Home

94/940/EG: Besluit van de Raad van 22 december 1994 tot toekenning van macro-financiële bijstand aan Oekraïne

94/940/EG: Besluit van de Raad van 22 december 1994 tot toekenning van macro-financiële bijstand aan Oekraïne

BESLUIT VAN DE RAAD

van 22 december 1994

tot toekenning van macro-financiële bijstand aan Oekraïne

(94/940/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 235,

Gezien het voorstel van de Commissie, ingediend na raadpleging van het Monetair Comité,

Gezien het advies van het Europees Parlement(),

Overwegende dat Oekraïne fundamentele politieke en economische hervormingen doorvoert en aanzienlijke inspanningen doet om een markteconomisch model in te voeren;

Overwegende dat Oekraïne en de Gemeenschap een Partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst ondertekend hebben, die de ontwikkeling van een volledige samenwerkingsrelatie zal bevorderen;

Overwegende dat Oekraïne met het Internationaal Monetair Fonds (IMF) overeenstemming heeft bereikt over een samenhangend geheel van stabilisatie- en beleidshervormingsmaatregelen, die worden ondersteund door een trekking in het kader van de ,,systemic transformation facility'' van het IMF; dat deze faciliteit op 26 oktober 1994 door de Board van het IMF is goedgekeurd en dat nadere besprekingen worden gevoerd tussen de Oekraïense autoriteiten en het IMF over een programma van macro-economische aanpassingen en hervormingen, dat moet worden ondersteund door een stand-by-overeenkomst;

Overwegende dat de autoriteiten van Oekraïne verzocht hebben om financiële bijstand van de internationale financiële instellingen, de Gemeenschap en andere bilaterale donors; dat naast de middelen die volgens de ramingen door het IMF en de Wereldbank kunnen worden verstrekt, in 1994 en 1995 nog een omvangrijk resterend financieel tekort gedekt moet worden ter versterking van de reservepositie van Oekraïne en ter ondersteuning van de beleidsdoelstellingen die zijn verbonden aan de hervormingsinspanningen van zijn Regering;

Overwegende dat de Oekraïense autoriteiten hebben toegezegd dat het plan van aanpak voor nucleaire veiligheid, waaraan de Europese Unie en de G-7 steun verlenen, stipt ten uitvoer zal worden gelegd, dat spoedig een akkoord met het IMF zal worden gesloten over de stand-by-overeenkomst en dat zij hun buitenlandse financiële verplichtingen jegens de Gemeenschap volledig en tijdig zullen nakomen;

Overwegende dat de toekenning door de Gemeenschap van een lening op lange termijn aan Oekraïne een passende maatregel is ter verlichting van de externe financiële beperkingen, ter ondersteuning van de betalingsbalans en ter versterking van de reservepositie van het land;

Overwegende dat, door steun te verlenen aan het proces van economische hervormingen en Oekraïne, deze bijstand bovendien moet bijdragen tot de oplossing van de sociale en politieke problemen van dat land;

Overwegende dat de communautaire lening beheerd dient te worden door de Commissie;

Overwegende dat het Verdrag slechts in artikel 235 bevoegdheden voor de aanneming van dit besluit bevat,

BESLUIT:

Artikel 1

1. De Gemeenschap kent Oekraïne een lening op lange termijn toe met een hoofdsom van ten hoogste 85 miljoen ecu en een maximale looptijd van tien jaar, teneinde bij te dragen tot een houdbare betalingsbalanspositie en tot versterking van de reservepositie van het land.

2. Hiertoe wordt de Commissie gemachtigd namens de Europese Gemeenschap de nodige middelen op te nemen, die in de vorm van een lening ter beschikking van Oekraïne worden gesteld.

3. Deze lening wordt in nauw overleg met het Monetair Comité beheerd door de Commissie op een wijze die in overeenstemming is met de tussen het IMF en Oekraïne gesloten overeenkomsten.

Artikel 2

1. De Commissie wordt gemachtigd, na overleg met het Monetair Comité, te onderhandelen met de Oekraïense autoriteiten over de aan de lening te verbinden voorwaarden betreffende het economische beleid. Deze voorwaarden moeten in overeenstemming zijn met de in artikel 1, lid 3, bedoelde overeenkomsten.

2. De Commissie onderzoekt op gezette tijden, in samenwerking met het Monetair Comité en in nauwe cooerdinatie met het IMF, of het economische beleid van Oekraïne in overeenstemming is met de doelstellingen van deze lening en of aan de daaraan verbonden voorwaarden wordt voldaan.

Artikel 3

1. De lening wordt in één tranche aan Oekraïne ter beschikking gesteld, en wordt met inachtneming van het bepaalde in artikel 2 en op de volgende twee voorwaarden zo snel mogelijk vrijgegeven:

- de totstandkoming van een akkoord tussen de Oekraïense autoriteiten en het IMF over een macro-economisch programma dat wordt ondersteund door een stand-by-overeenkomst;

- snelle tenuitvoerlegging van het plan van aanpak voor de sluiting van Tsjernobyl van de Europese Unie en de G-7.

2. De middelen worden betaald aan de Nationale Bank van Oekraïne.

Artikel 4

1. De in artikel 1 bedoelde verrichtingen van opnemen en verstrekken van leningen worden met dezelfde valutadatum afgesloten en mogen voor de Gemeenschap geen looptijdtransformatie, wisselkoers- of renterisico, of enig ander commercieel risico met zich brengen.

2. De Commissie neemt, indien Oekraïne zulks verlangt, de nodige maatregelen om in de voorwaarden van de lening een beding inzake vervroegde aflossing op te nemen en dit toe te passen.

3. De Commissie kan op verzoek van Oekraïne en indien de omstandigheden een gunstigere rente op de leningen mogelijk maken, haar oorspronkelijk opgenomen leningen geheel of gedeeltelijk herfinancieren of de desbetreffende voorwaarden herstructureren. De herfinancieringen of herstructureringen geschieden onder de in lid 1 gestelde voorwaarden en mogen niet leiden tot een verlenging van de gemiddelde looptijd van de betrokken lening, noch tot een verhoging van het, tegen de lopende wisselkoers omgerekende, bedrag dat op de dag van deze herfinanciering of herstructurering nog afgelost moet worden.

4. Alle kosten die de Gemeenschap bij het sluiten en uitvoeren van de in dit besluit bedoelde verrichtingen maakt, komen ten laste van Oekraïne.

5. Het Monetair Comité wordt ten minste eenmaal per jaar in kennis gesteld van de ontwikkelingen met betrekking tot de in de leden 2 en 3 bedoelde verrichtingen.

Artikel 5

Ten minste eenmaal per jaar brengt de Commissie aan het Europees Parlement en aan de Raad een verslag uit, waarin een evaluatie van de tenuitvoerlegging van dit besluit is opgenomen.

Gedaan te Brussel, 22 december 1994.

Voor de Raad

De Voorzitter

H. SEEHOFER

() Advies uitgebracht op 16 december 1994 (nog niet verschenen in het Publikatieblad).