Home

Verordening (EEG) nr. 3951/86 van de Commissie van 23 december 1986 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 1599/84 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake de produktiesteunregeling voor verwerkte produkten op basis van groenten en fruit

Verordening (EEG) nr. 3951/86 van de Commissie van 23 december 1986 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 1599/84 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake de produktiesteunregeling voor verwerkte produkten op basis van groenten en fruit

Verordening (EEG) nr. 3951/86 van de Commissie van 23 december 1986 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 1599/84 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake de produktiesteunregeling voor verwerkte produkten op basis van groenten en fruit

Publicatieblad Nr. L 365 van 24/12/1986 blz. 0046


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 3951/86 VAN DE COMMISSIE

van 23 december 1986

houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 1599/84 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake de produktiesteunregeling voor verwerkte produkten op basis van groenten en fruit

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 426/86 van de Raad van 24 februari 1986 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector van op basis van groenten en fruit verwerkte produkten (1), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1838/86 (2), en met name op artikel 3, lid 4, en artikel 20,

Overwegende dat in artikel 4, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 1764/86 van de Commissie van 27 mei 1986 inzake de minimumkwaliteitsnormen waaraan verwerkte produkten op basis van tomaten moeten voldoen om voor produktiesteun in aanmerking te komen (3) is bepaald welke ingrediënten kunnen worden toegevoegd aan tomaten zonder schil; dat duidelijkheidshalve artikel 1, lid 2, onder k) en l), van Verordening (EEG) nr. 1599/84 van de Commissie (4), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1155/86 (5), dient te worden aangepast;

Overwegende dat de omvang van de tomatenoogst afhangt van de oppervlakte die in het betrokken jaar met tomaatplanten is bezet, zodat de geoogste hoeveelheid tomaten sterk van jaar tot jaar kan verschillen; dat de voor verwerking beschikbare hoeveelheid tomaten derhalve schommelingen kan vertonen; dat, ten einde de telers ertoe aan te moedigen rekening te houden met de feitelijke behoeften van de industrie en hun aanplant daarop af te stemmen, een stelsel van voorafgaande contracten dient te worden ingevoerd; dat deze contracten moeten worden gesloten voordat met de aanplant wordt begonnen, zodat niet meer wordt beplant dan het areaal waarvan de oogst later zal kunnen worden afgezet voor verwerking;

Overwegende dat als compensatie voor de aan de verwerkers opgelegde verplichtingen een voorlopige betaling van een gedeelte van de produktiesteun dient plaats te vinden; dat aan de voorlopige betaling van produktiesteun de voorwaarde moet worden verbonden dat een zekerheid wordt gesteld als garantie dat terugbetaling plaatsvindt in de gevallen waarin niet aan de voorwaarden voor het verkrijgen van de voorlopige produktiesteun was voldaan;

Overwegende dat de Commissie behoefte heeft aan nadere gegevens om de markt voor rozijnen en krenten en gedroogde vijgen te kunnen volgen; dat de Lid-Staten die gegevens dienen te verstrekken;

Overwegende dat de ervaring heeft geleerd dat bepaalde aanpassingen van de bestaande bepalingen wenselijk zijn;

Overwegende dat het Comité van beheer voor op basis van groenten en fruit verwerkte produkten geen advies heeft uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 1599/84 wordt als volgt gewijzigd:

1. In artikel 1, lid 2, onder k) en l), worden de woorden »met of zonder water of tomatensap" geschrapt.

2. Artikel 1, lid 2, onder p), wordt gelezen:

»p) »suikersiroop": een vloeistof bestaande uit water en suiker, met na homogenisering een totaal suikergehalte van:

- meer dan 9 % voor kersen op siroop, en

- ten minste 14 % voor andere vruchten op siroop.".

3. Artikel 1, lid 4, wordt gelezen:

»4. Voor tomatensap en tomatenconcentraat die zullen worden toegevoegd aan verduurzaamde tomaten zonder schil, mag geen produktiesteun zijn of worden aangevraagd. Het gewicht van het aan de laatstgenoemde produkten toegevoegde tomatensap en tomatenconcentraat moet zijn begrepen in het nettogewicht van die tomaten zonder schil zelf.".

4. In artikel 2, leden 1 en 2, wordt voor »31 maart" gelezen »31 januari".

5. De volgende titel II bis wordt ingevoegd:

»TITEL II bis

Voorcontracten

Artikel 4 bis

1. Voor tomaten wordt uiterlijk op 16 februari van elk jaar een voorcontract gesloten tussen de in artikel 3, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 426/86 bedoelde partijen. In het voorcontract, waarop een identificatienummer moet voorkomen, moeten ten minste de in artikel 5, lid 3, onder a) en b), bedoelde gegevens worden vermeld alsmede het te beplanten areaal en de hoeveelheid tomaten die naar schatting op dit areaal zal worden geoogst.

2. De verwerker of diens groepering of vereniging moet ervoor zorgen dat het in artikel 8, lid 1, bedoelde bureau uiterlijk op 25 februari van het jaar waarin het voorcontract is gesloten, in het bezit is van een afschrift van dit contract.

Het bepaalde in artikel 8, lid 2, is van toepassing.

3. Voor de toepassing van de produktiesteunregeling zijn, wat tomaten betreft, de in artikel 5, lid 1, bedoelde verwerkingscontracten slechts geldig indien zij betrekking hebben op de totale tomatenoogst van het in het voorcontract vermelde areaal of op de hoeveelheid waarop die oogst in het voorcontract is geschat. In het verwerkingscontract moet worden verwezen naar het voorcontract door vermelding van het nummer daarvan.

4. Indien het in lid 1 bedoelde voorcontract wordt gesloten tussen een erkende groepering van verwerkers of vereniging van dergelijke groeperingen enerzijds, en een erkende groepering van telers of vereniging van dergelijke groeperingen anderzijds, moeten de bevoegde instanties in het bezit zijn of inzage verkrijgen van een lijst waarin de naam en het adres van elke bij de overeenkomst betrokken teler en verwerker zijn vermeld alsmede het areaal waarop elke teler tomaten zal oogsten.

5. Voor het verkoopseizoen 1987/1988 gelden in plaats van de in de leden 1 en 2 vastgestelde data respectievelijk 1 maart 1987 en 10 maart 1987.".

6. Het volgende artikel 11 bis wordt ingevoegd:

»Artikel 11 bis

1. Voor produkten op basis van tomaten kan de verwerker in elk verkoopseizoen uiterlijk op 30 november een voorlopige steunaanvraag indienen. In deze steunaanvraag moeten met name worden vermeld:

a) de naam en het adres van de aanvrager;

b) het nettogewicht van de eindprodukten die in de periode van 1 juli tot en met 31 oktober zijn verkregen, uitgesplitst naar de produkten waarvoor een bepaald steunniveau geldt;

c) het nettogewicht van de tomaten die zijn gebruikt voor de bereiding van elk van de onder b) bedoelde produkten;

d) de hoeveelheid tomaten waarvoor aan de telers reeds een prijs is betaald die niet lager is dan de minimumprijs;

e) een verklaring waarin de verwerker bevestigt dat de onder b) bedoelde produkten voldoen aan de door de Gemeenschap vastgestelde kwaliteitseisen.

Het bepaalde in artikel 11, lid 4, tweede alinea, is van toepassing.

2. De produktiesteun voor de hoeveelheid eindprodukten die is verkregen uit de in lid 1, onder d), bedoelde hoeveelheid verse tomaten, wordt aan de verwerker uitbetaald. Het uitbetaalde bedrag mag echter niet hoger zijn dan 65 % van de produktiesteun voor de totale hoeveelheid eindprodukten die in de voorlopige steunaanvraag is vermeld. Aan de uitbetaling van de steun wordt de voorwaarde verbonden dat een zekerheid wordt gesteld die de terugbetaling garandeert van een bedrag dat gelijk is aan de uitbetaalde steun, verhoogd met 10 %.

3. De in lid 2 bedoelde zekerheid wordt geheel verbeurd indien de verwerker de in artikel 11, lid 4, bedoelde steunaanvraag niet indient. Bovendien wordt de zekerheid verbeurd in verhouding tot de steun aan 65 % van de in de voorlopige steunaanvraag vermelde hoeveelheid eindprodukten waarvoor vóór de betaling van de produktiesteun op grond van de in artikel 11, lid 4, bedoelde aanvraag is komen vast te staan dat op 31 oktober niet was voldaan aan de voorwaarden voor de toekenning van produktiesteun.

4. Onverminderd het bepaalde in lid 3 wordt de zekerheid vrijgegeven wanneer de bevoegde instanties de produktiesteun op grond van de in artikel 11, lid 4, bedoelde steunaanvraag hebben uitbetaald.

5. Wanneer het bepaalde in dit artikel van toepassing is, moeten de in artikel 12, leden 1 en 2, bedoelde gegevens en documenten betrekking hebben op de totale produktie van de verwerker in het verkoopseizoen en moet uit de steunaanvragen blijken dat een voorlopige steunaanvraag is ingediend.".

7. In artikel 12, lid 1, onder d), worden de woorden »of door de Lid-Staat waar de verwerking heeft plaatsgevonden," geschrapt.

8. Aan artikel 19 wordt het volgende punt toegevoegd:

»g) uiterlijk op 1 januari van elk jaar:

i) de totale hoeveelheid rozijnen en krenten, uitgesplitst in krenten en sultaninerozijnen, en gedroogde vijgen waarvoor steunaanvragen zijn ingediend,

ii) de totale hoeveelheid basisprodukten die volgens de opgave in de steunaanvragen is gebruikt voor de bereiding van de onder i) bedoelde produkten.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 23 december 1986.

Voor de Commissie

Frans ANDRIESSEN

Vice-Voorzitter

(1) PB nr. L 49 van 27. 2. 1986, blz. 1.

(2) PB nr. L 159 van 14. 6. 1986, blz. 1.

(3) PB nr. L 153 van 7. 6. 1986, blz. 1.

(4) PB nr. L 152 van 8. 6. 1984, blz. 16.

(5) PB nr. L 105 van 22. 4. 1986, blz. 24.