Verordening (EEG) nr. 746/87 van de Commissie van 16 maart 1987 houdende wederinstelling van de heffing van invoerrechten van toepassing op ander bontwerk (bewerkte of geconfectioneerde pelterijen), van postonderverdeling 43.03 B van het gemeenschappelijk douanetarief, van oorsprong uit Zuid-Korea, waarvoor de in Verordening (EEG) nr. 3924/86 van de Raad vermelde tariefpreferenties zijn verleend
Verordening (EEG) nr. 746/87 van de Commissie van 16 maart 1987 houdende wederinstelling van de heffing van invoerrechten van toepassing op ander bontwerk (bewerkte of geconfectioneerde pelterijen), van postonderverdeling 43.03 B van het gemeenschappelijk douanetarief, van oorsprong uit Zuid-Korea, waarvoor de in Verordening (EEG) nr. 3924/86 van de Raad vermelde tariefpreferenties zijn verleend
*****
VERORDENING (EEG) Nr. 746/87 VAN DE COMMISSIE
van 16 maart 1987
houdende wederinstelling van de heffing van invoerrechten van toepassing op ander bontwerk (bewerkte of geconfectioneerde pelterijen), van postonderverdeling 43.03 B van het gemeenschappelijk douanetarief, van oorsprong uit Zuid-Korea, waarvoor de in Verordening (EEG) nr. 3924/86 van de Raad vermelde tariefpreferenties zijn verleend
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE
GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 3924/86 van de Raad van 16 december 1986 houdende toepassing van algemene tariefpreferenties voor het jaar 1987 op bepaalde industrieprodukten van oorsprong uit ontwikkelingslanden (1), inzonderheid op artikel 15,
Overwegende dat op grond van de artikelen 1 en 12 van genoemde verordening schorsing van invoerrechten wordt toegekend aan alle in bijlage III vermelde landen en gebieden die niet in kolom 4 van bijlage I voorkomen, in het kader van de preferentiële tariefplafonds die zijn vastgelegd in kolom 9 van genoemde bijlage I; dat volgens de bepalingen van artikel 13 van genoemde verordening, zodra de betreffende individuele plafonds op het niveau van de Gemeenschap zijn bereikt, op elk ogenblik kan worden overgegaan tot de wederinstelling van de heffing van invoerrechten bij invoer van de betrokken produkten van oorsprong uit elk land of gebied in kwestie;
Overwegende dat voor ander bontwerk (bewerkte of geconfectioneerde pelterijen) het individuele plafond wordt vastgesteld op 2 400 000 Ecu; dat op 10 maart 1987 de invoer in de Gemeenschap van de produkten van oorsprong uit Zuid-Korea door afboeking het betreffende plafond heeft bereikt; dat het aangewezen is de rechten voor de betreffende produkten weder in te stellen ten opzichte van Zuid-Korea,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING
VASTGESTELD:
Artikel 1
Met ingang van 20 maart 1987 wordt de heffing van invoerrechten, die krachtens Verordening (EEG) nr. 3924/86 van de Raad was geschorst, weer ingesteld bij invoer in de Gemeenschap van de volgende produkten van oorsprong uit Zuid-Korea:
1.2.3 // // // // Volg- nummer // Nr. van het gemeen- schappelijk douanetarief // Omschrijving // // // // 10.0600 // 43.03 (NIMEXE-codes 43.03-40, 60, 80) // Bontwerk (bewerkte of geconfectioneerde pelterijen): B. ander // // //
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.
Gedaan te Brussel, 16 maart 1987.
Voor de Commissie
COCKFIELD
Vice-Voorzitter
(1) PB nr. L 373 van 31. 12. 1986, blz. 1.