Richtlijn 87/238/EEG van de Commissie van 1 april 1987 houdende wijziging van de bijlage bij Richtlijn 74/63/EEG van de Raad inzake ongewenste stoffen en produkten in diervoeding
Richtlijn 87/238/EEG van de Commissie van 1 april 1987 houdende wijziging van de bijlage bij Richtlijn 74/63/EEG van de Raad inzake ongewenste stoffen en produkten in diervoeding
*****
RICHTLIJN VAN DE COMMISSIE
van 1 april 1987
houdende wijziging van de bijlage bij Richtlijn 74/63/EEG van de Raad inzake ongewenste stoffen en produkten in diervoeding
(87/238/EEG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE
GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 74/63/EEG van de Raad van 17 december 1973 inzake ongewenste stoffen en produkten in diervoeding (1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 86/354/EEG (2), en met name op artikel 6,
Overwegende dat in Richtlijn 74/63/EEG is bepaald dat de inhoud van de bijlage voortdurend moet worden aangepast aan de ontwikkeling van de wetenschappelijke en technische kennis;
Overwegende dat het cadmiumgehalte in diervoeders en in sommige grondstoffen die in diervoeders worden gebruikt, moet worden beperkt om zowel de diergezondheid, de volksgezondheid als het milieu te beschermen;
Overwegende dat de in deze richtlijn vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Comité voor veevoeder,
HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Artikel 1
De bijlagen bij Richtlijn 74/63/EEG worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze richtlijn.
Artikel 2
De Lid-Staten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 3 december 1988 aan artikel 1 te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.
Artikel 3
Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten.
Gedaan te Brussel, 1 april 1987.
Voor de Commissie
Frans ANDRIESSEN
Vice-Voorzitter
(1) PB nr. L 38 van 11. 2. 1974, blz. 31.
(2) PB nr. L 212 van 2. 8. 1986, blz. 27.
BIJLAGE
1. In bijlage I, deel A »Stoffen (ionen of elementen)", wordt het volgende punt toegevoegd:
1.2.3 // // // // Stoffen, produkten // Diervoeders // Maximumgehalte in mg/kg (ppm) van het voeder, herleid tot een vochtgehalte van 12 % // // // // (1) // (2) // (3) // // // // »6. Cadmium // Enkelvoudige diervoeders van plantaardige oorsprong // 1 // // Enkelvoudige diervoeders van dierlijke oorsprong (met uitzondering van huisdiervoeders) // 2 // // Fosfaten // 10 (3) // // Volledige diervoeders voor runderen, schapen en geiten (met uitzondering van volledige diervoeders voor kalveren, lammeren en geitelammeren) // 1 // // Andere volledige diervoeders (met uitzondering van huisdiervoeders) // 0,5 // // Minerale voeders // 5 (4) // // Andere aanvullende diervoeders voor runderen, schapen en geiten // 0,5 // // //
(3) De Lid-Staten kunnen ook een maximumgehalte aan cadmium voorschrijven gelijk aan 0,5 mg per percent fosfor in het diervoeder.
(4) De Lid-Staten kunnen ook een maximumgehalte aan cadmium voorschrijven gelijk aan 0,75 mg per percent fosfor in het diervoeder.".
2. In bijlage II, deel A, wordt het volgende punt toegevoegd:
1.2.3 // // // // Stoffen, produkten // Grondstoffen // Maximumgehalte in mg/kg (ppm) grondstof, herleid tot een vochtgehalte van 12 % // // // // (1) // (2) // (3) // // // // »2. Cadmium // Fosfaten // 15 (1) // // //
(1) De Lid-Staten kunnen ook een maximumgehalte aan cadmium voorschrijven gelijk aan 0,75 mg per percent fosfor in het diervoeder.".