Verordening (EEG) nr. 2289/89 van de Commissie van 27 juli 1989 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1314/89 waarbij Griekenland wordt gemachtigd in bepaalde gebieden de maatregelen als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 1442/88 van de Raad inzake de toekenning van premies voor definitieve stopzetting van de wijnbouw op wijnbouwareaal in de wijnoogstjaren 1989/1990 tot en met 1995/1996 niet toe te passen
Verordening (EEG) nr. 2289/89 van de Commissie van 27 juli 1989 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1314/89 waarbij Griekenland wordt gemachtigd in bepaalde gebieden de maatregelen als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 1442/88 van de Raad inzake de toekenning van premies voor definitieve stopzetting van de wijnbouw op wijnbouwareaal in de wijnoogstjaren 1989/1990 tot en met 1995/1996 niet toe te passen
*****
VERORDENING (EEG) Nr. 2289/89 VAN DE COMMISSIE
van 27 juli 1989
tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1314/89 waarbij Griekenland wordt gemachtigd in bepaalde gebieden de maatregelen als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 1442/88 van de Raad inzake de toekenning van premies voor definitieve stopzetting van de wijnbouw op wijnbouwareaal in de wijnoogstjaren 1989/1990 tot en met 1995/1996 niet toe te passen
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE
GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 1442/88 van de Raad van 24 mei 1988 inzake de toekenning van premies voor definitieve stopzetting van de wijnbouw op wijnbouwareaal in de wijnoogstjaren 1988/1989 tot en met 1995/1996 (1), inzonderheid op artikel 12, lid 1,
Overwegende dat Griekenland overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 2729/88 van de Commissie (2), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 678/89 (3), vóór 1 april 1989 een met redenen omkleed verzoek heeft ingediend om met ingang van het wijnoogstjaar 1989/1990 een aantal wijngaarden aan de werkingssfeer van Verordening (EEG) nr. 1442/88 te onttrekken;
Overwegende dat in Verordening (EEG) nr. 1314/89 van de Commissie (4) is nagelaten een aantal in het Griekse verzoek voorkomende gebieden en benamingen in de bijlage op te nemen; dat de betrokken wijngaarden zijn gelegen in gebieden waarvan het wijnbouwpotentieel minder dan 10 % van het nationale wijnbouwpotentieel omvat; dat de bijlage met deze gegevens moet worden aangevuld; dat, om rekening te houden met de specifieke situatie van de producenten in de betrokken gebieden die reeds een aanvraag hebben ingediend en alle ter zake geldende maatregelen hebben getroffen, overgangsbepalingen voor de behandeling van die aanvragen moeten worden vastgesteld;
Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor wijn,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING
VASTGESTELD:
Artikel 1
In de bijlage bij Verordening (EEG) nr. 1314/89 wordt punt D. »Peloponnesus-West-Griekenland (vasteland)" als volgt aangevuld:
1.2 // Gebied // Benaming // »2. Achaia // Patras // 3. Kefallinia // Robola // 4. Korinthia // Nemea".
Artikel 2
Griekenland beschouwt ook die aanvragen als ontvankelijk die vóór de inwerkingtreding van deze verordening zijn ingediend en die op de in punt D, nummers 2, 3 en 4, van de bijlage bij Verordening (EEG) nr. 1314/89 genoemde gebieden betrekking hebben, voor zover de aanvrager ten genoegen van de bevoegde autoriteiten aantoont dat hij de nodige maatregelen heeft getroffen die rechtstreeks of indirect met het rooien verband houden.
Artikel 3
Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.
Gedaan te Brussel, 27 juli 1989.
Voor de Commissie
Ray MAC SHARRY
Lid van de Commissie
(1) PB nr. L 132 van 28. 5. 1988, blz. 3.
(2) PB nr. L 241 van 1. 9. 1988, blz. 108.
(3) PB nr. L 73 van 17. 3. 1989, blz. 23.
(4) PB nr. L 131 van 13. 5. 1989, blz. 46.