Home

Verordening (EEG) nr. 481/87 van de Commissie van 16 februari 1987 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling die voor 1987, 1988 en 1989 geldt voor produkten van post 07.06 A van het gemeenschappelijk douanetarief, van oorsprong uit andere derde landen dan Thailand en de Volksrepubliek China

Verordening (EEG) nr. 481/87 van de Commissie van 16 februari 1987 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling die voor 1987, 1988 en 1989 geldt voor produkten van post 07.06 A van het gemeenschappelijk douanetarief, van oorsprong uit andere derde landen dan Thailand en de Volksrepubliek China

Verordening (EEG) nr. 481/87 van de Commissie van 16 februari 1987 houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling die voor 1987, 1988 en 1989 geldt voor produkten van post 07.06 A van het gemeenschappelijk douanetarief, van oorsprong uit andere derde landen dan Thailand en de Volksrepubliek China

Publicatieblad Nr. L 049 van 18/02/1987 blz. 0019 - 0020


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 481/87 VAN DE COMMISSIE

van 16 februari 1987

houdende uitvoeringsbepalingen van de invoerregeling die voor 1987, 1988 en 1989 geldt voor produkten van post 07.06 A van het gemeenschappelijk douanetarief, van oorsprong uit andere derde landen dan Thailand en de Volksrepubliek China

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 430/87 van de Raad van 9 februari 1987 betreffende de invoerregeling voor de produkten van post 07.06 A van het gemeenschappelijk douanetarief van herkomst uit derde landen, en houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 950/68 betreffende het gemeenschappelijk douanetarief (1), en met name op artikel 2,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2727/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (2), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1579/86 (3), en met name op artikel 12, lid 2,

Overwegende dat de Raad bij Verordening (EEG) nr. 4066/86 (4) overgangsmaatregelen heeft vastgesteld voor de invoer van de betrokken produkten in het eerste kwartaal van 1987; dat de Commissie tijdelijke uitvoeringsbepalingen ter zake heeft vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 4094/86 (5);

Overwegende dat, in aansluiting op de vaststelling door de Raad van Verordening (EEG) nr. 430/87, uitvoeringsbepalingen moeten worden vastgesteld die gelden tot het einde van 1989 en dat moet worden gepreciseerd welke hoeveelheden op de datum van inwerkingtreding van de verordening nog beschikbaar zijn voor 1987;

Overwegende dat in Verordening (EEG) nr. 430/87 met name is bepaald dat in de jaren 1987, 1988 en 1989 de invoerheffing voor produkten van post 07.06 A van het gemeenschappelijk douanetarief, van oorsprong uit bepaalde andere derde landen dan Thailand en de Volksrepubliek China, tot bepaalde hoeveelheden ten hoogste 6 % ad valorem bedraagt;

Overwegende dat, voor een goede toepassing van Verordening (EEG) nr. 430/87, en met name om te bereiken dat de vastgestelde hoeveelheden niet worden overschreden, bijzondere voorschriften moeten worden vastgesteld voor de afgifte van invoercertificaten die recht geven op invoer met een heffing van ten hoogste 6 % ad valorem; dat deze goede toepassing voor de meeste van de produkten van post 07.06 A afwijkingsbepalingen vereist met name ten opzichte van Verordening (EEG) nr. 3183/80 van de Commissie (6), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3913/86 (7);

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor granen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

1. Voor produkten van post 07.06 A van het gemeenschappelijk douanetarief die van oorsprong zijn uit andere derde landen dan Thailand en de Volksrepubliek China, geldt de in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 430/87 vastgestelde regeling voor zover wordt voldaan aan het bepaalde in deze verordening.

2. Er kunnen elk jaar slechts invoercertificaten worden afgeleverd voor hoeveelheden die niet hoger liggen dan de hoeveelheden per land of groep van landen zoals bepaald in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 430/87.

Voor 1987 worden certificaten afgegeven voor ten hoogste de in Verordening (EEG) nr. 4094/86 aangegeven hoeveelheden.

Artikel 2

1. De aanvragen om invoercertificaten kunnen iedere week van maandag tot en met donderdag worden ingediend in iedere Lid-Staat en de afgegeven certificaten zijn geldig in de twaalf Lid-Staten.

2. De aanvragen om certificaten voor invoer uit derde landen die geen lid zijn van de GATT, andere dan Thailand en de Volksrepubliek China, mogen per afzonderlijke en voor eigen rekening optredende betrokkene ten hoogste betrekking hebben op 7 500 ton.

3. De gegevens zoals de naam van de importeur, de hoeveelheden waarvoor het certificaat is aangevraagd en de oorsprong van de produkten, worden door de Lid-Staat uiterlijk de donderdag van de week volgende op die waarin de aanvraag is ingediend, per telex aan de Commissie medegedeeld.

4. Uiterlijk de vrijdag van de week die volgt op die van de mededeling als bedoeld in lid 3, deelt de Commissie, per land of groep landen als bedoeld in artikel 1, lid 2, mee voor welke hoeveelheden certificaten zijn afgegeven.

5. Voor produkten van post 07.06 A van het gemeenschappelijk douanetarief kan de betrokkene in zijn aanvraag om een invoercertificaat de twee onderverdelingen 07.06 A I en 07.06 A II vermelden. De twee in de aanvraag vermelde onderverdelingen worden ook vermeld op het certificaat.

Artikel 3

In vak 20 a) van het certificaat moet één van de volgende vermeldingen worden aangebracht:

- Exacción reguladora a percibir 6 % ad valorem

- Importafgift: 6 % af vaerdien

- Zu erhebende Abschoepfung: 6 % des Zollwerts

- Eispraktéa eisforá: 6 % kat' axía

- Amount to be levied: 6 % ad valorem

- Prélèvement à percevoir: 6 % ad valorem

- Prelievo da riscuotere: 6 % ad valorem

- Toe te passen heffing: 6 % ad valorem

- Direito nivelador a cobrar: 6 % ad valorem.

Artikel 4

In afwijking van artikel 12, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2042/75 van de Commissie (1) bedraagt de waarborg voor de invoercertificaten 20 Ecu per ton.

Indien, als gevolg van toepassing van artikel 2, lid 4, het certificaat wordt afgegeven voor een kleinere hoeveelheid dan is aangevraagd, wordt de waarborg die overeenkomt met het verschil tussen deze hoeveelheden vrijgegeven.

Artikel 5

1. In vak 14 van de aanvraag om het invoercertificaat en van het afgegeven certificaat moet het land van oorsprong van het betrokken produkt zijn vermeld.

Het certificaat brengt de verplichting mee uit dat land in te voeren.

2. In afwijking van artikel 8, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 3183/80 mag de hoeveelheid die in het vrije verkeer wordt gebracht niet groter zijn dan de in de vakken 10 en 11 van het invoercertificaat vermelde hoeveelheid. In dat verband wordt in vak 22 van genoemd certificaat het cijfer 0 ingevuld.

Artikel 6

De in 1987, 1988 en 1989 afgegeven invoercertificaten zijn uiterlijk tot en met 31 december van elk jaar van afgifte geldig.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 16 februari 1987.

Voor de Commissie

Frans ANDRIESSEN

Vice-Voorzitter

(1) PB nr. L 43 van 13. 2. 1987, blz. 9.

(2) PB nr. L 281 van 1. 11. 1975, blz. 1.

(3) PB nr. L 139 van 24. 5. 1986, blz. 29.

(4) PB nr. L 371 van 31. 12. 1986, blz. 11.

(5) PB nr. L 371 van 31. 12. 1986, blz. 73.

(6) PB nr. L 338 van 13. 12. 1980, blz. 1.

(7) PB nr. L 364 van 23. 12. 1986, blz. 31.

(1) PB nr. L 213 van 11. 8. 1975, blz. 5.