BESCHIKKING Nr. 1056/89/EGKS VAN DE COMMISSIE van 19 april 1989 tot beëindiging van het nieuwe onderzoek van anti-dumpingmaatregelen betreffende de invoer van bepaalde soorten coils, van ijzer of van staal, warmgewalst, van oorsprong uit Argentinië en Canada, en bevestiging van het vervallen van deze maatregelen #
BESCHIKKING Nr. 1056/89/EGKS VAN DE COMMISSIE van 19 april 1989 tot beëindiging van het nieuwe onderzoek van anti-dumpingmaatregelen betreffende de invoer van bepaalde soorten coils, van ijzer of van staal, warmgewalst, van oorsprong uit Argentinië en Canada, en bevestiging van het vervallen van deze maatregelen #
*****
BESCHIKKING Nr. 1056/89/EGKS VAN DE COMMISSIE
van 19 april 1989
tot beëindiging van het nieuwe onderzoek van anti-dumpingmaatregelen betreffende de invoer van bepaalde soorten coils, van ijzer of van staal, warmgewalst, van oorsprong uit Argentinië en Canada, en bevestiging van het vervallen van deze maatregelen
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE
GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal,
Gelet op Beschikking nr. 2424/88/EGKS van de Commissie van 29 juli 1988 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping of subsidiëring uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (1), zoals gerectificeerd (2), inzonderheid op de artikelen 9 en 15,
Na overleg in het kader van het in genoemde beschikking bedoelde Raadgevend Comité,
Overwegende hetgeen volgt:
A. Voorafgaande procedure
(1) In november 1982 heeft de Commissie een aanvang gemaakt met een anti-dumpingprocedure betreffende de invoer van warmgewalste coils, van ijzer of van staal, van oorsprong, onder meer, uit Argentinië en Canada (3). De Commissie heeft bij Beschikking nr. 702/83/EGKS (4) voorlopige anti-dumpingrechten op deze produkten ingesteld. De Commissie heeft bij Beschikking nr. 1638/83/EGKS (5) prijsverbintenissen van bepaalde Canadese exporteurs aanvaard.
(2) De Commissie heeft bij Beschikking nr. 2182/83/EGKS (6) definitieve anti-dumpingrechten ingesteld en van een andere Canadese exporteur eveneens een prijsverbintenis aanvaard. Overeenkomstig artikel 15 van haar Beschikking nr. 2177/84/EGKS (7) heeft de Commissie in januari 1988 een bericht bekendgemaakt van het naderende vervallen van de verbintenis met de Canadese exporteurs (8) en heeft zij in februari 1988 een bericht van het naderende vervallen van de anti-dumpingrechten op produkten uit, onder meer, Canada en Argentinië (9) bekendgemaakt.
B. Verzoek om een nieuw onderzoek en inleiding daarvan
(3) In maart 1988 heeft de Commissie een verzoek ontvangen om een nieuw onderzoek met betrekking tot de invoer van de desbetreffende produkten van oorsprong uit Canada en Argentinië dat werd ingediend door de Europese vereniging van ijzer- en staalproducerende industrieën (Eurofer) namens producenten wier gezamenlijke produktie het grootste deel van de betrokken communautaire produktie uitmaakt.
(4) In het verzoek werd gesteld dat de invoer uit Canada met dumping was voortgezet, dat de gestegen produktie in en de uitvoer van Argentinië na het vervallen van de geldende anti-dumpingmaatregelen opnieuw tot aanzienlijke omleiding van de handel naar de Gemeenschap zou kunnen leiden en dat de gecombineerde gevolgen daarvan opnieuw tot schade voor de bedrijfstak van de Gemeenschap zouden voeren indien zou worden toegestaan dat de maatregelen zouden worden opgeheven.
(5) Het voorgelegde bewijsmateriaal werd voldoende geacht om de inleiding van een nieuw onderzoek te rechtvaardigen, hetgeen werd aangekondigd met een bericht in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen (10), waarna de Commissie met een onderzoek is begonnen.
C. Produkt
(6) Het betreft hier bepaalde soorten gewalste platte produkten, van ijzer of van niet-gelegeerd staal, met een breedte van meer dan 500 mm doch niet meer dan 1 500 mm, indien bestemd om opnieuw te worden gewalst, en een dikte van 1,5 mm of meer, in coils, enkel warmgewalst, minder dan 0,6 gewichtspercent koolstof bevattend, vallende onder de volgende GN-codes:
ex 7208 11 00, ex 7208 12 10, ex 7208 12 91, ex 7208 12 99, ex 7208 13 10, ex 7208 13 91, ex 7208 13 99, ex 7208 14 10, ex 7208 14 90, ex 7208 21 10, ex 7208 21 90, ex 7208 22 10, ex 7208 22 91, ex 7208 22 99, ex 7208 23 10, ex 7208 23 91, ex 7208 23 99, ex 7208 24 10, ex 7208 24 90, ex 7211 12 10, ex 7211 19 10, ex 7211 22 10 en ex 7211 29 10.
D. Verdere procedure
(7) De Commissie heeft de voor zover haar bekende betrokken exporteurs en importeurs, de vertegenwoordigers van het land van uitvoer en de indieners van de klacht hiervan officieel in kennis gesteld en heeft de rechtstreeks betrokken partijen de gelegenheid geboden hun standpunt schriftelijk kenbaar te maken en dit desgevraagd mondeling toe te lichten.
(8) Alle Canadese en Argentijnse producenten/exporteurs en één bij de Commissie bekende importeur maakten hun standpunt schriftelijk kenbaar. Enkele Canadese producenten/exporteurs en één importeur kregen desgevraagd gelegenheid mondelinge toelichting te verschaffen.
(9) Geen schriftelijke stukken werden ingediend door of namens afnemers of verwerkers in de Gemeenschap van de betrokken warmgewalste platte produkten van ijzer of staal.
(10) De Commissie heeft alle gegevens die zij met het oog op haar vaststelling nodig achtte, verzameld en geverifieerd en ter plaatse bij de volgende ondernemingen een onderzoek ingesteld:
Producenten van de Gemeenschap:
- Kloeckner Stahl GmbH, Duisburg, Duitsland,
- Thyssen Stahl AG, Duisburg, Duitsland,
- Stahlwerke Peine-Salzgitter AG, Salzgitter, Duitsland,
- Cockerill Sambre SA, Seraing, België,
- Italsider SpA, Genua, Italië,
- Hoogovens Groep BV, IJmuiden, Nederland.
Producenten/exporteurs buiten de Gemeenschap:
a) in Canada:
- Algoma Steel Corp. Ltd, Sault Ste Marie, Ontario,
- Dofasco Inc., Hamilton, Ontario,
- Stelco Inc., Hamilton, Ontario,
- Sidbec-Dosco Ltd, Montreal, Quebec;
b) in Argentinië:
Somisa, Buenos Aires.
Importeur in de Gemeenschap:
E. Erhardt y Cia SA, Bilbao, Spanje.
(11) De Commissie heeft op haar verzoek van klagende communautaire producenten en van enkele importeurs uitvoerige schriftelijke gegevens ontvangen en deze gegevens voor zover zulks nodig werd geacht, geverifieerd.
(12) Het dumpingonderzoek had betrekking op het tijdvak van 1 juni 1987 tot en met 31 mei 1988.
E. Uitkomsten van het dumpingonderzoek
(13) Uit het door de diensten van de Commissie uitgevoerde onderzoek bleek dat gedurende het referentietijdvak slechts één Canadese onderneming onder de door de Commissie aanvaarde prijsverbintenis 10 000 ton eersteklas warmgewalste coils naar Italië had uitgevoerd en dat door de Argentijnse producent slechts één leverantie van 5 600 ton naar Spanje was verricht onder een door de Spaanse Regering geopend quotum voor de invoer van warmgewalste coils uit Argentinië, waarover een anti-dumpingrecht van 29 ecu per ton is geheven.
(14) Met betrekking tot Canada kwam uit de vergelijking van de prijs bij uitvoer naar de Gemeenschap met de normale waarde, afgeleid van de gemiddelde binnenlandse verkoopprijs bij normale handelstransacties in het stadium af fabriek, een dumpingmarge van 10,7 % naar voren.
(15) Wat Argentinië betreft diende de Commissie rekening te houden met het feit dat het merendeel der binnenlandse verkopen van de betrokken produkten niet in het gewone handelsverkeer was verricht. Derhalve werd besloten de normale waarde te baseren op de basisprijs bij invoer franco grens Gemeenschap, zoals deze door de Commissie is gepubliceerd (1). De Argentijnse exporteur/producent heeft tegen deze vaststelling geen bezwaar gemaakt.
(16) De vergelijking met de prijs bij uitvoer franco grens Gemeenschap, niet ingeklaard, gaf een dumpingmarge van 30,6 % te zien.
F. Schade
(17) Sedert de instelling van anti-dumpingmaatregelen tegen Argentinië en Canada in 1983 was de uitvoer van warmgewalste coils uit deze landen naar de Gemeenschap vrijwel tot een eind gekomen, met uitzondering van enkele schaarse kleine leveringen onder een van een Canadese onderneming aanvaarde prijsverbintenis en een quotum dat door de Spaanse Regering voor de invoer van warmgewalste coils uit Argentinië was opengesteld.
(18) De invoer uit Argentinië en Canada gedurende het referentietijdvak vertegenwoordigt, ofschoon hij met aanzienlijke dumping gepaard ging, een verwaarloosbare hoeveelheid in het licht van het totale verbruik van de Gemeenschap. Het marktaandeel van deze landen was te zamen genomen duidelijk minder dan 1,0 %.
(19) De Commissie heeft eveneens geverifieerd dat de prijzen waartegen de ingevoerde produkten in de Gemeenschap werden doorverkocht, gedurende het referentietijdvak niet onder de prijzen van de producenten in de Gemeenschap lagen en dat de door enkele Canadese ondernemingen aangeboden prijsverbintenissen waren nageleefd.
(20) De verwaarloosbare hoeveelheden warmgewalste coils die door Argentinië en Canada naar de Gemeenschap zijn uitgevoerd, te zamen met het ontbreken van prijsonderbieding, brengen de Commissie tot de gevolgtrekking dat de desbetreffende invoer gedurende de gehele geldigheidsperiode van de anti-dumpingmaatregelen en gedu
rende het onderzoektijdvak geen aanzienlijke schade voor de bedrijfstak van de Gemeenschap heeft opgeleverd.
G. Dreiging van schade
(21) De Commissie heeft eveneens overwogen of na het vervallen van de beschermende maatregelen de gedumpte invoer eventueel opnieuw een zodanige omvang zou aannemen dat daardoor aanzienlijke schade voor de bedrijfstak van de Gemeenschap zou dreigen te ontstaan. De Commissie heeft in dit verband met de volgende factoren rekening gehouden.
a) Argentinië
(22) Sedert 1975 zijn de capaciteiten voor warmgewalste platte produkten in Argentinië ongewijzigd gebleven en er bestaan voor de naaste toekomst geen plannen tot uitbreiding. De produktie heeft sedert 1986 na het herstel van de binnenlandse vraag en de uiterst gunstige ontwikkeling van de uitvoermarkten buiten de Gemeenschap, hoofdzakelijk de Verenigde Staten, Japan, Thailand en India, haar capaciteitsgrenzen bereikt.
De produktieniveaus van eindprodukten in Argentinië worden beperkt door knelpunten bij de produktie van ruw ijzer. Zo leidde de vernieuwing van een hoogoven in 1988 tot een duidelijk tekort, hetgeen een vraag naar de invoer van ongeveer 250 000 ton half afgewerkte produkten zoals plakken en warmgewalste coils voor nadere bewerking veroorzaakte. Bovendien moesten de binnenlandse verkopen aanzienlijk worden besnoeid ten einde aan de uitvoercontracten te kunnen voldoen.
(23) De verwachting voor het lopende jaar en daarna gaat in de richting van een verdere versterking van de binnenlandse vraag naar warmgewalste coils in Argentinië en een aanhoudend gunstige toestand op de markten van derde landen die voornamelijk door de Argentijnse producent/exporteur worden bevoorraad.
Gedeeltelijke opheffing van de prijsbevriezing in Argentinië ten einde produktiekosten en opbrengsten beter met elkaar in overeenstemming te brengen, zullen waarschijnlijk tot een stijging van binnenlandse leveranties leiden en de aandrang tot uitvoer verminderen.
(24) Wanneer de beperkte produktiecapaciteiten voor warmgewalste coils worden vergeleken met de verwachte ontwikkeling in 1989 van de binnenlandse vraag en de uitvoerstromen naar andere gebieden dan de Gemeenschap, brengt dit de Commissie tot de slotsom dat er geen duidelijke dreiging kan worden waargenomen dat de invoer in de Gemeenschap van warmgewalste coils uit Argentinië na het vervallen van de geldende anti-dumpingmaatregelen een omvangrijk marktaandeel zou gaan beslaan en dat er onder deze omstandigheden geen gevaar bestaat dat opnieuw aanzienlijke schade wordt toegebracht.
b) Canada
(25) De vijf Canadese ondernemingen die medewerking hebben verleend bij de procedure, vertegenwoordigen vrijwel de gehele produktie van warmgewalste coils in Canada. De laatste capaciteitsuitbreiding vond in 1983 plaats. Geen van de bij het onderzoek betrokken ondernemingen is voornemens nieuwe installaties voor warmwalsen in werking te stellen die in de komende jaren tot capaciteitsverhogingen zouden leiden.
(26) Sedert 1987 draaien de Canadese ondernemingen op volle capaciteit. Ten einde de aanzienlijke stijging van de vraag in Canada en in de Verenigde Staten aan te kunnen, moesten enkele ondernemingen plakken en warmgewalste coils invoeren om de tekorten op bepaalde gebieden van hun produktielijnen aan te vullen. Deze toestand zal naar verwachting in 1989 voortduren. Uit de orderboeken, verkoop- en produktieplannen van de ondernemingen blijkt dat de capaciteiten voor 1989 zijn volgeboekt waarbij voor omvangrijke uitvoer uit het Noordamerikaanse continent vrijwel geen ruimte overblijft. Daartegenover zullen aanhoudende tekorten naar verwachting leiden tot een vraag naar invoer in 1989 van ongeveer 350 000 ton plakken en warmgewalste coils.
(27) Het sluiten van de Vrijhandelsovereenkomst tussen Canada en de Verenigde Staten biedt eveneens een garantie van vrije toegang tot de Amerikaanse markt in de toekomst, hetgeen voor de betrokken Canadese ondernemingen van primair belang is.
(28) De verwachte aanhoudend sterke vraag naar warmgewalste coils op de Noordamerikaanse markt in 1989 en het duidelijke capaciteitstekort daarna van de Canadese ondernemingen, de gerichtheid van hun handelsverkeer op de Amerikaanse markt en hun positie van netto-importeurs uit andere gebieden, met inbegrip van de Gemeenschap, brengen de Commissie tot de gevolgtrekking dat er slechts beperkte ruimte is voor meer uitvoer van warmgewalste coils naar de Gemeenschap met dreiging van schade voor de bedrijfstak aldaar indien zou worden toegestaan dat de anti-dumpingmaatregelen vervallen.
H. Beëindiging
(29) In het licht van bovenstaande bevindingen is de Commissie van mening dat er geen duidelijk voorzienbare en onmiddellijke dreiging bestaat dat de invoer van warmgewalste coils uit Canada en uit Argentinië bij ontbreken van beschermende maatregelen wederom schade voor de bedrijfstak van de Gemeenschap zou veroorzaken. Deze procedure van nieuw onderzoek wordt derhalve beëindigd en de anti-dumpingmaatregelen komen overeenkomstig artikel 15, lid 1, van Beschikking nr. 2424/88/EGKS te vervallen. (30) De indiener van de klacht werd van de voornaamste feiten en overwegingen op grond waarvan de Commissie de procedure van nieuw onderzoek wenste te beëindigen, in kennis gesteld,
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING
VASTGESTELD:
Artikel 1
Het nieuwe onderzoek van anti-dumpingmaatregelen betreffende de invoer van bepaalde soorten coils, van ijzer of van staal, warmgewalst, van oorsprong uit Argentinië en Canada, wordt hierbij beëindigd.
Artikel 2
1. De prijsverbintenissen aangegaan door
- Dofasco Inc., Hamilton, Ontario,
- Titan International Corporation, New York, en
- Sidbec-Dosco Ltd, Montreal, Quebec,
zijn met werking vanaf 20 juni 1988 vervallen.
2. De prijsverbintenis, aangegaan door Stelco Inc., Hamilton, Ontario, en de definitieve anti-dumpingrechten ingesteld op bepaalde soorten gewalste platte produkten, van ijzer of van niet-gelegeerd staal, met een breedte van meer dan 500 mm doch niet meer dan 1 500 mm, indien bestemd om opnieuw te worden gewalst, en een dikte van 1,5 mm of meer, in coils, enkel warmgewalst, minder dan 0,6 gewichtspercent koolstof bevattende en vallende onder de volgende GN-codes:
ex 7208 11 00, ex 7208 12 10, ex 7208 12 91, ex 7208 12 99, ex 7208 13 10, ex 7208 13 91, ex 7208 13 99, ex 7208 14 10, ex 7208 14 90, ex 7208 21 10, ex 7208 21 90, ex 7208 22 10, ex 7208 22 91, ex 7208 22 99, ex 7208 23 10, ex 7208 23 91, ex 7208 23 99, ex 7208 24 10, ex 7208 24 90, ex 7211 12 10, ex 7211 19 10, ex 7211 22 10 en ex 7211 29 10,
van oorsprong uit Argentinië en Canada, zijn met werking vanaf 6 augustus 1988 vervallen.
Artikel 3
Deze beschikking treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Deze beschikking is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.
Gedaan te Brussel, 19 april 1989.
Voor de Commissie
Frans ANDRIESSEN
Vice-Voorzitter
(1) PB nr. L 209 van 2. 8. 1988, blz. 18.
(2) PB nr. L 273 van 5. 10. 1988, blz. 19.
(3) PB nr. C 303 van 20. 11. 1982, blz. 4.
(4) PB nr. L 82 van 29. 3. 1983, blz. 9.
(5) PB nr. L 160 van 18. 6. 1983, blz. 32.
(6) PB nr. L 210 van 2. 8. 1983, blz. 5.
(7) PB nr. L 201 van 30. 7. 1984, blz. 17.
(8) PB nr. C 1 van 5. 1. 1988, blz. 3.
(9) PB nr. C 56 van 27. 2. 1988, blz. 3.
(10) PB nr. C 158 van 17. 6. 1988, blz. 3.
(1) PB nr. C 17 van 22. 1. 1988, blz. 5.