90/247/EEG: Beschikking van de Commissie van 14 maart 1990 betreffende de vaststelling van het communautaire bestek voor de structurele bijstandsverlening van de Gemeenschap in de onder doelstelling 2 vallende Spaanse zones (Slechts de tekst in de Spaanse taal is authentiek)
90/247/EEG: Beschikking van de Commissie van 14 maart 1990 betreffende de vaststelling van het communautaire bestek voor de structurele bijstandsverlening van de Gemeenschap in de onder doelstelling 2 vallende Spaanse zones (Slechts de tekst in de Spaanse taal is authentiek)
*****
BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE
van 14 maart 1990
betreffende de vaststelling van het communautaire bestek voor de structurele bijstandsverlening van de Gemeenschap in de onder doelstelling 2 vallende Spaanse zones
(Slechts de tekst in de Spaanse taal is authentiek)
(90/247/EEG)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE
GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de Fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de cooerdinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (1), en met name op artikel 9, lid 9,
Overwegende dat de Commissie krachtens artikel 9, lid 9, van Verordening (EEG) nr. 2052/88 op basis van de door de Lid-Staten ingediende plannen voor regionale en sociale omschakeling, in het kader van het partnerschap en met instemming van de betrokken Lid-Staat, communautaire bestekken voor de structurele bijstandsverlening van de Gemeenschap vaststelt;
Overwegende dat de communautaire bestekken krachtens de tweede alinea van deze bepaling met name het volgende omvatten: de prioritaire zwaartepunten, de vormen van bijstandsverlening, het indicatieve financieringsplan, met vermelding van het bedrag en de bronnen van de bijstandsverlening, alsmede de duur van deze bijstandsverlening;
Overwegende dat titel III, artikel 8 en volgende, van Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad (2) tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 de voorwaarden behelst voor de opstelling en de uitvoering van de communautaire bestekken;
Overwegende dat de Spaanse Regering op 14 juni 1989 bij de Commissie het in artikel 9, lid 8, van Verordening (EEG) nr. 2052/88 bedoelde plan heeft ingediend voor de onder doelstelling 2 vallende Spaanse regio's die bij Beschikking 89/288/EEG (3) door de Commissie zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 9, leden 2 en 3, van bovengenoemde verordening;
Overwegende dat het door de betrokken Lid-Staat ingediende plan een beschrijving van de gekozen zwaartepunten bevat en gegevens verstrekt over de voor de verwezenlijking van het plan beoogde bijstand van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) en het Europees Sociaal Fonds (ESF);
Overwegende dat dit communautaire bestek met instemming van de betrokken Lid-Staat in het kader van het in artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 2052/88 bedoelde partnerschap is vastgesteld;
Overwegende dat overeenkomstig artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 4253/88 ook de Europese Investeringsbank (EIB) bij de opstelling van het communautaire bestek is betrokken; dat de EIB zich bereid heeft verklaard tot de verwezenlijking van dit bestek bij te dragen op basis van de in deze beschikking vermelde ramingen van te verstrekken leningen en overeenkomstig de voor haar geldende statutaire bepalingen;
Overwegende dat de Commissie bereid is na te gaan of de andere communautaire leningsinstrumenten volgens de daarvoor geldende specifieke bepalingen in de financiering van dit bestek kunnen bijdragen;
Overwegende dat deze beschikking in overeenstemming is met het advies van het Comité voor de ontwikkeling en omschakeling van de regio's en van het Comité van het Europees Sociaal Fonds;
Overwegende dat deze beschikking, krachtens artikel 10, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 4253/88, als verklaring van intentie aan de betrokken Lid-Staat wordt toegezonden;
Overwegende dat krachtens artikel 20, leden 1 en 2, van Verordening (EEG) nr. 4253/88 de betalingsverplichtingen met betrekking tot de bijdrage van de Structuurfondsen in de financiering van de onder de communautaire bestekken vallende bijstandsmaatregelen worden aangegaan nadat de Commissie een besluit tot goedkeuring van de betrokken acties heeft genomen,
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:
Artikel 1
Het communautaire bestek voor de structurele bijstandsverlening van de Gemeenschap in de onder doelstelling 2 vallende Spaanse regio's tijdens de periode van 1 januari 1989 tot en met 31 december 1991 wordt goedgekeurd.
De Commissie verklaart voornemens te zijn tot de verwezenlijking van dit communautaire bestek bij te dragen volgens de daarin vervatte gedetailleerde bepalingen en in overeenstemming met de voorschriften en richtsnoeren van de Structuurfondsen en de andere bestaande financieringsinstrumenten.
Artikel 2
Het communautaire bestek behelst de volgende hoofdpunten:
a) De voor de gezamenlijke actie in aanmerking genomen prioritaire zwaartepunten:
1. totstandbrenging en ontwikkeling van produktieve activiteiten;
2. bescherming en verbetering van het milieu;
3. steun voor onderzoek en ontwikkeling en voor opleidingsvoorzieningen;
4. verbetering van het communicatienetwerk;
5. maatregelen op het gebied van voorbereiding, evaluatie en toezicht.
b) Een overzicht van de vormen van bijstandsverlening die zullen worden toegepast, hoofdzakelijk via operationele programma's.
c) Een indicatief financieringsplan op basis van constante prijzen van 1989, waarin zijn vermeld de totale kosten van de voor de gezamenlijke actie van de Gemeenschap en de betrokken Lid-Staat in aanmerking genomen prioritaire zwaartepunten en van de lopende nationale initiatieven, die voor de gehele periode 1 857,02 miljoen ecu bedragen, alsmede de uit de Gemeenschapsbegroting beschikbaar te stellen bijstand, verdeeld als volgt:
(in miljoen ecu)
1.2 // // // EFRO // 520 // ESF // 159 // // // Totaal Structuurfondsen // 679 // //
Voor het op grond van dit plan op te brengen nationale aandeel in de financiering, namelijk 1 085,26 miljoen ecu voor de openbare sector en 92,76 miljoen ecu voor de particuliere sector, kan gedeeltelijk gebruik worden gemaakt van communautaire leningen via de Europese Investeringsbank (EIB) en de andere leningsinstrumenten.
Artikel 3
Deze verklaring van intentie is gericht tot het Koninkrijk Spanje.
Gedaan te Brussel, 14 maart 1990.
Voor de Commissie
Bruce MILLAN
Lid van de Commissie
(1) PB nr. L 185 van 15. 7. 1988, blz. 9.
(2) PB nr. L 374 van 31. 12. 1988, blz. 1.
(3) PB nr. L 112 van 25. 4. 1989, blz. 19.