Home

Verordening (EEG) nr. 3386/86 van de Raad van 3 november 1986 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2262/84 houdende bijzondere maatregelen in de sector olijfolie

Verordening (EEG) nr. 3386/86 van de Raad van 3 november 1986 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2262/84 houdende bijzondere maatregelen in de sector olijfolie

Verordening (EEG) nr. 3386/86 van de Raad van 3 november 1986 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2262/84 houdende bijzondere maatregelen in de sector olijfolie

Publicatieblad Nr. L 310 van 05/11/1986 blz. 0017 - 0018
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 22 blz. 0033
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 22 blz. 0033


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 3386/86 VAN DE RAAD

van 3 november 1986

tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2262/84 houdende bijzondere maatregelen in de sector olijfolie

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 43,

Gezien het voorstel van de Commissie (1),

Gezien het advies van het Europese Parlement (2),

Overwegende dat volgens artikel 1, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2262/84 (3), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3788/85 (4), elke Lid-Staat waarvan de produktie een bepaalde minimumhoeveelheid olijfolie te boven gaat een speciaal bureau dient op te richten dat wordt belast met bepaalde controles en activiteiten in het kader van de regeling inzake produktiesteun voor olijfolie;

Overwegende dat volgens artikel 1, lid 5, van voornoemde verordening gedurende een periode van drie jaar, die ingaat op 1 november 1984 voor Italië en Griekenland en van 1 maart 1986 tot en met 31 oktober 1987 voor Spanje en Portugal, een bepaald percentage van de werkelijke uitgaven van de betrokken bureaus tot een bepaald maximumbedrag worden gefinancierd uit de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen;

Overwegende dat de bureaus in Italië en Griekenland, om een aantal door deze Lid-Staten medegedeelde redenen, in het verkoopseizoen 1984/1985 de controles en andere activiteiten waarmee zij waren belast niet hebben kunnen uitvoeren; dat deze bureaus werkelijk zullen beginnen te functioneren in het verkoopseizoen 1985/1986; dat in het verkoopseizoen 1984/1985 geen betalingen in verband met de vervulling van hun taak zijn gedaan, met uitzondering van enkele uitgaven voor hun oprichting; dat bijgevolg de periode gedurende welke de uitgaven van de betrokken bureaus worden gefinancierd uit de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen met één jaar moet worden verlengd; dat in artikel 1, lid 5, eerste alinea, van Verordening (EEG) nr. 2262/84 bedoelde totaalbedragen ongewijzigd moeten blijven;

Overwegende dat de in artikel 1, lid 5, tweede alinea, van Verordening (EEG) nr. 2262/84 genoemde periode voor Spanje en Portugal moet worden verlengd tot en met 31 oktober 1988; dat dient te worden voorzien in een financiële bijdrage van de Gemeenschap voor deze nieuwe periode,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 1, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 2262/84 wordt vervangen door:

»5. Gedurende een periode van vier jaar, die ingaat op 1 november 1984, worden de werkelijke uitgaven van het bureau gefinancierd uit de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen naar rato van:

- 100 % voor de eerste drie jaar, tot een totaalbedrag van 14 miljoen Ecu voor het in Italië opgerichte bureau en 7 miljoen Ecu voor het in Griekenland opgerichte bureau;

- 50 % voor het vierde jaar.

Voor Spanje en Portugal zullen de werkelijke uitgaven van het bureau, die tussen 1 maart 1986 en 31 oktober 1988 worden gedaan, worden gefinancierd naar rato van 100 % tot een totaalbedrag van 9,3 miljoen Ecu voor Spanje en 4,7 miljoen Ecu voor Portugal.

De Lid-Staten mogen, op volgens de procedure van artikel 38 van Verordening nr. 136/66/EEG te bepalen voorwaarden, een deel van de financiële lasten die voor hun rekening komen, bekostigen uit een inhouding op de in de sector olijfolie verleende communautaire steun.

Vóór 1 januari 1988 stelt de Raad op voorstel van de Commissie met gekwalificeerde meerderheid van stemmen de methode vast voor de financiering van de betrokken uitgaven vanaf het verkoopseizoen 1988/1989.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 3 november 1986.

Voor de Raad

De Voorzitter

A. CLARK

(1) PB nr. C 180 van 18. 7. 1986, blz. 6.

(2) Advies uitgebracht op 24 oktober 1986 (nog niet verschenen in het Publikatieblad).

(3) PB nr. L 208 van 3. 8. 1984, blz. 11.

(4) PB nr. L 367 van 31. 12. 1985, blz. 1.