Home

Verordening (EEG) nr. 1005/84 van de Raad van 10 april 1984 tot afwijking van artikel 21 van Verordening (EEG) nr. 1035/72 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit

Verordening (EEG) nr. 1005/84 van de Raad van 10 april 1984 tot afwijking van artikel 21 van Verordening (EEG) nr. 1035/72 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit

Verordening (EEG) nr. 1005/84 van de Raad van 10 april 1984 tot afwijking van artikel 21 van Verordening (EEG) nr. 1035/72 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit

Publicatieblad Nr. L 101 van 13/04/1984 blz. 0004 - 0004


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 1005/84 VAN DE RAAD

van 10 april 1984

tot afwijking van artikel 21 van Verordening (EEG) nr. 1035/72 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 1035/72 van de Raad van 18 mei 1972 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2004/83 (2), inzonderheid op artikel 35,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat de communautaire oogst van citroenen in 1983 relatief overvloedig is geweest, vergeleken met het vorige verkoopseizoen, zodat te verwachten valt dat belangrijke hoeveelheden uit de markt moeten worden genomen;

Overwegende dat in artikel 21 van Verordening (EEG) nr. 1035/72 is bepaald welke bestemmingen kunnen worden gegeven aan de produkten waarvoor interventie heeft plaatsgevonden;

Overwegende dat sommige Lid-Staten hebben gevraagd om, ten einde de voedselvoorzieningssituatie voor de bevolking van Polen te verbeteren, uit de markt genomen citroenen via liefdadigheidsinstellingen naar dat land te mogen verzenden;

Overwegende dat artikel 21 van Verordening (EEG) nr. 1035/72 niet in een dergelijke actie voorziet; dat evenwel, enerzijds wegens de moeilijke voedselvoorzieningssituatie voor de bevolking van Polen en anderzijds wegens het niveau van de citroenenoogst in de Gemeenschap, bij wijze van uitzondering, van voornoemd artikel 21 dient te worden afgeweken door de Lid-Staten toe te staan aan de betrokken instellingen uit de markt genomen citroenen te leveren, bestemd om gratis te worden verdeeld in Polen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

1. In afwijking van artikel 21 van Verordening (EEG) nr. 1035/72 worden de Lid-Staten gemachtigd om gedurende het verkoopseizoen 1983/1984 citroenen van oorsprong uit de Gemeenschap die overeenkomstig genoemde verordening uit de markt zijn genomen, ter beschikking te stellen van de daartoe erkende liefdadigheidsinstellingen, met het oog op de gratis verdeling van die citroenen in Polen.

2. De kosten voor verzending van de in lid 1 bedoelde citroenen van de plaats van interventie tot op de plaats waar zij aan de geadresseerden in Polen worden geleverd, komen ten laste van de liefdadigheidsinstellingen die deze acties voeren.

3. Voor de overeenkomstig lid 1 verzonden citroenen worden de in de sector groenten en fruit vastgestelde uitvoerrestituties niet toegekend.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Luxemburg, 10 april 1984.

Voor de Raad

De Voorzitter

C. CHEYSSON

(1) PB nr. L 118 van 20. 5. 1972, blz. 1.

(2) PB nr. L 198 van 21. 7. 1983, blz. 2.