Verdrag bedoelde uitzonderingen.

De maatregelen die een inbreuk vormen, kunnen in geen geval in aanmerking komen voor de in artikel 92, lid 3, van het Verdrag bedoelde uitzonderingen.

Bij de overige steunmaatregelen gaat het niet om maatregelen ter bevordering van de economische ontwikkeling van een gebied waar de levensstandaard abnormaal laag is of waar een ernstig gebrek aan werkgelegenheid heerst in de zin van artikel 92, lid 3, sub a), van het Verdrag, omdat zij in geen opzicht maatregelen vormen die geschikt zijn ter bevordering van de ontwikkeling van het gewest of van de teelt van de betrokken landbouwprodukten. Deze maatregelen vormen in werkelijkheid een steun voor de bedrijfsvoering zonder enig duurzaam effect voor de structuur. De situatie op Sicilië en van bovengenoemde teelten zal niet blijvend worden gewijzigd, indien de betrokken steunmaatregelen worden toegestaan.

De steunmaatregelen vormen evenmin een belangrijk project van gemeenschappelijk Europees belang, noch maatregelen ter opheffing van een ernstige verstoring van de Italiaanse economie, zodat artikel 92, lid 3, sub b), van het Verdrag niet van toepassing is.

Deze maatregelen vormen bovendien voor de betrokken landbouwers een steun voor de bedrijfsvoering. De Commissie heeft zich altijd tegen dergelijke steunmaatregelen verzet, aangezien zij niet voldoen aan de voorwaarden waardoor zij in aanmerking zouden kunnen komen voor de in artikel 92, lid 3, sub c), van het Verdrag bedoelde uitzondering, daar zij door hun geringe doelmatigheid niet in staat zijn de ontwikkeling te vergemakkelijken zoals in genoemde bepaling is voorzien.

In de situatie die thans de markt voor citrusvruchten, groenten en fruit, wijn en zuivelprodukten kenmerkt, zou zelfs een geringe steun de omstandigheden voor het handelsverkeer wijzigen in een mate die in strijd is met het gemeenschappelijk belang.

Gezien de voorafgaande opmerkingen voldoen voor- noemde steunmaatregelen niet aan de voorwaarden die vereist zijn om in aanmerking te komen voor een van de in artikel 92, lid 3, van het Verdrag bedoelde uitzonderingen.

Met deze beschikking wordt niet vooruitgelopen op het standpunt dat, wat de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw betreft, de Commissie ten aanzien van de uitkering van voornoemde steun zal innemen,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

1. De in de artikelen 2 en 3, voor wat 1981 betreft, en de in de artikelen 4, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 17, 21, 22, 30, 31, 32 en 39 van wet nr. 97 van 6 mei 1981 van het gewest Sicilië bedoelde steun is onverenigbaar met de bepalingen van artikel 92 van het EEG-Verdrag en met de bepalingen van de in de betrokken sectoren geldende gemeenschappelijke marktordeningen, en mag derhalve niet meer worden toegekend.

2. De in de artikelen 5 en 6 van wet nr. 97/81 bedoelde steun kan, gezien het nagestreefde doel, slechts voor een periode van twee jaar, met name voor 1981 en 1982, als verenigbaar met de bepalingen van artikel 92 van het EEG-Verdrag worden beschouwd.

3. Het gedeelte van de in artikel 43 van wet nr. 97/81 bedoelde steunbedragen boven:

a) het maximum van 75 % van de subsidiabele uitgave voor de projecten in bergstreken of probleemgebieden in de zin van Richtlijn 75/268/EEG en welke passen in door de Commissie in toepassing van Verordening (EEG) nr. 355/77 goedgekeurde nationale of gewestelijke programma's, of b) het maximum van 50 % in de overige gebieden en voor projecten die niet onder dergelijke programma's vallen,

is onverenigbaar met de bepalingen van artikel 92 van het EEG-Verdrag en mag niet meer worden toegekend.

Artikel 2

Italië deelt de Commissie binnen twee maanden na de kennisgeving van deze beschikking de maatregelen mede die zij heeft genomen om aan de in artikel 1 bedoelde bepalingen te voldoen.

Artikel 3

Deze beschikking is gericht tot de Italiaanse Republiek.

Gedaan te Brussel, 2 mei 1984.

Voor de Commissie

Poul DALSAGER

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 281 van 1. 11. 1975, blz. 1.

(2) PB nr. L 107 van 19. 4. 1984, blz. 1.

(3) PB nr. L 118 van 20. 5. 1972, blz. 1.

(4) PB nr. L 103 van 16. 4. 1984, blz. 1.

(5) PB nr. L 73 van 21. 3. 1977, blz. 1.

(6) PB nr. L 103 van 16. 4. 1984, blz. 11.

(7) PB nr. L 54 van 5. 3. 1979, blz. 1.

(8) PB nr. L 115 van 1. 5. 1984, blz. 77.

(9) PB nr. L 148 van 28. 6. 1968, blz. 13.

(10) PB nr. L 90 van 1. 4. 1984, blz. 10.

(11) PB nr. C 155 van 19. 6. 1982, blz. 2.

(1) PB nr. L 51 van 23. 2. 1977, blz. 1.

(2) PB nr. L 332 van 27. 11. 1982, blz. 1.

(1) PB nr. L 324 van 27. 12. 1969, blz. 21.

(2) PB nr. L 103 van 16. 4. 1984, blz. 10.

(3) Jurisprudentie 1975, blz. 79, respectievelijk Jurisprudentie 1979, blz. 3320.

(1) PB nr. L 128 van 19. 5. 1975, blz. 1.

(2) PB nr. L 327 van 24. 11. 1982, blz. 19.