Home

VERORDENING (EEG) Nr. 2511/90 VAN DE COMMISSIE van 30 augustus 1990 tot vaststelling, voor niet ontpitte katoen, van de feitelijke produktie voor het verkoopseizoen 1989/1990 en van de geraamde produktie, de aangepaste gegarandeerde maximumhoeveelheid en de korting op het steunbedrag voor het verkoopseizoen 1990/1991

VERORDENING (EEG) Nr. 2511/90 VAN DE COMMISSIE van 30 augustus 1990 tot vaststelling, voor niet ontpitte katoen, van de feitelijke produktie voor het verkoopseizoen 1989/1990 en van de geraamde produktie, de aangepaste gegarandeerde maximumhoeveelheid en de korting op het steunbedrag voor het verkoopseizoen 1990/1991

*****

VERORDENING (EEG) Nr. 2511/90 VAN DE COMMISSIE

van 30 augustus 1990

tot vaststelling, voor niet ontpitte katoen, van de feitelijke produktie voor het verkoopseizoen 1989/1990 en van de geraamde produktie, de aangepaste gegarandeerde maximumhoeveelheid en de korting op het steunbedrag voor het verkoopseizoen 1990/1991

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op de Akte van Toetreding van Griekenland, en met name op Protocol nr. 4 betreffende katoen, gewijzigd bij de Akte van Toetreding van Spanje en Portugal, en met name bij het daaraan gehechte Protocol nr. 14,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2169/81 van de Raad van 27 juli 1981 tot vaststelling van de algemene voorschriften van de steunregeling voor katoen (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 791/89 (2), en met name op artikel 11,

Overwegende dat krachtens artikel 7, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2169/81 de feitelijke produktie van elk verkoopseizoen moet worden bepaald op grond van met name de hoeveelheden waarvoor de steun is aangevraagd; dat dit criterium voor het verkoopseizoen 1989/1990 de hierna vermelde feitelijke produktie oplevert;

Overwegende dat krachtens artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 2169/81 de katoenproduktie moet worden geraamd vóór het begin van elk verkoopseizoen; dat de produktie in het verkoopseizoen 1990/1991 op grond van de beschikbare gegevens moet worden geraamd op de hierna vermelde hoeveelheid;

Overwegende dat in artikel 2, lid 2, derde alinea, van Verordening (EEG) nr. 1964/87 van de Raad van 2 juli 1987 tot aanpassing van de steunregeling voor katoen die is ingesteld bij het aan de Akte van Toetreding van Griekenland gehechte Protocol nr. 4 (3), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1357/90 (4), is bepaald dat, indien de feitelijke produktie in een verkoopseizoen de voor dat verkoopseizoen geraamde produktie overtreft, de gegarandeerde maximumhoeveelheid voor het volgende verkoopseizoen moet worden aangepast met inachtneming van het steunbedrag dat had moeten worden betaald; dat de feitelijke produktie in het verkoopseizoen 1989/1990 groter was dan de in Verordening (EEG) nr. 2624/89 van de Commissie (5) geraamde produktie; dat dient te worden bepaald welk effect dit moet hebben op de gegarandeerde maximumhoeveelheid die voor het verkoopseizoen 1990/1991 is vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 1356/90 van de Raad (6);

Overwegende dat in artikel 7, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2169/81 is bepaald dat, wanneer de geraamde produktie groter is dan de gegarandeerde maximumhoeveelheid, de steun op de in dat lid beschreven wijze dient te worden verlaagd; dat de voor het verkoopseizoen 1990/1991 geraamde produktie groter is dan de voor dit verkoopseizoen vastgestelde gegarandeerde maximumhoeveelheid na aanpassing van deze maximumhoeveelheid overeenkomstig artikel 2, lid 2, derde alinea, van Verordening (EEG) nr. 1964/87; dat een en ander leidt tot de hierna vermelde korting op de steun;

Overwegende dat krachtens artikel 2, lid 2, tweede alinea, van Verordening (EEG) nr. 1964/87 de verlaging van het steunbedrag voor de verkoopseizoenen 1987/1988, 1988/1989, 1989/1990 en 1990/1991 niet groter mag zijn dan bepaalde percentages van de streefprijs;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor vlas en hennep,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

1. Voor het verkoopseizoen 1989/1990 wordt de feitelijke produktie van niet-geëgreneerde katoen vastgesteld op 1 098 547 ton.

2. Voor het verkoopseizoen 1990/1991 wordt:

- de geraamde produktie vastgesteld op 1 035 279 ton;

- de bij Verordening (EEG) nr. 1356/90 vastgestelde gegarandeerde maximumhoeveelheid verlaagd met 89 428 ton;

- de korting op het steunbedrag vastgesteld op 23,965 ecu per 100 kilogram.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing met ingang van 1 september 1990.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 30 augustus 1990.

Voor de Commissie

Ray MAC SHARRY

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 211 van 31. 7. 1981, blz. 2.

(2) PB nr. L 85 van 30. 3. 1989, blz. 7.

(3) PB nr. L 184 van 3. 7. 1987, blz. 14.

(4) PB nr. L 134 van 28. 5. 1990, blz. 22.

(5) PB nr. L 254 van 31. 8. 1989, blz. 8.

(6) PB nr. L 134 van 28. 5. 1990, blz. 21.