Home

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 2 mei 1991 tot machtiging van Duitsland om, met betrekking tot substraat van oorsprong uit de Sowjetunie, afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan (Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek) (91/278/EEG) #

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 2 mei 1991 tot machtiging van Duitsland om, met betrekking tot substraat van oorsprong uit de Sowjetunie, afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan (Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek) (91/278/EEG) #

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 2 mei 1991 tot machtiging van Duitsland om, met betrekking tot substraat van oorsprong uit de Sowjetunie, afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan (Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek) (91/278/EEG) -

Publicatieblad Nr. L 142 van 06/06/1991 blz. 0037 - 0038


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 2 mei 1991 tot machtiging van Duitsland om, met betrekking tot substraat van oorsprong uit de Sowjetunie, afwijkingen van sommige bepalingen van Richtlijn 77/93/EEG van de Raad toe te staan ( Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek ) ( 91/278/EEG )

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 77/93/EEG van de Raad van 21 december 1976 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen op het grondgebied van de Lid-Staten van voor planten of voor plantaardige produkten schadelijke organismen ( 1 ), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 91/27/EEG van de Commissie ( 2 ), en met name op artikel 14, lid 3,

Gezien het door Duitsland ingediende verzoek,

Overwegende dat volgens Richtlijn 77/93/EEG substraat als omschreven in bijlage V, punt 5, onder a ), van die richtlijn, van oorsprong uit de Sowjetunie, in beginsel niet in de Gemeenschap mag worden binnengebracht wegens het gevaar voor insleep van in het substraat voorkomende schadelijke organismen;

Overwegende dat volgens artikel 14, lid 3, van Richtlijn 77/93/EEG afwijkingen van deze regel kunnen worden toegestaan als vaststaat dat niet voor verspreiding van schadelijke organismen behoeft te worden gevreesd;

Overwegende dat het in bepaalde gevallen wenselijk kan zijn ten behoeve van de land - en tuinbouw bepaalde soorten substraat uit de Sowjetunie binnen te brengen;

Overwegende dat het binnenbrengen van dergelijk potentieel gevaarlijk materiaal alleen kan worden toegestaan als aan bepaalde voorwaarden is voldaan;

Overwegende dat Duitsland dient te worden gemachtigd om met betrekking tot het binnenbrengen van het substraat afwijkingen toe te staan;

Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Planteziektenkundig Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN : Artikel 1

1 . Duitsland wordt gemachtigd om, met inachtneming van de in lid 2 vermelde voorwaarden, ten behoeve van de land - en tuinbouw afwijkingen van artikel 4, lid 1, van Richtlijn 77/93/EEG toe te staan met betrekking tot het in bijlage III, deel A, punt 12, van die richtlijn opgenomen verbod op het binnenbrengen van substraat .

2 . Voor de toepassing van lid 1 moet aan de onderstaande voorwaarden worden voldaan :

a ) het substraat moet van oorsprong zijn uit het gebied van Leningrad;

b ) het substraat dient te zijn vervaardigd van gecomposteerde naaldboombast;

c ) het substraat moet worden opgeslagen in hopen van afmetingen die een doeltreffende fumigatie mogelijk maken, op een verharde bodem in open lucht, en moet vervolgens, binnen twee weken vóór de verzending, ononderbroken gedurende ten minste 72 uur onder een gasdichte bedekking met methylbromide worden gefumigeerd bij een begintemperatuur van + 10 °C en zodanig dat de concentratie ten minste 32 g/m3 totaal volume bedraagt . Op basis van bewijskrachtige wetenschappelijke gegevens kan volgens de procedure van artikel 16 bis van Richtlijn 77/93/EEG worden besloten dat andere werkwijzen mogen of moeten worden gevolgd;

d ) de onder c ) beschreven fumigatie moet overeenkomstig de geldende normen door een officieel erkend fumigeerbedrijf worden verricht met gebruikmaking van daarvoor geëigende fumigeerapparatuur en van gekwalificeerd personeel . Aan het fumigeerbedrijf dient gedetailleerde informatie te worden verstrekt over de bij fumigatie van het substraat te volgen werkwijze;

e ) ambtenaren van de officiële planteziektenkundige dienst van de Sowjetunie moeten voor ieder geval systematisch zelf ter plaatse een zodanig toezicht op de fumigatiewerkzaamheden uitoefenen, dat naleving van het bepaalde onder c ) en d ) is gewaarborgd;

f ) na de fumigatie moet het substraat gedurende voldoende tijd worden belucht en daarna worden vervoerd in zakken of andere recipiënten die onder toezicht van de officiële planteziektenkundige dienst van de Sowjetunie zijn gesloten en verzegeld en van de vermelding "fumigated" ( vertaling : "gefumigeerd ") zijn voorzien;

g ) het substraat moet vergezeld gaan van een officieel fytosanitair certificaat dat na fumigatie, sluiting en verzegeling door de officiële planteziektenkundige dienst van de Sowjetunie is afgegeven;

h ) naast de gegevens die in de rubriek inzake de bestrijdings - en /of ontsmettingsbehandeling moeten worden vermeld, moet in het certificaat ook de volgende aanvullende verklaring worden opgenomen :

- "It is hereby certified that the growing medium shipped under this certificate has been fumigated by . . . . . . . . . . . . ( licensed fumigation operative ) . . . . . . . . . . . . at . . . . . . . . . . . . ( fumigation site ) . . . . . . . . . . . . in accordance with Commission Decision 91/278/EEC ( vertaling : Hierbij wordt bevestigd dat het van dit certificaat vergezelde substraat is gefumigeerd door . . . . . . . . . . . . ( erkend fumigeerbedrijf ) te . . . . . . . . . . . . ( plaats van fumigatie ) overeenkomstig Beschikking 91/278/EEG van de Commissie .");

- de naam van het onder a ) vermelde gebied;

i ) Duitsland neemt ter controle op de aanwezigheid van schadelijke organismen en de doeltreffendheid van de fumigatie van elke zending representatieve monsters voor officieel onderzoek . Artikel 2

Onverminderd artikel 14, lid 5, van Richtlijn 77/93/EEG stelt Duitsland de Commissie en de overige Lid-Staten in kennis van alle op grond van deze beschikking binnengebrachte zendingen die niet aan de in artikel 1, lid 2, onder g ) en h ), vermelde voorwaarden voldoen, zodra drie van dergelijke zendingen zijn onderschept .

Duitsland stelt de Commissie en de overige Lid-Staten vóór 1 mei van elk jaar ook in kennis van de op grond van deze beschikking ingevoerde hoeveelheden en voegt daarbij een uitvoerig technisch verslag over het in artikel 1, lid 2, onder i ), genoemde officiële onderzoek . Artikel 3

De in artikel 1 verleende machtiging loopt af op 1 juli 1992 . De machtiging wordt ingetrokken als blijkt dat de in artikel 1, lid 2, vastgestelde voorwaarden ontoereikend zijn om insleep van schadelijke organismen te voorkomen of dat niet aan die voorwaarden is voldaan . Artikel 4

Deze beschikking is gericht tot de Bondsrepubliek Duitsland . Gedaan te Brussel, 2 mei 1991 . Voor de Commissie

Ray MAC SHARRY

Lid van de Commissie ( 1 ) PB nr . L 26 van 31 . 1 . 1977, blz . 20 . ( 2 ) PB nr . L 16 van 22 . 1 . 1991, blz . 29 .