Verordening (EEG) nr. 1352/85 van de Commissie van 23 mei 1985 houdende wederinstelling van de heffing van de invoerrechten van toepassing op bepaalde slips en onderbroeken voor heren en jongens, bepaalde slips en broeken voor dames, meisjes en kinderen, van de categorie van produkten nr. 13 (codenummer 40.0130), van oorsprong uit Thailand, waarvoor de algemene tariefpreferenties gelden als bepaald bij Verordening (EEG) nr. 3563/84 van de Raad
Verordening (EEG) nr. 1352/85 van de Commissie van 23 mei 1985 houdende wederinstelling van de heffing van de invoerrechten van toepassing op bepaalde slips en onderbroeken voor heren en jongens, bepaalde slips en broeken voor dames, meisjes en kinderen, van de categorie van produkten nr. 13 (codenummer 40.0130), van oorsprong uit Thailand, waarvoor de algemene tariefpreferenties gelden als bepaald bij Verordening (EEG) nr. 3563/84 van de Raad
*****
VERORDENING (EEG) Nr. 1352/85 VAN DE COMMISSIE
van 23 mei 1985
houdende wederinstelling van de heffing van de invoerrechten van toepassing op bepaalde slips en onderbroeken voor heren en jongens, bepaalde slips en broeken voor dames, meisjes en kinderen, van de categorie van produkten nr. 13 (codenummer 40.0130), van oorsprong uit Thailand, waarvoor de algemene tariefpreferenties gelden als bepaald bij Verordening (EEG) nr. 3563/84 van de Raad
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE
GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 3563/84 van de Raad van 18 december 1984 betreffende de toepassing van algemene tariefpreferenties voor 1985 op textielprodukten van oorsprong uit ontwikkelingslanden (1), en met name op artikel 4,
Overwegende dat krachtens artikel 2 van genoemde verordening het preferentiële tariefstelsel wordt toegestaan voor elke categorie produkten welke het onderwerp vormt van individuele niet over de Lid-Staten verdeelde plafonds, binnen de grens van de hoeveelheden vastgelegd in kolom 7 van haar bijlage I of II, ten opzichte van sommige of elk der in kolom 5 van dezelfde bijlage genoemde landen of gebieden van oorsprong; dat overeenkomstig artikel 3 van genoemde verordening de heffing van de invoerrechten bij invoer van de betrokken produkten op elk moment opnieuw kan worden ingesteld zodra bedoelde individuele plafonds op het vlak van de Gemeenschap worden bereikt;
Overwegende dat voor bepaalde slips en onderbroeken voor heren en jongens, bepaalde slips en broeken voor dames, meisjes en kinderen, van de categorie van produkten nr. 13 (codenummer 40.0130), het plafond 96 600 stuks bedraagt; dat op 21 mei 1985 de invoer van deze produkten in de Gemeenschap, van oorsprong uit Thailand, waarvoor de tariefpreferenties gelden, door afboeking het betrokken plafond heeft bereikt; dat het is aangewezen de invoerrechten voor de betrokken produkten weder in te stellen ten aanzien van Thailand,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING
VASTGESTELD:
Artikel 1
Met ingang van 27 mei 1985 wordt de heffing van de invoerrechten, geschorst krachtens Verordening (EEG) nr. 3563/84, wederingesteld voor de invoer in de Gemeenschap van de hiernavermelde produkten van oorsprong uit Thailand:
1.2.3.4.5 // // // // // // Code- nummer // Categorie // Nr. van het gemeen- schappelijk douanetarief // NIMEXE-code (1985) // Omschrijving // // // // // // // (1) // (2) // (3) // (4) // // // // // // 40.0130 // 13 // ex 60.04 // // Onderkleding van niet-elastisch of van niet-gegummeerd brei- of haakwerk: // // // // 60.04-48, 56, 75, 85 // Slips en onderbroeken voor heren en jongens, slips en broeken voor dames, meisjes en kinderen (andere dan die voor baby's), van niet-elastisch of van niet-gegummeerd brei- of haakwerk, van katoen of van synthetische textielvezels // // // // //
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.
Gedaan te Brussel, 23 mei 1985.
Voor de Commissie
COCKFIELD
Vice-Voorzitter
(1) PB nr. L 338 van 27. 12. 1984, blz. 98.