Home

Verordening (EG) nr. 3528/93 van de Raad van 21 december 1993 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3813/92 betreffende de rekeneenheid en de omrekeningskoersen die in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid moeten worden toegepast

Verordening (EG) nr. 3528/93 van de Raad van 21 december 1993 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3813/92 betreffende de rekeneenheid en de omrekeningskoersen die in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid moeten worden toegepast

VERORDENING (EG) Nr. 3528/93 VAN DE RAAD van 21 december 1993 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3813/92 betreffende de rekeneenheid en de omrekeningskoersen die in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid moeten worden toegepast

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op de artikelen 42 en 43,

Gezien het voorstel van de Commissie (1),

Gezien het advies van het Europees Parlement (2),

Overwegende dat de sinds 1 januari 1993 toe te passen agromonetaire regeling is vastgesteld bij Verordening (EEG) nr. 3813/92 (3); dat de ministers van Financiën en de presidenten/gouverneurs van de centrale banken op 2 augustus 1993 hebben besloten de drempels waarbij de deelnemers aan het wisselkoersmechanisme van het Europees Monetair Stelsel interveniëren tijdelijk te verhogen tot 15 %; dat uit agromonetair oogpunt de valuta's van alle Lid-Staten derhalve tijdelijk moeten worden beschouwd als zwevende valuta's;

Overwegende dat de nieuwe monetaire situatie een gevaar inhoudt voor meer en grotere fluctuaties voor alle landbouwomrekeningskoersen dan voorheen; dat op het niveau van de Gemeenschap in alle Lid-Staten uniform toe te passen maatregelen moeten worden genomen die gericht zijn op grotere stabiliteit; dat daartoe de limiet van vier punten die is vastgesteld voor de monetaire afwijkingen tussen de valuta's van de Lid-Staten, kan worden verruimd, zonder echter verder te gaan dan vijf punten, zijnde het niveau van waaraf de monetaire afwijkingen leiden tot speculatieve goederentransacties; dat bovendien, om met name rekening te houden met de moeilijkheden voor revaluerende valuta's, de maximaal voor een bepaalde valuta toegestane monetaire afwijking kan worden gedifferentieerd naargelang van de aard van de ontwikkeling van de valuta;

Overwegende dat in artikel 13 van Verordening (EEG) nr. 3813/92 de toepassing van de correctiefactor op de ecu is beperkt tot een periode die eindigt op 31 december 1994 en dat is bepaald dat de agromonetaire regeling vóór die datum opnieuw wordt bezien; dat de maatregelen waarbij de limieten en de regels voor de aanpassing van de landbouwomrekeningskoersen worden gewijzigd, moeten worden herzien tegen deze achtergrond;

Overwegende dat in artikel 7 van Verordening (EEG) nr. 3813/92 is vastgesteld dat bepaalde bedragen in ecu op verzoek van de betrokken Lid-Staat worden verhoogd om verlaging van deze bedragen in nationale valuta te voorkomen; dat deze mogelijkheid economisch niet verantwoord is voor bedragen waarvoor tevoren een agromonetaire verhoging in nationale valuta heeft plaatsgevonden die groter is dan de betrokken verlaging;

Overwegende dat artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 3813/92 de mogelijkheid geeft compenserende steun toe te kennen voor inkomensdalingen die het gevolg zijn van de ontwikkeling van de gemiddelde landbouwomrekeningskoers over twaalf maanden; dat de toekenning van jaarlijkse tranches compenserende steun niet langer economisch verantwoord is, wanneer de ontwikkeling van de nationale valuta de eerder geleden inkomensdalingen compenseert,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EEG) nr. 3813/92 wordt als volgt gewijzigd:

1. na artikel 4 wordt het volgende artikel ingevoegd:

"Artikel 4 bis

Tot en met 31 december 1994 gelden in afwijking van artikel 4 de volgende bepalingen:

1. De landbouwomrekeningskoersen van een zwevende valuta wordt aangepast wanneer de monetaire afwijking voor een referentieperiode van maximaal een maand groter is dan:

- drie punten, in geval van een positieve afwijking, of

- twee punten, in geval van een negatieve afwijking.

In deze gevallen wordt een nieuwe landbouwomrekeningskoers vastgesteld, waarbij deze monetaire afwijking, onverminderd lid 3, wordt gehalveerd, en gaat de nieuwe koers in bij het begin van de volgende referentieperiode.

2. Bij een valutaherschikking die ertoe leidt dat de voor de Lid-Staten met vaste valuta vastgestelde spilkoersen worden gewijzigd, worden de landbouwomrekeningskoersen onmiddellijk zodanig aangepast dat de monetaire afwijkingen:

- voor vaste valuta's volledig worden weggewerkt, en

- voor zwevende valuta's, onverminderd lid 3, met de helft worden verlaagd wanneer zij gedurende een passende referentieperiode boven de in lid 1 bedoelde limieten liggen.

Indien een valutaherschikking voor een vaste valuta evenwel leidt tot een monetaire afwijking van:

- ten hoogste 0,5 punt, wordt deze afwijking uiterlijk bij het begin van het volgende verkoopseizoen weggewerkt;

- meer dan vijf punten in geval van een positieve afwijking of meer dan vier punten in geval van een negatieve afwijking, wordt de betrokken afwijking onmiddellijk verlaagd tot een niveau dat twee punten beneden de genoemde limieten ligt. Het saldo van de afwijking wordt weggewerkt over een periode van ten hoogste twaalf maanden vanaf het tijdstip van de herschikking.

De in de tweede alinea bedoelde aanpassingen van de landbouwomrekeningskoersen worden door de Commissie uitgevoerd volgens de procedure van artikel 12.

3. Indien de absolute waarde van het verschil tussen de afwijkingen van de valuta's van twee Lid-Staten gedurende een referentieperiode meer dan vijf punten bedraagt, worden de monetaire afwijkingen van de betrokken Lid-Staten die groter zijn dan

- drie punten, in geval van positieve afwijkingen, of

- twee punten, in geval van negatieve afwijkingen,

onmiddellijk verlaagd tot het niveau van genoemde limieten. Deze aanpassing geschiedt na elke aanpassing als bedoeld in de leden 1 en 2.

4. Indien de positieve monetaire afwijking van een valuta meer dan drie punten bedraagt, worden de in de leden 1 en 3 bedoelde limieten van drie en twee punten, voor zover nodig, door de Commissie aangepast tot respectievelijk vijf en nul punten, zodat de verlaging van de betrokken positieve afwijking wordt vermeden en bij cumulatie van deze limieten toch een waarde van vijf punten wordt behouden.";

2. aan artikel 7 wordt de volgende alinea toegevoegd:

"Er kan niet om toepassing van dit artikel worden verzocht voor bedragen waarvoor tijdens de 24 maanden voorafgaande aan de datum waarop de nieuwe landbouwomrekeningskoers van toepassing wordt, een lagere landbouwomrekeningskoers gold.";

3. in artikel 8 wordt het volgende lid ingevoegd:

"2 bis Indien de gemiddelde koers op grond waarvan de steun is toegekend lager is dan het gemiddelde van de landbouwomrekeningskoersen die later gedurende twaalf opeenvolgende maanden van toepassing zijn, worden de jaarlijkse tranches van de steun die ingaan na de betrokken twaalf maanden, geannuleerd of verminderd volgens de procedure van artikel 12.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 21 december 1993.

Voor de Raad

De Voorzitter

A. BOURGEOIS

(1) PB nr. C 298 van 4. 11. 1993, blz. 10.

(2) Advies uitgebracht op 16 november 1993 (nog niet verschenen in het Publikatieblad).

(3) PB nr. L 387 van 31. 12. 1992, blz. 1.