Verordening (EEG) nr. 2824/88 van de Commissie van 13 september 1988 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van de regeling inzake de gegarandeerde maximumhoeveelheden in de sector tabak en tot wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 1076/78 en (EEG) nr. 1726/70
Verordening (EEG) nr. 2824/88 van de Commissie van 13 september 1988 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van de regeling inzake de gegarandeerde maximumhoeveelheden in de sector tabak en tot wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 1076/78 en (EEG) nr. 1726/70
*****
VERORDENING (EEG) Nr. 2824/88 VAN DE COMMISSIE
van 13 september 1988
tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van de regeling inzake de gegarandeerde maximumhoeveelheden in de sector tabak en tot wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 1076/78 en (EEG) nr. 1726/70
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE
GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 727/70 van de Raad van 21 april 1970 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector ruwe tabak (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2267/88 (2), en met name op artikel 3, lid 3, op artikel 4, lid 5, en op artikel 15,
Overwegende dat Verordening (EEG) nr. 727/70 thans een regeling inzake gegarandeerde maximumhoeveelheden behelst; dat in die regeling met name is bepaald dat, wanneer de voor een tabakssoort of groep tabakssoorten vastgestelde hoeveelheden worden overschreden, de betrokken prijzen en premies in toepassing van artikel 4, lid 5, van genoemde verordening moeten worden verlaagd; dat de uitvoeringsbepalingen van die regeling moeten worden vastgesteld, met name voor de vaststelling van de bij een bepaalde oogst werkelijk geproduceerde hoeveelheid, voor de berekening van de eventuele verlaging van de prijzen en de premies, voor de toekenning van het voorschot en voor de betaling van de prijzen en de premies voordat de werkelijke produktie is vastgesteld;
Overwegende dat de werkelijk geproduceerde hoeveelheid moet worden vastgesteld vóór 31 juli van het jaar volgende op dat van de oogst; dat het tijdschema voor de mededeling van de gegevens door de Lid-Staten zo moet worden gewijzigd dat de Commissie tijdig over de produktiegegevens kan beschikken; dat Verordening (EEG) nr. 1076/78 van de Commissie (3) derhalve dient te worden gewijzigd;
Overwegende dat krachtens artikel 2 ter, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 1726/70 van de Commissie (4), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1791/86 (5), in het teeltcontract met name de aankoopprijs moet worden vermeld; dat bij de vaststelling van die aankoopprijs rekening moet worden gehouden met de streefprijs en met de interventieprijs; dat de streefprijs en de interventieprijs evenwel als gevolg van de toepassing van de bepalingen inzake de gegarandeerde maximumhoeveelheden kunnen worden gewijzigd; dat de aankoopprijs in dat geval moet worden aangepast;
Overwegende dat het Comité van beheer voor tabak geen advies heeft uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING
VASTGESTELD:
Artikel 1
Op grond van de gegevens die door de Lid-Staten zijn medegedeeld of van gegevens uit andere informatiebronnen stelt de Commissie, volgens de procedure van artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 727/70, voor elke oogst vóór 31 juli van het jaar volgende op dat van die oogst en voor elke tabakssoort of groep tabakssoorten waarvoor een gegarandeerde maximumhoeveelheid geld, vast welke hoeveelheid werkelijk is geproduceerd.
Artikel 2
1. Wanneer de gegarandeerde maximumhoeveelheid voor een tabakssoort of groep tabakssoorten is overschreden, worden per procent overschrijding de betrokken interventieprijs en de betrokken premies met 1 % verlaagd.
De verlaging bedraagt evenwel maximaal 5 % voor de oogst van 1988 en maximaal 15 % voor de oogsten van 1989 en 1990.
2. Bij de berekening van de afgeleide interventieprijs wordt de verlaging niet toegepast op de in artikel 6, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 727/70 bedoelde kosten.
3. De streefprijs wordt gecorrigeerd met een bedrag dat overeenkomt met het bedrag waarmee de premie wordt verlaagd.
4. Bij de toepassing van de voorafgaande leden stelt de Commissie, tegelijk met de werkelijke produktie, de voor de betrokken oogst te betalen prijzen en premies vast.
Artikel 3
1. Voordat de werkelijke produktie overeenkomstig artikel 1 is vastgesteld, mag voor de oogst van 1988 en voor de oogsten van 1989 en 1990 maximaal 95 %, onderscheidenlijk 85 %, van de voor die oogsten vastgestelde interventieprijzen en premies worden betaald. Naar keuze van de Lid-Staat kunnen die prijzen en premies evenwel volledig worden betaald, als voor de oogst van 1988 een zekerheid van 5 % en voor de oogsten van 1989 en 1990 een zekerheid van 15 % wordt gesteld.
2. Het eventuele saldo wordt betaald en de zekerheid wordt vrijgegeven of verbeurd nadat overeenkomstig artikel 1 de werkelijke produktie is vastgesteld. In voorkomend geval is artikel 4, tweede alinea, van toepassing.
Artikel 4
Als op een tijdstip waarop de werkelijke produktie voor een soort of groep soorten nog niet is vastgesteld, overeenkomstig artikel 7, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 1726/70 om een voorschot wordt verzocht, wordt naar keuze van de Lid-Staat:
- in het in artikel 7, lid 2, onder a), bedoelde geval, de zekerheid met 5 % verhoogd of het bedrag van het voorschot met 5 % verlaagd voor de oogst van 1988. Voor de oogsten van 1989 en 1990 bedraagt dat percentage 15 %;
- in het onder b) van bovengenoemd lid bedoelde geval, een zekerheid gesteld die overeenkomt met 5 % van het bedrag van de premie voor de oogst van 1988 en met 15 % van het bedrag van de premies voor de oogsten van 1989 en 1990 of wordt het bedrag van het voorschot voor die oogsten met de genoemde percentages verlaagd.
Na de vaststelling van de werkelijke produktie:
- worden het in het eerste streepje van de eerste alinea bedoelde gedeelte van de zekerheid en de in het tweede streepje van die alinea bedoelde zekerheid vrijgegeven,
- wordt het verschil tussen de voorschotten bedoeld in artikel 7, lid 2, onder a), onderscheidenlijk onder b), van Verordening (EEG) nr. 1726/70 en de werkelijk betaalde voorschotten, uitbetaald,
welke vrijgave, onderscheidenlijk uitbetaling, volledig geschiedt als geen overschrijding heeft plaatsgevonden of voor een gedeelte dat gelijk is aan het verschil tussen het voor de betrokken oogst vastgestelde maximumpercentage van de verlaging van de prijzen en de premies, enerzijds, en het percentage waarmede de gegarandeerde maximumhoeveelheid is overschreden, anderzijds.
Artikel 5
De data in deel B van de bijlage bij Verordening (EEG) nr. 1076/78 worden vervangen door die in de bijlage bij de onderhavige verordening.
Artikel 6
Aan artikel 2 ter, lid 5, onder b), van Verordening (EEG) nr. 1726/70 wordt de volgende alinea toegevoegd:
»De bovenbedoelde bedragen van de streefprijs en de interventieprijs zijn die welke, in voorkomend geval, uit de toepassing van artikel 4, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 727/70 resulteren.".
Artikel 7
Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.
Gedaan te Brussel, 13 september 1988.
Voor de Commissie
Frans ANDRIESSEN
Vice-Voorzitter
(1) PB nr. L 94 van 28. 4. 1970, blz. 1.
(2) PB nr. L 199 van 26. 7. 1988, blz. 18.
(3) PB nr. L 136 van 24. 5. 1978, blz. 8.
(4) PB nr. L 191 van 27. 8. 1970, blz. 1.
(5) PB nr. L 156 van 11. 6. 1986, blz. 16.
BIJLAGE
1.2 // // // »Data // Nummer van de gegevens // // // 1 januari // 8, 9, 10 en 11 (1) // 1 april // 6, 8, 9, 10 en 11 (2) // 1 juni // 4 // 1 juli // 1, 7, 8, 9, 10 en 11 (3) // 1 oktober // 2, 3, 5, 8, 9, 10 en 11 (4) // //
(1) Meegedeeld moeten worden de gegevens per 1 oktober van het voorafgaande jaar.
(2) Voor de 8, 9, 10 en 11 moeten de gegevens per 1 januari van het lopende jaar worden meegedeeld.
(3) Voor de 8, 9, 10 en 11 moeten de gegevens per 1 april van het lopende jaar worden meegedeeld.
(4) Voor de 8, 9, 10 en 11 moeten de gegevens per 1 juli van het lopende jaar worden meegedeeld."