Home

88/624/EEG: Beschikking van de Commissie van 7 december 1988 tot goedkeuring van een tweede programma voor de zuivelsector in België overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 355/77 van de Raad (Slechts de teksten in de Franse en de Nederlandse taal zijn authentiek)

88/624/EEG: Beschikking van de Commissie van 7 december 1988 tot goedkeuring van een tweede programma voor de zuivelsector in België overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 355/77 van de Raad (Slechts de teksten in de Franse en de Nederlandse taal zijn authentiek)

*****

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 7 december 1988

tot goedkeuring van een tweede programma voor de zuivelsector in België overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 355/77 van de Raad

(Slechts de teksten in de Nederlandse en de Franse taal zijn authentiek)

(88/624/EEG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 355/77 van de Raad van 15 februari 1977 inzake een gemeenschappelijke actie ter verbetering van de voorwaarden inzake verwerking en afzet van landbouw- en visserijprodukten (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1760/87 (2), en met name op artikel 5,

Overwegende dat de Belgische Regering op 13 januari 1988 een tweede programma voor de zuivelsector, aansluitend op het bij Beschikking 80/411/EEG van de Commissie (3) goedgekeurde eerste programma, heeft ingediend, en op 11 augustus 1988 nadere gegevens heeft verstrekt;

Overwegende dat dit tweede programma ten doel heeft de verwerking en de afzet van drinkmelk en zuivelprodukten te rationaliseren en te heroriënteren ten einde de concurrentiepositie van de sector te verbeteren en de handelswaarde van de betrokken produkten te verhogen; dat dit programma dus een programma in de zin van artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 355/77 is;

Overwegende dat, gelet op de situatie op de zuivelmarkt, de goedkeuring van het programma niet kan gelden voor investeringsprojecten:

- die voorzien in een verhoging van de melkverwerkingscapaciteit, indien niet tegelijk wordt aangetoond dat een overeenkomstige capaciteit wordt afgestoten;

- voor de produktie van boter, weipoeder, melkpoeder, butteroil, lactose, caseïne en caseïnaten;

- voor de produktie van andere produkten waaraan voor het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), afdeling Garantie, uitgaven verbonden zijn die, gelet op de marktsituatie, niet te verantwoorden zijn;

Overwegende dat de goedkeuring van dit programma niet kan gelden voor investeringen op het gebied van onderzoek en ontwikkeling, met name met betrekking tot nieuwe produkten;

Overwegende dat de goedkeuring van dit programma geen betrekking kan hebben op investeringen op het stuk van de melkinzameling;

Overwegende dat de goedkeuring van dit programma evenmin kan gelden voor investeringen betreffende de vervaardiging van produkten waarvoor de produktiecapaciteit binnen de Europese Gemeenschap nu reeds te groot is, zoals bepaalde kaassoorten;

Overwegende dat de goedkeuring van dit programma ook niet kan gelden voor investeringen die betrekking hebben op produkten die niet in bijlage II bij het Verdrag zijn vermeld;

Overwegende dat dit programma voldoende gegevens als bedoeld in artikel 3 van Verordening (EEG) nr. 355/77 bevat waaruit blijkt dat het doel van artikel 1 van deze verordening in de sector van de verwerking en de afzet van melk en zuivelprodukten in België kan worden bereikt; dat de looptijd van het programma de in artikel 3, lid 1, onder g), van die verordening vermelde termijn niet overschrijdt;

Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Comité voor de landbouwstructuur,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

1. Het door de Belgische Regering overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 355/77 ingediende tweede programma voor de zuivelsector in België, dat op 13 januari 1988 is ingediend en op 11 augustus 1988 is aangevuld, wordt hierbij goedgekeurd.

2. Deze goedkeuring geldt niet voor projecten:

- die voorzien in een verhoging van de melkverwerkingscapaciteit, indien niet tegelijk wordt aangetoond dat een overeenkomstige capaciteit wordt afgestoten;

- op het stuk van de produktie van boter, weipoeder, melkpoeder, butteroil, lactose, caseïne en caseïnaten,

- betreffende de produktie van andere produkten waaraan voor het EOGFL, afdeling Garantie, uitgaven verbonden zijn die, gelet op de marktsituatie, niet te verantwoorden zijn.

3. De goedkeuring van dit programma geldt noch voor investeringen betreffende produkten die niet in bijlage II bij het Verdrag zijn vermeld, noch voor investeringen op het gebied van onderzoek en ontwikkeling met betrekking tot nieuwe produkten, noch voor de melkinzameling, noch voor de produktie van produkten waarvoor de produktiecapaciteit in de Europese Gemeenschap nu reeds te groot is.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot het Koninkrijk België.

Gedaan te Brussel, 7 december 1988.

Voor de Commissie

Frans ANDRIESSEN

Vice-Voorzitter

(1) PB nr. L 51 van 23. 2. 1977, blz. 1.

(2) PB nr. L 167 van 26. 6. 1987, blz. 1.

(3) PB nr. L 98 van 16. 4. 1980, blz. 12.